INHOUDSOPGAVE INLEIDING ............................................................................................................................. 3 1 CONTROLE EN AUDIT........................................................................................ 4 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5 1.6 Het begrip controle ........................................................................................... 4 Het begrip audit .................................................................................................. 4 Het begrip intern/extern ................................................................................ 4 Het begrip accounting ...................................................................................... 5 Financiële audit en operationele audit ..................................................... 5 Verschillen tussen financiële en operationele audit ........................... 6 2 INTERNE CONTROLESYSTEMEN ................................................................... 7 2.1 2.2 Interne controle volgens het IIA ................................................................ 7 Interne controle volgens COSO.................................................................... 7 3 DE ECONOMISCHE ROL VAN AUDITING ................................................... 8 3.1 3.2 Het aanbod van auditdiensten + de grote aanbieders....................... 8 Structuur van het aanbod ............................................................................... 8 4 HET INSTITUTIONEEL KADER VAN DE EXTERNE AUDIT ................... 9 4.1 4.2 4.3 1) 2) 4.4 4.5 Beroepsorganisatie ........................................................................................... 9 Opdracht leden van de beroepsorganisaties ........................................ 12 In de praktijk ..................................................................................................... 13 Verslag van de Commissaris ....................................................................................13 Verklaringen revisor .....................................................................................................14 Controlenormen ................................................................................................ 15 Enkele begrippen.............................................................................................. 15 5 INSTITUTIONEEL KADER VAN INTERNE AUDIT (IIA) ...................... 16 5.1 5.2 5.3 Hoe word je lid van het IIA? ....................................................................... 16 De rol ..................................................................................................................... 16 Opdrachten van de erkende interne auditors ...................................... 16 BESLUIT…. ........................................................................................................................... 17 LITERATUURLIJST ............................................................................................................ 18 3 INLEIDING In deze bundel geven we een inleiding tot controleleer of auditing. Auditing is een activiteit die regelmatig wordt uitgevoerd. Door middel van auditing is iemand in staat naar zijn eigen bestaan te kijken en om hem te laten inzien wat hij is en waar hij is. De controle of audit van ondernemingen wordt uitgevoerd door een auditor, iemand die getraind en gekwalificeerd is om mensen te helpen door middel van auditing. In hoofdstuk 1 worden de begrippen controle, audit, interne en externe audit en accounting uitgelegd. De verschillen en definities van financiële en operationele audit worden ook opgeklaard. De interne controle volgens het IIA en COSO verduidelijkt men in hoofdstuk 2. In hoofdstuk 3 beschrijft men de economische rol van auditing waardoor het aanbod van de auditdiensten heel belangrijk is. De structuur van het aanbod is ook een belangrijk element in deze economische rol. De beroepsorganisaties en de opdrachten van de leden van deze organisaties in het kader van de financiële audit worden uitgelegd in hoofdstuk 4. Er zullen enkele praktijkvoorbeelden zijn en de controlenormen opgesteld door het I.B.R en enkele begrippen zal men in dit hoofdstuk terugvinden. In het laatste hoofdstuk geeft men meer uitleg over het Institutioneel kader van de interne audit (IIA). 