© Copyright 2015 Dagblad De Limburger / Limburgs Dagblad. Het auteursrecht, ook ten aanzien van artikel 15 AW, wordt uitdrukkelijk voorbehouden. Zaterdag, 03 oktober 2015 interview De zeldzame genfout die een acute hartstilstand en daarmee een plotse hartdood kan veroorzaken, heeft zich in de loop van eeuwen onder meer Zuid-Limburgers verbreid dan aanvankelijk gedacht. Deze killer kan echter alleen samen met een aantal mededaders toeslaan. DE GROTE IJSBERG ONDER DE door Will Gerritsen E illustratie Robert Muts en ijsberg doemt op in de duistere, onmetelijke Noordelijke IJszee. Alleen het topje is zichtbaar, maar wat eronder schuilgaat, blijft voor de stuurman van het immense passagiersschip verborgen. „Dan blijkt die ijsberg onder water héél groot te zijn en begrijp je waarom de Titanic is gezonken”, zegt cardioloog Paul Volders van het Maastricht Universitair Medisch Centrum (MUMC). Hij gebruikt het beeld in zijn uitleg over de zeldzame genetische fout die een team van de afdelingen cardiologie en klinische genetica in het najaar van 2012 bij drie families in Zuid-Limburg heeft ontdekt. Een minuscuul gendefect dat lang geleden is binnengeslopen, bij de families wier stambomen in het verre verleden aan elkaar zijn vergroeid. Bij wié precies de mutatie uiteindelijk is ontstaan, dit moet voor 1600 zijn gebeurd, is onbekend. Wel is duidelijk dat de families en hun nazaten al eeuwen de omgeving van het riviertje de Worm bewonen, nabij Kerkrade, Eygelshoven en Ubach over Worms, alsmede het aangrenzende Duitse gebied. In juni 2013 haalde het nieuws de krantenkoppen. Geen wonder: de erfelijke afwijking is in de meer recente generaties hoofdschuldige aan enkele tientallen gevallen van plotse hartdood. Dramatische sterfgevallen: vaak jonge mensen van wie het hart volslagen onverwacht stopte met kloppen. De genetische afwijking in het SCN5A-gen wordt door Volders het topje van de ijsberg genoemd. Het defect is immers ‘zichtbaar’, voor klinische genetici goed te herkennen. Door de mutatie kan de elektrische stabiliteit van de hartpomp ontregeld raken en treedt de fatale ritmestoornis op. De directe aanleiding tot een plotse hartstilstand waarbij de genetische afwijking op de achtergrond haar kwalijke rol speelt, kan van alles zijn: een heftige emotie, verkeerde medicijnen, genfout stress, een operatie, ook een hartinfarct trouwens. Cardioloog en elektrofysioloog Rachel ter Bekke van het Maastrichtse onderzoeksteam kent een vrouw in de vijftig die haar eerste acute hartstilstand na een operatieve ingreep (voor een andere aandoening) kreeg. De tweede keer gebeurde het toen ze slecht nieuws uit haar omgeving vernam. Gelukkig was bij haar al preventief een inwendige defibrillator (icd) geïmplanteerd die het ontspoorde hartritme herstelde. Haar vader was al eerder op de radar verschenen als drager van het genfoutje. Toch krijgt lang niet iedere mutatiedrager een hartstilstand. Er zijn mensen met de genetische afwijking die hun hele leven niks aan hun hart mankeren. „Terwijl anderen op jonge leeftijd een acute hartstilstand krijgen en gereanimeerd moeten worden. Onvoorstelbaar”, zegt Rachel ter Bekke. De fout in het SCN5A-gen is de hoofdschuldige, geen twijfel mogelijk. Maar de killer kan klaarblijkelijk alleen maar toeslaan met een aantal medeplichtigen: hoogstwaarschijnlijk een aantal onopvallende genetische varianten. Onopvallend, omdat ze ogenschijnlijk geen narigheid veroorzaken. „We vermoeden dat die varianten niet zeldzaam zijn. Jij en ik kunnen