Thema 12 Inleiding in de psychiatrie

advertisement
Geschiedenis/ bekende namen/behandeling
Voorzieningen
Zorgprogrammering
Maak in tweetallen een ABC over het onderwerp
psychiatrie. Vergelijkbaar met bruiloft ABC.
Bijvoorbeeld: A = angststoornis
B = Bipolaire stoornis
C=?
Je hebt 5 minuten de tijd…..
Wat is psychiatrie?
Psychiatrie is het medisch specialisme dat zich
bezig houdt met het diagnosticeren en
behandelen van psychische ziektebeelden. Een
medisch specialist die zich gespecialiseerd
heeft in psychiatrie wordt een psychiater
genoemd.
Welke deelgebieden zijn er binnen de
psychiatrie te onderscheiden?
Het vakgebied psychiatrie kent de volgende
deelgebieden:





Kinder- en jeugdpsychiatrie
Volwassenenpsychiatrie
Ouderenpsychiatrie
Trans culturele psychiatrie
Forensische psychiatrie
Jules Deelder en Dieuwertje Blok vragen zich in Het
Dolhuys -museum van de psychiatrie- zich af
wanneer je een mens gek kunt noemen. En hoe
moeilijk of makkelijk is een mens gek te maken?
http://www.uitzendinggemist.nl/afleveringen/1188710




Religieuze verklaring
Biologische verklaring
Psychologische verklaring
Psycho-sociale verklaring

Psychiatrisch ziek zijn betekent bezeten zijn
van de duivel en rechtvaardigt een straf van
God

Een somatische (psychiatrische) aandoening
kan verwijzen naar een afwijking aan de
structuur of het functioneren van het lichaam.
Bij een biologische verklaring voor psychische
stoornissen zijn vaak erfelijkheid en
neurotransmitters betrokken.

Een stoornis verklaren vanuit het psychisch functioneren van de patiënt.
Er zijn bij de psychologische verklaringen 3 verschillende theorieën; de
psychodynamische theorie, de leertheorie en de cognitieve theorie.
De psychodynamische theorie
Gaat uit van vroegkinderlijke ervaringen. Iets wat iemand heel vroeger
heeft meegemaakt kan invloed hebben op zijn psychische toestand van
nu.
De leertheorie
Alle gedrag dat mensen vertonen bestaat uit verschillende aangeleerde
gedragselementen. Deze bouw je als baby, peuter en kleuter op en kun
je dus ook weer afleren.
De cognitieve theorie
Mensen verwerken informatie met behulp van hun zintuigen, in
gedachten, beelden, herinneringen etc. Deze informatie kan weer
bovenkomen en voor een psychische stoornis zorgen.


1. De aspecten in voornoemde
psychologische verklaring in combinatie
met punt 2
2. De invloed van de socio-economische
klasse en culturele achtergrond is hier van
belang. Er wordt gekeken naar de directe
omgeving van iemand en naar het
maatschappelijke vlak waarin iemand zich
bevindt. Deze hebben allemaal invloed op
het psychisch welbevinden van een
persoon
460-377 VC
1745-1826
1794-1866
1797-1862
1797-1860
1856- 1926
1856-1939
Hippocrates
Philippe Pinel
John Conolly
Schroeder van der Kolk
Joseph Guislain
Emile Kraeplin
Freud, Jung en Adler
De temperamentenleer:







