20122013 EINDPRODUCT PROJECT PREVENTIEPROGRAMMA Hogeschool van Amsterdam 2012-2013 INHOUDSOPGAVE Inleiding ............................................................................................................................................................................................3 Analyse .............................................................................................................................................................................................4 Draaiboek ..................................................................................................................................................................................... 10 Folder ............................................................................................................................................................................................. 11 Gastspreker................................................................................................................................................................................. 12 Bijlage 1: Verantwoording Voorlichting ................................................................................................................... 17 Bijlage 2: Verantwoording Folder............................................................................................................................... 23 Bijlage 3: Script Voorlichting ........................................................................................................................................ 25 Bijlage 4: Draaiboek Voorlichting ............................................................................................................................... 29 Albert lof (500642515) (500637504) Michelle Cornet (500635540) Rowdy Ramsche (500653234) Leon Sasabone Timo de Veer (500544709) 2 INLEIDING Hoe kan je rookverslaving preventief tegengaan bij jongeren? De reden dat wij een preventieprogramma tegen roken gaan maken is omdat we de twee chronische ziektes, longkanker en COPD, willen proberen terug te dringen. Roken beschadigt de longen ernstig, waardoor longziekten zich gemakkelijker kunnen ontwikkelen. Ook mensen die al jaren gestopt zijn met roken, lopen een verhoogd risico op longziektes. In 2007 zijn er 9773 inwoners gestorven aan longkanker1, 8321 hiervan rookt2. Vrouwen ontwikkelen eerder longkanker door blootstelling aan schadelijke stoffen in de sigaretten dan mannen. dit door de hormoon huishouding. De ziekte komt bij mannen voor rond de 65, bij vrouwen rond de 55ste jaar. Er word verwacht dat in 2015 deze leeftijd zal verlagen, door het steeds vroeger beginnen met roken3. Niet-rokers krijgen zelden longkanker. Minder dan één op de honderd niet-rokers zal ooit overlijden aan longkanker. Meeroken kan echter wél leiden tot longkanker1. In 2007 overleden 6409 inwoners aan astma en COPD, hier van rookte 4992 inwoners1. Bij chronische bronchitis zijn je longen versmald, door ontsteking. Bij roken komt dit door de schadelijke stoffen. In tabaksrook zitten veel chemische stoffen zoals nicotine, koolmonoxide en teer. In de longen zitten trilhaartjes, de trilhaartjes houden de longen schoon. Door teer plakken trilhaartjes aan elkaar vast hierdoor kunnen de trilhaartjes de longen niet goed meer schoon houden. Door het roken worden de longen nog viezer. De normale manier waarop het lichaam gezond blijft, wordt hierdoor verstoord4. De doelgroep van dit project zijn jongeren van de leeftijd 12 tot 14 jaar. Deze jongeren zitten veelal in de brugklas van de middelbare school. Omdat het project regionaal is en de regio Amsterdam is bevinden deze brugklassers zich op middelbare scholen in Amsterdam. De jongeren hebben nog niet gerookt en zitten in de brugklas zijn de kwaliteitsnormen waar de doelgroep moet aan voldoen. Het project is op deze kwaliteitsnormen gericht. De preventiecampagne die langs middelbare scholen gaat bestaat uit het geven van een x aantal voorlichtingslessen. 3 ANALYSE WORDT ER VEEL VOORLICHTING GEGEVEN AAN JONGEREN OVER DE GEVOLGEN VAN ROKEN? Er zijn organisaties zoals STIVORO en het Trimbos-instituut die regelmatig aan acties, campagnes en voorlichting doen in het kader van voorlichting en preventie tegen roken. Zo was er van mei tot oktober 2012 een jongerencampagne weerbaarheid tegen drank-, drugs- en rookverslaving. Hier kwam het overmatig gebruik van tabak sterk naar voren. Het doel van deze campagne was om de weerbaarheid van jongeren tegen onder andere tabak sterk te vergroten. De organisatie richtte deze voorlichting op naar jongeren van 14 t/m 18 jaar en probeerde hun meer controle over hun gedachten aan te leren. Er werd met beeldend materiaal gewerkt en de oorzaak van de verslaving lag altijd bij de persoon zelf. De algehele boodschap was:’ Kies voor niet of matig drinken, niet roken …’, ‘Een gezonde keuze maken levert jou een positief imago op’, Respecteer het als vrienden van je, de keuze maken om te roken’. Lokale, regionale en landelijke organisaties participeerden bij de campagne en hadden een dermate samenwerking om de boodschap naar jongeren toe zo optimaal mogelijk te verspreiden5. De Stichting Voorkom zette zich in voor preventief tegengaan van roken. Zij geven preventief voorlichting aan de basisscholen en brugklassen over het hele land. De lessen worden gepresenteerd door een preventiewerker samen met een ervaringsdeskundige die ook een rookverslaving heeft gehad. Het doel van deze preventieve voorlichting is om deze doelgroep weerbaar te maken tegen een verslaving en om ze een eigen mening te laten vormen en zo zelfstandig besluiten te laten maken hoe zij met roken omgaan6. ZIJN ROKERS OP DE HOOGTE VAN DE NADELEN EN ZIEKTEN DIE JE VAN ROKEN KUNT OPLOPEN? De kennis die rokers hebben op het gebied van nadelen en ziekten die je kunt oplopen loopt erg achter bij de Nederlandse bevolking. Dit blijkt uit een rapport dat in maart 2012 is uitgebracht. Dit rapport verdiepte zich in de gevolgen van roken en meeroken. Het rapport is gepubliceerd door het ‘International Tobacco Control Policy Evaluation Project (ITC Project) waaraan de Nederlandse organisatie STIVORO ook heeft bijgedragen. Er is uit onderzoek naar boven gekomen dat slechts 61% van de Nederlandse rokers de schade kent van meeroken. Nederland heeft hierbij de laagste score vergeleken met Mauritius, Frankrijk en de VS. Het is bekend dat er onder de Chinese bevolking weinig voorlichting wordt gegeven. Echter weet 68% van de rokers dat er een grote kans is op longkanker. Nederland scoort hierin beter met 70%. In het tabaksverdrag FCTC staat dat voorlichtingen geven erg belangrijk is bij het tegengaan van rookverslaving. Daarom is het belangrijk de kennis te verhogen over de gezondheidsschade die kan ontstaan bij rokers in Nederland. 4 ZOU ROKEN KUNNEN WORDEN TEGENGEGAAN MET BEHULP VAN VOORLICHTINGEN ? Interventies gebruikt voor het minderen van het aantal rokers zoals voorlichtingen, hebben zeker een bepaalde invloed op het gedrag dat jongeren vertonen. Maar zijn deze interventies zodanig beïnvloedend dat het jongeren in staat stelt om niet te beginnen met roken? Ondanks de grote reikwijdte van voorlichtingen over Nederland bij middelbare scholen, is het effect niet optimaal. De voorlichtingen zorgen ervoor dat jongeren het beginnen met roken wel uitstellen maar niet geheel uitsluiten. Zo worden de jongeren door de voorlichtingen op korte termijn geremd om niet te beginnen met roken7. Toch zijn er ook preventieprogramma’s die wel effectief zijn op de jongeren. De campagnes die gevoerd worden bestaan uit 3 lessen waarbij de nadelen van roken benadrukt worden en hoe er wordt omgegaan met groepsdruk. Jongeren beginnen vaak met roken wanneer zij worden gestimuleerd door de omgeving. Vrienden op school bieden vaak een sigaret aan en jongeren willen er over het algemeen graag bij horen. Door deze informatie in voorlichtingen door te geven zorgt dit voor een positieve bijdrage aan de gedachtegang bij jongeren. Ze zullen zelf nadenken wat goed voor hen is en niet wat andere mensen graag willen. Deze informatie wordt dan opgeslagen in het lange termijngeheugen, wat een houvast kan geven bij het besluit maken of iemand begint met roken of niet7. WAT ZIJN FACTOREN DIE JONGEREN KUNNEN AFSCHRIKKEN EN STIMULEREN BIJ HUN ROOKGEDRAG? Er zijn verschillende factoren die jongeren kunnen afschrikken van roken. Maar er zijn ook veel factoren die jongeren juist stimuleren om te gaan roken. Factoren die ervoor zorgen dat jongeren worden afgeschrikt zijn bijvoorbeeld gezondheid en het uiterlijk. Het gebruik maken van afschrikwekkend beeldmateriaal kan ertoe leiden dat jongeren zich bewust worden van de gevolgen dat roken met zich meebrengt. Als voorbeeld een foto van pikzwarte longen. Als tiener heb je nog een lang leven voor de boeg en zie je jezelf niet graag doodgaan. Informatie over een verkort levensspan zal zeker geen positief effect hebben op beginnen met roken. Ook heeft roken een zeer slechte invloed op de conditie. Veel jongeren sporten ook en daarom is roken en sporten een tegenstrijdige combinatie. Nog een belangrijke factor is uiterlijk. Roken geeft ook zichtbare schade aan. De tanden worden geel, de vingers gaan bruin kleuren, de haren en kleren gaan ernaar stinken en de huid gaat ervan rimpelen. Ook kost het erg veel geld. Afschrikken bij jongeren die al roken is veel moeilijker dan bij jongeren die niet roken. Afschrikwekkende plaatjes met zwarte longen of teksten zoals: ‘roken is dodelijk’ werken amper of helemaal niet. Soms kunnen ze zelfs een averechts effect hebben. Er is slechts één geval waarbij dit afschrikmateriaal wel werkt. Dat is wanneer de roker zich ervan bewust is dat hij dit slechte gedrag kan afleren en dat hij de juiste motivatie hiervoor heeft. Vele rokers denken van zichzelf dat ze zó verslaafd zijn dat ze niet kunnen stoppen met roken. Daarom is het zeer belangrijk dat je bij voorlichtingen de doelgroep een gevoel geeft dat ze het in zich hebben om te stoppen4. Eén van belangrijkste factoren die ervoor zorgt dat rookgedrag wordt gestimuleerd, is sociale druk. Jongeren zijn erg makkelijk te beïnvloeden en doen vaak met de groep mee. Zo begint het grootste gedeelte door uitproberen om erbij te horen. 5 WAT IS DE REDEN DAT VEEL JONGEREN BEGINNEN MET ROKEN? Jongeren zijn vaak nieuwsgierig naar hoe het is om te roken. Veel jongeren beginnen ook met roken omdat ze willen weten of het lekker is. Op bijvoorbeeld feestjes begint het met een trekje, dat trekje word al snel een sigaret en die sigaret word al snel een pakje. Voordat jongeren het weten zijn ze verslaafd. Als je jongeren vraagt waarom ze beginnen met roken zijn veel voorkomende antwoorden: Ik vind het stoer, ik wil weten hoe het voelt, mijn familie en vrienden roken ook dus het maakt niets uit, ik rook omdat het relaxed is9. Tegenstrijdig met vorige alinea, herhaling en bron eerste zinnen? WAAROM BEGINNEN JONGEREN VOORAL IN DE BRUGKLAS MET ROKEN? Jongeren tot 13 jaar roken heel weinig tot nauwelijks. Pas als ze in de brugklas komen krijgen ze te maken met veel factoren die het roken beïnvloeden. Vanaf 16 jaar rookt een derde van alle jongeren. Doordat er veel jongeren uit de hogere klassen roken denken ze dat het stoer is en gaan ze het ook proberen. Ook beginnen veel vrienden te roken, dit zorgt voor gewenning waardoor jongeren eerder beginnen met roken. Ook denken veel jongeren dat het makkelijker is om vrienden te maken door te roken, want je kan iemand een sigaret aanbieden. En omdat je in de brugklas bij allemaal vreemden komt en al je vrienden van de basisschool op andere scholen zitten versterkt dit het effect9,10. WAAROM BEGINNEN JONGEREN MET ROKEN? Er zijn verschillende oorzaken die kunnen verklaren waarom jongeren beginnen met roken. Houdt hierbij rekening met het feit dat jongeren niet om één reden beginnen met roken, maar dat het dikwijls een kluwen is van redenen. Hiermee wordt bedoeld een combinatie van elkaar onderling beïnvloedende en versterkende factoren, die van invloed zijn op het ontstaan van rookgedrag. Er is sprake van multicausaliteit. Er zijn vooralsnog geen fasespecifieke factoren vast te stellen. Hieronder worden de afzonderlijke oorzaken besproken die volgens onderzoek van invloed zijn op het beginnen met roken11. FASEN IN HET ONTSTAAN VAN ROOKGEDRAG Er worden vijf fasen onderscheiden in het ontstaan van rookgedrag: 1. Voorbereidend: de jongere vormt zich een beeld van het roken en een daarbij behoren attitude. De jongere heeft nog nooit gerookt. 2. Initieel: de jongeren probeert zijn eerste sigaret of sigaretten. Rookgedrag: hij heeft wel eens gerookt, maar niet in de laatste drie maanden. 3. Experimenteel: de jongeren experimenteert wat vaker met sigaretten. Hij ervaart geen vervelende fysiologische effecten meer van het roken; zijn lichaam is eraan gewend geraakt. Hij ervaart positieve lichamelijk en sociale effecten van het roken. Het roken wordt positief gewaardeerd in zijn omgeving, althans in de groep leeftijdsgenoten waar hij mee optrekt. Rookgedrag: gerookt, maar niet in de laatste vier weken. 4. Regulier: het roken wordt allengs een vast patroon. De jongere rookt incidenteel, nog niet structureel. Zo heeft hij in de laatste vier weken gerookt, maar hij rookt nog niet dagelijks. 5. Afhankelijkheid: de jongere is zowel psychisch als lichamelijk afhankelijk geraakt van de nicotine. Hij heeft onthoudingsverschijnselen en er is sprake van terugval bij stoppen. De jongere rookt in deze fase dagelijks12. 6 SOCIO-DEMOGRAFISCHE FACTOREN leeftijd: tot 20 jaar stijgt het aantal rokers. Geslacht: er zijn meer mannen die roken. etniciteit: het aantal rokers onder allochtonen is hoger dan bij de autochtone bevolking. Vooral bij mannen van Turkse afkomst is het percentage rokers beduidend hoger (tussen 49 en 69%) dan bij autochtone mannen (31%). Dit geldt vooral voor mannen van Turkse afkomst in de leeftijdscategorie 25-45 jaar (70%). Gezinssamenstelling: er is een grotere kans dat jongeren met gescheiden ouders gaan roken. Sociaal-economische status van ouders (SES): hoe hoger de SES van de ouders des te minder kans dat de jongere gaat roken. Persoonlijk inkomen: jongeren die eigen geld hebben roker vaker. Opleidingsniveau: hoe hoger de opleiding, hoe kleiner de kans dat de jongere begint met roken12. OMGEVINGSFACTOREN De rol van de ouders is van grote invloed of de jongeren zal beginnen met roken. Roken de ouders zelf en wat is de houding van de ouders ten opzichte van roken? Het gaat om de mate waarin roken sociaal geaccepteerd gedrag is in de omgeving waar de jongeren zich in begeeft. Naast de ouders zijn ook de vriendengroep van belang, maar moet niet overschat worden. Ook is de kans groter dat een jongere gaat roken als hij een rokende broer of zus heeft. Goede schoolprestaties en betrokkenheid bij school zijn protectieve factoren. De beschikbaarheid en verkrijgbaarheid van tabaksproducten spelen ook een rol. De prijselasticiteit is bij jeugdigen hoog. Prijselasticiteit wil zeggen dat hoe hoger de prijs van tabak is, hoe meer de consumptie ervan afneemt. De verkoop van losse sigaretten of kiddie packs (kleine pakjes met 10 sigaretten of minder verboden in Nederland) verlagen de drempel om te beginnen met roken. In een programma van de BBC in 2008 blijkt dat de Britse tabaksfabrikant British American Tobacco (BAT) zijn marketing in Nigeria, Malawi en Mauritius richt op jongeren. Zo wordt de verkoop van losse sigaretten aangemoedigd, aangezien de verkoop van losse sigaretten vooral jongeren aanzet tot roken; zij kunnen immers dikwijls geen heel pakje sigaretten betalen. In het programma laat de BBC kinderen van elf jaar oud zien die losse sigaretten kopen13. GEDRAGSMATIGE FACTOREN Uit onderzoek blijkt dat roken samenhangt met gedragsmatige factoren als genotmiddelengebruik, rijden onder invloed van alcohol, antisociaal gedrag (agressie, diefstal en vandalisme), onveilig seksueel gedrag en slechte schoolprestaties14. Deze factoren hangen ook onderling samen. Het gaat om een patroon van rebellerend, reclacitrant en afwijkend gedrag. PERSOONLIJKE FACTOREN Bij persoonlijke factoren kunnen we onder andere denken aan de volgende factoren: De houding ten aanzien van roken en het vermogen om sociale druk te weerstaan. Persoonlijkheidskenmerken: thrill- en sensation seeking en extrovertie spelen een rol bij het beginnen met roken en depressieve stemming speelt een rol bij blijvend rookgedrag of het bestendigen van rookgedrag. Copingvaardigheden: kan de jongere omgaan met problemen waar hij zich voor gesteld ziet? Probleemoplossende vaardigheden zijn een beschermende factor. Biologische factoren: er bestaat een genetische aanleg of gevoeligheid voor de verslavende werking van nicotine. Dit lijkt erfelijk overdraagbaar te zijn12. 