Feedback Melissa Bremmer opleiding Docent muziek en master Kunsteducatie Bijeenkomst toetsen – AHK Overzicht • Onderzoek over het geven en ontvangen van feedback • Hoe elementen van die theorie zijn toegepast in de module ‘Paper schrijven’ en het schrijven van een eindexamen paper Verschil formatief en summatief Summatief: om te bepalen of iemand gezakt/geslaagd aan het einde van het onderwijs: ‘Toetsen als ‘terugblik’ Formatief: het gaat om feedback gedurende het onderwijs, om het leerproces inzichtelijk te maken, te ondersteunen en bij te kunnen sturen: Toetsen is ‘diagnostisch’ en gericht op de toekomst “brief tests used by teachers and students as aids in the learning process” (Bloom, 1969, p. 48) focus van presentatie Theorie over feedback 1. Het boek “Visible learning and the science of how we learn” door Hattie en Yates (2014); “evidence-based” teaching and learning 2. Meta-analyse van onderwijskundigen Hattie en Timperly (2007) “The power of feedback” over wat feedback oplevert ten opzichte van het leerproces 3. Reviewstudie naar effectieve kenmerken van formatief toetsen “Toetsen met leerwaarde” door Sluijsmans, Joosten-ten Brinke & Van der Vleuten (2013) Boerenverstand ‘feedback is belangrijk’ maar er is relatief weinig onderzoek naar het effect van feedback Effectieve feedback Uit een meta-analyse van 196 studies (Hattie & Yates, 2014) komt naar voren dat het geven van feedback een groot effect kan hebben op de leerresultaten maar: leerresultaten stijgen alleen door bepaalde vormen van feedback – en niet door iedere vorm van feedback • Effect van feedback bekeken vanuit twee perspectieven: de gever en de ontvanger Is feedback effectief ? Feedback is effectief als het ontvangen wordt (Hattie & Yates, 2014; Sluijsman et al, 2013). Maar: - teveel kan leiden tot cognitieve overbelasting; ontvanger kan minder belangrijke punten eruit halen die een snel resultaat opleveren (spelfouten ipv argumentatie van een stuk) - studenten beschouwen negatieve feedback als oneerlijk (accepteren dat vaak niet) als ze het gevoel hebben dat ze slecht les hebben gekregen - Feedback wordt wel ontvangen als het meteen leidt tot de verbetering van het werk (“ok, daar kan ik wat mee!”) Is feedback effectief ? Het geven van feedback is het minst effectief (Hattie & Yates, 2014; Sluijsman et al, 2013): - in de vorm van lof “dit ziet er goed uit! Prima!” (zegt te weinig over de taak die uitgevoerd wordt en motiveert studenten niet om verder te werken aan een onderdeel) - in de vorm van “harde kritiek”: student kan zich afsluiten voor feed-back – ook al heeft deze waarde - wanneer het klassikaal gegeven wordt (“dit gaat niet over mij”) - als een beoordeling (cijfer) al gegeven is, wordt feedback nauwelijks gelezen, het komt te laat Wanneer lijkt feedback het meest effectief ? Feedback: helpt het verschil overbruggen tussen het niveau van de student en het gewenste niveau de module Hattie & Yates (2014) spreken over: ‘Closing the learning gap’ door middel van feedback Voordeel van feedback: geeft student gevoel van controle over eigen leerproces; kan leiden tot actievere betrokkenheid en motivatie (Sluijsmans et al, 2013) Drie momenten van feedback Wanneer en hoe geef je feedback? Uit de meta-analyse komt naar voren dat deze vormen van feedback samen de leerresultaten verhogen: 1. Feed-up begin les: where am I going? 2. Feed-back gedurende de les: how am I going? 3. Feed-forward gedurende de les: where to now? Het is een geplande vorm van feedback (Sluijsmans et al, 2013) Stap 1: Feed-up Feed-up: de doelen én beoordelingscriteria (“succescriteria) zijn duidelijk voor de studenten in de eerste les van een module Specifieke doelen en beoordelings criteria “are more effective than general or nonspecific ones, primarily because they focus students’ attention, and feedback can be more directed” (Hattie & Timperley, 2007, p. 86). Onderzoek (Hattie & Yates, 2014) laat zien dat studenten: • meer open staan voor feedback omdat ze weten om welke doelen het gaat en waar het leren om draait • vinden het motiverend als zij zien dat zij doelen halen Stap 1: Feed-up Doelen waar deels ruimte is voor eigen inbreng, werken motiverender (bijv. eigen onderwerp kiezen) Maar ook: “Goals are more effective when students share a commitment to attaining them, because they are more likely to seek and receive feedback” (Locke & Latham, 1990). Pleit – waar mogelijk - voor mee ontwerpen van beoordelingscriteria omdat studenten meer geneigd zijn om feedback te vragen Stap 2: Feed-back Feed-back is effectief als het gerelateerd is aan doelen van de module • Student: “Kan je het even lezen? Is het goed zo?” niet ‘random’ tips en tops, maar beoordelingscriteria als leidraad erbij halen • Studenten stimuleren om te verwoorden waar de feed-back een antwoord op moet zijn of waar je als docent bij moet helpen zodat feed-back wordt ontvangen.Vragen: • Loop je op bepaalde onderdelen van de opdracht vast? Waar en hoe? Wat begrijp je niet? • Heb je vragen over bepaalde onderdelen van de opdracht/over je werk? Stap 2: Feed-back Alternatief, bijv bij grote groepen is “peer-assessment”: • Studenten geven feed-back op het werk van elkaar adhv de beoordelingscriteria Voordeel (Sluijsman et al, 2013): • Student ziet vaak makkelijker bij een ander wat goed of fout gaat • Studenten leren beoordelingscriteria kennen (“succes criteria” van de module) • Er vindt wederzijds overleg plaats over het werk en studenten corrigeren in hun eigen taal Stap 3: Feed-forward Laatste vraag is: wat kan je ondernemen om nog beter je doel halen Vragen zoals: • Hoe wil je het nu verder gaan aanpakken? • Waar moet je nog verder aan werken? • Heb je genoeg informatie om door te kunnen? Rol docent in deze fase: “pointing to directions students could pursue, and/or indicating alternative strategies to understand particular information” (Hattie & Timplerley, 2007, p. 82). Rubrics en feedback Rubrics; leent zich er goed voor om de theorie over feedback toe te passen: • Geeft docent een raamwerk voor beoordeling en doelen om met studenten te bespreken aan het begin van de lessen (feedup) • Raamwerk is ook geschikt om aan leren te koppelen (feedback); leent zich bijv voor peer-assessment • Docent kan student vertellen (of studenten aan elkaar) welk niveau van beheersing is behaald en naar welk niveau gestreefd moet worden (de learning ‘gap’), en wat daarvoor ondernomen moet worden (feed-forward) Voordelen rubrics • De student kan meer autonomie krijgen omdat hij/zij weet wat de doelen zijn en zichzelf leert te “beoordelen” adhv de rubrics ipv zich naar de docent te richten “wat vind jij ervan?” • Studenten maken zich niet alleen afhankelijk van het oordeel van de docent (Sluijstermans et al, 2013) • De student leert adhv rubrics door de evaluatieve bril van een “professional” te kijken en wordt daarmee ingevoerd in de kijkwijze van een professional