SOLA: 2014-1-AT-KA202-001003 Leerdoelen richtlijn Algemene Leerdoelen Leerobject Cursus beschrijving: Focus op de definitie: om de drie dimensies van duurzaam toerisme te begrijpen van de ecologische, economische en sociale dimensie van duurzame toerisme en hun onderlinge relatie; werk uit de milieu (posive en negatief). Definitie van duurzaam toerisme: Regelgeving beleid Het doel van deze module is het bepalen van de essentiële kenmerken van duurzaam toerisme en het kunnen onderscheiden van de vaak door elkaar gebruikte termen (ecotoerisme, verantwoord toerisme of 'zacht’ toerisme). Ecologische duurzaamheid Het doel van de module is het verhogen van het besef van duurzaamheidsvraagstukken in toerisme vanuit ecologische perspectieven, zoals watervoorziening, recycling, technieken gericht op hergebruik en afvalvermindering, natuurbescherming en basisvoorzieningen voedsel, etc. . Economische duurzaamheid Het doel van de module is het verhogen van het besef van duurzaamheidsvraagstukken in toerisme vanuit ecologische perspectieven, zoals watervoorziening, recycling, technieken gericht op hergebruik en afvalvermindering, natuurbescherming en basisvoorzieningen voedsel, etc. Sociale duurzaamheid Voor de ontwikkeling van duurzaam toerisme is het van belang om de aandacht te vestigen op het cultureel bewustzijn van de regio alsook op het erbij betrekken van de lokale gemeenschap. Verder vereist dit een doelgerichte selectie van medewerkers. ECTS/ECVET: 1,5 1 Dit project werd gefinancierd met de steun van de Europese Commissie. De verantwoordelijkheid voor deze publicatie ligt uitsluitend bij de auteur; de Commissie kan niet aansprakelijk worden gesteld voor het gebruik van de informatie die erin is vervat. SOLA: 2014-1-AT-KA202-001003 Module 1 Beschrijvingen Inhoud Titel module Regelgeving/beleid Nummer module 1 Methode van module e-learning/blended learning Totaal aantal studieuren 9 Niveau en aantal credits Beschrijving module Niveau 4 Het doel van deze module is het bepalen van de essentiële kenmerken van duurzaam toerisme en het kunnen onderscheiden van de vaak door elkaar gebruikte termen (ecotoerisme, verantwoord toerisme of 'zacht’ toerisme). Daarnaast worden regionale, nationale en Europese benaderingen en wetten behandeld die de ontwikkeling van duurzaam toerisme ondersteunen. Na afloop van de module moeten studenten eveneens in staat zijn om, met steun van adviseurs en certificeringsinstanties voor hun sectoren/banen, initiatieven op het gebied van duurzaam toerisme op te starten. Leerobject module 1: Kennis Regelgeving/beleid Leervaardigheid: 1. Het kunnen uitleggen wat het begrip duurzaam toerisme inhoudt en de bijbehorende kenmerken kunnen geven. 2. Kennis van de wezenlijke grondbeginselen van de Europese benadering van duurzaam toerisme (controle van de sociale, culturele, ecologische en economische wetten/richtsnoeren). 3. Kennis van de wezenlijke grondbeginselen van de nationale benadering van duurzaam toerisme (controle van de sociale, culturele, ecologische en economische wetten/richtsnoeren). 4. Het kunnen bepalen van de sleutelfiguren (EU, nationale verenigingen, ngo's, hotels, etc.). 5. Toepassing Het kunnen herkennen van de verschillende benamingen voor duurzaam toerisme. Vakbekwaamheid 1. Het kunnen belichten van de verschillen en overeenkomsten tussen de termen ‘ecotoerisme', 'verantwoord toerisme’ en ‘duurzaam toerisme’. 2 Dit project werd gefinancierd met de steun van de Europese Commissie. De verantwoordelijkheid voor deze publicatie ligt uitsluitend bij de auteur; de Commissie kan niet aansprakelijk worden gesteld voor het gebruik van de informatie die erin is vervat. SOLA: 2014-1-AT-KA202-001003 2. Het kunnen toepassen van de uitkomsten van de Europese benaderingen voor duurzaam toerisme in de eigen regio. Het kunnen opstellen van een aangepast plan van aanpak in het kader van het eigen beroep. 3. Het kunnen vaststellen van de wettelijke richtlijnen met betrekking tot het eigen beroep alsmede het kunnen vaststellen van eventuele problemen. 