7 SOCIALE DRUK Uit de resultaten van het TNS NIPO Roken Jeugd onderzoek blijkt dat de houding van 10 tot 19 jarigen ten aanzien van het roken in de afgelopen acht jaar aanzienlijk is verbeterd. Jongeren roken minder vaak: het percentage jongeren dat zegt nog nooit gerookt te hebben is tussen 1998 en 2005 toegenomen van 50% naar 56%. Tevens is het percentage jongeren dat in de afgelopen 4 weken gerookt heeft, gedaald van 29% in 1998 naar 23% in 2005. De eigen effectiviteitinschatting is verbeterd : Jongeren vinden het anno 2005 vaker (heel) makkelijk om niet te gaan roken (88%) in vergelijking met 1999 (83%). Ook hebben jongeren er meer vertrouwen in dat het ze zeker of waarschijnlijk wel zal lukken om niet te gaan roken (88% in 2005 en 84% in 1998). In de perceptie van jongeren is het aantal leeftijdsgenoten dat rookt minder geworden : In 1998 had 74% van de 1019 jarigen rokende klasgenoten, in 2005 was dit percentage significant gedaald naar 62%. Ook hebben jongeren steeds minder vaak vrienden die roken: In 1998 had 64% van de jongeren nog rokende vrienden in 2005 is dat percentage gedaald naar 58%. Jongeren ondervinden vaker druk om niet te roken dan dat ze druk ondervinden om wel te roken: Slechts een klein percentage van de jongeren heeft (zeer) vaak het gevoel dat vrienden en vriendinnen willen dat ze roken. Daarentegen neemt het percentage jongeren dat het gevoel heeft dat vrienden en vriendinnen juist NIET willen dat ze roken toe: In 2005 gaf een kwart van de jongeren te kennen dat ze dit gevoel (zeer) vaak hadden. In 2004 had 19% het gevoel dat vrienden willen dat ze niet roken (verschil met 2005 significant). Het imago van niet rokende jongeren maakt een positieve ontwikkeling door : Niet-rokers worden in 2005 positiever beoordeeld dan in 2001 op de aspecten ‘stoer’, ‘leuk’ en ‘cool’ 13,14. ROL VAN DE OUDERS Ouders vormen (meestal) een constante factor in de hectische periode van de adolescentie. Jongeren hechten veel belang aan de relaties met leeftijdgenoten zoals vrienden en een partner. Echter in de adolescentie zijn deze relaties aan sterke veranderingen onderhevig: vrienden die op het ene moment de belangrijkste personen in de hele wereld zijn, kunnen enige tijd later weer volslagen onbekenden zijn 14. De stabiele factor in deze turbulente periode is in veel gevallen het gezin. Vaak wordt gedacht dat ouders niet zoveel invloed uitoefenen op riskante gedragingen van jongeren omdat die gedragingen zoals roken, drinken, onveilige seks en druggebruik, veelal plaatsvinden in situaties waar ouders geen zicht op en geen controle over hebben. Het is inderdaad waar dat maar weinig jongeren thuis beginnen te roken. Dit betekent echter niet dat ouders weinig invloed hebben op de ontwikkeling van rookgedrag. Als één punt duidelijk naar voren komt in dit overzicht is dat het gedrag en de meningen van ouders kinderen blijven beïnvloeden, zelfs in de late adolescentie. De manieren waarop ouders invloed hebben zijn divers. Door hun eigen rookgedrag, door hun stijl van opvoeden, door feitelijk opvoedingsgedrag, door de relatie die ze met hun kind hebben, door de manier waarop in het gezin met roken wordt omgegaan, bepalen ouders mede de beslissing van adolescenten om te gaan roken14,15. OPLEIDINGSNIVEAU In de grafiek hieronder kun je zien dat het aantal rokende jongeren op elke schoolsoort anders is. Er roken vooral veel jongeren die geen of lager onderwijs volgen. In HAVO- en VWO-klassen roken de minste jongeren15. 8 Factoren die kans op (gaan) roken verkleinen Factoren die kans op (gaan) roken vergroten omgevingsgebonden factoren omgevingsgebonden factoren Niet-roken van ouders (vooral moeder) rookgedrag van broer/zus, (beste) vrienden en leeftijdsgenoten Anti-roken houding bij ouders (onafhankelijk van hun rookgedrag) makkelijke verkrijgbaarheid van tabak Opvoeding: controlerend (vooral jongens) en tegelijk steunend (vooral meisjes) tabaksreclame (vergroot sociale acceptatie van roken) Betrokkenheid bij school en goede schoolprestaties pro-roken attitude en groepsnorm, soms gekoppeld aan subcultuur als gabber/hiphop persoonsgebonden factoren b, d persoonsgebonden factoren Actief sportleven en gezond eetpatroon riskant, rebellerend en deviant gedrag Anti-roken houding genetisch bepaalde gevoeligheid voor de verslavende werking van nicotine Korte termijn negatieve verwachtingen (vieze smaak en geur, duur, slecht voor conditie) depressieve gevoelens Gezondheidsopvattingen (slecht voor hart en longen, etc.) stress (bijv. door slechte schoolprestaties) Vaardigheid om sociale druk tot roken te weerstaan laag gevoel van eigenwaarde en de copingstijlb, c Subjectieve norm (personen, die voor iemand belangrijk zijn, vinden dat hij niet moet roken) niet-beredeneerde processen (gewoontevorming, conditionering) bestendigen beginnend rookgedrag gevoeligheid voor invloed van leeftijdsgenoten slechte prestaties op school of werk angst neiging tot het nemen van risico's11 9 DRAAIBOEK Draaiboek 17:30 Aanmelden receptie van de School. (1) (iedereen van de groep) 17:45 80 Stoelen klaar zetten (2) (Rowdy, Michelle, Timo) 18:00 Computer klaar zetten (3) (Albert) 18:00 Welkom heten gastprekers (4) (leon) 18:15 Microfoon checken (5) (Albert, Rowdy) 18:15 Poster ophangen in het lokaal (6)(20) (Leon, Timo) 18:15 Welkoms drankje inschenken(7) (21) (Michelle, Albert) 18:15 18:30 Buffer kwartiertje (8) 18:30 Alles is klaar gezet en de eerste gasten kunnen ontvangen worden. (9) 18:45 Welkoms woord & doel van deze voorlichting (10) (Timo) 19:00 Start van de presentatie (11) 20:00Gastcollege Ronald (12) (22) 20:25 Pauze (13) 20:30 opnieuw inschenken van drinken en kauwgum uitdelen. (14)(23)(24) (Iedereen) 20:45 Gastcollege Leonel (15) 21:30 Einde (16) 21:35 Bedanken van de gastsprekers (Leon & Albert) 21:35 Alles opruimen (18) (Iedereen) 22:00 afmelden bij de conciërge van de school(19) (Timo, Michelle) 10 FOLDER Bijgevoegd. 11 GASTSPREKERS DELLEAN Goedemiddag dames en heren. Mijn naam is Dellean en ik ben nu drieënveertig jaar oud. Zoals jullie weten staat deze voorlichting in het kader van roken en het preventief tegengaan hiervan. Daarom ben ik hier om jullie wat te vertellen over mijn ervaringen met roken. Over hoe ik ben begonnen, waarom ik nog steeds rook en de problemen die ik hierbij heb ervaren. Als brugpieper was ik altijd een zeer brave jongen. Ik kwam van de basisschool als enige van mijn klas naar de grote middelbare school. Ik voelde mij die eerste dagen eenzaam omdat ik daar niemand kende. Nieuwe gezichten maakte mij destijds zeer verlegen en ik was nooit echt spraakzaam. Naarmate de tijd vorderde maakte ik nieuwe vrienden. Ik voelde mij vertrouwd in deze groep en had daar veel lol. De tijd rond de middelbare school is een fase van experimenteren geweest voor mij, zoals dit was bij elke brugpieper. Voor de school was een plek waar veel jongeren bijeen kwamen. Hier stonden veel ‘stoere’ mensen. Ze rookten altijd op deze plek. Een paar van mijn vrienden kenden deze ‘stoere’ jongens en meisjes en stonden hier wel eens bij. Ik werd hier wel eens bij betrokken en daar stond ik dan, tussen de jongens en meisjes die daar stonden te paffen. Ik vond het altijd een vreselijke geur. Het stonk een uur in de wind en mijn kleren ook. Ze boden mij ook wel eens een sigaret aan. Ik weigerde het altijd omdat ik wist dat het slecht voor je was. Dit vertelde mijn moeder mij al van jongs af aan. Ik weigerde het toen en zou dat altijd blijven doen. Althans, dat dacht ik. Toen ik in de derde klas zat veranderde mijn klas. Ik begon met de HAVO en veel van mijn vrienden moesten naar een andere school, omdat zij een ander niveau moesten doen. Ik kwam dus wederom in een nieuwe klas terecht. Daar leerde ik Jake kennen. Jake was in mijn ogen een ruige jongen. Ging veel uit en dronk ook niet echt weinig. Ik trok veel op met hem en ik wilde ook graag de dingen doen die hij deed. Zo rookte hij af en toe ook wel eens een jointje. Ik vroeg mij vaak af hoe dit voelde en wat het effect hiervan was. Op een dag ging ik dus met hem mee om een jointje te roken. En toen zat ik daar met een jointje in mijn hand. Ik dacht: ‘Oké, dit is eenmalig en daarna nooit meer.’ Ik nam een trek van de joint en ik voelde het prikkelen in mijn longen toen ik het inademde. Ik begon spontaan te hoesten. Jake vertelde mij dat dit een normale reactie is en zei dat ik nog een trekje moest nemen. Zo volgden er nog een paar trekjes en ik voelde de wiet in mijn systeem rondgaan. Ik voelde mij erg kalm, blij en een honger dat ik had! Jake had al gedacht aan een paar zakken chips. Ik vrat mij helemaal rond terwijl hij muziek opzette. De muziek weergalmde in mijn oorschelpen en klonk alsof de goden hemelse liederen zongen. Ik vond het geweldig en ik had veel plezier. Toen het gevoel een beetje begon weg te ebben dacht ik bij mezelf dat ik het een erg goeie ervaring vond en dat ik het wel vaker wilde proberen. Zo gezegd, zo gedaan. Samen met jake heb ik nog een aantal keer wiet gerookt. Dit ging mij goed af. Ik kon er steeds beter tegen en hoefde bijna nooit meer te hoesten. Af en toe een jointje roken met Jake was wel gezellig. Maar naast wiet rookte hij ook sigaretten. Vertelde mij dat een sigaretje na een joint het effect kon versterken. Toen dacht ik: ‘weet je, waarom zou ik het niet gewoon proberen?’ Dat was het moment dat ik voor het eerst in aanraking kwam met tabak. Het roken van tabak van ik niet echt speciaal maar het was inderdaad wel erg lekker na een jointje. Jake nam me wel eens mee met uitgaan in de stad. Dan dronken we een paar biertjes en rookte ik ook wel eens een sigaretje. Ik nam altijd een sigaret van vrienden maar dat gaf mij het gevoel dat ik alleen maar sigaretten aan het bietsen was. Ik kocht daarom een pakje voor mijzelf. Zo kon ik mijn vrienden ook weer eens wat uitdelen. 12 Zodoende kwam ik ook thuis met een pakje. Ik had sigaretten voor mijzelf en ging ze stiekem roken in mijn tuin. Zo kwam ik steeds meer in aanraking met tabak. Één sigaret per dag werd er twee. twee sigaretten werden er drie. En snel rookte ik al een pakje in de week. Langzamerhand begon ik steeds meer te roken en begon ik er verslaafd aan te raken. Zo heb ik jarenlang gerookt. Ik was ongeveer zestien jaar oud toen ik ermee begon en heb jaren een pakje per 2 dagen gerookt. Na een jaar of tien wilde ik er mee gaan stoppen. Telkens als ik ging roken dacht ik aan de gevolgen. Dat ik longkanker zou kunnen krijgen en dan ik ervan dood zou kunnen gaan. Ik stopte ermee. Ik gooide mijn pakje weg en begon van die nicotinekauwgom te eten. Ik heb dit twee weken volgehouden. Ik werd ziek van het stoppen. Ik kreeg er koorts van en moest overgeven. Mijn lichaam had die nicotine nodig en op deze manier begon ik weer te roken. Ik ben nu drieënveertig en ik ben getrouwd en heb twee prachtige kinderen. Maar anderhalf maand geleden heb ik zeer slecht nieuws gekregen. Ik kwam ik erachter dat ik longkanker had. Dit vertelde mijn arts. Het was zeer stil in de kamer op het moment van het slechte nieuws. Een koude kille sfeer overwelmde mij. Mijn wereld stortte in. Ik had jarenlang gedacht dat het mij niet zou overkomen. Ik zag dat er veel ouderen waren die hun hele leven lang gerookt hadden en nooit ziek waren geworden. Ik dacht dat ik daar eentje van zou zijn. Maar nee, ik was één van de vele mensen die ook longkanker hebben gekregen van roken. Het beloop van mijn ziekte heeft geen rooskleurige toekomst. Ik heb nu nog maar een aantal maanden te leven. De kanker is zodanig uitgezaaid dat er weinig meer aan te doen valt. De arts zei tegen me dat ik door kon gaan met roken. Waarschijnlijk omdat er toch geen goede prognose voor mijn ziekte is. Als ik nu terugkijk op al die jaren dat ik heb gerookt denk ik bij mijzelf dat al dat roken niet veel heeft toegevoegd aan het leven. Het kostte me bakken met geld, ik ging erdoor stinken, mijn conditie werd slechter. Maar ja, dat is altijd achteraf. Het is vreemd om te weten dat ik er over een half jaar niet meer ben. En het maakt me ook zeker bang. Angstig om het feit dat ik niet geloof in een god en daarom ook niet in een hiernamaals. Als ik dood ben zal alles over zijn. Mijn herinneringen, mijn bewustzijn, mijn gevoelens. Alles zal weg zijn als ik overlijd. Ik treur ook zeker voor mijn familie. Dat ik mijn vrouw en kinderen moet achterlaten. Dat ik mijn kinderen niet kan zien opgroeien. Dat zij moeten lijden om de fouten die ik heb gemaakt. Ik deel dit verhaal met jullie zodat jullie kunnen nadenken over de gevolgen van roken. Het is van belang dat jullie weten welke consequenties roken met zich meebrengt. Ook al is het voor mij te laat, ik kan jullie altijd nog wat meegeven wat jullie kan helpen bij het tegengaan van roken. Een heel groot gedeelte van de rokers sterft te jong door de gevolgen hiervan. Verpest je gezondheid niet door te beginnen met roken. Het leven is te mooi om er vroegtijdig afscheid van te nemen. Ik wil jullie bedanken voor het luisteren naar mijn verhaal. Mogen jullie nog een lang leven leiden en laat dit een les zijn om jullie ogen te openen. Bedankt voor je aandacht. Mijn eerste sigaret 13 Goedenavond dames en heren, Ik ben Ronald en ik ben pas 21 jaar geworden. Met enige schaamte kom ik jullie vertellen waarom ik ben gaan roken en wat voor ervaringen ik ervaar door mijn rookgedrag. Iedereen weet dat roken slecht is, ook rokers zelf. Die weten heus wel dat roken slecht is. Hoe ben ik begonnen met roken? Vanaf kleins af aan was ik altijd al een anti-roker, dat was elk klein kind wel. Het ging zelf zo ver dat ik de sjag van mijn oma ging verstoppen of onder de kraam hield. Want als kind wil je je oma beschermen tegen deze slechte gewoonte! Toch vond ik het heel stiekem wel spannend wat roken nou precies was. Ik kon nog herinneren toen ik een jaar of 8 was. Ik was vaak bij mijn opa en oma in die tijd, nou nu eigelijk nog. Het zijn een soort 2e ouders voor mij. Het was een woensdag middag en opa en oma gingen op mij passen. Oma rookte altijd gewoon binnen zonder enige ventilatie. De blauwe walm prikte soms in je ogen als je langs loopt en in de avond moesten mijn kleren gelijk in de was omdat het naar rook ruikt. Oma was net klaar met een boterham voor mij te smeren voordat de telefoon ging. Oma liep naar de telefoon en was in gesprek met mijn moeder. Ik zag dat sjaggie op de asbak smeulen . Ik keek naar links en rechts en ik zag dat niemand keek. Ik rook heel diep aan de walm die van de sigaret af komt. Het eerste wat ik dacht is ‘hoe kan iemand dit OOIT lekker vinden’ en het bevestigde mij dat ik nooit van zijn nimmer zal gaan roken! 4 jaar later was ik een verse brugpieper, met mijn veelte zware tas vol met boeken en mijn splinter nieuwe fiets kwam ik heel stoer maar toch gespannen het grote plein van de middelbare school op. Ik keek om mij heen, ik zag daar allemaal grote kinderen, sommige waren zo groot dat ze zelf een scooter hebben! Ik voelde mij toch wel een beetje geïntimideerd door al deze grote kinderen en zocht naar bekende gezichten die ik kende van de basisschool. Ah, daar was mijn beste vriend! Ik liep op hem af en gaf hem een box. Na een paar maanden was het nieuwe leven als brugklasser gewend. Ook de niet zo goede dingen die iedereen wel deed op die leeftijd deed ik. Af en toe een les spijbelen, te laat komen, boterham die je moeder voor je had gesmeerd weggooien en een patatje bij de febo halen. Maar roken (nog) niet! Niemand rookte van de 1e klassers dus waarom zou je? Al snel ging ik niet alleen met mijn klas om maar ook met mensen van hogere klassen, vooral 2 e jaars. Daar keek ik echt tegenop, zei hadden immers een jaar meer ervaring! Hoe stoer is het om in de pauze met hun in de stad te lopen. Een meisje van de 2e kon ik mij nog goed herinneren, iedereen van de school kende haar, ze kreeg vaak straf en had een grote mond tegen de docenten, Ook rookte zij al. Ze had een schuine eastpack tasje waar ze met een handeling haar rits opende, een sigaret tevoorschijn toverde en die in haar mond deed en zo over de gangen van de school liep. Ik hield wel van dat rebelse en ik raakte bevriend met haar. Ik wilde ook wel stoer overkomen en werd ook rebels en opstandig tegen leraren. Toch voelde ik me niet helemaal erbij horen, één aspect miste. Ah, dat is het bedacht ik me, zij rookt en ik niet! Tijdens de grote pauze vroeg ik aan haar heel nonchalant alsof ik al jaren rookte ‘ey, heb je een sigaret voor me?’ stiekem was ik bang wat haar reactie was, ‘ze zou het toch niet afkeuren toch, ze rookt immers zelf?’ voordat ik klaar was met te bedenken wat haar reactie was gaf ze mij een brandende sigaret, ze keek mij niet eens aan toen ze het gaf! Ik hield de sigaret tussen mijn wijs en ringvinger, want iedereen doet dat dus zo zou het wel moeten. Ik twijfelde heel even tot dat ik met één soepele beweging de sigaret naar mijn mond dirigeerde. Ik nam een klein trekje, inhaleerde niet eens in, en blies het gelijk uit. Mijn eerste gedachte was ‘heb ik nou echt gerookt?’