Het menselijk lichaam zou bestaan uit vier soorten lichaamssappen: slijm, bloed,
gele gal en zwarte gal. De fysieke en mentale toestand (het temperament) en
ziekteverschijnselen werden verklaard uit het bestaande gehalte aan de
verschillende sappen.
Een teveel aan slijm (flegma) zou een flegmatisch of kalm temperament tot gevolg
hebben;
een teveel aan bloed een sanguïnisch of optimistisch, gepassioneerd
temperament;
een teveel aan gele gal een cholerisch of prikkelbaar, opvliegend temperament;
een teveel aan zwarte gal een melancholisch, depressief temperament.
Een onbalans zou behandeld moeten worden met een dieet.
Later werden deze ideeën, die lange tijd grote invloed op de medische wetenschap
zouden houden, overgenomen door de invloedrijke Grieks/Romeinse arts Claudius
Galenus. Deze zou de theorie verbinden met die van de vier elementen: het
flegmatische verbond hij met water, het sanguine met lucht, het cholerische met
vuur en het melancholische met aarde.
.
Tijdens zijn periode in het Bicêtre ( 1797) maakte
Pinel een einde aan het bloedtappen, aderlaten, en
ruw behandelen van zieken. Hij verruilde deze
methoden voor een therapie waarin direct contact
met, en nauwkeurige observatie van patiënten
centraal stond. Pinel bezocht elke patiënt, vaak
meerdere keren per dag, en maakte gedurende twee
jaar zorgvuldig aantekeningen. Hij probeerde lange
gesprekken met zijn patiënten te voeren en streefde
er naar gedetailleerde casussen te verzamelen van
het ziekteverloop van zijn patiënten. In zijn boek
Traité médico-philosophique sur l’aleniation
mentale; ou la manie, gepubliceerd in 1801,
beargumenteert Pinel zijn psychologisch
georiënteerde benadering.


Conolly’s en Schroeder van der Kolk verdienste is dat zij geweld
en onderdrukking in het gesticht afschafte. Goede huisvesting
met uitstekende verlichting, geschikte slaapgelegenheid en
behoorlijk voedsel vonden zij van het grootste belang.
Conolly was lang niet de eerste die op hervorming van de grote
gestichten aandrong.
Eerder had Philippe Pinel (1745-1826) in Frankrijk,
geïmpregneerd door de inzichten van de Revolutie, een meer
rationele en humane benadering van psychiatrische patiënten
bepleit. In de Engelse plaats York stichtte de theehandelaar
William Tuke (1732-1822) een privékliniek om de zorg voor de
geesteszieken in de Quakergemeenschap te verbeteren. De ‘York
Retreat’ werd geleid door een medicus maar de beroemd
geworden zorgen en zachtaardigheid jegens patiënten lag
grotendeels in handen van leken. Hoewel Tuke een leek was,
oefende hij grote invloed uit op de Britse gestichtsartsen zoals
Robert Gardiner in het Lincoln Asylum en John Conolly in het
Hanwell Asylum in Middlesex.

Kraepelin was een goed observator en scherp
analyticus die goed in staat was om een
beschrijving te maken van de klinische
verschijnselen die in de loop van de
negentiende eeuw vooral in Duitsland waren
beschreven. Nog steeds zijn wij dank
verschuldigd aan de criteria die door
Kraepelin werden opgesteld. Zonder te veel
overdrijving kan men zeggen dat de ICD-10
en de DSM-IV directe uitvloeisels zijn van zijn
werk.

Guislain onderscheidde morele en fysieke behandelingsmiddelen. Arbeid
was het belangrijkste therapeutische middel. Verder kon de aandacht
van de geestesziekte worden afgeleid door lichaamsbeweging, zoals
wandelen en dansen (vooral walsen), of door geestelijke inspanning,
zoals lezen, schilderen, muziek beluisteren, kaartspelen.
Wat de ‘fysieke’ middelen betreft, maakte Guislain gebruik van
verzachtende en verdovende middelen (opium, kamfer, muskus,
digitalis, belladona) en in uitzonderlijke gevallen ook van aderlatingen,
braak- en purgeermiddelen. Sommige patiënten werden met poeders en
zalven bewerkt om jeuk, irratatie of ontstekingen te verwekken die hen
moesten afleiden van hun obsessie. Veel mislukkingen, schrijft Guislain,
“maar ook enkele mooie resultaten”.
Het belangrijkste fysieke middel was het bad. Warme en koude baden,
onderdompelingsbaden, krachtige bestraling met koud water. De jonge
Guislain was een groot voorstander van het surprisebad. De zieke werd
een bruggetje opgestuurd met in het midden een hokje waarvan de vloer
onder zijn gewicht bezweek: plons! Het therapeutische effect was
“gebaseerd op de angst van nakende verstikking”. Intense gevoelens
konden een versterkende werking op de geest hebben en de ‘morele’
schok kon de betovering verbreken. Sommige ‘médecins aliénistes’
vuurden onverwacht een wapen af naast het oor van de patiënt.
Hoewel onderling veel verschillen, zijn de
heren het over één ding eens!
De ontwikkeling van een mens en wel datgene
wat hij meemaakt in zijn eerste levensjaren,
bepaalt of hij al dan niet aan een psychisch
probleem zal gaan lijden

