pdf Algemene voorwaarden

advertisement
BPVO
Artikel 1
1.
2.
3.
ALGEMENE VOORWAARDEN BEHORENDE BIJ DE
BEROEPSPRAKTIJKVORMINGSOVEREENKOMST ROC NIJMEGEN
Beoordeling
De criteria op grond waarvan beoordeling zal plaatsvinden en de wijze waarop deze beoordeling door partijen zal geschieden, zijn in
de bij de opleiding behorende onderwijs- en examenregeling (OER) opgenomen.
De praktijkbiedende organisatie stelt aan het eind van de beroepspraktijkvorming een rapportage op over het functioneren van de
deelnemer ten tijde van de beroepspraktijkvorming bij de praktijkbiedende organisatie.
De eindverantwoordelijkheid bij de beoordeling of de deelnemer de eindtermen behorend bij de beroepspraktijkvorming gerealiseerd
heeft, ligt bij ROC Nijmegen. ROC Nijmegen betrekt bij de beoordeling het oordeel van de praktijkbiedende organisatie.
Artikel 2
Einde van de overeenkomst
Deze overeenkomst eindigt:
1.
2.
door het verstrijken van de looptijd als bedoeld in artikel 5 van de beroepspraktijkvormingsovereenkomst;
indien dat eerder is, door het eindigen van de onderwijsovereenkomst tussen de deelnemer en ROC Nijmegen (zie artikel 10 van de
algemene voorwaarden bij de onderwijsovereenkomst);
bij onderling goedvinden van ROC Nijmegen, de deelnemer en de praktijkbiedende organisatie;
door opzegging door de praktijkbiedende organisatie indien de eventuele arbeidsovereenkomst tussen de praktijkbiedende
organisatie en de deelnemer wordt beëindigd;
door opzegging door de praktijkbiedende organisatie indien de deelnemer zich ondanks nadrukkelijke waarschuwing niet houdt aan de
gedragsregels zoals vermeld in de artikelen 8, 9 en 10 van deze algemene voorwaarden; in dat geval vindt er eerst een gesprek
plaats tussen de praktijkbegeleider, de praktijkdocent en de deelnemer;
indien één van de partijen op grond van zwaarwegende omstandigheden beëindiging van deze overeenkomst noodzakelijk acht en
waarbij in redelijkheid niet verlangd kan worden dat de overeenkomst voortduurt.
3.
4.
5.
6.
Artikel 3
Vervangende praktijkplaats
ROC Nijmegen zal zich er na overleg met stichting Samenwerking Beroepsonderwijs Bedrijfsleven (SBB) ná het sluiten van deze
beroepspraktijkvormingsovereenkomst voor inspannen dat er een toereikende vervangende voorziening beschikbaar wordt gesteld, indien:
* de praktijkplaats niet of niet volledig beschikbaar is;
* de begeleiding tekortschiet of ontbreekt;
* de praktijkbiedende organisatie niet langer beschikt over een gunstige beoordeling (zoals bedoeld in artikel 7.2.10 van de Wet
Educatie en Beroepsonderwijs);
* er buiten toedoen van de deelnemer sprake is van omstandigheden die maken dat de beroepspraktijkvorming niet naar behoren
zal kunnen plaatsvinden.
Artikel 4
Garantie voor persoonlijke veiligheid
De praktijkbiedende organisatie garandeert de veiligheid van de deelnemer, in die zin dat de deelnemer in het kader van de
beroepspraktijkvorming niet zal worden blootgesteld aan seksuele intimidatie, pesten, agressie of geweld.
Artikel 5
Aansprakelijkheid
1.
De praktijkbiedende organisatie is jegens de deelnemer aansprakelijk voor schade die de deelnemer tijdens of in verband met de
beroepspraktijkvorming lijdt, tenzij de praktijkbiedende organisatie aantoont dat zij de in artikel 7: 658, lid 1 Burgerlijk Wetboek
genoemde verplichtingen is nagekomen, of dat de schade in belangrijke mate het gevolg is van opzet of bewuste roekeloosheid van
de deelnemer.
ROC Nijmegen is niet aansprakelijk voor schade die tijdens of in verband met de beroepspraktijkvorming door de deelnemer aan de
praktijkbiedende organisatie of aan derden is toegebracht. Verondersteld wordt dat de praktijkbiedende organisatie is verzekerd
tegen het financiële risico van wettelijke bedrijfsaansprakelijkheid, ook tegenover studenten.
2.
Artikel 6
Verzekeringen
1.
2.
De (wettelijk vertegenwoordiger van de) deelnemer dient zelf zorg te dragen voor een zorgverzekering.