. Een beetje angstig keek ik in de ronde want mijn klasgenoten en mijn leraren mochten dit natuurlijk absoluut niet weten, stel dat ze me ouders zouden bellen. Ik observeerde stiekem vanuit mijn ooghoeken wat de volgende stap was, ik volgde mijn voorbeeld. ‘ah’. Dacht ik. ‘nog een hijs dan maar’ ik deed precies het zelfde als mijn eerste trekje. Ik was net klaar met het uitblazen van de rook totdat ik werd onderbroken met een lach, ik lachte mee. Maar dit is wel een hele vreemde lach, Ik werd uitgelachen merkte ik! ‘Je inhaleert niet eens loser’ zei ze tegen mij. ‘ECHT WEL!’ is het eerste wat ik zei. Ik had geen flauw idee wat dat mens bedoelde. Ze legde mij uit dat ik de rook in mijn mond moest inademen. Nou, zo gezegd zo gedaan. Ik had wat rook in mijn mond en ik ademde dit in. Voordat ik besefte wat ik deed hoestte ik de halve school bij elkaar. Ik werd ligt in mijn hoofd, traande constant en mijn hoestreflex schoot door totdat ik bijna ging overgeven. ‘Nooit meer dit’ beloofde ik mijzelf. Sinds dien heb ik geen sigaret meer aangeraakt. Totdat ik van school af moest en ik naar een andere school ging. Ik moest van een havo/vwo school naar de mavo. Wat een wereld van verschil was dat daar. Er waren bijna alleen maar buitenlanders vergeleken mijn oude school, toch voelde ik mij snel thuis op deze school. Tijdens de toetsen was iedereen aan het stressen, de cijfers tellen immers mee voor de examens. Bijna de helft van mijn nieuwe klas ging roken 14 omdat ze zoveel stres hadden, dat is wat ze zeiden tenminste. Ik ervaarde dit totaal niet, ik haalde de toetsen met achten en hoger, toch ging ik altijd mee naar buiten waar mijn vrienden rookten. Ik was heel loyaal, met zonneschijn en regen, ik ben en ik zou buiten staan met mijn nieuwe vrienden! Toen werd ik 16 jaar, tijd voor een scooter! Maar aller eerst natuurlijk mijn theorie halen. Ik was best wel zenuwachtig een week voordat ik examen had. Toen dacht ik ‘mijn vrienden roken voor de stres, ik ga ook wel roken om van mijn stres af te komen!’ dat is toch logisch, iedereen zegt het, dan zou het ook wel zo zijn. Ik herinnerde mijn eerste ervaring met roken als een dikke afgang, dus daarom moest ik oefenen. Ik pikte een sigaretje van mijn oma en nam een héél mini trekje. ‘hmmm.. dat valt reuze mee’ uiteindelijk had ik mijn eerste sigaret gerookt en was ik klaar gestoomd om bij mijn vrienden op het schoolplein mee te roken! Grote pauze, ik ben er klaar voor. Ik liep naar mijn vrienden op het schoolplein en vroeg zelfverzekerd om een trekje van een sigaret van een vriend. ‘Dit is het moment van de waarheid’ dacht ik. ‘ik heb hier zo lang voor geoefend’. Ik inhaleerde en blies het weer uit. ‘oefening baart kunst’ dacht ik bij mezelf. Dit ging een tijdje door, ik kreeg steeds een sigaretje van een mijn vrienden van de groep. Tot dat ik een keertje een pakje moest kopen want ik was nu aan de beurt. Na schooltijd ging ik naar de Albert Heijn en het eerste pakje sigaretten heb ik gekocht voor €4,20. Een rib uit mijn lijf! Zoveel zakgeld kreeg ik per week. Mijn eerste pakje sigaretten werd al snel mijn 2e pakje, en de 2e al snel de 3e enz. enz. enz. Op een gegeven moment ging ik zelfs roken om de tijd te doden, roken omdat ik me verveelde, en niet zozeer om stoer te doen. Dit is het verhaal van hoe ik ben begonnen met roken, laat dit míjn verhaal zijn. Ik hoop dat jullie nooit een verhaal vertellen over ‘ mijn eerste sigaret’. Omdat het niet zo ver zou komen bij jullie. BRONNENLIJST 1. Waaraan gaan we dood? CBS 2007. http://www.cbs.nl/nl-NL/menu/home/default.htm 15 (geraadpleegd 2012 september 14) 2. Feiten en cijfers roken en kanker. http://preventie.kwfkankerbestrijding.nl (geraadpleegd 2012 september 14) 3. determinant, gezondheidsgevolgen en oorzaken. nationaal kompas gezondheid 2012. .http://www.nationaalkompas.nl/gezondheidsdeterminanten/leefstijl/roken/wat-zijn-de-mogelijkeoorzaken-van-roken/ (geraadpleegd 2012 september 13) 4. RIVM roken interventies welke typen rookinterventies zijn er? nationaal kompas gezondheid 2012. .http://www.nationaalkompas.nl/gezondheidsdeterminanten/leefstijl/roken/interventies-en-beleid/ (geraadpleegd 2012 september 13) 5. http://www.stivoro.nl/Over_STIVORO/Wat_doet_STIVORO_/Acties___Campagnes/Jongerencampa gne__onderliggende_pagina_/_Meer_lol_met_self_control_.aspx 6. http://www.voorkom.nl/voorkom/organisatie/wat-wij-doen.html 7. http://www.nationaalkompas.nl/gezondheidsdeterminanten/leefstijl/roken/effectiviteit-en-kosten-vaninterventies-en-beleid/ 8. http://www.scientias.nl/roker-laat-zich-niet-afschrikken-door-nare-teksten-of-enge-plaatjes/69717 9. http://www.stivoro.nl/Voor_jongeren/Gezondheid_en_roken/Waarom_roken_mensen_/index.aspx (geraadpleegd 4 oktober 2012). 10. http://www.stivoro.nl/Voor_jongeren/Feiten___Cijfers/Jongeren_en_roken/index.aspx (geraadpleegd 4 oktober 2012). 11. Willemsen MC (STIVORO), Feenstra D (STIVORO), Kranen HJ van (RIVM), Zantinge EM (RIVM). Wat zijn de mogelijke oorzaken van roken? In: Volksgezondheid Toekomst Verkenning, Nationaal Kompas Volksgezondheid. Bilthoven: RIVM, <http://www.nationaalkompas.nl> Nationaal Kompas Volksgezondheid\Gezondheidsdeterminanten\Leefstijl\Roken, 12 juli 2011. 12. http://mens-en-gezondheid.infonu.nl/verslaving/34889-ontstaan-rookgedrag-roken-jongerenfactoren-en-oorzaken.html 13. http://www.stivoro.nl/upload/_publdocs/Jongeren%20en%20de%20sociale%20druk.pdf 14. http://www.stopeffectief.nl/upload/_publdocs/ouders.pdf 15. http://www.stivoro.nl/Voor_jongeren/Feiten___Cijfers/Jongeren_en_roken/index.aspx 16 BIJLAGEN 17 BIJLAGE 1: VERANTWOORDING VOORLICHTING Wij hebben er voor gekozen om een voorlichtings avond te doen. Hierbij hebben wij gekozen voor een powerpoint via het programma ''prezi''. Wij hebben voor een powerpoint gekozen omdat dit overzichtelijk en duidelijk is. Zo kan je aan de hand van beeldmateriaal je verhaal vertellen. De taalgebruik is makkelijk en duidelijk, geen gebruik van medische woorden. Als er een medisch woord in voor komt wordt dit zo veel als mogelijk uitgelegd. Dit hebben we gedaan omdat we het houden voor 1e klassers en we kunnen er niet van uitgaan dat alle woorden bij hen bekend zijn. Wij hebben gekozen voor een voorlichtings avond omdat het belangrijk is om veel te vertellen over jou preventie programma. Een voorlichtigs avond is hier een goede keuze voor. Zodat zowel jij als de mensen voor wie het is hier tijd aan moeten besteden. Gebruik van hulpmiddelen als een speelse powerpoint maakt het voor de doelgroep geschikt om hun aandacht erbij te houden. Dingen als interactie met het publiek maakt het interessanter, informatie blijft hierdoor beter hangen. 1 Klik 1 Verklaring tekst. “Als je niet begint, hoef je ook niet te stoppen!” Deze boodschap en tevens de naam van de voorlichting zal een aantal keer herhaalt worden volgens het principe van distributed learning en maintainance rehearsal. Distributed learning houdt in dat de lesstof meerdere keren vluchtig geleerd wordt. Uit onderzoek is gebleken dat studenten die de stof in twee keer bestudeerden beter scoorden dan de studenten die alles in 1 keer leerden. Zo kan je de lesstof verdelen over een lange periode in plaats van alles op het laatste moment leren. Maintainance rehearsal is het proces waarbij informatie steeds herhaald wordt om te voorkomen dat het materiaal vervaagt in de tijd dat het in het werkgeheugen zit. 2 Klik 6 Verklaring tekst: En dan nu wat cijfers en feiten. Ruim 27% van de Nederlandse bevolking rookt. Dat zijn dus één op de vier mensen! Hiervan roken meer mannen dan vrouwen. 34% van de jongeren tussen 13 en 19 jaar zegt ooit gerookt te hebben.3 85% van de mensen met longkanker roken of roken mee. In 2009 overleden ruim 8.600 mensen aan longkanker.4 Verklaring powerpoint: Bij klik 6 hebben wij gekozen voor massage framing. Wij hebben cijfers bij elkaar gezet om te laten zien hoe groot de gevolgen hiervan zijn. Wij hebben gekozen voor gain framing omdat dit een postievere werking heeft op preventie 5 6. 18 Klik 8 verklaring powerpoint. Wij hebben er voor gekozen om de reden dat we beginnen in de vorm van een cirkel te doen. Dit omdat deze 3 factoren met elkaar in verband staan. Dit maakt het duidelijker en overzichtelijker. ‘’Er zijn verschillende oorzaken aan te wijzen die kunnen verklaren waarom jongeren beginnen met roken. Houd hierbij rekening met het feit dat jongeren niet om één enkele reden beginnen met roken, maar dat het dikwijls een kluwen is van redenen. Hiermee wordt bedoeld een combinatie van elkaar onderling beïnvloedende en elkaar soms versterkende factoren die in meer of mindere mate van invloed zijn op het ontstaan van rookgedrag. Er is sprake van multicausaliteit. Er zijn vooralsnog geen fasespecifieke factoren vast te stelen. Hieronder worden de verschillende afzonderlijke oorzaken besproken die volgens onderzoek van invloed is op het beginnen met roken.’’ 