1 COMPONISTEN BIOGRAFIEËN VOOR P R O G R A M M E R I N G donderdag 29 en vrijdag 30 januar 2015 1. Andrés Barea 2. Juan García de Salazar 3. Diego Pontac 4. Olivier Eugène Prosper Charles Messiaen 5. Claude Debussy 6. Edvard Hagerup Grieg 7 Giuseppe Verdi 8. Karol Szymanowski 1. Andrés Barea - 1610-1680 - 70 jaar - stijlperiode: Renaissance / Barok Spaanse componist. Hij was maestro de Capilla van de kathedralen van Osma, Salamanca, Valladolid, en tenslotte Palencia in 1654. Uitvoerige informatie over deze componist is niet beschikbaar 2. Juan García de Salazar - 1639-1710 - 71 jaar - stijlperiode: Renaissance / Barok Spaanse barokke componist best herinnerd voor zijn koorwerken in de stile antico, hoewel een paar Spaanse werken in een meer moderne stijl zijn ook overleefd. Salazar werd geboren in Tuesta, Álava. Hij werd opgeleid in de kathedraal van Burgos koor en werd maestro de Capilla bij Toro (1661), El Burgo de Osma (1663) en tenslotte bij Zamora in 1668. Hij stierf in Zamora, Spanje. Uitvoerige informatie over deze componist is niet beschikbaar. 3. Diego Pontac - 1603-1654 - 51 jaar - stijlperiode: Renaissance / Barok Spaanse componist. Hij begon zijn carrière als leerling in de kathedraal van Saragossa, en eindigde zijn carrière bij het Hof van Madrid als teniente de maestro (adjunct-master) van de Koninklijke Kapel van Filips IV van Spanje. Uitvoerige informatie over deze componist is niet beschikbaar. 4. Olivier Eugène Prosper Charles Messiaen - Avignon 1908 – Parijs 1992 - 84 jaar - stijlperiode: Tweede Weeense school / Modere tijd Frans componist, organist en pianist, een van de belangrijkste en invloedrijkste componisten van de twintigste eeuw, wiens onconventionele werk sterk beïnvloed is door de rooms-katholieke geloofsleer. Olivier Messiaen begon jong met componeren en kwam op 11-jarige leeftijd aan het conservatorium van Parijs studeren bij onder andere Marcel Dupré en Paul Dukas. In 1931 werd hij op 22-jarige leeftijd aangesteld als organist-titulair van de Église de la Sainte-Trinité te Parijs, een post die hij tot aan zijn zou dood bekleden. Hij had er de beschikking over een drie-klaviersorgel, gebouwd door Aristide Cavaillé-Coll. In 1936 was hij met onder anderen André Jolivet medeoprichter van de muziekbeweging Le Jeune France. In 1940 werd hij bij Verdun krijgsgevangen gemaakt door de Duitsers. In zijn gevangenkamp te Görlitz schreef hij voor enkele toevallig aanwezige professionele instrumentalisten (een violist, een cellist en een klarinettist, met hemzelf als pianist) het introspectieve Quatuor pour la fin du temps, dat een van zijn meestgespeelde werken is gebleven. Uitgebreide informatie over deze componist ga naar: http://nl.wikipedia.org/wiki/Olivier_Messiaen 5. Claude Debussy - St. Germain-en-Lay - 1862 - Parijs - 1918 - 56 jaar - stijlperiode: Moderne tijd - Impressionisme Frans componist die vernieuwing bracht binnen de klassieke muziek. Hoewel Claude van eenvoudige komaf was en er binnen het gezin Debussy weinig aan muziek werd gedaan, werd zijn talent al vroeg ontdekt. Dankzij bemiddeling van madame Mauté, de schoonmoeder van de dichter Paul Verlaine, mocht hij in 1873 naar het Conservatoire de Paris, waar hij pianoles kreeg van Antoine François Marmontel en harmonieleer van Émile Durand. Ook volgde hij korte tijd lessen bij César Franck. In 1879 vroeg de weldoenster van Tsjaikovski, gravin Nadezjda Filaretovna von Meck, aan Marmontel of hij een geschikte jonge pianist wist voor haar huistrio. Hij maakte haar attent op Debussy. Zijn spel viel zodanig in de smaak dat hij in 1882 met de familie von Meck naar Rusland ging. Na terugkeer volgde hij compositielessen bij Ernest Guiraud, die hem adviseerde eenvoudiger te schrijven, wilde hij in aanmerking komen voor de Prix de Rome. In 1884 lukte hem dit met zijn cantate L'enfant prodigue, hoewel de componist Charles Gounod, die hem als genie beschouwde, voor hem in de bres moest springen. De toekenning van de prijs stelde Debussy in staat twee jaar in Rome te werken en te studeren. Dit overigens niet naar eigen genoegen, want het verblijf aldaar werd door 2 hem als een kwelling ervaren. Hij zei niet tegen het klimaat te kunnen, zich niet te interesseren voor de antieke kunst en zich regelrecht te ergeren aan de feesten die hij moest bijwonen. Hier schreef hij het orkeststuk Printemps, dat door de jury in Parijs werd weggehoond. De secretaris van de Académie schreef in zijn rapport dat het zeer wenselijk zou zijn als Debussy zich niet verloor in dit soort impressionisme, dat hij als een van de gevaarlijkste vijanden van kunstwerken beschouwde. Debussy was inmiddels bezig aan een derde werk, getiteld La Demoiselle élue, op een vertaalde tekst van Dante Gabriel Rossetti, maar voor hij het voltooid had was hij al uit Rome vertrokken, nog voor de twee jaren voorbij waren. De jury weigerde Printemps uit te voeren, waarop Debussy zich verzette tegen een uitvoering van La Demoiselle élue. Hiermee was de breuk tussen hem en de leiders van de Académie volkomen. Uitgebreide informatie over deze componist ga naar: http://nl.wikipedia.org/wiki/Claude_Debussy 6. Edvard Hagerup Grieg - 1843-1907 - Bergen - Noorwegen - 64 jaar - stijlperiode: Hoog en laat romantiek Noors componist en pianist uit de Romantiek. Door werken als het Pianoconcert in a mineur, de Lyrische Stukken voor piano, de Liederen en de Peer Gynt-suites geldt hij als de belangrijkste Noorse componist. Grieg werd ook wel "de Chopin van het Noorden" genoemd. Edvard Grieg[2] werd geboren op 15 juni 1843 in Bergen (Noorwegen). Hij zag het daglicht in een muzikale familie. Op 6-jarige leeftijd krijgt Grieg les van zijn moeder in piano en theorie. Zij was een strenge lerares, maar Grieg zal haar daarvoor later dankbaar zijn. Op tienjarige leeftijd leert hij voor het eerst volksmuziek kennen, wat grote invloed zal hebben op zijn latere leven. Zijn eerste werken waren toch vooral van Duitse aard, dit vooral omdat zijn moeder veel bewondering had voor componisten als Chopin, Weber en Mendelssohn. In latere tijd zal hij zich tegen deze Duitse werkwijze verzetten. Zijn eerste compositie Variaties op een Duitse melodie voor piano, schreef hij op twaalfjarige leeftijd. Hij nam het werk mee naar school, maar werd ervoor gestraft, en het manuscript werd verbrand. Grieg had geen prettige schoolperiode: hij spijbelde vaak en werd ook gepest. In 1858 leert Grieg de vioolvirtuoos Ole Bull kennen, die zijn familie weet te overtuigen hem aan het Conservatorium te Leipzig te laten studeren. Nog in oktober van dit jaar werd hij als student ingeschreven. Grieg zou er opgeleid worden tot een uitstekend pianist, maar toch nooit een virtuoze status bereiken. Zijn zwakke gezondheid was hier debet aan. In 1860 moest hij het conservatorium verlaten vanwege een ernstige vorm van pleuritis, waardoor zijn rechterlong zodanig aangetast raakte, dat deze niet meer functioneerde. Als gevolg hiervan had hij zijn leven lang ademhalingsproblemen.Het herstel nam de nodige tijd in beslag: pas na de zomer kon hij verder studeren. Toen hij in 1862 het conservatorium verliet, omdat hij het overbodig vond verder te studeren, sloot hij af met een concert waarbij hij zijn tekortkomingen leerde kennen. Bij deze gelegenheid speelde hij zijn opus 1: Vier stukken voor piano, waarvoor hij veel lof oogstte. Toen hij kennismaakte met Rikard Nordraak (1842-1866), die hem de basis toonde van de nationale muziek waarop hij kon voortbouwen, leerde hij zijn ware roeping kennen: een kunstenaarschap toegewijd aan de muziek van het Romantisch-Nationalisme. Grieg documenteerde zijn studie aan het Leipziger conservatorium in de vorm van drie omvangrijke notatieboeken, waarin zowel zijn ontwikkeling als student is gedocumenteerd als, in afgeleide vorm, de onderwijsmethodiek van deze eertijds beroemde muziekonderwijsinstelling. Uitgebreide informatie over deze componist ga naar: http://nl.wikipedia.org/wiki/Edvard_Grieg 7. Giuseppe Verdi - 1813 - Le Roncole - 1901- Milaan - 88 jaar - stijlperiode: Vroeg-hoog romantiek / eerste Weense school Verdi was een van de grootste componisten van Italiaanse opera's, waarvan hij er in totaal zesentwintig schreef. Zijn werk was tijdens zijn leven zeer geliefd en is dat nog steeds. Verdi werd eigenlijk alleen in zijn jeugd nog aangesproken met 'Giuseppe'. Al snel werd hij door zijn omgeving 'Verdi' genoemd, ook door zijn naasten. Toen zijn enorme muzikaliteit begon te blijken, kwam hier het respectvolle 'Maestro' bij. Alleen zijn vader is hem zijn hele leven Giuseppe blijven noemen. 'Fortunino' komt van het Italiaanse woord 'fortunato' (fortuinlijk) omdat zijn ouders - na 8 jaar huwelijk - blij verrast waren met de komst van hun eerste kind. Verdi is ook bekend als "de zwaan uit Busseto", waarschijnlijk door de houding die hij aannam tijdens het dirigeren. Verdi werd geboren in Le Roncole in het hertogdom Parma, toentertijd bezet door Napoleon. Zijn vader Carlo Verdi was herbergier en zijn moeder Luisa Ottini zijdespinster. Op tienjarige leeftijd kreeg de jonge Verdi een officiële aanstelling als organist van de kerk in Le Roncole. In 1824 verhuisde Verdi naar Busseto. Hij begon daar in eerste instantie aan een opleiding tot priester op een middelbare school onder leiding van Jezuïeten, maar toen al spoedig duidelijk werd dat muziek zijn ware roeping was, begon hij onder Maistro Ferdinando Provesi muziek te studeren. In Busseto woonde een welvarende winkelier met een grote passie voor muziek, zijn naam was Antonio Barezzi. Barezzi ontfermde zich zowel emotioneel als financieel over de jonge Verdi. Hij werd als een vader 3 voor hem, en zou zijn hele leven een goede vriend en begunstiger blijven. Daarbij werd hij ook werkelijk familie van Verdi, omdat deze in 1836 met zijn dochter Margherita trouwde. Op zijn 15de was hij de beste pianist van de provincie. Tussen zijn 13de en 18de jaar schreef Verdi honderden marsen en symfonieën voor kerken en academies en vijf of zes concerten met pianovariaties. Verder studeerde Verdi in die periode erg hard. Niet alleen op de muziek, maar hij bracht ook uren in de bibliotheek door en las daar alles wat hij tegenkwam Alfieri, Manzoni, Shakespeare maar vooral de Bijbel. Uitgebreide informatie over deze componist ga naar: http://nl.wikipedia.org/wiki/Giuseppe_Verdi 8. Karol Szymanowski - Tymoszówka - Oekraïne1882 – Lausanne CH 1937 - 55 jaar - stijlperiode: Laat romantiek / Impressionisme Pools componist. Hij werd geboren op het landgoed van zijn familie in Oekraïne, dat toen behoorde tot het koninkrijk Polen. Zijn vader, Stanislaw Korwin-Szymanowski, was een Poolse landeigenaar. Anna Taube, zijn moeder, was van Zweedse adel. Beiden hielden veel van kunst, en hun vijf kinderen kozen ook voor de kunst als beroep: musicus, dichter en schilder. Szymanowski's eerste muzikale onderricht kreeg hij van zijn vader; vervolgens kreeg hij verder onderwijs van Gustav Neuhaus, een familielid. Neuhaus had een school in Jelizavetgrad, het tegenwoordige Kirovohrad. Van 1901-1904 studeerde hij verder in Warschau, waar hij privélessen genoot bij Marek Zawirski voor harmonie en Zygmunt Noskowski voor contrapunt en compositie. In zijn eerste decennium als componist richtte Szymanowski in 1905, tezamen met de dirigent Grzegorz Fitelberg, de componist Ludomir Różycki en de pianist en componist Apolinary Szeluto de groep "Jong Polen" op, met als doel het publiceren en promoten van de nieuwe Poolse muziek in binnen- en buitenland. Gedurende de jaren 1907-1914 reisde hij kriskras door Europa en woonde en werkte hij in die periode afwisselend in Duitsland, Italië, Frankrijk en Engeland, waar hij sterk beïnvloed werd door de laatromantische stijl van Wagner, Strauss, Brahms en Reger en het impressionisme van Debussy en Skriabin. Van 1908-1909 werkte hij aan De mannenloterij, een operette in drie akten en in 1913 aan Hagith, een opera in een akte. Uitgebreide informatie over deze componist ga naar: http://nl.wikipedia.org/wiki/Karol_Szymanowski ----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- Bronnen: database: nl/wikipedia.org en nedmuziek.nl T.H. januari 2015