Masterclass In kaart brengen van barrières in leerprocessen d.m.v. leervermogenonderzoek • Landstede Zwolle 9 februari 2017 Programma 19:00 Welkom Liesbeth Ruinemans 19:10 lezing Jo Lebeer 19:45 demonstratie LVO 20:45 vragen 21:00 afsluiten met drankje Handelingsgerichte dynamisch evaluatie om leervermogen in kaart te brengen: de LPAD van Feuerstein Jo Lebeer INCENA Inclusie & Enablement – Universiteit Antwerpen Supported by the EU Commission LLP Dynamic Assessment oF Functioning Oriented at Development and Inclusive Learning Voorbeeld 1 M. • Intercultureel gezin • Taalontwikkeling vertraagd • Na groep2: van school veranderd wegens pressie (vanuit school en abc) om diagnose ontwikkelingsstoornis te stellen en te verwijzen naar speciaal onderwijs • Groep 2 opnieuw in ervaringsgerichte school: aanvankelijk goed, maar lk. vindt “dat hij niet genoeg luistert; te veel op zichzelf speelt; veel opdrachten niet kan doen” .Toetertesten herhaaldelijk lage scores • Dynamische i.p.v. statische diagnostiek; geen stoornisetiket toegekend; benadrukken van ontwikkeling, sterktes, wat goed gaat • Start groep 3 & 4: op elk overleg benadrukken psycholoog, leerkrachten, ambulante begeleider en directie de tekorten; en praten steeds over verwijzing naar speciaal onderwijs; ouders en extern team benadrukken ontwikkeling, modificeerbaarheid Voorbeeld 2 M. • • • • • “hij heeft toch wat autistische kenmerken” “Wij werken nu eenmaal zo” “maar hij gaat graag naar school” “hij schrijft nog heel fonetisch” “aan het eind van groep 4 zouden ze toch al “emmer” met 2 m-men moeten kunnen schrijven” • Terechte bezorgdheid: maar vragen houden verband met vergelijken met een norm Centraal probleem • Wat doe je met een leerling die niet goed leert of niet goed presteert in het onderwijs? Vanuit welk perspectief kijken we naar leerlingen? Hmm, interessant geval van ASS, ADHD, ODD hij zal nooit... Pathogeen: welke stoornis zit hier achter? Mechanistisch: wat kunnen we voorspellen? Deterministisch: van een dubbeltje maak je geen kwartje Hoe krijg ik hem aan het leren? Salutogeen: wat is de gezonde kant? Ecologisch: in wat voor omgeving leeft deze leerling? Hoe gaan ze ermee om? Non-deterministisch: paradigma Twee verschillende manieren van evalueren Test paradigma ©Tekeningen Anton Marin Interactief dynamisch paradigma Psychometrisch paradigma Bv. Intelligentietesting: Binet-Simon , F 1904 Terman Merrill, USA Stanford 1918 J.C.Raven, 1940 Wechsler, USA, 1939, WAIS, WISC, WPPSI SON (Snijders-Oomen Non-verbale Intelligentietest 2 ½ -7 en 417), Consequenties van het test paradigma • IQ als onderwijsclassificatie • IQ als selectie middel in school en werkomgeving • IQ als middel tot uitsluiting • IQ gebaseerde dienstverlening in school & revalidatie • IQ als eis in wetenschappelijke artikels • Zelf-waarmakende voorspelling (Pygmalion effect) Test-paradigma 2 • deterministisch IQ 2 16 The Bell Curve • Intelligentie is vooral gevormd door cultuur • En scholing Hoe kunnen we naar leerlingen kijken op een andere manier? • Vanuit een perspectief van leerbaarheid (modificeerbaarheid ): iedereen is leerbaar • Inclusie: wat kunnen we doen dat hij/zij erbij hoort • handelingsgericht • contextgericht • Hoe kan je leerpotentieel ontdekken en ontwikkelen? • Wat zijn de obstakels tegen leren (cognitief, motivatie, aandacht, context)? • Wat moet ik doen om die obstakels