7 Klik 9 verklaring powerpoint. We hebben voor een plaatje van een moeder met een kind gekozen omdat de ouders een belangrijke rol spelen bij de omgevingsfactoren. '' De rol van de ouders is van grote invloed of de jongeren zal beginnen met roken. Roken de ouders zelf en wat is de houding van de ouders ten opzichte van roken? Het gaat om de mate waarin roken sociaal geaccepteerd gedrag is in de omgeving waar de jongeren zich in begeeft. Naast de ouders zijn ook de vriendengroep van belang, maar moet niet overschat worden. Ook is de kans groter dat een jongere gaat roken als hij een rokende broer of zus heeft. Goede schoolprestaties en betrokkenheid bij school zijn protectieve factoren.'' 7 klik 10 verklaring powerpoint. 19 Wij hebben bij gedragsmatige factoren voor een plaatje met een leeftijdgenoot gekozen. Dit omdat veel van de gedragsmatige factoren te maken heeft met wat je doet buiten de familie. ''Uit onderzoek blijkt dat roken samenhangt met gedragsmatige factoren als genotmiddelengebruik, rijden onder invloed van alcohol, antisociaal gedrag (agressie, diefstal en vandalisme), onveilig seksueel gedrag en slechte schoolprestaties.(4) Deze factoren hangen ook onderling samen. Het gaat om een patroon van rebellerend, reclacitrant en afwijkend gedrag.'' 7 Klik 11 verklaring powerpoint. Bij persoonlijke facotoren hebben we er voor gekozen om een plaatje te doen van iemand die een sigaret breekt. Dit omdat je zelf een hele grote rol speelt bij het beginnen met roken. ''Bij persoonlijke factoren kunnen we onder andere denken aan de volgende factoren: De houding ten aanzien van roken en het vermogen om sociale druk tot roken te weerstaan. persoonlijkheidskenmerken: thrill- en sensation seeking en extrovertie spelen een rol bij het beginnen met roken en depressieve stemming speelt een rol bij blijvend rookgedrag of het bestendigen van rookgedrag. copingvaardigheden: kan de jongere omgaan met problemen waar hij zich voor gesteld ziet? Probleemoplossende vaardigheden zijn een beschermende factor. Biologische factoren: er bestaat een genetische aanleg of gevoeligheid voor de verslavende werking van nicotine. Dit lijkt erfelijk overdraagbaar te zijn.''7 Klik 12 verklaring powerpoint Wij hebben er voor gekozen om op de helft van onze voorlichting een pauze te doen. De pauze begin na ongeveer een uur en zal een (…..) duren. Tijdens de pauze word er koffie thee en limonade geserveerd. Er is even tijd om de benen te strekken en het hoofd leeg te maken. ''Het nemen van pauzes heeft meerdere voordelen. Je geeft je hersenen namelijk de tijd om de informatie te verwerken. Dit wordt ook wel bezinkingstijd genoemd. Dit doe je niet bewust, maar gebeurt in het onderbewuste deel van je brein. Je geeft je brein even rust om daarna weer aan de slag te gaan met de informatie. Daarnaast geven korte pauzes je lichaam rust en je kunt even ontspannen met bijvoorbeeld een kop koffie of thee. Als pauze kun je bijvoorbeeld een kop thee of koffie halen of een wandeling maken. Tijdens deze pauze kun je jezelf even strekken of een rondje lopen in je studie- of werkomgeving. Dit hoeft echt maar heel kort te duren, daarna kun je weer verder.'' 8 Klik 15 Wij hebben voor dit plaatje gekozen omdat het een overzichtelijk schema is over de gevolgen van roken. Het schema komt uit 2009.9 20 Klik 16/17 Bij klik 16 word er ingezoomd op Longkanker. Dit is een van de meest voorkomende dodelijke gevolgen van roken. 9 Klik 18/19 Bij klik 18 wordt er ingezoomd op COPD. Het op 2na grootste gevolg van roken. 9,10,11 B RONNENLIJST . 1. van der Burgt M, Dettingmeijer M, van Mechelen E. Preventie en voorlichting. Assisteren in de gezondheidszorg. Houten: tafleu van Loghum; 2003. 2. http://mens-en-gezondheid.infonu.nl/diversen/19208-train-je-geheugen.html (geraadpleegd op 2012-11-01) 3. Stivoro voor een rookvrije toekomst: Feiten en cijfers. http://www.stivoro.nl/Voor_jongeren/Feiten___Cijfers/index.aspx (geraadpleegd 2012 november 02) 4. Longaandoeningen: oorzaken, symtomen longkanker + pleuritis. http://mens-en-gezondheid.infonu.nl/aandoeningen/45142-longaandoeningen-oorzaken-symptomenlongkanker-pleuritis.html (geraadpleegd 2012 oktober 29) 5. Gezondheidspsychologie Bijeenkomst 4 Voorlichting https://intra.ashp.hva.nl/verpleegkunde/voltijd/jaar2/psychopathologie-3/lesmateriaal/GPS4.pdf (geraadpleegd 2012 november 12) 6. Brug J, Van Assema P, Lechner L. Gezondheidsvoorlichting en gedragsverandering. Een planmatige aanpak. Assen: Van Gorcum; 20087. Ontstaan rookgedrag (roken) jongeren: factoren en oorzaken 7. Ontstaan rookgedrag (roken) jongeren: factoren en oorzaken http://mens-en-gezondheid.infonu.nl/verslaving/34889-ontstaan-rookgedrag-roken-jongeren-factoren-enoorzaken.html 21 (geraadpleegd op: 2012 november 21) 8.Waarom moet je regelmatig pauze nemen tijdens het leren? http://www.trainyourbrain.tv/lerenleren/waarom-moet-je-regelmatig-pauze-nemen-tijdens-het-leren/ (geraadpleegd op 2012 november 03) 9. Wat zijn de mogelijke gezondheidsgevolgen van roken? http://www.nationaalkompas.nl/gezondheidsdeterminanten/leefstijl/roken/wat-zijn-de-mogelijkegezondheidsgevolgen-van-roken/ (geraadpleegd 2012 november 03) 10. Uitleg longkanker http://www.gezondheidsplein.nl/aandoeningen/616/longkanker.html (geraadpleegd 2012 november 19) 11. Uitleg COPD http://www.gezondheidsplein.nl/aandoeningen/1273/copd.html (geraadpleegd 2012 november 19) 22 BIJLAGE 2: VERANTWOORDING FOLDER Verklaring folder Algemeen: Bij onze PowerPoint maken wij gebruik van een folder. Een folder is een goede aanvulling op de informatie die word verteld in de presentatie. De folder word aan het begin van de avond gegeven zodat het interesse opwekt bij het publiek en deze actief kan mee doen tijdens de presentatie(1). Voorkant: Op de voorkant staat de naam van ons voorlichtingsprogramma ‘Als je niet begint… …Hoef je ook niet te stoppen!’. Verder is er een plaatje toegevoegd van een sigaret die kopt gebroken is. Dit trekt de aandacht van het publiek(2). Pagina 2: Hierop staat het programma van de avond zodat mensen kunnen kijken wanneer er wat staat te gebeuren en dit van te voren weten(3). Pagina 3 en 4: Op deze pagina’s staan informatie over wat er word verteld. Er worden feiten verteld over de besproken onderwerpen om interesse op te wekken en om achteraf naar te kijken(3). Pagina 5: Op deze pagina staat de slogan van de voorlichting en hieronder een plaatje om interesse op te wekken(3). Achterkant: op de achterkant van onze folder staat de naam van de organisatie waarvoor we werken en er staan links waar mensen thuis informatie kunnen opzoeken. De links zijn extra informatie bronnen(2,3). 23 Bronvermelding: (1) http://www.highflyer.nl/blog/Waarom-zou-je-een-folder-of-een-flyer-laten-maken (2) http://www.wageningseworkshopdag.nl/blog-tips-voor-het-maken-van-een-effectievefolder.php (3) http://www.toolkitvoorlichting.nl/html/topic_F8352C60-BDA7-4987-B382EFF7DF4060D3_04542BA6-2422-43EE-AF4A-2CCB4137EEC2_6.htm 24 BIJLAGE 3: SCRIPT VOORLICHTING Als je niet begint, hoef je ook niet te stoppen! De reden dat wij hier vandaag staan is omdat we twee ziektes, longkanker en COPD, willen proberen terug te dringen. In opdracht van de Chronisch zieken en Gehandicapten Raad Nederland houden we deze voorlichtingscampagne. Wanneer je rookt heb je een verhoogde kans op het krijgen van deze ernstige ziekten. Roken beschadigt de longen ernstig, waardoor longziekten zich gemakkelijker kunnen ontwikkelen. Ook mensen die al jaren gestopt zijn met roken, lopen een verhoogd risico op longziektes. Het is dus van belang jullie extra informatie te geven over roken en de gevolgen die het met zich mee brengt. Dit doen wij door vijf verschillende scholen in Amsterdam te bezoeken en onze voorlichting daar te geven. Het doel dat wij voor ogen hebben is het verminderen van het aantal jongeren die beginnen met roken in de leeftijd van 12 tot en met 16 jaar. [klik 2] Jullie hebben het allemaal vast wel eens gehoord, op het schoolplein, het klaslokaal of gewoon van één van je vrienden. Zaken die je je misschien afvraagt: [klik 3] Als je niet rookt kan je toch ook ziek worden. [klik 4] Roken is lekker, waarom zou ik stoppen. Zijn de gevolgen van roken dan echt zo groot. Op deze vragen zullen wij antwoord geven in deze voorlichting. [klik 5] En dan nu wat cijfers en feiten. Ruim 27% van de Nederlandse bevolking rookt. Dat zijn dus één op de vier mensen! Hiervan roken meer mannen dan vrouwen. 