Algemene beschrijving van een KwaliteitsSysteem voor VVE

advertisement
Algemene beschrijving van een KwaliteitsSysteem voor VVE
Schematisch:
Afspraken
->
Processen ->
Resultaten
Evaluatie van processen
Evaluatie van resultaten
Evaluatie van geheel (meta-evaluatie)
Inhoud van het kwaliteitssysteem
1. Beschrijven van processen (doel, taken, verantwoordelijkheden)
• Signalering en toeleiding
• Uitvoering van vve (locaties, uitvoerenden, programma, scholing, doorgaande lijn, beoogde
opbrengsten)
• Wijze waarop kwaliteit van uitvoering wordt bewaakt en door wie (proces, resultaten)
• Wat er gebeurt met de uitkomsten daarvan, wie zijn daarbij betrokken, hoe vaak
• Ouderbetrokkenheid wat en hoe
2. Beschrijven van de overleggen (doel, betrokkenen, frequentie, eigenaar)
3. Beschrijven van de evaluatie (review)
• Hoe en waar worden deze processen geëvalueerd, hoe vaak, wie is verantwoordelijk
• Wat gebeurt er met de uitkomsten



Goede voorbeelden:
Evalueert jaarlijks de kwaliteit van de VVE op gemeentelijk niveau in werkgroep vve, o.a. aan de
hand van jaardoelstellingen voor vve
Halfjaarlijkse voortgangssprekken tussen de gemeente, schoolbesturen, instellingen
Jaarverslage van instellingen/scholen
4. Documenten
• Welke documenten zijn relevant, hoe worden ze vastgesteld
• Waar worden de definitieve versies bewaard
• Wie beheert de documenten
januari 2015
P.Kooiman, Sardes
Bijlage
Evaluatie van processen
Voorbeeld van een evaluatie-instrument: audit
Observatie op de groepen door een externe partij of collega’s, bijvoorbeeld aan de hand van het
Inspectiekader, aangevuld met specifieke aandachtspunten
Goede voorbeelden:

Evaluatie door collega’s samen met een getrainde expert(gemeente Leiden)

Externe audit van vve-locaties door experts.
In veel gemeenten bestaat behoefte aan een vvetussenmeting op de peuter- en kleutergroepen van alle locaties: welke aspecten behoeven nog
bijsturing om aan de (gemeentelijke) kwaliteitseisen te voldoen? Sardes voerde audits uit in Den
Haag en Maastricht aan de hand van een kwaliteitskader dat in overleg met de opdrachtgever
wordt opgesteld.
Een team van vier experts bezocht daarvoor onlangs alle vve-locaties van enkele grotere
instellingen. Aan de hand van een uitgebreid observatie-instrument en interviews met pedagogisch
medewerkers, leerkrachten en intern begeleiders hebben zij de vve-kwaliteit in kaart gebracht. Deze
bezoeken leveren per locatie een rapportage op met de ‘inspectiescores’, maar vooral ook
verbetersuggesties en voorbeeldige praktijken. Zo weten locaties niet alleen waar ze aan moeten
werken, maar ook op welke manier ze dat kunnen doen. Ook weten ze wat hun sterke punten zijn.
Daarmee kunnen ze een voorbeeld zijn voor collega-locaties. Daarnaast ontvangt de opdrachtgever
een rapportage op organisatieniveau met een overzicht van de vve-scores van alle locaties en
aanbevelingen voor de organisatie als geheel.
Bijlage
Evaluatie van resultaten
Voorbeeldinstrument: Basismonitor VVE
1. Instellingen, locaties en groepen (psz/kdv)



Instelling: NAW, cp contactgegevens
Per instelling: aantal en naam locaties (naw gegevens)
Per locatie: aantal groepen, aantal dagdelen per groep
2. Deelname en bereik in de voorschoolse fase

Omvang doelgroep
Aantal peuters 2 en 3 jaar
Aantal doelgroepkinderen 2 en 3 jaar
Minimale omvang aanbod (wet oke)

Deelname voorschools
Totaal aantal peuters in VVE
Aantal doelgroeppeuters VVE
Bereik berekenen

