vooruitblik 2014

advertisement
WINTER 2014
B E L E G G I N G S -
HORIZON
VOORUITBLIK 2014
BELGISCH BELASTINGREGIME
VOOR BUITENLANDSE
ONROERENDE GOEDEREN
DIVIDENDEN ALS BASIS VAN
EEN AANDELENPORTEFEUILLE
INHOUD
EDITORIAAL
STRATEGIE
..........................................3
...........................................4
VOORUITBLIK
2014 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6
INTERNATIONALE ECONOMIE
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10
ASSET ALLOCATIE
DIVIDENDEN ALS BASIS VAN EEN AANDELENPORTEFEUILLE
. . . . . . . 12
DE BEDRIJFSOBLIGATIEBEVEK PETERCAM L BONDS EUR QUALITY,
HOEKSTEEN VAN EEN EVENWICHTIGE PORTEFEUILLE
. . . . . . . . . . . 14
VERANTWOORD BELEGGEN
DUURZAAMHEIDSANALYSE VAN LANDEN BIEDT ECHTE TOEGEVOEGDE
WAARDE
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 16
ESTATE PLANNING
BELGISCH BELASTINGREGIME VOOR BUITENLANDSE ONROERENDE
GOEDEREN
CHARITY
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20
DE ONLINEMODULE ‘MY PETERCAM’
CONTACT
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .23
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 24
De informatie opgenomen in het huidige document wordt u enkel gecommuniceerd op
informatieve wijze en mag niet beschouwd worden als een persoonlijk beleggingsadvies.
Zij vormt geen bod tot de aankoop of verkoop van roerende waarden. Indien deze
informatie voor u van belang zou kunnen zijn, kan u contact opnemen met uw beheerder
om de geldigheid van deze belegging(en) na te gaan met betrekking tot uw risicoprofiel.
Wij herinneren u eraan dat prestaties uit het verleden geen indicatie zijn voor toekomstige
resultaten. De informatie en standpunten in dit document zijn een weergave van de
situatie op datum van het opstellen van het document en kunnen op gelijk welk moment
worden gewijzigd zonder vooropzeg.
Verantwoordelijke uitgever: Geoffroy d’Aspremont, Sint-Goedeleplein 19, 1000 Brussel.
Redactie beëindigd op 13 december 2013.
Beelden: Shutterstock
HORIZON | WINTER 2014 | 1
EDITORIAAL
Beste cliënt,
In deze periode van het jaar maken we de balans op. 2013 was zonder enige
twijfel een scharnierjaar. Voor het eerst sinds het begin van de crisis werden
immers extreme doemscenario’s zoals onder meer het einde van de euro en een
apocalyptisch debacle in Griekenland afgezwakt. In de eurozone lijkt het ergste
achter de rug en in de rest van de wereld is het vertrouwen min of meer
teruggekeerd. De jongste maanden vertaalde zich dat in een heropleving van de
economische activiteit.
Zoals we een jaar geleden hadden verwacht, waren de aandelenmarkten de eerste
om voordeel te halen uit deze economische heropleving. Over het algemeen
hebben ze dan ook sterk gepresteerd. Dat was zeker het geval voor de
Amerikaanse aandelen. In de groeilanden stelden de beurzen echter teleur. Want
zodra Ben Bernanke, de toekomstige ex-voorzitter van de Amerikaanse Federal
Reserve, had laten verstaan dat hij de teugels van het monetaire beleid misschien
weer wat strakker zou aanhalen, haalden heel wat beleggers massaal hun geld uit
de groeilanden weg. Omdat ze dat geld weer repatrieerden naar veiligere oorden,
stonden zowel de aandelen als de obligaties in de groeilanden onder druk. Door
het teruggekeerde vertrouwen is de nood aan een verzekering tegen een
mogelijke systeemcrisis trouwens wat op het achterplan geraakt. Vandaar ook dat
we een forse correctie hebben gezien van de goudkoers.
2013 was dus een jaar waarin – we hadden daar trouwens in geloofd – de economie wereldwijd weer begon
te groeien en in haar kielzog ook de ondernemingen en de beleggers meetrok. Vandaar dat het uiteindelijk
ook een goed beursjaar is geworden, vooral voor de aandelenmarkten.
Wordt 2014 het jaar van de bevestiging van de economische heropleving? Zal het betere klimaat op de
financiële markten – ook al duikt er af en toe een onvermijdelijke storm op, zoals we onlangs nog hebben
gezien – blijven duren? Zijn de aandelenkoersen al niet te veel vooruitgelopen op het economische herstel?
Wat zal er gebeuren met de staatsobligaties in de nog altijd actuele context van de ‘financiële repressie’ in de
landen die nog altijd tot over hun oren in de schulden zitten? Hoe zal de economie in China en Japan zich
gedragen? Welke gevolgen zal de tapering* van de Fed hebben voor de volatiliteit van de markten? U vindt
onze vooruitzichten, analyses en antwoorden op deze vragen in verschillende artikels van deze editie van
Horizon.
Wat we nu al kunnen voorspellen, is dat 2014 een jaar wordt met veel sportieve hoogtepunten. Niet alleen
dankzij de aanwezigheid van de Rode Duivels op het WK Voetbal in Brazilië, maar ook op het vlak van de
allocatie van de activa in uw portefeuille. In dit verband stellen we in dit nummer twee pijlers voor die u
volgens ons absoluut niet links mag laten liggen: aandelen van bedrijven met een hoog dividendrendement
en bedrijfsobligaties.
Voor nog meer topsport zullen ook de Belgische verkiezingen van mei 2014 zorgen. Krijgt het fiscale vuurwerk
dat in 2013 werd afgestoken en dat we hier het hele jaar uitvoerig hebben becommentarieerd, volgend jaar
een hoogtepunt? Zodra daarover meer duidelijk is, komen we er in onze volgende nummers ongetwijfeld op
terug. In dit nummer concentreren we ons op het Belgische fiscale regime dat van toepassing is als u
vastgoed bezit in het buitenland. Het gaat alleszins om bakstenen die in bepaalde gevallen zwaar op de maag
kunnen blijven liggen.
Tot slot, en dat mag ook wel eens, geven we ook wat meer informatie over de krachtlijnen van ons
maatschappelijk engagement voor diverse liefdadigheidsinstellingen en rond de problematiek die verband
houdt met dementie.
Petercam wenst u en uw familie een bijzonder succesvol nieuwjaar en vooral een uitstekende gezondheid!
We wensen u veel leesgenot.
Fritz Mertens
Vennoot
Lid van het Directiecomité
* Geleidelijk vertragen door de Fed van het tempo waartegen ze obligaties aankoopt en dus geleidelijk
afbouwen van de liquiditeitsinjecties.
HORIZON | WINTER 2014 | 3
STRATEGIE
ONDANKS DE KOERSSTIJGING DIE AL ACHTER DE RUG LIGT EN DE VOLATILITEIT GELINKT AAN EEN
MOGELIJKE BIJSTURING VAN HET A MERIKAANSE MONETAIRE BELEID BLIJVEN AANDELEN DE BESTE
MANIER OM IN TE SPELEN OP HET VERDERE HERSTEL VAN DE WERELDECONOMIE .
4
STRATEGIE
Een dikke vijf jaar na de val van
Lehman Brothers lijkt de
wereldeconomie eindelijk op koers
voor een echt economisch herstel.
Onder leiding van de VS zijn de
klassieke industrielanden in betere
doen, en ondanks de interne
uitdagingen zijn er stilaan ook
tekenen van beterschap in de
groeilanden. Het economische
herstel blijft voorlopig nog
aarzelend, maar de vooruitzichten
voor 2014 zijn vrij positief. De
wereldeconomie zou in 2014
krachtiger moeten groeien dan in
2013 het geval was. Bovendien
blijft de inflatie voorlopig erg goed
onder controle. Op dat vlak ligt het
risico vandaag eerder in te lage
inflatie dan in te hoge inflatie.
Tegen die achtergrond blijven
centrale bankiers de rente laag
houden. In een omgeving van
aantrekkende economische groei,
stabiele inflatie en lage rente zijn
bedrijven goed geplaatst om
optimaal te profiteren. Zeker ook
gezien de zwakke positie van
werknemers in de huidige
wereldeconomie door de nog altijd
aanzienlijke ongebruikte
arbeidsreserve.
Maar dat bedrijven er goed voor
staan, is al een tijdje geen nieuws
meer. Aandelenmarkten klimmen
dan ook al enige tijd duidelijk
hoger. De vraag is dan ook of het
vandaag wel nog interessant is om
in aandelen te zitten: is het herstel
al niet volledig ingeprijsd op de
aandelenmarkten? Gemiddeld is de
stijging van de koersen redelijk in
lijn gebeurd met de indicaties van
het economische herstel en de
toenemende bedrijfswinsten.
Daarbij zijn wel belangrijke
regionale verschillen. De
waarderingsvraag stelt zich vooral
voor de Amerikaanse markt. Daar
zijn de koersen al duidelijk voorop
gelopen op het winstherstel.
Hoewel de koersen nog ver onder
de zeepbelniveaus van eind jaren
90 blijven, geven de meeste
waarderingsmaatstaven aan dat
Amerikaanse aandelen stilaan te
duur zijn. In Europa en al helemaal
in de groeilanden is dat veel minder
het geval. Daar zijn de
aandelenmarkten vandaag nog
heel wat aantrekkelijker
gewaardeerd. Naarmate het
economische herstel de komende
maanden vastere vorm aanneemt,
moeten die markten kunnen
profiteren. Interessante thema’s
daarbij zijn kwaliteitsvolle cyclische
aandelen die door hun regionale of
sectorfocus de voorbije jaren wat
achtergebleven zijn en potentiële
overnamekandidaten die kunnen
profiteren van de aantrekkende
activiteit in fusies en overnames.
Jérôme van der Bruggen
Head of Investments
Private Banking
zal gaan. De Fed zal er alles aan
doen om de negatieve impact op
de markten te beperken. Tegen die
achtergrond blijft een strategie
gericht op aandelen, vooral dan in
de achtergebleven regio’s Europa
en de groeilanden, en een meer
terughoudendere positie in
obligaties de beste manier om met
het huidige klimaat om te gaan. 
Voor de obligatiemarkten zijn de
vooruitzichten minder rooskleurig.
Daar blijft het kernthema
‘financiële repressie’. Centrale
bankiers houden de rente laag en
streven naar iets hogere inflatie in
een poging om met de bestaande
schuldenberg, vooral in de klassieke
industrielanden, om te gaan. Dat is
vandaag een expliciete
beleidskeuze en dat zal op korte
termijn niet veranderen. Die
beleidskeuze impliceert een
beperkt opbrengstpotentieel voor
klassieke overheidsobligaties. Met
hoogrentende obligaties valt een
iets hoger rendement te behalen,
maar ook daar blijven de
verwachtingen bescheiden.
De cruciale vraag voor 2014 wordt
hoe de financiële markten zullen
reageren als de Amerikaanse
centrale bank straks haar beleid
begint bij te sturen. Dat betekent
zo goed als zeker meer volatiliteit.
De voorbije maanden hebben
evenwel al geïllustreerd dat de Fed
op dat vlak heel voorzichtig te werk
HORIZON | WINTER 2014 | 5
VOORUITBLIK 2014 - DE 10 VOOR ‘14
NET ALS DE VOORBIJE JAREN BUNDELEN WE ONZE VERWACHTINGEN VOOR HET KOMENDE JAAR IN EEN
LIJST CONCRETE VOORSPELLINGEN . 2014 WORDT HET JAAR VAN BEVESTIGING VAN HET HERSTEL EN
VAN DE OMMEKEER IN HET BELEID VAN DE AMERIKAANSE CENTRALE BANK . HIER VOLGEN ONZE ‘ 10
VOOR 14’.
6
1. MAGER HERSTEL
IN DE EUROZONE
2. NIEUWE GRIEKSE
SCHULDHERSCHIKKING
3. AMERIKAANS
HERSTEL ZET DOOR
De eurozone klauterde in 2013 uit
recessie. Meer vertrouwen, minder
nadruk op besparingen en een
positief internationaal klimaat
suggereren dat de euro-economie
ook in 2014 groeit. Vooral de
bedrijfsinvesteringen zouden voor
een impuls moeten zorgen doordat
bedrijven stilaan de eerder
uitgestelde
vervangingsinvesteringen op touw
zetten. Maar daarmee is het beste
ook meteen gezegd. Een groei van
net iets meer dan 1% is het hoogst
haalbare (en dat geldt trouwens
ook voor de Belgische economie).
Hoewel dat duidelijk beter is dan
de jongste jaren, is dat
onvoldoende om de littekens van
de voorbije crisisjaren uit te vegen.
De Europese economie blijft ver
onder het trendniveau van voor de
crisis, de werkloosheid zal
onaanvaardbaar hoog blijven en de
overheidsfinanciën blijven fragiel.
De eurozone blijft dan ook
kwetsbaar voor nieuwe schokken,
zeker gezien de buffers om die op
te vangen zo goed als opgebruikt
zijn. Bovendien zal de bereidheid
om verdere inspanningen te
leveren op het vlak van structurele
hervormingen en van het
uitwerken van het institutionele
kader in 2014 allicht eerder
afnemen.
Zelfs Griekenland lijkt opnieuw op
weg naar positieve groeicijfers. Dat
zal evenwel niet volstaan om enige
merkbare verandering te brengen
in de dramatische
werkloosheidscijfers of de
torenhoge overheidsschuld.
Ondanks een eerste
schuldherschikking is die schuld
vandaag opgelopen tot 176% van
het bbp. Er is weinig kans dat de
Griekse overheid die schuld binnen
een redelijke termijn kan
terugbrengen tot aanvaardbare
niveaus. Bovendien is het de
bedoeling van het huidige
internationale ondersteuningsplan
dat Griekenland vanaf 2015
opnieuw zelf (gedeeltelijk) geld
gaat ophalen op de
kapitaalmarkten. Dat zal enkel
haalbaar zijn na een nieuwe
schuldherschikking. Die kan best in
2014 opgezet worden. De ECB
heeft eerder al bewezen dat ze
eventuele schokgolven van zo’n
ingreep naar de rest van de
eurozone onder controle kan
houden. Toch blijft het te vroeg om
het einde van de eurocrisis te
vieren: aanslepende discussies over
de beloofde bankenunie en
toenemende spanning binnen de
ECB zijn de meest voor de hand
liggende risico’s voor 2014.
Het herstel van de Amerikaanse
economie sinds midden 2009 bleef
de voorbije jaren vrij mager.
Ondertussen zijn de problemen die
aan de basis lagen van de Grote
Recessie stilaan opgelost: de
huizenmarkt, de gezinsfinanciën en
de situatie van de banken zijn
opnieuw genormaliseerd. Op die
fundamenten kan de Amerikaanse
economie in 2014 een versnelling
hoger schakelen. Het feit dat er
voor volgend jaar geen herhaling
van de belastingverhoging van
begin 2013 op de agenda staat, is
daarbij een belangrijke factor.
Samen met het toenemende
vertrouwen, het nog altijd fors
ondersteunende monetaire beleid,
de sterke financiële positie van de
bedrijven en
langetermijninvesteringsverhalen
zoals schaliegas moet dat leiden
tot een verder aantrekkende
economische groei. Het grootste
gevaar komt in 2014 van een te
bruuske ommekeer in het
monetaire beleid, maar op dat vlak
zal de centrale bank heel
voorzichtig te werk gaan (zie 6).
VOORUITBLIK 2014
4. JAPANSE
COMEBACK HOUDT AAN
aanknoopt met de zeer krachtige
groei van voor de crisis van 200809. Dat zit er niet meer in.
Het nieuwe beleid in Japan zorgde
in 2013 voor een opmerkelijke
positieve wind. De echte test komt
echter in 2014. Het zou immers
niet de eerste keer zijn dat de
Japanse economie kortstondig
opflakkert om vervolgens opnieuw
in een crisis weg te zinken. Deze
keer lijken de beleidsmakers
evenwel voldoende overtuigd om
door te duwen. Abenomics kan ook
in 2014 resultaten opleveren. De
forse verzwakking van de yen zal de
export stimuleren, terwijl er stilaan
ook binnenlands wat lijkt te
bewegen. Of het op langere termijn
mogelijk is om de negatieve
demografische dynamiek volledig
te counteren, blijft nog maar de
vraag. 2014 brengt alvast meer
positief nieuws uit Japan.
6. INFLATIE BLIJFT LAAG
5. INHAALBEWEGING
VOOR DE GROEILANDEN
De groeilanden ontgoochelden in
2013. Anders dan in het verleden
stapten de groeilanden immers
niet mee in de hersteldynamiek van
de klassieke industrielanden.
Bovendien bleken de financiële
markten er heel gevoelig voor
fluctuaties in de verwachtingen
rond het beleid van de
Amerikaanse centrale bank. Dit
laatste blijft ook in 2014 een
belangrijke factor. Niettemin staan
de groeilanden voor een
inhaalbeweging. De VS, Japan en
Europa zijn nog altijd goed voor iets
meer dan de helft van de
wereldeconomie. Tekenen van
beterschap in die regio impliceren
een toenemende vraag in de
groeilanden. Een vrij lage inflatie,
een ondersteunend monetair
beleid en goedkopere munten
zullen bijdragen tot de
economische inhaalbeweging in de
groeilanden. Specifieke
binnenlandse problemen, o.a. een
te sterke kredietgroei in heel wat
groeilanden, zullen evenwel
verhinderen dat de regio terug
Vanuit de hoek van de
inflatiedoemdenkers, die het geld
drukken van de centrale bankiers
regelrecht naar een ontsporende
inflatie zagen leiden, is het al een
tijdje erg stil geworden. Daar komt
ook in 2014 geen verandering in.
Het bijgedrukte geld kan pas voor
inflatie zorgen als het ook effectief
in de economie terecht komt en als
ze op een normaal toerental draait.
Ondanks de tekenen van
economisch herstel zijn die
voorwaarden vandaag nog altijd
niet vervuld. Zowel in de VS als in
Europa draait de economie nog
lang niet opnieuw op volle toeren.
De werkloosheid blijft in de meeste
industrielanden vrij hoog zodat er
geen opwaartse druk op de lonen
komt. En ook de vooruitzichten
voor de grondstoffenmarkten
wijzen niet op forse prijsstijgingen.
Tegen die achtergrond blijft de
inflatie in 2014 laag. Op langere
termijn houdt het ongezien
soepele monetaire beleid wel
inflatierisico’s in, maar die zijn nog
niet meteen voor morgen.
7. AMERIKAANSE CENTRALE
BANK STOPT MET
OBLIGATIEAANKOPEN
Sinds de val van Lehman Brothers
in september 2008 heeft de Fed
bijna alles uit de kast gehaald om
de economische motor terug aan
de praat te krijgen. Naast een
verlaging van de beleidsrente tot
0%, drukte ze in die periode zo’n
3.000 miljard dollar bij. Daarmee
vermeed ze allicht een nog grotere
economische catastrofe. Maar
naarmate de economie herleeft,
nemen ook de gevaren verbonden
aan dat agressieve beleid - m.n. het
gevaar van nieuwe zeepbellen en
inflatoire druk – toe. In 2014 zal de
Fed haar obligatieaankopen
afbouwen. Daarbij zal ze heel
geleidelijk te werk gaan om al te
grote schokken op de financiële
markten te vermijden. Bovendien
zal ze te pas en te onpas
beklemtonen dat een eerste
renteverhoging nog lang niet aan
de orde is. Op die manier wil de Fed
zich heel voorzichtig naar de
uitgang van het extreem soepele
monetaire beleid begeven.
8. OPNIEUW EEN GOED JAAR
VOOR AANDELEN , MAAR
MET MEER VOLATILITEIT
De aandelenmarkten zetten in
2013 al mooie resultaten neer, en
die positieve trend kan nog wel
even aanhouden. Bedrijven zijn
immers ideaal geplaatst om
optimaal te profiteren van het
economische herstel. Dat heeft veel
te maken met de verzwakte positie
van de werknemers door de grote
arbeidsreserve die vandaag in de
wereldeconomie beschikbaar is.
Daarbovenop kunnen bedrijven ook
genieten van extreem gunstige
financieringsvoorwaarden. Die
twee factoren blijven ook in 2014
aanwezig, wat samen met het
herstel een positief kader schetst
voor de bedrijfswinsten. Sommige
markten en sectoren zijn al flink
vooruit gelopen op die positieve
vooruitzichten. Zo is de
Amerikaanse aandelenmarkt al vrij
duur. In Europa en vooral in de
groeilanden zijn evenwel nog heel
wat opportuniteiten te vinden. Een
stijgend aantal fusies en
overnames dankzij de combinatie
van goedkope financiering en
toenemend vertrouwen zal daartoe
bijdragen. Het belangrijkste risico
voor de aandelenmarkten schuilt in
het monetaire beleid van de Fed.
De geleidelijke afbouw van de
extreme monetaire stimulus zal
onvermijdelijk voor volatiliteit
zorgen op de markten. Doorheen
die volatiliteit zou het herstel
evenwel de bovenhand moeten
nemen. 
HORIZON | WINTER 2014 | 7
VOORUITBLIK 2014
9. BESCHEIDEN RENDEMENT
VOOR OBLIGATIES
Hoewel de inflatie het voorbije jaar
erg laag bleef, zorgden de tekenen
van economisch herstel en de
verwachting dat de Amerikaanse
centrale bank stilaan haar beleid
moet gaan bijsturen al voor een
stijging van de rente in de loop van
2013. Die trend houdt ook in 2014
aan. Centrale bankiers zullen er
alles aan doen om een forse
renteopstoot te vermijden omdat
die het herstel in het gedrang zou
brengen. Het gevaar van een echte
obligatiecrash blijft daardoor
beperkt. Niettemin lijkt een zekere
opwaartse druk op de
langetermijnrente onvermijdelijk
naarmate het herstel sterker wordt.
Dat betekent dat 2014 opnieuw
een jaar wordt van magere
rendementen op obligaties. Het
huidige lopende rendement van
zo’n 2 à 3% op klassieke
overheidsobligaties lijkt het hoogst
haalbare. