Nationaal congres Taal en Lezen 15 oktober 2015

advertisement
De rol van woordenschat
binnen de ontwikkeling
van de taalvaardigheid
Annemarieke Kool
WWW.CPS.NL
Contactgegevens
 Annemarieke
Kool
 [email protected]
 06 502 85 553
Welkom!
Waar gaat het over in de workshop?
 Kracht
van keuze, je weet welke woorden
je moet kiezen
3
Conclusie:
Communicatie als cruciale factor
Woorden om te communiceren &
specifieker uit te drukken
2. Woorden als spreekbuis
van kennis van de wereld
3. Als pijler voor begrijpend luisteren
1.
Centrale factor is woordkennis!
4
Onenessawakening.nl
Taalrijk en taalarm
Kint taalrijk milieu kennen op
3-jarige leeftijd al 5x zoveel woorden!


5
Taalarm: horen 615 woorden per uur
Taalrijk: horen 2153 woorden per uur
Impliciet & expliciet = kansen grijpen
Expliciet door instructie
o specifieke woorden behandelen (bijv. via 4 takt)
o ontwikkelen woordbewustzijn
o strategieën voor het leren van onbekende woorden
Impliciet door creëren van mogelijkheden
o voorlezen
o veel lezen en spreken over allerlei onderwerpen
o taalrijke omgeving
6
Ontwikkeling van kennis


Levensechte ervaringen
Interactie met de wereld
Ook door:
 Zelf voorbeelden te noemen
 (Voor-)lezen verschillende soorten teksten
 Combineren van kennis en eigen ervaringen
 Experimenteren, ontdekken, toepassen
 Praten met & luisteren naar elkaar
 Educatieve televisie
 Internet
7
Relaties tussen woorden
lepel
zomer
zee
snijden
mes
vork
tuin
leuk
prikken
strand
aarde
eten
schop
water
zand
schep
graven
8
modder
slaan
au
pijn
emmertje
heet
spelen
scheppen
soep
blazen
Uitbreiden van kennis



Nieuwe woorden
Nieuwe verbindingen
Verstevigen van verbindingen

School belangrijk voor leerlingen die minder
meekrijgen vanuit huis!
Aandacht voor schooltaalwoorden
9
Woorden onthouden
Geheugen


Lange termijn geheugen
Korte termijn geheugen
Van belang:




10
Modeling
Actief bezig zijn met de woorden
Verschillende manieren van aanbieden
Nieuwe woorden verbinden aan bestaande kennis
De kracht van keuze
De sleutel om de taalvaardigheid van uw
leerlingen te vergroten is weten welke
woorden het meest toepasbaar zijn en welke
woorden leerlingen tegenkomen vanuit het
dagelijkse taalgebruik
11
Welke woorden onderwijzen?
Laag 3
Laag 2
Laag 1
12
Weinig
voorkomende
woorden
Woorden in boeken,
kranten en volwassen
taalgebruik
Basiswoorden in het dagelijks
woordgebruik
laag één
Basis woorden
Woorden uit algemeen taalgebruik
Deze woorden leren kinderen veelal door te spreken
en te lezen
 Leren door tijdens het praten te verbinden met
woorden die we al kennen



Het gaat om ongeveer 4000 - 8000 woorden
 Voorbeelden: brood, tafel, winkel, jas, lopen, school

13
laag twee

Algemene woorden die breed toepasbaar zijn

Het gaat om woorden die vaak worden gebruikt door iemand
met een goede taalvaardigheid
Ook bijvoorbeeld signaalwoorden als bovendien, in de eerste
plaats
Woorden ook wel aangeduid als schooltaalwoorden



14
Voorbeelden: hopeloos, toevallig, overdreven, ertussen
laag
drie

Specifieke woorden

Zijn vaak verbonden met een specifiek onderwerp en daardoor beperkt
toepasbaar

Wordt ook wel aangeduid als vaktaal

Wel van belang voor achtergrondkennis, maar minder voor vergroten
algemene taalvaardigheid

15
Voorbeelden: thermometer, tarwe, roeiboot
Welke woorden aanleren?
16

Basiswoorden (laag 1) leren de meeste leerlingen
vanuit het dagelijks taalgebruik, specifieke
instructie is niet nodig

Specifieke woorden (laag 3) worden aangeleerd
in een vakspecifieke context

Algemene woorden (laag 2) worden expliciet
aangeleerd om taalvaardigheid te
vergroten(boeken/teksten beter begrijpen en je
beter kunnen uitdrukken
Woordleerstrategieën
Wat kun je hardop denkend voordoen?
Gebruik maken van de context
teruglezen, herlezen, illustratie, modeling
Kijken naar woordstrategieën
woorddelen (voordeur, achterdeur)
Gebruik maken van hulpbronnen
iemand vragen, woordenboek, internet
17
Oefenen met elkaar….
Een taart voor
kleine Beer
Max Velthuijs
18
Welke woorden bij welke laag?
 Chocoladetaart,
proeven, heerlijk,
gulzig, cacao, ongeduldig, verjaardag,
aandachtig, lekkers, citroenrasp
Laag 1 woorden
19
Laag 2 woorden
Laag 3 woorden
 Laag
1 woorden
Chocolade taart, proeven, lekkers, verjaardag
 Laag
2 woorden
Heerlijk, verrukkelijk, ongeduldig, gulzig,
aandachtig
 Laag
3 woorden
Citroenrasp, cacao
20
Hoe zit het met leren lezen / denken?
Je denkproces is niet zichtbaar voor
anderen.
 Modeling is hardop denken.
 Je verwoordt je denkstappen.

Modeling alleen is niet voldoende
 Leerlingen moeten de mogelijkheid krijgen
het toe te passen

21
Het belang van modeling
22

Leerlingen zien en horen hoe wij omgaan met
(onbekende) woorden.

We leren ze nieuwsgierig te zijn naar woorden.

We leren ze een houding en strategieën om achter
de betekenis van woorden te komen.

Ze kunnen onze aanpak om achter de betekenis van
woorden te komen nadoen.
Tips voor modeling





23
Bereid de tekst voor en bedenk vooraf welke
woorden/begrippen je wilt voordoen
Laat aan de leerlingen duidelijk zien wanneer je
hardop gaat denken (visueel, bv naar je hoofd
wijzen)
Spreek in de ik-vorm als je hardop denkt: ‘bij dit
woord denk ik …’
Denk niet teveel hardop.
Kort houden: enkele minuten
Leerstijlen en leesmotivatie
Spreek diverse leerstijlen aan
 Zien: Verteltafel, ik-tafel, speelgoedtheater
 Luisteren: muziek, klanken
 Toneel, dans: beeld uit
 Speel een leesspel
 Leesbord buiten ieder lokaal met recensies
en aanbevelingen
24
WWW.CPS.NL
Succes!
Vragen of opmerkingen:
[email protected]
WWW.CPS.NL
Download