Graslanden - Helicon MBO Velp

advertisement
Graslanden
• Deze presentatie gaat over graslandtypen,
natuurwaarden, graslandbeheer
Graslanden
• Als voorbeeld
hiernaast een vochtig
hooiland met o.a.
echte koekoeksbloem
en scherpe boterbloem
Er zijn verschillende typen
grasland. Waardoor zijn de
verschillen ontstaan?
Voedselrijkdom
Vochtvoorziening
Kalkgehalte
Het gevoerde beheer
Dynamiek
Natte/vochtige voedselarme
hooilanden
Schrale hooilanden op
natte bodems leveren
vaak een bijzonder
bloemrijk beeld op
Interessante soorten
• De beschermde
Rietorchis, de
zeldzaam
geworden
adderwortel en
de half-parasiet
grote ratelaar
Graslanden op vochtige matig
voedselrijke bodem
• Scherpe
boterbloem
en
veldzuring
geven al
een mooi
bloemrijk
beeld
Graslanden van natte/vochtige
voedselrijke grond
Graslanden op droge
voedselarme grond
• Ook hier kan
een bloemrijk
beeld ontstaan
met kleine
plantjes als
schapezuring,
zandblauwtje,
muizenoor
enz.
• Links boven
het typische
rode beeld van
de zuring met
duizendblad
Beheer van graslanden
Basisprincipes bij het beheer
(Wat waren die ook al weer)
• Continuïteit
• Streven naar variatie en
structuur
• Fasering
• Voorkomen van verrijking
• Rekening houden met
soorten
• Voorkomen van veel
bodemverdichting en
bodembeschadiging
Maaien
• Snelle verschraling
•
•
•
•
Begrazen
• Minder verschraling
tot geen verschraling
Weinig structuur
• Veel structuur
Selectief t.o.v. soorten
• Selectief t.o.v. soorten
(maar niet jouw keus)
Schokeffect op hele terrein
• Minder massaal
ineens
schokeffect
Bevoordeling rozetplanten • soortsafhankelijk
Maaien en afvoeren
• Maaien en afvoeren
kan leiden tot
verschraling
Een eerste bloemrijk
verschralingsbeeld op
vochtige bodem kan
bestaan uit witbol en
daarna veldzuring
met scherpe
boterbloem
Bermen
• Bermen zijn
refugia
(vluchtplaats)
voor veel
plantensoorten en
insecten en
kunnen erg
waardevol zijn.
• Dit kan ook
subsidies
opleveren
Extensieve begrazing
• Extensieve
begrazing kan ook
leiden tot
bloemrijkere
plantengemeenscha
ppen, maar minder
dan bij maaien,
maar met meer
structuur
• Verschraling gaat
minder snel
Begraasde uiterwaarden op
rijkere grond
• Begrazing
geeft in zijn
algemeenheid
meer structuur
dan een
hooibeheer en
kan ook leiden
tot bloemrijke
ruigtes en
meestal
minder
bloemrijke
grazige delen
Agrarisch natuurbeheer
• Slootranden en
wegbermen zo
beheren dat andere
planten en dieren
daar een kans
krijgen
Maaitijdstippen en frequenties
• Rijkere situaties 2 x per
jaar (half mei-half juli)
en half aug-half okt)
• Armere situaties
1 x per jaar (eind aug-half
okt)
Ongewenste soorten ?
Maaien voor de bloei
Gewenste soorten ?
Maaien na de zaadrijping
Maaimethodes
• Klepelen is het
kapotslaan van de
vegetatie
• Als het maaisel blijft
liggen leidt dit tot
verrijking en verruiging
• Bij het stofzuigen
verdwijnen veel zaden
en insecten
Maaimethodes
• Maaien en afvoeren
kan leiden tot
verschraling
• Gebruik van
cyclomaaier, maaibalk
of zeis
Hooilandbeheer
• Hooien: met mooi
weer maaien en het
maaisel op rillen of
bulten enkele dagen
laten drogen en daarna
afvoeren
• Goed voor de natuur,
maar arbeidsintensief
Ruigtes
• Ruigtes zijn
van belang
wegens de
nectarplanten
en voor de
overwintering
van larven
• Holle stengels
spelen bij dat
laatste een
belangrijke rol
Beheer van ruigtes
• 1 x maaien in de 3-5
jaar
• Gefaseerd !!!
Download