4. Het kunnen opzetten van de vorming van een netwerk. 5. Het kunnen selecteren van een mogelijke certificeringsinstantie en/of het kunnen ontwikkelen van een raamwerk voor een regionaal keurmerk (label). Methode e-vaardigheden 1. Gebruik kunnen maken van ICT-tools in een leeromgeving (web 2.0-tools) in zowel het virtuele als traditionele klaslokaal. 2. Gebruik kunnen maken van innovatieve leermethodes en onderwijsthema's die niet direct verbonden zijn met technologie (ecologische, sociale en economische duurzaamheid van toerisme). 3. Gebruik kunnen maken van ICT ter bevordering van de interculturele dialoog en het intercultureel begrip. 4. Het kunnen stimuleren van de creativiteit middels digitale tools. 5. Het kunnen bevorderen van de motivatie door gebruik te maken van ICT in het traditionele klaslokaal. 6. Het kunnen bevorderen van innovatie door materiaal voor open leermiddelen (OER) te ontwikkelen (interactie tussen gebruikers, docenten en leerlingen). Module 2 Beschrijvingen Inhoud Titel module Ecologische duurzaamheid Nummer module 2 Methode van module e-learning/blended learning Totaal aantal studieuren 9 Niveau en aantal credits Beschrijving module Niveau 4 Het doel van de module is het verhogen van het besef van duurzaamheidsvraagstukken in toerisme vanuit ecologische perspectieven, zoals watervoorziening, recycling, technieken 3 Dit project werd gefinancierd met de steun van de Europese Commissie. De verantwoordelijkheid voor deze publicatie ligt uitsluitend bij de auteur; de Commissie kan niet aansprakelijk worden gesteld voor het gebruik van de informatie die erin is vervat. SOLA: 2014-1-AT-KA202-001003 gericht op hergebruik en afvalvermindering, natuurbescherming en basisvoorzieningen voedsel, etc. In deze module zullen studenten leren hoe ze de kennis op het gebied van milieubescherming kunnen toepassen in verschillende scenario's bij activiteiten betreffende duurzaam toerisme. Leerobject module 2: Kennis Ecologische duurzaamheid Leervaardigheid: 1. Kennis van watervoorziening, watervervuiling, watercirculatie en waterbescherming. 2. Het kunnen vaststellen van de technieken voor recycling, hergebruik en afvalvermindering. 3. Het kunnen bepalen van de passende energiebronnen binnen de toeristische sector. Toepassing 4. Begrip van de basisvoorzieningen aan voedsel in de regionale toeristische sector. 5. Kennis van de grondbeginselen van natuurbescherming in de regio. Vakbekwaamheid 1. Het kunnen opstellen van een milieuprofiel van de eigen regio en/of eigen sector. 2. Het kunnen ontwikkelen van een strategie voor het verminderen van afvalmateriaal en het hergebruik en recycling van materiaal en het kunnen bewaken en handhaven van de strategie. 3. Het kunnen uitwerken van een energiebalans van de eigen ecologische activiteiten. 4. Het kunnen voorzien in de voeding middels plaatselijke bronnen (op basis van gastronomie); het kunnen bereiden van lokale gerechten met lokale middelen. 5. Het kunnen onderwijzen van toeristen en reisgidsen over de natuur van de eigen regio en de bescherming ervan. Methode e-vaardigheden 1. Gebruik kunnen maken van ICT-tools in een leeromgeving (web 2.0-tools) in zowel het virtuele als traditionele klaslokaal. 2. Gebruik kunnen maken van innovatieve leermethodes en onderwijsthema's die niet direct verbonden zijn met technologie (ecologische, sociale en economische duurzaamheid van toerisme). 3. Gebruik kunnen maken van ICT ter bevordering van de interculturele dialoog en het 4 Dit project werd gefinancierd met de steun van de Europese Commissie. De verantwoordelijkheid voor deze publicatie ligt uitsluitend bij de auteur; de Commissie kan niet aansprakelijk worden gesteld voor het gebruik van de informatie die erin is vervat. SOLA: 2014-1-AT-KA202-001003 intercultureel begrip. 4. Het kunnen stimuleren van de creativiteit middels digitale tools. 5. Het kunnen bevorderen van de motivatie door gebruik te maken van ICT in het traditionele klaslokaal. 