ROC Nijmegen heeft een collectieve ongevallenverzekering afgesloten voor het risico van ongevallen die de deelnemer tijdens de
werk- en reisuren overkomen, op basis waarvan de deelnemer, ongeacht de eventuele aansprakelijkheid van de praktijkbiedende
organisatie en/of de aansprakelijkheid van andere partijen voor het ongeval, een door de verzekeraar vastgestelde som ter zake
van blijvende invaliditeit zal ontvangen.
ROC Nijmegen heeft ten behoeve van de deelnemer - voor zover deze aansprakelijk is en niet of onvoldoende elders is verzekerd een aanvullende verzekering afgesloten voor schade die door de deelnemer tijdens de beroepspraktijkwerkzaamheden is
toegebracht aan de praktijkbiedende organisatie of aan derden.
3.
Artikel 7
Aanmelding bedrijfsvereniging/belastingdienst (indien van toepassing)
De werkgever/praktijkbiedende organisatie meldt de deelnemer aan bij:
* de uitvoeringsinstelling van het UWV (Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen);
* de belastingdienst.
versie augustus 2016
Pagina 1 van 2
Artikel 8 Gedragsregels
De deelnemer is verplicht de binnen de praktijkbiedende organisatie in het belang van de orde, veiligheid en gezondheid van
toepassing zijnde regels, voorschriften en aanwijzingen in acht te nemen. De deelnemer wordt door de praktijkbiedende organisatie over deze
regels ingelicht.
Artikel 9 Geheimhouding
De deelnemer is verplicht alles geheim te houden wat hem/haar onder geheimhouding wordt toevertrouwd of wat hem/haar als geheim ter
kennis is gekomen of waarvan hij/zij het vertrouwelijk karakter redelijkerwijs moet begrijpen.
Artikel 10 Afwezigheid
1.
2.
Voor afwezigheid tijdens de beroepspraktijkvorming gelden voor de deelnemer de bepalingen die daaromtrent zijn opgenomen in de
algemene voorwaarden behorende bij de onderwijsovereenkomst en/of het studentenstatuut.
In geval van afwezigheid en bij terugkeer na afwezigheid is de deelnemer verplicht de praktijkbegeleider hiervan onverwijld op de
hoogte te stellen overeenkomstig de regels van de praktijkbiedende organisatie.
Artikel 11 Inwerkingtreding beroepspraktijkvormingsovereenkomst
Deze beroepspraktijkvormingsovereenkomst treedt in werking na ondertekening door ROC Nijmegen, de deelnemer, de praktijkbiedende
organisatie.
Artikel 12 Vernieuwing overeenkomst
Indien de deelnemer niet binnen de gestelde tijdsduur zoals vermeld in artikel 1 van de beroepspraktijkvormingsovereenkomst de
beroepspraktijkvorming blijkt te hebben kunnen afronden, ondanks maximale inspanningen van alle partijen, kunnen de partijen schriftelijk een
nieuwe beroepspraktijkvormingsovereenkomst sluiten, mits de opleiding na het verstrijken van de looptijd nog wordt aangeboden.
Artikel 13 Problemen en conflicten tijdens de beroepspraktijkvorming
1.
2.
3.
4.
5.
Bij problemen of conflicten tijdens de beroepspraktijkvorming richt de deelnemer zich in eerste instantie tot de praktijkbegeleider.
Wordt geen oplossing bereikt, kan het probleem of conflict voorgelegd worden aan de praktijkdocent.
Indien men in gezamenlijk overleg niet tot een oplossing komt, wordt de zaak door de deelnemer en/of de praktijkbegeleider
voorgelegd aan de direct leidinggevende van de praktijkdocent. Deze neemt, gehoord de betrokkenen, een besluit. Indien de
deelnemer het niet eens is met dit besluit, is vervolgens de procedure als omschreven in het studentenstatuut van toepassing.
Indien het om gevallen gaat die de verantwoordelijkheid van stichting Samenwerking Beroepsonderwijs Bedrijfsleven (SBB) raken,
wordt de SBB daarbij betrokken.
In de gevallen waarin de regeling in deze beroepspraktijkvormingsovereenkomst niet voorziet, beslissen de directies van de
praktijkbiedende organisatie en de onderwijsinstelling in onderling overleg, na raadpleging van de deelnemer.
Artikel 14 Slotbepaling
Door ondertekening van de beroepspraktijkvormingsovereenkomst verklaren de deelnemer en de werkgever/praktijkbiedende organisatie dat zij
de regelingen en voorwaarden waarnaar in deze beroepspraktijkvormingsovereenkomst wordt verwezen en/of die als bijlage aan deze
overeenkomst zijn toegevoegd, hebben ontvangen en/of daarvan hebben kennisgenomen, en dat zij ermee instemmen dat deze regelingen en
voorwaarden deel uitmaken van de beroepspraktijkvormingsovereenkomst.
versie augustus 2016
Pagina 2 van 2
Download