34% van de jongeren tussen 13 en 19 jaar zegt ooit gerookt te hebben. 85% van de mensen met longkanker roken of roken mee. In 2009 overleden ruim 8.600 mensen aan longkanker. [klik 6] Als je niet begint met roken, hoef je ook niet te stoppen. Een belangrijke, voor de hand liggende vraag is dus ook: waarom beginnen we eigenlijk met roken? Op deze vraag is helaas geen makkelijk antwoord. Er zijn namelijk veel verschillende factoren waarom iemand begint met roken. Deze factoren kan je onderverdelen in de volgende drie categorieën: [klik 7] Omgevingsfactoren, gedragsmatige factoren en persoonlijke factoren. [klik 8] Omgevingsfactoren. Omgevingsfactoren is het best te omschrijven met de mate waarin roken geaccepteerd wordt in de omgeving waarin jullie je begeven. De ouders spelen een rol met het beginnen met roken. Wanneer jullie ouders zelf roken is de kans groter dat jullie zullen beginnen met roken. Ook is de houding belangrijk van jullie ouders ten opzichte van roken, het is van belang dat zij tegen roken zijn. De vriendengroep kan je ook beïnvloeden met beginnen met roken, maar wanneer naaste familie rookt – bijvoorbeeld een broer, vader of zus – is de kans nog groter dat je begint met roken. Wat natuurlijk ook een rol speelt is de prijs en verkrijgbaarheid van sigaretten. Hoe hoger de prijs van tabak is, hoe minder jongeren beginnen met roken en/of door kunnen roken. [klik 9] gedragsmatige factoren. Uit onderzoek blijkt dat roken samen gaat met negatieve gedragsmatige factoren zoals rijden onder invloed van alcohol, antisociaal gedrag – denk aan agressie, diefstal en vandalisme – , onveilig seksueel gedrag en slechte schoolprestaties. Deze factoren hangen ook onderling samen. [Klik 10] Persoonlijke factoren. Bij persoonlijke factoren kunnen we onder andere denken aan de volgende factoren: Jullie houding ten aanzien van roken en het vermogen om sociale druk tot roken te weerstaan. Sociale druk is de druk van bijvoorbeeld je vriendengroep of vrienden die wel roken. Uit onderzoek is gebleken dat jongeren vaker druk ondervinden om niet te roken dan dat ze druk ondervinden om wel te roken: Slechts een klein deel van de jongeren in dit onderzoek geeft aan vaak het gevoel dat vrienden en vriendinnen willen dat ze roken. Niet-rokers werden in dit onderzoek positiever beoordeeld dan rokers op de aspecten ‘stoer’, ‘leuk’ en ‘cool’. 25 Persoonlijkheidskenmerken spelen een rol bij het beginnen met roken en depressieve stemming speelt een rol bij blijvend rookgedrag. Copingvaardigheden: kunnen jullie omgaan met problemen waar jullie voor komen te staan? Wanneer je in staat bent problemen op te lossen is de kans kleiner dat je zult beginnen met roken. Biologische factoren: er bestaat een genetische aanleg of gevoeligheid voor de verslavende werking van nicotine dat in sigaretten zit. Dit lijkt erfelijk overdraagbaar te zijn. [Klik 11] Pauze. In deze pauze van een paar minuten willen wij dat jullie voordelen en nadelen bedenken van het beginnen met roken. Probeer dit zoveel mogelijk voor jezelf te doen. Na een paar minuten pauze weer aandacht van de groep vragen en leerlingen enkele voorbeelden laten opnoemen. Benadruk hierbij vooral de nadelen van beginnen met roken. Laat tevens de afweging zien van de nadelen versus eventueel genoemde voordelen (Bijvoorbeeld ‘stoer’ versus ‘ziekten zoals longkanker’). [Klik 12] We hebben voor jullie een ervaringsdeskundige. Dit is Leon Sasabone en hij is onlangs gestopt met roken. Hij gaat met jullie zijn ervaringen delen, zijn verhaal vertellen. Dellean: “…” [Klik 13] Wat zijn de grootste gevolgen van roken? [Klik 14] Hier zien jullie een schema uit 2010 met daarin de meest voorkomende acht ziekten die je op kunt lopen door te roken. Het schema laat het aantal sterfgevallen bij volwassenen van 20 jaar en ouder die toe te wijzen zijn aan roken zien. Wij zullen vooral de bovenste twee, Longkanker en COPD, met jullie doornemen. Wij willen jullie bewust maken van de twee grootste risico’s van roken, zodat jullie niet eens zouden willen beginnen. Als we kijken naar deze cijfers, schrikken jullie daarvan? In het jaar 2010 overleden bijna 6000 mannen en ruim 2600 vrouwen aan longkanker, opgelopen door te roken. Aan COPD stierven alleen in het jaar 2010 al bijna 2800 mannen en 1900 vrouwen. Alle acht ziekten bij elkaar zijn goed voor bijna 20.000 sterfgevallen per jaar! [Klik 15] Laten we eens inzoomen op longkanker. Roken is de hoofdoorzaak van longkanker. Van alle longkanker in Nederland is 90% toe te schrijven aan roken. Wereldwijd sterven 5 miljoen vrouwen per jaar aan longkanker. In 2030 zullen 8,3 miljoen vrouwen per jaar aan longkanker overlijden, schat de World Health Organization (WHO).Longkanker is een zeldzame aandoening bij niet-rokers. Minder dan 1% van de niet-rokers zal ooit overlijden aan longkanker. Meeroken verhoogt het risico op longkanker voor niet rokers met 20%. [Klik 16] Wat is longkanker? Longkanker is na prostaatkanker de meest voorkomende vorm van kanker bij mannen. Longkanker is de kanker met de hoogste sterfte in Nederland. Bij longkanker ontstaat er een kwaadaardige tumor in je longweefsel of de luchtpijpvertakkingen. Een longtumor bestaat uit op hol geslagen cellen die zich snel en ongeremd delen en in staat zijn om uit te zaaien naar andere gebieden in het lichaam. Kanker kan zich ook vanuit een ander orgaan via het bloed verspreiden naar de longen, waardoor een tumor in je longen ontstaat. Dit heet een uitzaaiing. In dit geval spreken we niet van longkanker, maar het type kanker wordt dan vernoemd naar het orgaan waarvan de kankercellen afkomstig zijn. Van longkanker zijn er verschillende vormen, afhankelijk van het soort cellen waaruit het kankergezwel is opgebouwd. Er is kleincellige longkanker en niet-kleincellige longkanker. Deze laatste vorm komt het meeste voor. Niet-kleincellige longkanker groeit minder snel en zaait ook minder snel uit via bloed dan kleincellige longkanker. De kleincellige vorm komt voor bij ongeveer een kwart van de patiënten en groeit en verspreidt zich veel sneller. Roken is de belangrijkste veroorzaker van longkanker. Van alle patiënten met longkanker heeft 90% gerookt. Ook als je passief meerookt loop je een verhoogde kans om longkanker te krijgen. De tabak van sigaretten bevat kankerverwekkende stoffen. 26 De klachten bij longkanker worden meestal pas erg laat zichtbaar, daarom wordt de ziekte vaak pas in een laat stadium ontdekt en kan het zijn dat de kanker zich al heeft uitgebreid. [Klik 17] We gaan weer even terug naar het schema. Longkanker hebben we besproken, nu gaan we door naar de chronische ziekte die op plaats twee staat, namelijk COPD. Een chronische ziekte houdt in dat de ziekte niet meer overgaat. Iets is chronisch wanneer het langer dan 6 maanden aanwezig is. [Klik 18] Wat is COPD? COPD staat voor Chronic Obstructive Pulmonary Disease en is een verzamelnaam voor verschillende chronische aandoeningen aan de longen. Bij COPD kunnen je longen niet meer voor 100% werken, doordat ze constant ontstoken zijn of omdat er longblaasjes verloren gaan. Je krijgt hierdoor minder zuurstof binnen, wat zorgt voor een benauwd gevoel, zelfs als je je bijna niet inspant. Hierdoor heb je dan ook vaak adem tekort. In Nederland hebben zo’n 320.000 mensen deze aandoening. COPD ontstaat meestal pas op oudere leeftijd. In 80% van de gevallen wordt COPD veroorzaakt door roken. Roken zorgt ervoor dat je longen continu geprikkeld worden, waardoor ze ontstoken raken. Je hoeft niet per se een actieve roker te zijn om COPD te krijgen. Ook als je al jaren geleden gestopt bent met roken, heb je een verhoogde kans op het ontwikkelen van COPD. Lang meeroken met anderen kan ook zieke longen veroorzaken. De meest voorkomende symptomen van COPD zijn: Benauwdheid: Dit één van de bekendste symptomen van COPD. Doordat je longen niet meer voor 100% werken, heb je constant het gevoel dat je adem tekort komt. In sommige gevallen kan de benauwdheid zo ernstig zijn dat je extra zuurstof nodig hebt Hoesten: Dit is ook een veelvoorkomende symptoom van COPD. Vaak zit er veel slijm in je longen als je COPD hebt. Je hoest om dit slijm uit je longen te verwijderen. Bij beginnende COPD wordt het hoesten soms ‘rokershoest’ genoemd. Kortademigheid: Vaak gaat kortademigheid samen met de symptomen benauwdheid en hoest. Als de COPD meer toeneemt, raak je ook steeds sneller buiten adem. Simpele dingen zoals traplopen worden dan een zware oefening. Ook kun je een piepende ademhaling krijgen. Weinig energie: Doordat je moeite hebt met ademhalen, kun je je ook snel moe voelen en verminderde spierkracht hebben. Veel van je energie wordt gestoken in ademhalen en hoesten. [Klik 19] Uitdelen rietjes. Oké, jongens en meisjes. We gaan een ‘oefening’ doen zodat jullie voelen hoe het is om te leven met COPD. Wat we gaan doen is door een rietje ademen terwijl je neus dicht is. Mensen die COPD hebben, zijn continu (erg) benauwd. Deelnemers hebben neus dicht en ademen door het rietje. Zij mogen twee minuten (proberen) met elkaar te praten, zodat zij merken hoe snel ze in ademnood komen. Wanneer de twee minuten om zijn, mogen de rietjes weer ‘uit’. En? Hoe was dat? Kunnen jullie je nu voorstellen hoe het zou zijn als je constant zo benauwd zou wezen? En wat je dan allemaal niet meer zou kunnen doen, zaken zoals sporten en dergelijke? 