6. Het kunnen bevorderen van innovatie door materiaal voor open leermiddelen (OER) te ontwikkelen (interactie tussen gebruikers, docenten en leerlingen). Module 3 Beschrijvingen Inhoud Titel module Economische duurzaamheid Nummer module 3 Methode van module e-learning/blended learning Totaal aantal studie-uren 9 Niveau en aantal credits Beschrijving module Niveau 4 Voor de totstandkoming van duurzaam toerisme op lange termijn, moet een economische marktbenadering (prijsstelling, marketing, doelgroepen) worden gehanteerd waarin de lokale structuren worden meegenomen. In aanvulling op en na afronding van deze module moeten de deelnemers in staat zijn om een supply chain in te richten die is afgestemd op de economische omstandigheden (belanghebbenden), waarin sociaal rechtvaardige normen zijn betrokken en waarbij hun personeel een dienovereenkomstige opleiding krijgt. Leerobject module 3: Kennis Economische duurzaamheid Leervaardigheid: 1. Het kunnen bepalen van lokale belanghebbenden. 2. Kennis van de fundamentele kenmerken van economisch optimale supply chain (voor het eigen gebied). 3. Kennis van de certificeringsnormen en normen op het gebied van fair trade. 4. Kennis van de benodigde inhoud van opleidingen om het personeel te onderwijzen over duurzaamheid in toerisme (in het kader van het eigen beroep). 5. Toepassing Kennis van het belang van doelgerichte marketing en prijsstellingen. Vakbekwaamheid 5 Dit project werd gefinancierd met de steun van de Europese Commissie. De verantwoordelijkheid voor deze publicatie ligt uitsluitend bij de auteur; de Commissie kan niet aansprakelijk worden gesteld voor het gebruik van de informatie die erin is vervat. SOLA: 2014-1-AT-KA202-001003 1. Het kunnen opstellen van een selectief businessplan waarin rekening wordt gehouden met lokale structuren. 2. Het kunnen implementeren van een efficiënte supply chain om concurrentievoordeel te behalen (regionale leveranciers, korte aanvoerroutes, etc.) 3. Het kunnen implementeren van beleid/certificering/normen op het gebied van fair trade in de eigen werkomgeving. 4. Het kunnen selecteren van de vereiste opleidingsthema's voor de opleiding van het personeel. 5. Methode Het kunnen maken van een klantprofiel in het kader van doelgerichte marketing. e-vaardigheden 1. Gebruik kunnen maken van ICT-tools in een leeromgeving (web 2.0-tools) in zowel het virtuele als traditionele klaslokaal. 2. Gebruik kunnen maken van innovatieve leermethodes en onderwijsthema's die niet direct verbonden zijn met technologie (ecologische, sociale en economische duurzaamheid van toerisme). 3. Gebruik kunnen maken van ICT ter bevordering van de interculturele dialoog en het intercultureel begrip. 4. Het kunnen stimuleren van de creativiteit middels digitale tools. 5. Het kunnen bevorderen van de motivatie door gebruik te maken van ICT in het traditionele klaslokaal. 6. Het kunnen bevorderen van innovatie door materiaal voor open leermiddelen (OER) te ontwikkelen (interactie tussen gebruikers, docenten en leerlingen). Module 4 Beschrijvingen Inhoud Titel module Sociale duurzaamheid Nummer module 4 Methode van module e-learning/blended learning Totaal aantal studie-uren 9 Niveau en aantal credits Niveau 4 6 Dit project werd gefinancierd met de steun van de Europese Commissie. De verantwoordelijkheid voor deze publicatie ligt uitsluitend bij de auteur; de Commissie kan niet aansprakelijk worden gesteld voor het gebruik van de informatie die erin is vervat. SOLA: 2014-1-AT-KA202-001003 Beschrijving module Voor de ontwikkeling van duurzaam toerisme is het van belang om de aandacht te vestigen op het cultureel bewustzijn van de regio alsook op het erbij betrekken van de lokale gemeenschap. Verder vereist dit een doelgerichte selectie van medewerkers. Na afronding van deze module zullen studenten ook in staat zijn om naar het kader van duurzaam toerisme in hun regio te kijken en dit vanuit hun vakgebied vanuit een micro-economisch en maatschappelijk perspectief te bekijken. Leerobject module 4: Kennis Maatschappij Leervaardigheid: 1. Het kunnen bepalen van de vereiste vaardigheden van het personeel in het kader van duurzaam toerisme. 