Speltheorie Krzysztof Apt CWI & Universiteit van Amsterdam Speltheorie – p.1/13 Basis Classificatie van Spellen I Spellen met alternerende zetten (schaken, dammen, . . . ). I Strategische spellen. I Cooperatieve spellen. Speltheorie – p.2/13 Strategisch Spel: Voorbeelden K S A B A 2, 2 0, 1 B 1, 0 0, 0 B C B 2, 1 0, 0 C 0, 0 1, 2 K −1, 1 1, −1 S 1, −1 −1, 1 Speltheorie – p.3/13 Nash Evenwicht Neem een spel met willekeurige strategieën voor spelers 1 en 2. I Strategie A van speler 1 is een beste respons op een strategie B van speler 2 als het tenminste evenveel oplevert als elke andere strategie. I Combinatie (A, B) van strategieën van spelers 1 en 2 is een Nash evenwicht als A is een beste respons op B en B is een beste respons op A. I Intuïtie: geen speler heeft spijt van zijn keuze. I Aanname: elke speler wil zijn winst maximaliseren. Speltheorie – p.4/13 Terug naar Onze Voorbeelden A B 1 Nash evenwicht: (A, A) A 2, 2 0, 1 B 1, 0 0, 0 B C B 2, 1 0, 0 C 0, 0 1, 2 2 Nash evenwichten: (B , B ) en (C , C ) K S Geen Nash evenwicht. :-( K −1, 1 1, −1 S 1, −1 −1, 1 Speltheorie – p.5/13 Prisoner’s dilemma A B A 3, 3 4, 0 B 0, 4 1, 1 1 Nash evenwicht: (B , B ) . . . Waarom een dilemma? (A, A) is beter voor de spelers dan (B , B ) maar zij zullen het niet spelen. Speltheorie – p.6/13 Gemengde strategieën: Voorbeeld 2/3 1/3 1/3 2/9 1/9 2/3 4/9 2/9 Deze kansverdelingen leveren een strategie per speler. Voorbeeld: Neem deze kansverdelingen en het spel B C B 2, 1 0, 0 C 0, 0 1, 2 Dan: – krijgt speler 1 2/9 × 2 + 4/9 × 0 + 1/9 × 0 + 2/9 × 1 = 2/3, – krijgt speler 2 2/9 × 1 + 4/9 × 0 + 1/9 × 0 + 2/9 × 2 = 2/3. Speltheorie – p.7/13 sh Evenwicht in Gemengde Strategieën I Het begrip ‘Nash evenwicht’ kan ook gedefinieerd worden voor de gemengde strategieën. I Het paar van de gemengde strategieën ((2/3, 1/3), (1/3, 2/3)) I I blijkt de derde Nash evenwicht in ons voorbeeld. Nash’s Stelling: Elk strategisch spel voor n spelers heeft een Nash evenwicht in de gemengde strategieën. Het bewijs maakt gebruikt van: Brouwer’s Stelling: Elke functie f : A → A van een niet lege, compacte en convexe verzameling A ⊆ Rn naar zichzelf heeft een dekpunt (x z.d.d. f (x) = x). Speltheorie – p.8/13 Voorbeeld 1 K S K −1, 1 1, −1 S 1, −1 −1, 1 Wat is de Nash evenwicht hier? Speltheorie – p.9/13 Antwoord K S K −1, 1 1, −1 S 1, −1 −1, 1 ((1/2, 1/2), (1/2, 1/2)) is de enige Nash evenwicht. Elke speler krijgt dan 0. Speltheorie – p.10/13 Voorbeeld 2 Probleem van twee bakkers. Waar plaats ik mijn bakkerij? Bijvoorbeeld: 8 3 Dan: bakker1 (3, 8) = 5, bakker2 (3, 8) = 6. Wat is de Nash evenwicht hier? Speltheorie – p.11/13 Antwoord 6 Dan: bakker1 (6, 6) = 5.5, bakker2 (6, 6) = 5.5, . . . en geen bakker heeft spijt van zijn keuze. Speltheorie – p.12/13 Beste Respons Dynamiek I Kies een ‘begin situatie’: elke speler kiest een strategie. I Een ‘ontevreden’ speler mag een andere keuze maken via de beste respons. I Herhaal deze procedure. I Als het eindigt dan bereiken wij een Nash evenwicht. I Voor sommige spellen werkt het. Voorbeeld 1: 0-1 spellen met beste responsen op de gemengde strategieën. Voorbeeld 2: ‘Congestion games’. 2/3/5 2/3/6 1/2/8 B 4/6/7 E 1/5/6 Speltheorie – p.13/13