Intensiteit deelname aan voorschoolse educatie
Aantal dagdelen VVE van doelgroeppeuters
3. Deelname en bereik in de vroegschoolse fase
idem
4. Kwalificatie en expertise voor VVE

Voorschools
Gebruikt programma per instelling resp per locatie
Aantal pm’ers met kwalificatie
Aantal pm’ers zonder kwalificatie

Vroegschools
Idem
5. Ontwikkelings- en prestatiegegevens van de kinderen

Resultaten eind voorschool, start vrioegschool (if any) (taal en reken ontwikkeling of KVS)
Uitgesplitst naar doelgroep / niet doelgroep

Resultaten eind groep 2
Resultaten M2 en E2; Uitgesplitst naar doelgroep / niet doelgroep
Bijlage
Wat is borgen?
Wat is borgen eigenlijk? Borgen betekent dat de (nieuwe) processen en activiteiten die voortkomen uit
het verbeterings- of veranderingstraject op een vanzelfsprekende manier worden geïntegreerd in:


het professionele gedrag van de werknemer
de werkprocessen (routines), de methodieken en in de protocollen en beleid van de betrokken
organistie(s)
Te vaak wordt er verwacht dat de resultaten van een veranderingsproject vanzelf doorwerken en
vastgehouden worden in de organisatie. Maar de overgang van verandering naar borging is niet
eenvoudig.
Borgen voor morgen
Borgen gaat om het vasthouden van de resultaten op de lange termijn en niet op de korte termijn (de
duur het project). Borging is belangrijk om:


de nieuwe werkwijze in de organisatie te verankeren

het resultaat van de verandering blijvend te maken (duurzaamheid), waardoor de
toekomstbestendigheid van de organisatie vergroot wordt

te voorkomen dat de investering (tijd en geld) die gedaan is verloren gaat. Of te zorgen dat de
investering (tijd en geld) rendeert. Dus voordeel of winst oplevert.
te voorkomen dat de nieuwe werkwijze/het nieuwe gedrag, wat bij de verandering of vernieuwing
hoort, verwatert
Borging begint bij de start
Een goede borging van resultaten begint al bij de start van een verbeter- of veranderingstraject, als u
begint met het maken van het implementatieplan. Helaas wordt er vaak pas bij het eind van een project
nagedacht over hoe de nieuwe werkwijze of verandering verankerd kan of moet worden. U heeft dan niet
alleen allerlei kansen gemist om mensen én organisatie in het veranderingsproces mee te krijgen, het
kost achteraf veel tijd en inspanning om dat wel te doen en succes is absoluut niet gegarandeerd. Sterker
nog, de kans is zeer groot dat de inspanningen van u en uw projectmedewerkers uiteindelijk voor niets is
geweest omdat de rest van de organisatie niet bereid is op de nieuwe manier te werken of om het op te
nemen in het beleid.
De implementatie en borging van goede interventies vereist dat er een 'eigenaar' is die verantwoordelijk
is voor de juiste implementatie, de noodzakelijke ondersteuning, de kwaliteitscontrole, het stimuleren
van onderzoek en het doorvoeren van noodzakelijke aanpassingen.
WERKBLAD
Doorbouwen vanuit een minimum model van kwaliteitszorg
1. Elke instelling of locatie evalueert het eigen proces. zorgt ervoor dat VVE goed
wordt uitgevoerd en de condities aanwezig zijn. De instelling rapporteert hierover aan
de gemeente
2. De gemeente verzamelt gegevens over de resultaten
3. Processen waarin wordt samengewerkt (bijv. signalering en toeleiding) worden ook
met regelmaat gezamenlijk geëvalueerd
4. Het geheel wordt laagfrequent (bijv. jaarlijks) door een overkoepelend orgaan
geëvalueerd.
De huidige staat van de kwaliteitszorg in de gemeente

Wat gaat goed

Wat ontbreekt
Welke vragen heb je aan collega’s?
3. Omgaan met afwijkingen:

Op welke onderdelen loopt het mis met de gemaakte afspraken?

Welke mogelijkheden heb je, of welke acties onderneem je als de uitvoerders de
gemaakte afspraken niet nakomen?
Download