27 Afsluiting. Hoe eerder iemand stopt met roken, hoe lager de kans dat je eerder overlijdt aan de gevolgen van roken. Hoe eerder een roker stopt met roken, hoe groter de kans is dat je langer zult leven. Een roker die voor hij of zij 60 wordt stopt met roken, verlengt zijn of haar leven gemiddeld met drie jaar. Bij stoppen voor het vijftigste jaar is dat zes jaar en voor het veertigste jaar negen jaar. Het risico’s van het krijgen van ziekten en aandoeningen door roken wordt ook bepaald door de duur van het roken, het aantal sigaretten dat gerookt wordt en de diepte van het inhaleren van de rook. Interactief; vragen aan de klas. - Wie weet er een nadeel van roken? - Waar kan het aan liggen dat je begint met roken? - Wat is onze boodschap, wat proberen we jullie vooral duidelijk te maken? Tot zover onze voorlichting over niet beginnen met roken. Bedankt voor jullie aandacht en onthoudt: als je niet begint, hoef je ook niet te stoppen! 28 BIJLAGE 4: DRAAIBOEK VOORLICHTING (1) Met de school is afgesproken dat wij vanaf 17:30 kunnen beginnen met het voorbereiden voor de voorlichtingsavond. (2) Uit onze fielddesk research is geënquêteerd hoeveel scholieren wij kunnen verwachten, tot onze verbazing bleek dat er minder scholieren zouden komen dan verwacht. Het aantal jongens en meisjes die komen is ongeveer het zelfde. 20% van de personen die zeiden dat ze zouden komen nemen een van hun ouders mee Het aantal personen die zouden komen komt uit op 50 man. Plus 20% die een ouder mee komt het aantal op 60 man. Wij houden rekening mee dat er ook mensen komen die niet verwacht werden. We gaan ervanuit dat er 30% meer personen kwamen omdat 30% van de geënquêteerde aangaf om een extra persoon mee te nemen (vrienden/ vriendinnen). (3) Omdat wij een powerpoint presentatie geven moet de laptop die wij meenemen aangesloten worden op de beamer die beschikbaar is gesteld. Omdat dit vrij technisch kan zijn hebben wij hiervoor een kwartier uitgetrokken om de hardware te installeren. (4) Om 18:00 worden de gastsprekers bij de ingang welkom geheten, zij krijgen informatie wat de bedoeling is van deze avond en zij kunnen zich ook voorbereiden voor hun presentatie (5) De presentatie die wordt gehouden is in de aula van de school. Het is een vrij grote ruimte en om een half uur te spreken met een geheven stemgeluid is niet te doen. Daarom hebben wij een microfoon systeem kunnen regelen van de school. Dit moet wel gekalibreerd worden op de juiste ruimte en stemvolume, Tijdens dit kwartier wordt dit getest. (6) Wij hangen bij de ingang van de school posters neer met o.a. het programma van de avond en wat het thema is. Dit heeft twee redenen. De eerste is om informatie te geven voor de avond en de tweede is om onbewust het publiek aan te zetten op het veranderen van gedrag. In dit geval het stoppen met roken. Uit onderzoek is gebleken dat personen die onbewust een boodschap ontvangen hun gedrag veranderen. In ons geval is dat het stoppen met roken door een boodschap te verwerken in onze poster. (7) Voor het begin delen wij glaasjes met water uit, het drinken van water bevorderd de concentratie. Wij delen expres geen frisdranken in omdat dit heel veel suikers bevatten. Dit werk de concentratie juist tegen. ‘Eten en drinken is heel belangrijk voor je concentratie. Daarom is het aan te raden om van te voren één of meerdere glaasjes (mineraal)water te drinken, en ook (mineraal)water in de buurt te hebben om onder het huiswerk maken ook te kunnen drinken. Waarom water? Omdat sowieso een goed vocht gehalte belangrijk is voor concentratie. Ook is water een van de drankjes wat goed voor je is (en voor je concentratie). Als je bijvoorbeeld cola of andere dranken gaat drinken met veel suiker, kan dit juist weer je concentratievermogen om laag helpen.’ Bron: http://educatie-en- school.infonu.nl/huiswerk/7524-concentratie-tips-voor-bij-je-huiswerk.html 29 (8) Tijdens het maken van een planning moet er altijd rekening worden gehouden met tegenslag. Het kan zijn dat er door een uitloop van een onderdeel de hele planning door de war kan raken zoals een domino effect. Hierdoor hebben wij een ‘buffer’ kwartiertje ingepland, dit kan tevens dienen als kleine pauze voor ons. (9) Een half uur van te voren gaan de deuren open om de eerste gasten te verwelkomen, wij hebben voor een half uur gekozen omdat dat een ruime tijd om je te kunnen instaleren als gast. (10) Omdat er ook introducés welkom zijn bij de voorlichtingsavond die niet bekend zijn wat de bedoeling is wordt er een uitleg gegeven over wie wij zijn en waarom we dit houden. Zo is er duidelijkheid over de avond en over het doel. (11) Wij hebben na gedacht wat de beste tijd is om te presenteren. Enkele argumenten die tijdens de vergadering naar boven kwamen zijn o.a. : ’S ochtends wanneer iedereen nog fris is’, ‘Na de lunch wanneer men misschien nog wat rozig is van de lunch’. Tegen het eind van de werkdag, wanneer iedereen moe is?. Het feit dat wij op een middelbare school onze voorlichting houden brengt mee dat wij afhankelijk zijn van de schooltijden. Daarom hebben wij onze voorlichting om 19:00 gehouden zodat de bezoekers wel al avond hebben gegeten. (12) Ronald is onze gastspreker van 21 jaar. Hij is een roker die niet van plan is om te gaan stoppen, hij vertelt over zijn ervaringen van het roken en over zijn kosten. Hij verteld o.a. hoe hij merkt dat zijn conditie heel snel achteruit is gegaan en dat zijn kleding naar rook stinkt. Wij hebben hiervoor gekozen omdat dit een realistisch beeld geeft over de nadelen van roken. We creëren een lichte fear-appeal om de bezoekers ligt bang te maken en hierdoor misschien niet gaan roken. (13) De doelgroep die wij voorlichten zijn brugklasser tussen de 12 en 16 jaar oud. Het hebben van een pauze na een lange periode van aandacht is belangrijk om de concentratie level hoog te houden. wat is een normale aandachtsduur of spanningsboog? Bij de beantwoording van deze vraag wordt onderscheid gemaakt tussen vrijwillige en gedwongen concentratie. Onder vrijwillige concentratie wordt verstaan een door het kind zelfgekozen activiteit. Een kind kan zich dan zeer lang concentreren. Onder gedwongen concentratie wordt verstaan de concentratie die nodig is om door de leerkracht opgedragen taak te volbrengen. Deze concentratieduur is korter en is afhankelijk van de leeftijd van het kind: 6 jaar: 10 minuten 10 jaar: 20 minuten 13 jaar: 30 minuten 14 jaar. 45 minuten Voor een "normaal" kind betekenen deze tijden dat hij gedurende die periode weinig vatbaar is voor andere prikkels. Pas tegen het eind van die periode wordt de concentratie op het werk minder en kunnen andere prikkels belangrijker worden(25) 30 BRONNENLIJST DRAAIBOEK VOORLICHTING (25)Ortho Pedagogisch Didactisch Centrum Zuidoost Drenthe 2010 (20) http://www.artistmike.com/Temp/SubliminalAd.html (21)http://educatie-en-school.infonu.nl/huiswerk/7524-concentratie-tips-voor-bij-je-huiswerk.html (22) Spence, H.E.; Moinpour, R. (1972). "Fear Appeals in Marketing. A Social Perspective". Journal of Marketing 36 (23) http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/19268676 (24) CHEWING GUM ALLEVIATES NEGATIVE MOOD AND REDUCES CORTISOL DURING ACUTE LABORATORY PSYCHOLOGICAL STRESS . SCHOLEY A, H ASKELL C, R OBERTSON B, KENNEDY D, M ILNE A, W ETHERELL M.NICM COLLABORATIVE CENTRE FOR THE STUDY OF NATURAL MEDICINES AND NEUROCOGNITION , BRAIN SCIENCES INSTITUTE , SWINBURNE UNIVERSITY , MELBOURNE VIC 3122, AUSTRALIA . (25)Ortho Pedagogisch Didactisch Centrum Zuidoost Drenthe 2010 31