4 1 CONTROLE EN AUDIT 1.1 Het begrip controle Het begrip controle kan verschillende betekenissen hebben, afhankelijk in welke context het gebruikt wordt. Controleprocessen zijn van groot belang in de menselijke activiteiten, ze worden vanuit verschillende standpunten benaderd (individueel, organisatorisch of maatschappelijk). We kunnen twee belangrijke aspecten van controle onderscheiden: het verzamelen van informatie om activiteiten ordelijk te doen verlopen en/of bij te sturen om het doel te kunnen bereiken. het installeren van processen waardoor een systeem zijn intern gedrag aanpast als reactie op veranderingen in de externe omgeving. 1.2 Het begrip audit In het algemeen kunnen we zeggen dat ‘auditing’ een synoniem is van controle, en we kunnen dus ook vaststellen dan auditeren gelijk is aan controleren. Auditing heeft een tal van betekenissen, afhankelijk van wat het voorwerp van de audit of de controle is. Een van de meest algemene definities, geformuleerd door het Commitee on Basic Auditing van de American Accouting Association (AAA): Auditing is een stelselmatige procedure. De controle moet dus volgens een logische gestructureerde manier verlopen. Als eerste gaat men het bewijsmateriaal op een objectieve manier verzamelen en bestuderen. En dit gebeurt natuurlijk m.b.t. beweringen en feiten die gemaakt worden. Ook zal men de gelijkenissen tussen de geobserveerde realiteit en de vastgestelde criteria nagaan. Het doel van elke auditopdracht is dus het meedelen van de resultaten aan de belanghebbende. 1.3 Het begrip intern/extern Interne audit Interne audit behoort tot het internecontrolesysteem van de onderneming, d.w.z. controle door interne auditors die in dienst zijn in de onderneming. De interneauditfunctie is een onafhankelijke beoordelingsfunctie, opgericht om activiteiten van de onderneming te bestuderen en te evalueren als dienstverlening aan de gehele onderneming. Het doelstelling hiervan is dus het bijstaan van medewerkers van de onderneming bij de doeltreffende uitvoering van hun verantwoordelijkheden. Er wordt dus gebruik gemaakt van onderzoeken, analyses, evaluatiesn aanbevelingen, advies en informatieverstrekkingen. De interneauditfunctie evalueert of het internecontrolesysteem van de onderneming voldoende adequaat georganiseerd is. Door te controleren of de activa en de informatie voldoende beveiligd is. Doordat de wetten, andere regelgevingen en afgesloten contracten worden nageleefd. Dat de doelstellingen van de onderneming bereikt worden en dat het informatiesysteem voldoende betrouwbare, volledige en tijdige 5 financiële en beleidsinformatie aflevert. En ook natuurlijk dat de toevertrouwde middelen zo efficiënt mogelijk worden benut. Externe audit De externe audit behoort niet tot het internecontrolesysteem van de onderneming, d.w.z. controle door iemand die niet verbonden is met de onderneming. De doelstelling is het geven van een onafhankelijke deskundig oordeel over de betrouwbaarheid van de financiële staten en de naleving voor de bedrijfsleiding van het Wetboek van Vennootschappen en van de statuten. 1.4 Het begrip accounting Onder accounting wordt verstaan het proces waarbij economische informatie wordt verzameld, gerangschikt en samengevat met als doel financiële informatie te kunnen verlenen zodat deze gebruikt kunnen worden om beslissingen te kunnen nemen. Men maakt een onderscheid tussen: Financial accounting (algemeen boekhouden) Het algemeen boekhouden is vooral gefixeerd op het verstrekken van financiële informatie naar externe belanghebbende. Management accounting (beleidsboekhouden) Integenstelling tot het algemeen boekhouden, heeft het beleidsboekhouden tot doel financiële informatie te verstrekken voor intern gebruik door de ondernemingsleiding. Cost accounting (kostencalculatie) Kostencalculatie heeft als doel een inzicht te verkrijgen in de kosten van activiteiten en producten van de onderneming en dus ook zo de kostprijs van de voorraden te kunnen bepalen. Een meer verfijnde definitie van accounting of algemeen boekhouden: Het regelmatig en systematisch noteren van de gevolgen van genomen beslissingen en activiteiten, overeenkomstig boekhoudprincipes en boekhoudrecht. Periodiek leidt deze registratie tot een synthese, de jaarrekening genoemd. 