2. Kennis van de hoekstenen van het cultureel bewustzijn in de regio (zoals gebruiken). 3. Kennis van de werkelijkheid van de lokale gemeenschap en hun voordelen voor het eigen beroep. 4. Toepassing Kennis van mensenrechten. Vakbekwaamheid 1. Het kunnen opstellen van een richtlijn voor sollicitatiegesprekken. 2. Het kunnen benutten van de voordelen van het betrekken van het cultureel bewustzijn in de regio (het gebruik van regionale structuren, de betrokkenheid van belanghebbenden, marketing, etc.). 3. Profijt kunnen trekken uit alle voordelen van het werken met lokale groepen. 4. Het kunnen voldoen aan alle mensenrechtenbepalingen (in het kader van het personeel en de supply chain). Methode e-vaardigheden 1. Gebruik kunnen maken van ICT-tools in een leeromgeving (web 2.0-tools) in zowel het virtuele als traditionele klaslokaal. 2. Gebruik kunnen maken van innovatieve leermethodes en onderwijsthema's die niet direct verbonden zijn met technologie (ecologische, sociale en economische duurzaamheid van toerisme). 3. Gebruik kunnen maken van ICT ter bevordering van de interculturele dialoog en het intercultureel begrip. 4. Het kunnen stimuleren van de creativiteit middels digitale tools. 7 Dit project werd gefinancierd met de steun van de Europese Commissie. De verantwoordelijkheid voor deze publicatie ligt uitsluitend bij de auteur; de Commissie kan niet aansprakelijk worden gesteld voor het gebruik van de informatie die erin is vervat. SOLA: 2014-1-AT-KA202-001003 5. Het kunnen bevorderen van de motivatie door gebruik te maken van ICT in het traditionele klaslokaal. 6. Het kunnen bevorderen van innovatie door materiaal voor open leermiddelen (OER) te ontwikkelen (interactie tussen gebruikers, docenten en leerlingen). 8 Dit project werd gefinancierd met de steun van de Europese Commissie. De verantwoordelijkheid voor deze publicatie ligt uitsluitend bij de auteur; de Commissie kan niet aansprakelijk worden gesteld voor het gebruik van de informatie die erin is vervat. SOLA: 2014-1-AT-KA202-001003 Toetsingscriteria Leero Leervaardigheden bjecte (kennis) Begrip Vakbekwaamheid e-vaardigheden n (LO's) 1. Het kunnen uitleggen 1. Het per definitie 1. Het kunnen belichten van 1. Gebruik kunnen maken van wat het begrip kunnen de verschillen en ICT-tools in een ‘duurzaam toerisme’ onderscheiden van de overeenkomsten tussen de leeromgeving (web 2.0- inhoudt en de soortgelijke termen termen ‘ecotoerisme', tools) in zowel het virtuele bijbehorende voor duurzaam 'verantwoord toerisme’ en als traditionele klaslokaal. kenmerken kunnen toerisme. ‘duurzaam toerisme’. geven. 2. Kennis van de 2. Kennis van de eventuele Europese naleven van de Europese wezenlijke benadering van benaderingen van grondbeginselen van duurzaam toerisme. duurzaam toerisme. Het de Europese kunnen opstellen van een benadering van aangepast plan van duurzaam toerisme. 3. Het kunnen beschrijven van de nationale benadering 3. Kennis van de wezenlijke LO1 2. Het kunnen doorvoeren en aanpak in het kader van het eigen beroep. op het gebied van duurzaam toerisme. 3. Het kunnen vaststellen van grondbeginselen van de wettelijke richtlijnen met de nationale betrekking tot het eigen benadering van duurzaam toerisme. 4. Het kunnen beroep alsmede het toekennen van taken kunnen vaststellen van aan sleutelfiguren. eventuele problemen. 5. Het kunnen herkennen van de verschillende benamingen voor duurzaam toerisme. innovatieve leermethodes en onderwijsthema's die niet direct verbonden zijn met technologie (ecologische, sociale en economische duurzaamheid van toerisme). 3. Gebruik kunnen maken van ICT ter bevordering van de interculturele dialoog en het intercultureel begrip. 4. Het kunnen stimuleren van de creativiteit middels digitale tools. 4. Het kunnen bepalen van de sleutelfiguren. 