te overwinnen of te omzeilen? Assessment & coaching: de juiste vragen stellen • De vraag is NIET: is de leerling goed genoeg voor de school? • Maar: hoe kunnen we de barrières zoveel mogelijk wegnemen om leren te bevorderen? Feuerstein’s LPAD (Learning propensity assessment device): innovatief • Dynamisch in: 1.model van intelligentie 2.keuze van instrumenten 3.manier van toepassen (interactief, met mediatie) 4. interpretatie en aanbevelingen 5.doel: evaluatie van modificeerbaarheid en wat daarvoor nodig is Statisch • • • • • • • • • • • • • Summatief Testparadigma, bv IQ Niveaumeting Genormeerd: vergelijking met anderen Geinteresseerd in prestatieniveau pseudo-objectief: onderzoeker komt niet tussenbeide tijdsgebonden standaardprocedure kennisafhankelijk sociaal onrechtvaardig Interessant voor classificerende diagnostiek Geeft lijst deficiënties Summier verslag Dynamisch • • • • • • • • • • • • • formatief Evalueren om te weten metingen secundair Niet genormeerd: vergelijking met zichzelf geïnteresseerd in veranderingen: zone naaste ontwikkeling onderzoeker medieert geen tijdslimiet flexibele procedure cultuur-ongebonden Fair t.o.v. culturele minderheden Interessant voor opmaken aangepaste leerplannen Geeft lijst problematisch functioneren, sterktes, mogelijkheden, wat zou kunnen Handelingsgericht verslag Dynamic Assessment Familie van RTL (response to learning) curriculum-gebaseerd leerevaluatie Onderliggende functies Gestandaardiseerd kwantitatief RTI (response to instruction) Helen Schucman ( 1960) Milton Budoff (1974) Hamers & Ruyssenaers (1984) Campione & Brown (1987) Güthke (1993) W.Resing (2002) John Elliot (2003) K.H. Wiedl Hessels & Schlatter C.Lidz & VdAalsvoort ACFS (2005) (applications of Cognitive functions scale) Niet-gestandaardiseerd Meer kwalitatief Feuerstein LPAD (1979) Tzuriel dynamic assessment of cognitive modifiability Theoretische basis LPAD • Feuerstein’s theorie van de Structurele Cognitieve Modificeerbaarheid • Modificeerbaarheid Intelligentie • Structurele modificeerbaarheid: duurzame veranderingen, ook • Cognitieve modificeerbaarheid • Gemedieerde leerervaring als basis van ontstaan van hogere cognitieve functies • Proximale & distale determinanten van verminderde modificeerbaarheid Extract Transformers Structurele Cognitieve Modificeerbaarheid • Modificeerbaarheid : vermogen van mensen om duurzaam gemodificeerd te worden door prikkels uit de omgeving • Intelligentie ligt niet vast bij de geboorte • Radicaal optimisme: iedereen is modificeerbaar • Ondanks barrières zoals leeftijd, oorzaak, ernst • Veranderen modificeren • Toestand vs. Permanente kenmerken Structurele Cognitieve Modificeerbaarheid • Cognitief = input, verwerking, output van informatie • Bevat elementen van waarneming en dispositie ( motivatie, emoties) • Omvat alle domeinen van het leren: schools, sociaal, emotioneel, artistiek • Relatie emotie en cognitie • Feuerstein ≠ gedragsmodificering, cognitieve psychologie Structurele Cognitieve Modificeerbaarheid • Cognitie = is het proces waarbij het kind de beschikking krijgt over cognitieve gereedschappen (cognitive tools) (J. Bruner) • Houdt in de ontwikkeling van: • Aandacht • Waarnemen • Denken • Probleemoplossen • Voorstellen • geheugen Cognitie en emotie • Cognitie speelt een rol bij alle informatieverwerking • ook bij omgaan met emoties, met sociale relaties • b.v. egocentrisme te boven komen, impulsiviteit beheersen Structurele cognitieve modificeerbaarheid • Cognitieve functies worden structureel • Piaget: cognitieve structuren ontstaan door sensomotorische ervaring + rijping • Vygotsky, Feuerstein : culturele oorsprong van cognitieve structuren (Piaget). Belangrijke rol van gezin en school Structurele Cognitieve Modificeerbaarheid Leer het maar zelf. Ik heb geen tijd. Ik ben een voorstander van zelfstandig leren Gebrek aan mediatie en verminderde modificeerbaarheid Endogene oorzaken (erfelijk, hersenen, zintuigen) Voldoende gemedieerde leerervaring Opbouw van de cognitieve functies Verhoogde modificeerbaarheid Exogene oorzaken (emotioneel, sociaal, cultureel, socioeconomisch) Onvoldoende gemedieerde leerervaring Deficiente cognitieve functies Verlaagde modificeerbaarheid Culturele deprivatie • Minder gemedieerde leerervaring • cognitieve functies worden minder ontwikkeld • Verminderde modificeerbaarheid • leerproblemen op school (in alle graden) • lage scholing • maatschappelijke exclusie Principe dynamic assessment basis Leerfase Mediatie verandering Feuerstein’s Leervermogenonderzoek (LPAD): doelen Doel van de evaluatie: veelzijdig • “in kaart brengen” van : cognitieve functies, emoties, motivaties, efficiëntie, effect van de context & mediatie = leerdispositie • Modificeerbaarheid in kaart brengen: op zoek naar leerbaarheid (niveaubepaling is slechts een start) • Wat is ervoor nodig? Welke mediatie, hoeveel, hoe intensief, “afstand” van de mediatie? • Welke modaliteiten gaan goed/minder goed? • Formatieve evaluatie: hoe kunnen we dit gebruiken om te leren leren LVO (LPAD) kenmerken: dynamisch in procedure • Maximum flexibiliteit: instap niveau, keuze materialen, mediatie, hertest, re-mediëring, etc. • geleidelijkheid: verandering van opdrachten volgens parameters van de cognitieve kaart • In functie van de leerling • We gaan door tot de leerling een verandering toont • Transfer: toont de leerling ook verandering met andere opdrachten, situaties? Indicaties • verminderde leerprestaties, wat ook de oorzaak of ernst: laag functionerend met laag, nl. of hoog IQ • Begaafde onderpresteerders • Volwassenen met leerproblemen • Normale LPAD instrumenten: jaar • LPAD-basic:4- 7 jaar (mentale leeftijd) • Jongere mentale leeftijd <4: concreet ontwikkelingsmateriaal Onderzoeksdomeinen 1. 2. 3. 4. Denkprocessen -cognitieve functies Mentale operaties Affectief/motivationele factoren Leerefficiëntie Domein 1: Cognitieve functies Lebeer J & Ruijters, M. (1996), Denkmiddelen-kit, Utrecht: Sardes Cognitieve functies Domein 2 Mentale operaties • • • • • • • • • • • • Identificeren (woordenschat) Categoriseren (groeperen) Analyse – Synthese Analoog denken (gelijkaardige relatie) Syllogistisch denken (insluiten/ uitsluiten) Deductief denken (voorbeeld bedenken) Inductief denken (veralgemenen) Transitief denken (overdragen) Logisch vermenigvuldigen (combineren) Permuteren (van plaats veranderen) Seriëren (reeksen verder zetten Inferentieel denken ("als... dan”) Domein 3 Affectieve/motivationele factoren in het leerproces • regulatie van gedrag • ervaring van competentie • individuatie & differentiatie • reactie op mediatie van uitdaging • intrinsieke motivatie • behoefte aan meesterschap • faalangst • nieuwsgierigheid • Frustratietolerantie • Behoefte aan onafhankelijk werk • Positief zelfbeeld • Zoeken naar complexiteit • Zoeken naar het nieuwe • Bewustzijn van eigen vooruitgang • Interne “locus of control” • Reactie op kritiek Domein 4 Efficiëntie • Snelheid & precisie • Aandachtsspanne • Automatisatie en gewoontevorming • Inzicht • Autonome zelfregulatie • Subjectieve waarneming van inspanning • Concentratie Welke instrumenten worden gebruikt? 