1.5 Financiële audit en operationele audit Als men een financiële audit uitvoert, zal de auditor de jaarrekening verklaren. De ondernemingen die hun jaarrekening en commissarisverslag openbaar moeten maken, zullen de ondernemingen onderhevig zijn aan een financiële audit. De auditor zal de balans, de resultatenrekening en de toelichting beoordelen. Ten eerste zal hij nagaan of alle bezittingen, tegoeden en verhaalrechten voorkomen in de balans en nakijken of deze op een correcte manier werden ingedeeld en werden gewaardeerd. Hij zal ook beoordelen of alle schulden en verbintenissen voorkomen voor hun nog te betalen bedrag en tenslotte controleren of alle voorzieningen werden geboekt die de dekking van voorzienbare risico’s en van eventuele verliezen tot stand brengt. Ten tweede zal hij checken of alle te registreren verrichtingen van het boekjaar volledig, juist en op tijd zijn opgenomen in de resultatenrekening. Tenslotte zal men een kijkje nemen in de toelichting om te besluiten dat de vereiste informatie hierin is genoteerd. 6 Het doel van de financiële audit is om ervoor te zorgen dat men de resultaten van de jaarrekening kan vertrouwen zodat er een behoorlijke zekerheid bestaat. Als men een operationele audit uitvoert, zal de auditor beoordelen in welke graad het management zijn ondernemingsdoelstellingen heeft bereikt en in welke graad het management zijn verantwoordelijkheden is nagekomen. Het doel van de operationele audit is het geven van een kritische evaluatie voor de administratieve en accountingprocedures. Deze procedures worden gecontroleerd op basis van hun efficiënte en effectiviteit. De auditor zal eventuele aanbevelingen geven zodat de doelstellingen van de ondernemingen gerealiseerd worden tegen de laagste mogelijke kosten. 1.6 Verschillen tussen financiële en operationele audit (R. Dries, 2004) Verschillen Taak auditor Doel Financiële audit Operationele audit Verklaring jaarrekening + beoordelen van de balans, resultatenrekening en de toelichting Beoordeling graad van het bereiken van de doelstellingen + van het nakomen van de verantwoordelijkheden Het vertrouwen van de jaarrekening Het kritisch evalueren van de administratieve en accountingprocedures 7 2 INTERNE CONTROLESYSTEMEN 2.1 Interne controle volgens het IIA De interne controle omvat het organisatieplan om alle maatregelen en methodes die door een onderneming genomen worden om: de juistheid en betrouwbaarheid van de financiële en operationele informatie te vrijwaren; haar activa te beveiligen en fraude te voorkomen; de naleving van de ondernemingsdoelstellingen, procedures, wetgeving, reglementen en afgesloten contracten te bewerkstelligen; de efficiëntie van haar operaties te verzekeren; de vastgestelde ondernemingsdoelstellingen te bereiken en de opvolging van de beleidsbeslissingen te verzekeren. Tot deze maatregelen en methodes behoren: de de de de rechtstreekse supervisie door de hiërarchische meerderen; administratieve organisatie en de interne procedures; budgettering en de interne financiële en managementrapportering; interneauditfunctie. Dit geheel wordt het “interne controlesysteem van de onderneming (ICS) genoemd. 2.2 Interne controle volgens COSO Het COSO-rapport onderscheidt binnen het interne controlesysteem 5 componenten die nauw met elkaar verbonden zijn, maar ook in directe relatie met de interne controledoelstellingen staan. Deze zijn: - de controleomgeving de risicobeoordeling de controleprocedures informatie en communicatie controlebewaking (R. Dries, 2004) 8 3 DE ECONOMISCHE ROL VAN AUDITING 3.1 Het aanbod van auditdiensten + de grote aanbieders Interne auditdiensten worden uitgevoerd door interne auditoren die werknemers zijn van de onderneming. Het aanbod van de externe auditdiensten gebeurt in België zowel door grote internationale auditkantoren (= big 4) als door middelgrote (nationale) auditkantoren en eenmansrevisorenkantoren. Studies van het auditaanbod in België tonen aan dat het marktaandeel van de big 4 kantoren zeker 50% bedraagt. Het aanbod en de productie van externe auditdiensten is gereguleerd. Een wettelijke controle van de jaarrekening moet verplicht uitgevoerd worden door een commissaris die lid is van het Instituut der bedrijfsrevisoren. Bij de uitvoering van de externe audit moet de bedrijfsrevisor de controlenormen naleven. Revisoren zijn verplicht om voortgezette opleidingen te volgen en zijn onderworpen aan een deontologische code. Ze zijn ook burgerlijk aansprakelijk voor de schade die geleden is door gebruikers van geauditeerde jaarrekeningen. 