2. Gebruik kunnen maken van 5. Het kunnen 4. Het kunnen opzetten van beschrijven en de vorming van een toelichten waarom netwerk. keurmerken (labels) en gezamenlijke marketing effectief zien. 5. Het kunnen bevorderen van de motivatie door gebruik te maken van ICT in het 5. Het kunnen selecteren van een mogelijke certificeringsinstantie of het kunnen ontwikkelen van een raamwerk voor een regionaal keurmerk (label). traditionele klaslokaal. 6. Het kunnen bevorderen van innovatie door materiaal voor open leermiddelen (OER) te ontwikkelen (interactie tussen gebruikers, docenten en leerlingen). 9 Dit project werd gefinancierd met de steun van de Europese Commissie. De verantwoordelijkheid voor deze publicatie ligt uitsluitend bij de auteur; de Commissie kan niet aansprakelijk worden gesteld voor het gebruik van de informatie die erin is vervat. SOLA: 2014-1-AT-KA202-001003 1. Kennis van 1. Het kunnen 1. Het kunnen opstellen van 1. Gebruik kunnen maken watervoorziening, beschrijven en een milieuprofiel van de van ICT-tools in een watervervuiling, toelichten van de eigen regio en/of eigen leeromgeving (web 2.0- watercirculatie en richtlijnen voor sector. tools) in zowel het virtuele waterbescherming. waterbescherming. als traditionele klaslokaal. 2. Het kunnen ontwikkelen 2. Het kunnen 2. Het kunnen vaststellen van de ontwikkelen van een technieken voor strategie voor het recycling, hergebruik verminderen van en afvalvermindering. afvalmateriaal en het hergebruik en 3. Het kunnen bepalen van de passende energiebronnen binnen de toeristische sector. recycling van materiaal bij toeristische activiteiten van de eigen regio. van een strategie voor het verminderen van afvalmateriaal en het hergebruik en recycling van materiaal en het kunnen bewaken en handhaven van de strategie. 3. Het kunnen uitwerken van LO2 basisvoorzieningen eigen ecologische aan voedsel in de regionale toeristische sector. 3. Het kunnen maken van een onderscheid natuurbescherming in de regio. en onderwijsthema's die niet direct verbonden zijn met technologie (ecologische, sociale en economische duurzaamheid van toerisme). 3. Gebruik kunnen maken van ICT ter bevordering van de interculturele dialoog en 4. Het kunnen voorzien in de het intercultureel begrip. tussen de voeding middels verschillende plaatselijke bronnen (op energiebronnen en basis van gastronomie); het (her)gebruik de creativiteit middels het kunnen bereiden van ervan. digitale tools. lokale gerechten met 5. Kennis van de grondbeginselen van innovatieve leermethodes een energiebalans van de activiteiten. 4. Begrip van de 2. Gebruik kunnen maken van lokale middelen. 4. Het vaststellen van de elementen voor 5. Het kunnen onderwijzen het gebruik van van toeristen en lokale middelen om reisgidsen over de natuur lokale gerechten te van de eigen regio en de kunnen bereiden. bescherming ervan. 4. Het kunnen stimuleren van 5. Het kunnen bevorderen van de motivatie door gebruik te maken van ICT in het traditionele klaslokaal. 6. Het kunnen bevorderen van innovatie door 5. Het kunnen materiaal voor open onderwijzen van leermiddelen (OER) te toeristen en ontwikkelen (interactie reisgidsen over de tussen gebruikers, natuur van de eigen docenten en leerlingen). regio en de bescherming ervan. 10 Dit project werd gefinancierd met de steun van de Europese Commissie. De verantwoordelijkheid voor deze publicatie ligt uitsluitend bij de auteur; de Commissie kan niet aansprakelijk worden gesteld voor het gebruik van de informatie die erin is vervat. SOLA: 2014-1-AT-KA202-001003 1. Het kunnen bepalen 1. Het kunnen 1. Het kunnen opstellen van van de lokale beschrijven van de een selectief ICT-tools in een belanghebbenden. pluspunten van businessplan waarin leeromgeving (web 2.0- samenwerking met rekening wordt gehouden tools) in zowel het virtuele lokale met lokale structuren. als traditionele klaslokaal. 