BASISSCHOLEN EN NATUUR BIJ SCHOOL KANSEN EN BELEMMERINGEN Kees Both Baarn, 17 mei 2013 groen onderwijsdier JEUGDERVARINGEN Zintuiglijke ervaringen in vroege jeugd Buitenspel op bouwterrein Later in het bos Twee perspectieven Kinderen voor natuur Natuur voor kinderen = NME [zorg voor de aarde] [zorg voor kinderen] Positieve effecten natuurcontact: ‘van buiten word je beter’ •Herstel van stress en aandachtsmoeheid • Stimuleren van bewegen •Vergemakkelijken sociale contacten •Positieve invloed op ontwikkeling kinderen, waaronder de creativiteit •Positieve invloed op persoonlijke ontwikkeling en zingeving. Natuur = openheid wekt creativiteit • Werken met ‘ruw materiaal’ • Theorie van de ‘losse dingen’ • ‘Luisteren’ naar het materiaal • Maken van dingen: werktuigen, mooie dingen, hutten, gebruiksvoorwerpen Uitsterven van ervaring – ‘extinction of experiences’ ‘Natuur voor kinderen’en ‘Kinderen voor natuur’ in elkaars verlengde • Informele, niet schoolse jeugdervaringen met natuur zijn bedreigd • Een belangrijke basis voor NME daarmee weg Over leren gesproken Informeel leren – vrije spel Formeel leren: leerplan bepalend Non-formeel leren: buiten schoolterrein, in de samenleving Plaats, didactiek en leren relaties tussen … kind kind anderen plaats Buitenleren – ‘outdoor learning’ Buitenonderwijs ‘outdoor education’ ‘leren in context van ecologie en samenleving’ ‘leren voor de echte wereld’ ‘authentiek leren’ ‘’levend leren’ ‘omgevingseducatie’ Plaatsen als context en bron ‘place-based education ‘VERBONDENHEID’ De stille taal van de ruimte Vergelijk • strak betegeld plein met speeltoestellen: ‘hier zijn de grote jongens de baas en is geen plaats voor natuur’ met • natuurrijk en gedifferentieerd terrein: ‘hier zijn kinderen in hun verscheidenheid en natuur welkom UITNODIGENDE NATUURRIJKE PLAATSEN Plaatsen voor kinderen om te doen, fysieke activiteiten te denken: intellectuele uitdagingen, onderzoeken te voelen: schoonheid, troost, thuis zijn, verbondenheid te zijn: ‘bij jezelf’, samen met vrienden; refugium Werken met de aarde • Tuinieren – voedsel produceren • Kringloophuishouding • Water en energie – natuuronderzoek, techniek • Beheer natuur – klein landschapselement Bodem, voeding, kringloop Drie mogelijke hoofdfuncties met gevolgen voor de inrichting tuinieren spelen natuur: onderzoek en/ of kunst Ontwikkelingen basisonderwijs • 1. Standaardisering, verschraling, versmalling ‘reken- en taalscholen’ • 2. ‘Onderwijzen in de netwerkmaatschappij’ • Levend, authentiek, intergenerationeel, contextueel, ecologisch leren • ‘it takes a village to raise a child’ • 3. ‘Passend onderwijs’ Passend onderwijs 1 Niet uitgaan van wat kind niet kan maar van wat het kan Buitenzijn als ‘therapie’ Buiten werken idem Onderwijzen en leren in de ECHTE WERELD En voor de ECHTE WERELD Passend onderwijs 2 Verschillende manieren van leren – meervoudige intelligentie Verbaal-linguïstische Logisch-mathematische Visueel-ruimtelijke Lichamelijk- kinesthetische Interpersoonlijke Intrapersoonlijke Muzikaal-ritmische Natuurgerichte Passend onderwijs 3 -ADHD is neurologische aandoening, deels erfelijke gevoeligheid -Er zijn ‘toenemende aanwijzingen dat alledaagse omgevingsfactoren, zoals televisiekijken en voeding ook een rol kunnen spelen in het ontstaan van ADHD. … de veronderstelling van Richard Louv dat ADHD een “natuurtekortstoornis” is, is niet geheel uit de lucht gegrepen’ (Agnes van den Berg, 20011). Regelmatig buiten zijn in een groene omgeving en zelfs al het kijken erop ontspant, draagt bij aan herstel van de aandacht, het schoolwerk beter aankunnen en aan verminderen medicijngebruik. Dit geldt mutatis mutandis ook voor kinderen die moeite hebben met aandacht, maar geen ADHD hebben. Ontwikkelingen basisonderwijs 2 • 1. Standaardisering, verschraling, versmalling - ‘reken- en taalscholen’ • Niet in de steek laten, uitdagen en bemoedigen, bij regionale activiteiten betrekken, kleine projecten op locatie • 2. ‘Onderwijzen in de netwerkmaatschappij’ • Levend, authentiek, intergenerationeel, contextueel, ecologisch leren • Koesteren, benutten voor experimenten, uitdagen tot veel buitenonderwijs, voor in principe alle vak- en vormingsgebieden; links tussen informeel en formeel leren • 3. ‘Passend onderwijs’ • In scholen relatie leggen tussen ‘zorgverbreding’ en buitenleren en natuur, participeren in regionale verbanden ‘passend onderwijs’ Leren buiten onderwijzen Het is te gek voor woorden als de groene buitenruimte wel gebruikt wordt in pauzes en in de bso, maar niet in het onderwijs Veel leraren voelen zich buiten onzekerder dan binnen: ‘stel je voor dat de kinderen vragen stellen waarop ik geen antwoord heb’ ‘door de grotere ruimte heb ik het gevoel dat ik de controle verlies’ Leren om de stap naar buiten te wagen, allereerst voor natuureducatie Stap voor stap Leren omgaan met vragen kinderen Langzamerhand meer kennis krijgen van wat rond de school leeft en groeit Werken met [observeren, etc.] natuurlijk materiaal binnen, bijv. observatiekring Hanteerbare buitenactiviteiten: bijv. adopteren boom, struik of plekje en volgen ontwikkeling; jaarkalender van activiteiten, monitoringsprojecten (‘tuinvogeltelling’, e.a.), documenteren waarnemingen door en met kinderen Beperken, focussen, om vat te krijgen op materie, exemplarisch onderwijzen en leren – ‘niet het vele is goed, maar het goede is veel’ Leren hanteren dialogen met kinderen over hun ervaringen Terug kunnen vallen op collega of externe deskundigen Zorgen voor set materiaal – loepen, bakjes, etc. Nog veel werk aan de winkel samen leren en ontwikkelen Stap voor stap – plan buitenleren natuur voor leraren Buitenonderwijs taal en rekenen: leerplan, voorbeelden Onderzoek naar effecten buitenleren op leerprestaties kinderen Stelling Het gaat mij niet zozeer om NME., maar om een groene pedagogiek, die ook NME omvat. Op pabo’s is dat evenzeer een zaak van de pedagogiek-docenten als voor de docent natuuronderwijs.