3.2 Structuur van het aanbod Het aanbod van de auditdiensten gebeurt in België zowel door de grote internationalen ( Big Four) auditkantoren, als door middelgrote ( nationale ) auditkantoren en eenmansrevisorenkantoren. Studies van het auditaanbod in België tonen aan dat het marktaandeel van de big fourkantoren zeker 50% bedraagt. In andere landen is deze concentratie veel groter . ( bv in Amerika, 90%). De lagere concentratie van het auditaanbod in België kan onder meer verklaard worden door de grootte van de Belgische bedrijven die bij wet verplicht worden een externe auditor aan te stellen. Verder is het zo dat de auditmarkt een gesegmenteerde markt is, wat wil zeggen dat de grootste auditkantoren de grootste ondernemingen auditeren en de kleinste kantoren de kleinere klanten voor hun rekening nemen. Omdat er in België heel wat kleinere “grote ondernemingen “ zijn , is bijgevolg de concentratieratio aanzienlijk kleiner dan in andere landen. (R. Dries, 2004) 9 4 HET INSTITUTIONEEL KADER VAN DE EXTERNE AUDIT 4.1 Beroepsorganisatie Er bestaan drie beroepsorganisaties in België m.b.t. het accountantsberoep: 1) Het Instituut der Bedrijfsrevisoren (IBR) 2) Instituut der Accountants en Belastingconsulenten (IAB) 3) Beroepsinstituut voor Boekhouders en Fiscalisten (BIBF) De taak en het nut van elk van deze organisaties: 1) Het Instituut der Bedrijfsrevisoren De hoofdtaak van de bedrijfsrevisor is het uitvoeren van alle opdrachten die bij of krachtens de wet aan de bedrijfsrevisor uitsluitend zijn toevertrouwd en op algemene wijze alle controleopdrachten te vervullen m.b.t. boekhoudkundige staten van ondernemingen verricht met toepassingen en krachtens de wet. De meest voor de hand liggende opdracht is die van commissaris. Bedrijfsrevisoren mogen naast de wettelijke opdrachten ook nog andere taken uitoefenen zoals non-auditdiensten verenigbaar met de onafhankelijkheid van de commissaris en non-auditdiensten onverenigbaar met de onafhankelijkheid van de commissaris. Heeft ten doel te waken over de opleiding en te voorzien in de bestendige organisatie van een corps specialisten die bekwaam zijn de functie van bedrijfsrevisor te vervullen met alle vereiste waarborgen inzake bevoegdheid, onafhankelijkheid en beroepseerlijkheid. 2) Instituut der Accountants en Belastingconsulenten De bevoegdheden van de accountant: 1) het controleren en verbeteren van alle boekhoudstukken; 2) expertise op vlak van de boekhoudkundige organisatie van ondernemingen, evenals de analyse volgens boekhoudmethodes van de toestand en de werking van ondernemingen vanuit het oogpunt van kun kredietwaardigheid, hun rendabiliteit en risico’s; 3) de organisatie van de boekhoudingsdiensten en van de administratieve diensten van ondernemingen, evenals het adviseren over boekhoudkundige en administratieve organisatie van ondernemingen; 4) de organisatie en het voeren van de boekhouding van derden; 5) het verstrekken van advies in belastingszaken voor zover dit niet geschiedt als hoofdwerkzaamheid. De accountant is alsook bevoegd om een vennoot te vertegenwoordigen in zijn individueel controlerecht. Verder is hij ook bevoegd om bepaalde zaken uit te oefenen die gewoonlijk voorbehouden zijn aan de bedrijfsrevisor. Hiermee bedoelen ze dus in 10 vennootschappen waarin geen commissaris werd aangewezen is de accountant bevoegd een verslag opstellen in geval van bepaalde zaken. 3) Beroepsinstituut voor Boekhouders en Fiscalisten Een belangrijke taak is dat de Hoge Raad het maatschappelijk verkeer vertegenwoordigt. Onder meer heeft hij als taak adviezen of aanbevelingen te verlenen aan de regering, het IBR of het IAB om er dus toe bij te dragen dat het algemeen belang in acht wordt genomen bij de uitoefening van de wettelijke controleopdrachten door bedrijfsrevisoren of accountants. Hoe lid worden van deze organisaties? 1) Het Instituut der Bedrijfsrevisoren Iedere natuurlijke persoon die erom verzoekt en aan de volgende eisen voldoet kan lid worden van het Instituut der Bedrijfsrevisoren: 1) Belg zijn of zijn woonplaats hebben in België. 