5.1
5.2
5.3
5.4
5.5
5.6
5.7
5.8


1800 Moral Treatment
1911 Hydrotherapie, Deel 1
1911 Hydrotherapie, Deel 2
1935 De lobotomie
1936 Actieve therapie (arbeid en
heropvoeding)
1940-1950 Insuline shock therapie
1969 Elektroshock behandeling
1969 Slaap- en dommelkuur
Katten in de psychiatrie
http://www.youtube.com/watch?v=4C8ovjojCBY
De kracht van binnen
http://www.youtube.com/watch?v=5tHLDeb70w
Rehabilitatie, 4 Stromingen
1.
Milieu gerichte benadering (therapeutisch milieu)
2.
Probleemgerichte benadering (klacht staat
centraal, vaak medicamenteuze oplossing)
3.
Ontwikkelingsgerichte benadering ( uitgaande
van wensen/ behoeften. Aanleren van
vaardigheden
4.
Integrale rehabilitatie benadering
Symptomen:
- Afhankelijkheid
- Verlies van identiteit
- Anti sociaal gedrag
- Apathisch gedrag
Aanzet tot anti-psychiatrie, ambulante zorg
Goede en minder goede resultaten in de jaren ’70
Vraag:
1. Is er bij de landmacht sprake van hospitalisatie?
2. Kunnen hulpverleners in psychiatrie hospitaliseren?
DIAGNOSTIC and STATISTICAL MANUAL of MENTAL DISORDERS (DSM-IV-TR

)
In de DSM-IV-TR vindt je alle diagnoses voor psychische stoornissen.
Deze handleiding is bedoeld voor allen die werkzaam zijn in de GGZ en bekend
zijn met psychiatrische diagnoses.
Belangrijk kenmerk: Vergroten van de betrouwbaarheid bij het stellen van een
diagnose.
DSM-IV verdeeld in 5 AS-en
 AS I - Klinische stoornissen / andere aandoeningen en problemen die
een reden voor zorg kunnen zijn
 AS II - Persoonlijkheidsstoornissen / Zwakzinnigheid
 AS III - Somatische aandoeningen
 AS IV - Psychosociale en omgevingsfactoren
 AS V - Globaal Algemeen Functioneren (GAF)

Een aanklacht tegen DSM IV
http://www.youtube.com/watch?v=h6BK_yllaOQ&feature=relmfu

Observatie

Preventie

Behandeling

Begeleiding

Verpleging en verzorging

Bescherming
Klinische en Forensische psychiatrie.( Opname, Pieter Baan)
Sociale psychiatrie. Relatie leggen tussen
psychiatrische problematiek en
maatschappelijke situatie (crisis)
Poli klinische en deeltijdbehandeling
Cliënten met langdurige psychiatrische
aandoening een woon/ leef situatie aanbieden
Overwegend oudere (long stay) cliënten
Cliënten zijn een gevaar voor zichzelf of omgeving en
wonen en leven in een beschermende omgeving. Er is altijd
personeel aanwezig.
Opdracht:
Doel: Na het maken van deze opdracht kent de student het
zorgaanbod in de GGZ.
Vraag: Met welke “lijns” zorg komt Marieke in aanraking en leg
uit wie er werken en indien mogelijk wat er gebeurt?
De moeder van de 17 jarige Marieke maakt zich ernstig zorgen.
Ze heeft het idee dat Marieke lijdt aan een psychiatrische
aandoening. Marieke doorloopt zowel een traject van de 1e lijn
tot de 3e zorg
1e lijn
Wie werk(-en) er?
Soort hulp?
2e lijn
3e lijn




http://www.youtube.com/watch?v=hF033IqrF
qw&feature=related
http://www.youtube.com/watch?v=5tHLDeb70w
http://www.youtube.com/watch?v=qgwByKde
QpM&feature=relmfu
http://www.hetoudegesticht.com/
Download