Landelijk opleidingsplan Huisartsgeneeskunde

advertisement
Landelijk opleidingsplan
Huisartsgeneeskunde
Kenmerkende Beroepsactiviteiten
(KBA’s)
Waarom dit landelijk plan?
• Overeenstemming over de doelen van de
huisartsopleiding en het maken van keuzes
• Ondersteuning bij het leren in de praktijk
• Mogelijkheid tot sturen van het leren
Onderscheid tussen leeractiviteiten:
1. ‘just by doing’, ervaringen in de dagelijkse
praktijk
2. activiteiten die meer gerichte
aandacht/scholing nodig hebben (de KBA’s).
Keuze voor 10 thema’s
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
Korte episode zorg
Spoedeisende zorg
Chronische zorg
Zorg voor ouderen met complexe aandoeningen
Zorg voor het kind
Zorg voor patiënten met psychische klachten en
aandoeningen
Zorg voor patiënten met SOLK
Palliatieve en terminale zorg
Preventie
Praktijkmanagement
Thema’s gebaseerd op
- De belangrijke onderdelen van de
huisartsgeneeskunde
- ‘De huisarts van de toekomst’
- Complexe activiteiten waarbij gerichte
aandacht/scholing nodig is
Per thema: kenmerkende
beroepsactiviteiten (KBA’s)
• Voor elk thema is uitgewerkt welke
beroepsactiviteiten kenmerkend zijn voor dit
thema
• De KBA’s beschrijven het handelen dat van de
aios verwacht wordt.
Een voorbeeld
Thema: Palliatieve en terminale zorg
uitgewerkt in KBA’s
De aios:
1. Voert een gesprek over het naderend levenseinde.
2. Past beleid aan op basis van de fase waarin de patiënt in de
palliatieve fase verkeert: in het bijzonder de overgang van curatieve fase naar de
palliatieve fase en de stervensfase.
3. Behandelt de specifieke problemen in de palliatieve/terminale fase.
4. Anticipeert op de vaak complexe problemen en klachten tijdens de palliatieve fase/
terminale zorg.
5. Organiseert de palliatieve en terminale zorg, stuurt andere zorgverleners aan en is
aanspreekpunt voor de patiënt en zijn omgeving.
6. Verleent zorg aan naasten.
7. Begeleidt een patiënt en diens naasten bij het verlies (rouwverwerking).
8. Voert de wens tot palliatieve sedatie uit.
9. Voert de wens tot euthanasie uit of draagt deze over in geval van persoonlijke
gewetensbezwaren.
10. Levert persoonlijke continuïteit van zorgverlening.
Concreet gedrag
KBA 1.
voert een gesprek over het naderend
levenseinde
Omschrijving:
•
•
•
•
Bespreekt bij verandering van de prognose de consequenties, bijvoorbeeld: iemand met
hartfalen, wel of niet reanimeren, of nog naar het ziekenhuis. Bij oncologische patiënten, wel
of niet nog een palliatieve chemokuur;
Schenkt aandacht aan de met sterven samenhangende psychische, emotionele of sociale
problemen
Neemt voldoende tijd, biedt ondersteuning en geeft ruimte , anticipeert op de
toekomst;
Komt met patiënt en naasten, eventueel in een drie- gesprek, tot medische beslissingen,
bijvoorbeeld over het staken van de behandeling of inzetten palliatieve sedatie en of
euthanasie;
Respecteert het zelfbeschikkingsrecht van de patiënt met betrekking tot het naderende
levenseinde, rekening houdend met autonomie, zingevingsvraagstukken en existentieel
lijden.
Competenties: medisch handelen, communicatie, maatschappelijk handelen
professionaliteit
Hoe gebruiken?
Als onderlegger bij het leren in de
opleidingspraktijk in gesprek met de opleider
Als leidraad bij het onderwijs
‘Welke KBA’s beheers ik al?’
‘Met welke ben ik nog weinig in aanraking gekomen?’
‘Hoe kan ik zorgen dat ik hier ervaring mee opdoe of feedback op krijg?’
Toetsing
• KBA’s als onderlegger bij het invullen van de
ComBel
• vullen portfolio
Meer informatie?
Alle uitgewerkte KBA’s zijn te vinden op de site
van de Huisartsopleiding nederland
www.huisartsopleiding.nl
(Onderwijs; landelijk opleidingsplan)
Download