2) Tenminste 25 jaar en ten hoogste 65 jaar oud zijn. 3) Niet beroofd geweest zijn van de burgerlijke en politieke rechten, niet in staat van faillissement verklaard geweest zijn zonder eerherstel te hebben bekomen en zelfs geen voorwaardelijke gevangenisstraf van ten minste drie maanden hebben opgelopen… 4) In het bezit zijn van een Belgisch Universitair diploma of van een Belgische Diploma van hoger onderwijs van universitair niveau, afgegeven na minstens vier studiejaren, met betrekking tot door de koning te bepalen disciplines… De in het buitenland afgegeven diploma’s in dezelfde disciplines worden aanvaard mits hun gelijkwaardigheid vooraf door de bevoegde Belgische overheid werd erkend… 5) De bij het stagereglement ingerichte stage te hebben beëindigd en geslaagd te zijn voor een bekwaamheidsexamen waarvoor de koning het programma en de voorwaarden bepaalt. De personen die de hoedanigheid bezitten van accountant, evenals de personen met vreemde nationaliteit die in het buitenland een hoedanigheid beziiten die gelijkwaardig is met deze bedrijfsrevisor, worden de door de koning vastgestelde voorwaarden geheel of gedeeltelijk vrijgesteld van stage. 6) Bij de inschrijving op de lijst van het Instituut voor de rechtband van koophandel van zijn woonplaats de volgende eed afleggen: “Ik zweer trouw aan de koning, gehoorzaamheid aan de Grondwet en aan de wetten van het Belgisch volk, en ik zweer de opdrachten die mij als bedrijfsrevisor zullen worden toevertrouwd, in eer en geweten getrouw te vervullen…” 2) Instituut der Accountants en Belastingconsulenten Om lid te kunnen worden gelden dezelfde vereisten als bij het Instituut der Bedrijfsrevisoren. (R. Dries, 2004) 3) Beroepsinstituut voor Boekhouders en Fiscalisten Om lid te kunnen worden moeten ze voldoen aan volgende voorwaarden: 1) deelnemen aan het toelatingsexamen rekening houdend met eventuele vrijstellingen op basis van het diploma (art. 3, § 6 van het KB van 8 april 2003); 11 2) de verplichtingen bepaald in art. 36 tot 39 van het KB van 8 april 2003 naleven (het reglement van het IAB respecteren, 1000 uur permanente vorming per jaar volgen, aanwezig zijn op seminaries, deelnemen aan de tussentijdse proeven, stagedagboek bijhouden); 3) een scriptie einde stage indienen binnen de toegekende termijn en deelnemen aan het bekwaamheidsexamen. (Al lid van het BIBF?) De gelijkenissen en de verschillen tussen de organisaties: Naar gelijkaardigheid van de werkstructuren van het Instituut der Bedrijfsrevisoren, omvatten de werkstructuren van het Instituut der Accountants en Belastingsconsulenten een Algemene Vergadering, een Raad en een uitvoerend comité, een stagecommissie, een orgaan dat toezicht uitoefent op de beroepsuitoefening van de leden en tuchtorganen. Ook de niet-permanente wettelijk opdrachten zijn voor het Instituut der Bedrijfsrevisoren en voor het Instituut der Accountants en Belastingsconsulenten zijn bijna allemaal gelijkaardig. Volgende opdrachten zijn voor beide instituten gelijkaardig: Fusies en splitsingen, omzetting, vereffening, opheffing of beperking voorkeurrecht, uitgifte onder fractiewaarde, enz. Enkel de inbreng in natura en quasi-inbreng is van toepassing voor het Instituut der Bedrijfsrevisoren. Het Instituut der Bedrijfsrevisoren voert voornamelijk alle opdrachten uit die uitsluitend aan hen toevertrouwd zijn. Het Instituut der Accountants en Belastingsconsulenten houden zich vooral bezig met de controle van de organisatie en het bijsturen ervan. Het Beroepsinstituut voor Boekhouders en Fiscalisten geeft adviezen of aanbevelingen. (R. Dries, 2004) 12 4.2 Opdracht leden van de beroepsorganisaties (R. Dries, 2004) Opdrachten IBR IAB BIBF (Beroepsinstituut voor boekhouders en fiscalisten) (Instituut der Bedrijfsrevisoren) (Instituut der Accountants en Belastingconsulenten) De audit van de jaarrekening Het verifiëren en corrigeren van alle boekhoudstukken Het nader uitwerken, aanpassen en vervolledigen van de voorschriften inzake plichtenleer De onderneming met raad en daad bijstaan: het analyseren van het interne beheerssysteem van de vennootschap, oog hebben voor een adequaat budgetterings- en rapporteringssystee m. De organisatie van de boekhoudingsdiensten en administratieve diensten van ondernemingen + adviseren over boekhoudkundige en administratieve organisatie Erop toezien dat de voorwaarden inzake de toegang tot het beroep gerespecteerd worden en zonodig overtredingen bij de gerechtelijke overheid aanklagen De milieu-audit, begeleiding bij het ontwikkelen van geautomatiseerde informatiesystemen, … De organisatie en het voeren van de boekhouding van derden Maatregelen nemen inzake beroepsvervolmaking en bijscholing van de leden De verstrekking van advies in belastingzaken De lijst van de stagemeesters opmaken en bijhouden De voorwaarden bepalen om de titel van “erkend boekhouder” te mogen dragen Het opstellen van het stagereglement 13 4.3 1) In de praktijk Verslag van de Commissaris Over het boekjaar afgesloten op 31 december 2008 gericht tot de algemene vergadering van aandeelhouders Aan de aandeelhouders Overeenkomstig de wettelijke en statutaire bepalingen brengen wij u verslag uit in het kader van het mandaat van commissaris dat ons werd toevertrouwd. Dit verslag omvat ons oordeel over de jaarrekening evenals de vereiste bijkomende vermeldingen en inlichtingen. Verklaring over de jaarrekening zonder voorbehoud Wij hebben de controle uitgevoerd van de jaarrekening van Solvac NV over het boekjaar afgesloten op 31 december 2008, opgesteld op basis van het in België van toepassing zijnde boekhoudkundig referentiestelsel, met een balanstotaal van 2.224.883 (000) EUR en waarvan de resultatenrekening afsluit met een winst van het boekjaar van 141.504 (000) EUR. Het opstellen van de jaarrekening valt onder de verantwoordelijkheid van de raad van bestuur. Deze verantwoordelijkheid omvat onder meer: het ontwerpen, implementeren en in stand houden van een interne controle met betrekking tot het opstellen en de getrouwe weergave van de jaarrekening zodat deze geen afwijkingen van materieel belang, als gevolg van fraude of van fouten, bevat; het kiezen en toepassen van geschikte waarderingsregels; en het maken van boekhoudkundige ramingen die onder de gegeven omstandigheden redelijk zijn. Het is onze verantwoordelijkheid een oordeel over deze jaarrekening tot uitdrukking te brengen op basis van onze controle. Wij hebben onze controle uitgevoerd overeenkomstig de wettelijke bepalingen en volgens de in België geldende controlenormen, zoals uitgevaardigd door het Instituut der Bedrijfsrevisoren. Deze controlenormen vereisen dat onze controle zo wordt georganiseerd en uitgevoerd dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat. Overeenkomstig deze controlenormen, hebben wij controlewerkzaamheden uitgevoerd ter verkrijging van controle-informatie over de in de jaarrekening opgenomen bedragen en toelichtingen. De selectie van deze controlewerkzaamheden is afhankelijk van onze beoordeling welke een inschatting omvat van het risico dat de jaarrekening afwijkingen van materieel belang bevat als gevolg van fraude of van fouten. Bij het maken van onze risico-inschatting houden wij rekening met de bestaande interne controle van de vennootschap met betrekking tot het opstellen en de getrouwe weergave van de jaarrekening ten einde in de gegeven omstandigheden de gepaste werkzaamheden te bepalen maar niet om een oordeel over de effectiviteit van de interne controle van de vennootschap te geven. Wij hebben tevens de gegrondheid van de waarderingsregels, de redelijkheid van de boekhoudkundige ramingen gemaakt door de vennootschap, alsook de voorstelling van de jaarrekening als geheel beoordeeld. Ten slotte, hebben wij van de raad van bestuur en van de verantwoordelijken van de vennootschap de 14 voor onze controlewerkzaamheden vereiste ophelderingen en inlichtingen verkregen. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie een redelijke basis vormt voor het uitbrengen van ons oordeel. Naar ons oordeel geeft de jaarrekening afgesloten op 31 december 2008 een getrouw beeld van het vermogen, de financiële toestand en de resultaten van de vennootschap, in overeenstemming met het in België van toepassing zijnde boekhoudkundig referentiestelsel. Bijkomende opmerkingen en inlichtingen Het opstellen en de inhoud van het jaarverslag, alsook het naleven door de vennootschap van het Wetboek van Vennootschappen en van de statuten, vallen onder de verantwoordelijkheid van de raad van bestuur. Het is onze verantwoordelijkheid om in ons verslag de volgende bijkomende vermeldingen en inlichtingen op te nemen