1. Visuele organisatie en planning 2. Analogieën 3. Geheugen 4. Logische relaties 5. Seriëren 6. Verbale abstractie 7. Visuele discriminatie 8. aandachtsfuncties 9. Sequenties • Instrumenten gericht op verschillende mentale operaties en cognitieve functies • Soms afkomstig uit bestaande psychometrische tests (bv Raven, Lahy), neuropsychologische tests (bv Complexe figuur, 16 woorden test), soms nieuw (bv Organizer) • Aangepast door Feuerstein voor dynamisch onderzoek Keuze van instrumenten Instrumenten Standaard LVO (LPAD) (vanaf 8j) LVO (LPAD)-basic (vanaf 5 jaar) Visueel-constructieve organisatie, planning, geheugen 3D puzzles Organisatie van stippen (OD) Visueel Transport (Feuerstein) Complexe figuur (CFD – ReyOsterrieth) 2D & 3D puzzles (Feuerstein) Connecting Dots (Feuerstein) Visual Transport ((Feuerstein) Mannetje tekenen (Goodenough) Complexe figuur- basic (Feuerstein) Doolhoven (Porteus) Abstract redeneervermogen Raven’s matrixes Feuerstein’s variations on Raven’s matrices CATM ( children’s analogical thinking modifiability - Tzuriel) TMA (Trimodal analogies Feuerstein ) Visueel & associatief geheugen Associative Recall and Functional Reduction -(ARFRT - 20) (Feuerstein) Associative Recall and Functional Reduction -(ARFRT - 10) Geheugen met categorizering Auditief geheugen 16 Woorden Geheugen (Feuerstein) Plaatsgeheugen Positional Learning (Feuerstein) Rey’s Test des Plateaux Geheugentesten CMB-Me (Tzuriel) = Cognitive Modifiability Battery – subtest Memory Keuze van instrumenten Logisch denken Representational Stencil Design (Feuerstein) Organiser (Feuerstein) Part-whole / Functional Part-Whole / absurdities (Feuerstein) Inferential Thinking (Feuerstein) Children’ Inferential Thinking Modifiability (CITM – Tzuriel) Verbal Abstraction (Haywood ) Seriëring Cijferreeksen (NP) Progressions (Feuerstein –basic) Cognitive Modifiability Battery – subtest seriation (Tzuriel) Aandacht en visuele discriminatie Reversal Test (Akfeldt) Lahy Test (comparable to Bourdon-Vos attention test) Sequenties Sequencing cards –Feuerstein LPADbasic Visuo-motorische functies: Organisatie van Stippen • Oorsponkelijk: Rey-Feuerstein • Zoek een model van eenvoudige geometrische figuren terug in een chaos • Welke regels zouden hier gelden? • Wat kan je hiermee weten? - volgen van een model - werken met eigenschappen van model - systematisch zoeken - afremmen impulsiviteit - hoe je kan vergelijken - gebruik van regels, strategieën - planning, controle - oog-handcoördinatie - concentratie, aandacht - hypothetisch denken en controleren - precisie bij waarnemen en weergeven - projecteren van relaties - …… • Waar heb je dit allemaal nog nodig, bv in onderwijs? Complex Figure Drawing Jongen 11 jaar; leermoeilijkheden, verwezen naar type 1 onderwijs (MLK); grote moeilijkheden me impulsiviteit, Eerste copie zonder hulp: details, maar gebrek aan precisie en relaties. Score: 13/36 © Model: André Rey Test de la figure complexe. Fase 2: uit geheugen; plaats min of meer juist, de grote