die ook hebben. Misschien is wel 20 procent van de bevolking drager.” Kortom, dit is de nog altijd onbekende onderkant van de ijsberg. Het onderzoeksteam benadrukt dat ‘omgevingsfactoren’ ook een duit in het zakje doen. Roken, ongezond eten, weinig beweging. Dan wordt de ijsberg onder de waterspiegel alleen nog maar groter. De experts hopen dat door een onderlinge vergelijking van het DNA-materiaal van de getroffen familieleden de medeplichtige genetische varianten boven water komen. De mutatie is in de families immers te herleiden tot één voorouderpaar. Ze delen vele genetische eigenschappen met elkaar, waardoor de afwijkingen makkelijker zijn te traceren. Dat zijn enkele spelden die het team in de kolossale hooiberg van de menselijke DNA-code moet vinden, een eindeloze letterreeks die in 750 dikke telefoonboeken past. Maar de experts weten nu beter op welke plekken ze in de hooimijt moeten zoeken. Inmiddels hebben de deskundigen zo’n zeven families in de regio met daarbij 2500 verre en nabije verwanten in kaart gebracht die mogelijk erfelijk belast zijn. In München en het Zweedse Lund zijn ook familieleden met het gemuteerde SCN5A-gen gevonden. De kans dat een kind het gendefect van één van zijn ouders erft, is groot: 50 procent. Volders wil derhalve dat inwoners van Zuid-Limburg alert zijn op hartproblemen. „Met name als die te vaak in de familie voorkomen. Bespreek de klachten met de huisarts, overleg met hem of er reden is voor een verwijzing naar onze polikliniek.” Met deze hoge aantallen ligt een grootschalig onderzoek onder de risicogroepen voor de hand, stelt hij. De provincie en GGD zouden hiertoe het voortouw kunnen nemen. „We moeten daarover een discussie voeren.” De formule voor zo’n onderzoek ligt op de plank. Volders en zijn mensen hebben al enkele keren een informatiedag voor familieleden gehouden. Met de mogelijkheid voor een gesprek, bloedafname en een hartfilmpje. Terug naar het onderzoek. Het team stelt nu een volledig nieuwe vraag, waarbij de hoofdschuldige het gemuteerde SCN5A-gen - buiten beschouwing blijft. Die vraag luidt: zijn de mededaders, het samenraapsel van onopvallende maar waarschijnlijk veel voorkomende genetische varianten, tevens medeplichtig aan andere ‘wandaden’? Dragen ze bij aan het ontstaan van een hartstilstand, veroorzaakt door bijvoorbeeld een hartinfarct of een ander probleem in het hart? Bij zo’n infarct sluit een stolsel een kransslagader af en sterft het achterliggende hartweefsel af, indien niet wordt ingegrepen. Een hartinfarct leidt echter lang niet altijd tot een hartstilstand: één op de twintig krijgt een acute hartstilstand. Misschien hebben de slachtoffers van een hartinfarct en de daaropvolgende hartstilstand de pech dat ze drager zijn van het genoemde cluster van ogenschijnlijk onbeduidende, vrij gangbare genetische varianten. Volders: „Dat willen we allemaal uitvissen.” De impact van dit onderzoek, inmiddels tot ‘Worm-studie’ gedoopt, reikt daarmee veel verder dan Zuid-Limburg. Volders: „We hebben contact gelegd met het UMC Groningen, dat grote databestanden heeft van het ‘genoom van Nederland’. Hierin is het genetische materiaal van de Nederlandse bevolking blootgelegd, zelfs per provincie. Stel dat we de vermoede clustering van genetische varianten ook elders vinden. Betekent dat de dragers hiervan bij een hartinfarct ook een hartstilstand krijgen?! Dan heeft dit betekenis voor ons allemaal.” En blijkt de impact die de ijsberg onder de waterlijn heeft nog groter dan gedacht.