die niet van aard zijn om de draagwijdte van onze verklaring over de jaarrekening te wijzigen: Het jaarverslag behandelt de door de wet vereiste inlichtingen en stemt overeen met de jaarrekening. Wij kunnen ons echter niet uitspreken over de beschrijving van de voornaamste risico’s en onzekerheden waarmee de vennootschap wordt geconfronteerd, alsook van haar positie, haar voorzienbare evolutie of de aanmerkelijke invloed van bepaalde feiten op haar toekomstige ontwikkeling. Wij kunnen evenwel bevestigen dat de verstrekte gegevens geen onmiskenbare inconsistenties vertonen met de informatie waarover wij beschikken in het kader van ons mandaat. Onverminderd formele aspecten van ondergeschikt belang, werd de boekhouding gevoerd overeenkomstig de in België van toepassing zijnde wettelijke en bestuursrechtelijke voorschriften. Wij dienen u geen verrichtingen of beslissingen mede te delen die in overtreding met de statuten of het Wetboek van vennootschappen zijn gedaan of genomen. De verwerking van het resultaat die aan de algemene vergadering wordt voorgesteld, stemt overeen met de wettelijke en statutaire bepalingen. Tijdens het boekjaar werden twee interim dividenden uitgekeerd waarover wij de hierbijgaande verslagen hebben opgesteld, overeenkomstig de wettelijke vereisten. (Verslag van de commissaris, 6 maart 2009) 2) Verklaringen revisor Traditioneel onderscheidde men vier soorten verklaringen over de statutaire en de geconsolideerde jaarrekening: de verklaring zonder voorbehoud, de verklaring met voorbehoud, de afkeurende en de onthoudende verklaring. Sinds december 1997 laten de algemene controlenormen ook toe dat de bedrijfsrevisor zijn verklaring zonder voorbehoud en zijn verklaring met voorbehoud aanvult met een toelichtende paragraaf. (Verklaring over jaarrekening, sd) 15 4.4 Controlenormen Wat zijn de controlenormen opgesteld door het IBR? Elke verklaring van de bedrijfsrevisor vloeit voort uit de mening die hij zich gevormd heeft op grond van doelgericht en nauwgezet uitgevoerde controlewerkzaamheden. De bedrijfsrevisor brengt zijn beroepsmatige beoordeling uit in een geest van volledige onafhankelijkheid. Hij zal zich onthouden van alles wat aan deze onafhankelijkheid enige afbreuk kan doen. Het doel van de controle is het tot uitdrukking brengen van een deskundig oordeel (verklaring) over de financiële staten van een onderneming. Wanneer deze controle door de wet wordt opgelegd zal de verklaring van de bedrijfsrevisor betrekking hebben op de door de wet vereiste elementen. De bedrijfsrevisor bepaalt de omvang van de controle met inachtneming van de doeleinden vastgelegd in de wet of de reglementen. In principe zal de controle volkomen zijn, d.w.z. dat zij alle belangrijke aspecten van de jaarrekening zal belichten die van belang zijn voor het opstellen van de financiële staten. Wanneer het echter om een andere boekhoudtoestand gaat, die niet overeenkomstig de wet moet onderworpen worden aan een volkomen controle met het oog op een verklaring over het getrouwe beeld, kan een beperkt nazicht aanvaardbaar zijn op voorwaarde dat dit duidelijk in het verslag vermeld wordt. (R. Dries, 2004) 4.5 Enkele begrippen Inbreng in natura en Quasi-inbreng Wanneer bij oprichting van een vennootschap het kapitaal gevormd wordt op een andere manier dan door geld, spreekt men van een inbreng in natura. Wanneer er onmiddellijk na oprichting (door geld) een aankoop gebeurt van goederen (andere dan loutere handelsgoederen) bij de oprichters, vennoten of zaakvoerders, spreekt men van een quasi-inbreng. Interimdividend Dit is een dividend dat wordt uitgekeerd tijdens het lopende jaar vóór de goedkeuring van de balans. Het is een soort voorsschot op het defitieve dividend. Ondernemingsraad De ondernemingsraad is een overlegorgaan op ondernemingsvlak. Hij wordt samengesteld uit evenveel werkgevers- als werknemersafgevaardigden. De ondernemingsraad moet worden betrokken bij het sociaal, economisch en financieel beleid van de onderneming. Hunbevoegdheden vind men terug in wetsartikel (Wet OR, art. 15). (R. Dries, 2004) 16 5 INSTITUTIONEEL KADER VAN INTERNE AUDIT (IIA) 5.1 Hoe word je lid van het IIA? Men kan lid worden door jaarlijks een bijdrage te betalen. Gewone leden kunnen voor een levenslang lidmaatschap aan te vragen 15 x de bijdrage voor het gewone