2. Kennis van de belanghebbenden. basisbeginselen van een economisch optimale supply chain 2. Het kunnen 2. Het kunnen implementeren van een (voor het eigen beschrijven van de efficiënte supply chain om werkgebied). voordelen van een concurrentievoordeel te economisch optimale behalen (regionale supply chain. leveranciers, korte 3. Kennis van aanvoerroutes, etc.) certificeringsnormen en normen op het LO3 1. Gebruik kunnen maken van 2. Gebruik kunnen maken van innovatieve leermethodes en onderwijsthema's die niet direct verbonden zijn met technologie (ecologische, sociale en economische duurzaamheid van toerisme). 3. Het vanuit gebied van eerlijke verschillende handel (fair trade). perspectieven implementeren van kunnen beschrijven beleid/certificering/norme ICT ter bevordering van de van de voordelen van n op het gebied van fair interculturele dialoog en het benodigde inhoud van een trade in de eigen intercultureel begrip. opleidingen om het fairtradekeurmerk. werkomgeving. 4. Kennis van de 3. Het kunnen personeel te onderwijzen over 4. Het kunnen duurzaamheid in beschrijven van de toerisme (in het kader vereiste inhoud voor van het eigen de opleiding van het werkgebied). personeel. 5. Kennis van het belang 3. Gebruik kunnen maken van 4. Het kunnen stimuleren van 4. Het kunnen selecteren van de vereiste de creativiteit middels digitale tools. opleidingsthema's voor de opleiding van het personeel. 5. Het kunnen bevorderen van de motivatie door gebruik te maken van ICT in het 5. Het kunnen 5. Het kunnen maken van van doelgerichte beschrijven van de marketing en potentiële een klantprofiel in het prijsstellingen. klantgroepen in het kader van doelgerichte kader van het eigen marketing. traditionele klaslokaal. 6. Het kunnen bevorderen van innovatie door materiaal voor open leermiddelen werkgebied. (OER) te ontwikkelen (interactie tussen gebruikers, docenten en leerlingen). 1. Het kunnen bepalen LO4 1. Het kunnen bepalen 1. Het kunnen opstellen van 1. Gebruik kunnen maken van van de vereiste van de vereiste een richtlijn voor ICT-tools in een vaardigheden van het vaardigheden van het sollicitatiegesprekken. leeromgeving (web 2.0- personeel in het kader personeel in het tools) in zowel het virtuele 11 Dit project werd gefinancierd met de steun van de Europese Commissie. De verantwoordelijkheid voor deze publicatie ligt uitsluitend bij de auteur; de Commissie kan niet aansprakelijk worden gesteld voor het gebruik van de informatie die erin is vervat. SOLA: 2014-1-AT-KA202-001003 van duurzaam kader van duurzaam toerisme. toerisme. 2. Het kunnen benutten van de voordelen van het betrekken van het 2. Kennis van de hoekstenen van het cultureel bewustzijn in de regio (zoals gebruiken). 3. Kennis van de 2. Gebruik kunnen maken van cultureel bewustzijn in de innovatieve leermethodes hoekstenen van het regio (het gebruik van en onderwijsthema's die cultureel bewustzijn in regionale structuren, de niet direct verbonden zijn de regio (zoals betrokkenheid van met technologie gebruiken). belanghebbenden, (ecologische, sociale en marketing, etc.). economische 2. Kennis van de duurzaamheid van 3. Kennis van de werkelijkheid van de werkelijkheid van de 3. Profijt kunnen trekken uit lokale gemeenschap lokale gemeenschap alle voordelen van het en hun voordelen en hun voordelen werken met lokale voor het eigen voor het eigen groepen. beroep. beroep. 4. Kennis van mensenrechten. toerisme). 3. Gebruik maken van ICT ter bevordering van de interculturele dialoog en 4. Het kunnen voldoen aan 4. Kennis van mensenrechten. als traditionele klaslokaal. het intercultureel begrip. alle mensenrechtenbepalinge 4. Het kunnen stimuleren van n (in het kader van het de creativiteit middels personeel en de supply digitale tools. chain). 5. Het kunnen bevorderen van de motivatie door gebruik te maken van ICT in het traditionele klaslokaal. 6. Het kunnen bevorderen van innovatie door materiaal voor open leermiddelen (OER) te ontwikkelen (interactie tussen gebruikers, docenten en leerlingen). 12 Dit project werd gefinancierd met de steun van de Europese Commissie. De verantwoordelijkheid voor deze publicatie ligt uitsluitend bij de auteur; de Commissie kan niet aansprakelijk worden gesteld voor het gebruik van de informatie die erin is vervat.