lijnen zijn er, maar gebrek aan precisie, aan relaties, aan telgedrag,aan analyse, aan vergelijken, juiste plaatsbeschrijving, impulsief. Score:11/36 Fase 3 mediatiefase (niet afgebeeld) Fase 5: opnieuw uit geheugen: nagenoeg perfect. Score: 34/36 Verschil tussen fase 2 en 5 geeft potentieel weer Wat kunnen we leren uit de dynamische manier van de Complexe Figuur? • Hoe iemand waarneemt (precisie, relaties zien, analyse, vergelijken) • Hoe iemand plant • Of iemand structuur kan aanbrengen in een complex veld (analytische waarneming) • Hoe iemand complexe informatie kan onthouden en organiseren • Cognitieve functies: woordenschat (bv “, diagonaal, ruit, rechthoek, evenwijdige lijnen), systematisch waarnemen, woorden voor plaatsbepaling (bv. horizontaal, verticaal), precisie, combineren van informatie, spontane vergelijking, plannen, tellen, impulsiviteit bedwingen, relaties projecteren LPAD-basic: doolhoven van Feuerstein (gebaseerd op Porteus) Een mannetje tekenen , gebaseerd op Human Figure Drawing van Goodenough Meisje Autisme spectrum stoornis 14 jaar. Pre-test zonder hulp “Teken een kindje” Mediatie fase: mediatie van precies waarnemen, benoemen, tellen, plaatsconcepten, vergelijken plannen,projecteren Post-test fase zonder hulp: Als je enkel statisch test (fase pre-mediatie), kom je alleen de deficiënties tegen; in die geval zou je concluderen dat de mentale leeftijd 2-3 jaar is; Na mediatie groot verschil. Dit geeft het potentieel weer. Je ziet ook hoeveel je moet investeren, qua mediatie, om tot een hoger niveau van functioneren te komen Leervermogenonderzoek - en daarna? •Zichtbaar maken van de leerbaarheid • Perspectief verandert • advies naar ouders, school, begeleiders schoolse vaardigheden denkvaardigheden leerbevorderende omgeving inclusie Welke gegevens genereert het onderzoek? Profiel van modificeerbaarheid: • • • • • Modificeerbaarheid cogn.functies Modif. Affectief/motivationele factoren Leerefficiëntie: attentie, concentratie, inzicht, zelfregulering) mediatie: soort, intensiteit, modaliteit, afstand Kwaliteit van verandering: retentie, weerstand, flexibiliteit & veralgemening En dan? 1. Hoe niveau cognitief functioneren verhogen 2. Hoe leerdispositie verhogen 3. Welke mediatie is nodig 4. Opstellen individueel educatief plan (groeiplan) 5. Communicatie resultaten naar teams 6. Transfer naar schools leren coachen 7. Transfer naar dagelijks leven coachen: opzetten inclusieve leerbevorderende omgeving Opleiding tot leervermogen - assessor • Degelijke training nodig • 2 jaar • Contacturen: 105 • Theorie en praktijk • Praktijkervaring • Monitoring • zelfstudie Onderzoek leervermogen in context van het DAFFODIL project: Dynamic Assessment oF Functioning and Oriented at Development and Inclusive Learning Visie Doelstellingen • Een model ontwikkelen en uittesten van functionele en dynamische evaluatie en coaching van leerlingen in inclusieve scholen • Een evaluatiemodel voorstellen dat bruikbaarder is voor het opstellen van een aangepast individueel onderwijsprogramma • Een evaluatiemodel voorstellen dat meer gericht is op inclusief onderwijs. • Vanuit voorbeelden van goede praktijk, een begeleidingsysteem voorstellen van inclusieve coaching gebaseerd op een andere diagnostiek “from assessment to practice”, Doelgroepen • Kinderen en jongeren die barrières ondervinden bij het leren; • Leerkrachten, psychologen, artsen, logopedisten en andere professionelen die zich bezig houden met assessment Praktijk onderzoek Inclusieve, dynamische, interactieve, handelingsgerichte leerevaluatie 1. 2. 3. 4. 5. Doel van evaluatie = begrijpen hoe een leerling functioneert / leert Indicaties geven hoe een leerling beter zou kunnen leren Doel van evaluatie = van diagnose naar interventie Evaluatie moet aanbevelingen bevatten voor inclusie en leerbevordering Leerkrachten zouden opgeleid moeten worden in de grondslagen van inclusief assessment: dit houdt o.a. in leren observeren, interventie plannen, het effect van interventie nagaan Paradigmashift Testparadigma 1.Classificerende diagnostiek 2.Pathogeen 3.Conditioneel: je kan meedoen als… 4.Genetisch-nativistisch concept 5.Testen als trieermiddel 6.Statische diagnostiek 7.Vooral kwantitatieve resultaten 8.Percentielweergave: vergelijk met populatie 9.Summier rapport 10.leerlinggericht: leerprobleem is zaak van de leerling 11.Gericht op standaarden Inclusief paradigma 1.Handelings- en behoeftengericht 2.Salutogeen 3.Onconditioneel: erbij horen staat niet ter discussie 4.Leerbaarheid als uitgangspunt 5.Onderzoeken om te begrijpen 6.Dynamische diagnostiek 7.Vooral kwalitatieve resultaten 8.Evolutieve weergave: vergelijk met zichzelf 9.Uitgebreid rapport met gedetailleerde aanbevelingen 10.Contextgericht: leerprobleem is interactioneel 11.Gericht op ontwikkeling Daffodil model- Conceptuele basis “Oud” model 1. statisch model / deficientiegericht 2. Medisch-biologisch model 3. Segregatie 4. Individueel model 5. Metingen & testen 6. Classificerende diagnostiek 7. Assessment, gevolgd door begeleiding Daffodil guidelines 1. Orientatie op modificeerbaarheid 2. Bio-psycho-sociaal model van handicap 3. Inclusie 4. Contextueel - ecologisch 5. Proces-georiënteerd 6. Handelingsgericht 7. Assessment & counseling deel van zelfde proces Daffodil model van functionele, dynamische en contextuele evaluatie www.daffodilproject.org Leerling met barrières in leren en participeren Informatie van leerkrachten, ouders, leerling: definieer het probleem, sterktes, voorkeuren, geschiedenis Consult met betrokkenen: wat is de context van school/ gezin– herformuleer de vragen; stimuleer verandering van perspectief Wil je onderliggende functies evalueren? Kies zorgvuldig je testmateriaal voor aandacht, taal, .. Handelingsgerichte, behoeftengerichte evaluatie: evalueer leren, social-emotionele aspecten, context Heeft de leerling een conditie die interfereert met een gezonde ontwikkeling? Ja Want to explore underlying cognitive difficulties and processing? Do CAS (Das & Naglieri) Neen Want to know more about response to academic learning? Do curriculum-based learning assessment Want to know more about (modifiability of) cognitive functioning, learning propensity, affective-motivational disposition to learning, zone of proximal development, kind and need for mediation? Apply dynamic assessment procedure (Haywood & Lidz, Feuerstein) Want to know the child’s learning achievements at different times? Make a portfolio assessment Collect all information and analyse DWrite a report in a positive, clear, comprehensive way and give feedback with clear and precise recommendations Meer info: • Feuerstein, R., Feuerstein, R.S., Falik, L.H. & Y.Rand (2002), The dynamic assessment of cognitive modifiability, Jerusalem: ICELP Press