lidmaatschap betalen. Van elk lid wordt verwacht dat hij de “ Standars for the Professional Practice of Internal Auditing”, de “ Statement of Responsibilities of Internal Auditing” en de “Code of Ethics” naleeft. Men kan ook een bekwaamheidsexamen afleggen, na vervulling van enkele voorwaarden krijg men dan het cerfiticaat van “Certified Internal Auditor”. Jaarlijks wordt er ook een CIA-examen georganiseerd. Het bestaat uit 4 delen en elk deel bestaat uit 80 meerkeuzevragen ( in het engels) 5.2 De rol De IIA ondersteund de professionele ontwikkeling van de auditors en van het beroep Ondermeer door: 5.3 Het samenstellen van een gedragscode de zogenaamde code of ethics Het organiseren van programma’s en seminaries voor de permanente vorming Ze zorgen ook voor een tijdschrift en boeken voor auditors Een norm vastleggen voor de algemene kennis van het auditberoep De organisatie van een bekwaamheidsexamen Ontwikkeling van auditnormen Controle op de kwaliteit van auditwerk Opdrachten van de erkende interne auditors Voor 1998 was de interne auditfunctie een onafhankelijke beoordelingsfunctie, met als opdracht de studie en evaluatie van de internecontrolesystemen. Na 1998 werd de klemtoon van hun opdrachten verlegt van enkel studie en evaluatie naar consulting voor het management , evaluatie van risk management en de controle op dit alles. Omdat men vond dat interne audit dynamisch en innovatief moet kunnen inspelen op de wijzigende omgeving. 17 BESLUIT…. We zouden in het kort kunnen samenvatten dan het begrip controle gelijk is aan audit. Bij het bespreken van het begrip audit, was er ook sprake interne en externe audit. Interne audit houdt in dat de onderneming gecontroleerd wordt door interne auditors die in dienst zijn in de onderneming zelf. Externe audit daarentegen betekent dat de controle gebeurt door iemand die geen enkel verband heeft met de onderneming. Ook het begrip accounting hebben we besproken en merkten we dat er drie vormen van accounting bestaan. De eerste vorm is de financial accounting beter gekend als het algemeen boekhouden. Een tweede vorm is het management accounting en de laatste vorm is cost accounting. De audit kan zowel financieel als operationeel uitgevoerd worden. Er is duidelijk een verschil tussen deze twee vormen. Men spreekt van een financiële audit als de auditor de jaarrekening gaat herzien. Bij de operationele audit, zal de auditor beoordelen welke graad de onderneming heeft bereik in het management en gaat ook na of de onderneming zijn doelstellingen heeft gerealiseerd. De interne controlesystemen kunnen benaderd worden volgens het IIA of volgens het COSO. Auditing kan ook benaderd worden vanuit economisch perspectief. We kunnen vaststellen dat het auditaanbod in België aantonen dat het marktaandeel van de auditkantoren 50% bedraagt. De lagere concentratie ten opzichte van andere landen is te wijten aan de wet dat de bedrijven verplicht om ook een externe auditor aan te stellen. Er bestaan drie soorten externeautitberoep in België: Het Instituut der Bedrijfsrevisoren, het Instituut der Accountants en Belastingconculenten en het Beroepsinstituut voor Boekhouders en Fiscalisten. Elk van deze organisaties hebben hun eigen taak en nut. Men kan niet zomaar lid worden, men moet hiervoor wel degelijk aan enkele vereisten voldoen. We hebben ook de controlenormen opgesteld door het Instituut der Bedrijfsrevisoren besproken en nog enkele andere begrippen zoals inbreng in natura, quasi-inbreng, interimdividend en ondernemingsgraad. Bij het institutioneel kader van interne audit hebben we ook besproken hoe je lid kan worden van het Institute of International Auditors en de rol ervan. Als laatste hebben we ook nog de opdrachten van erkende auditors besproken. 18 LITERATUURLIJST Al lid van het BIBF? (sd). Opgeroepen op 21 februari 2011, van iec-iab: http://www.ieciab.be/nl/het-beroep/toegang-beroep/lid-IBR/Pages/lid-bibf.aspx R. Dries, L. V. (2004). Handboek auditing. Antwerpen-New York-Oxford: Intersentia. Verklaring over jaarrekening. (sd). Opgeroepen op 19 februari 2011, van ibr-ire: http://www.ibrire.be/ned/periodiekeberichten/berichten98073.aspx Verslag van de commissaris. (6 maart 2009). Opgeroepen op 19 februari 2011, van Solvac: http://www.solvac.be/rapportsannuels/rapportcommissairesolvac/0,,36546-3-0,00.htm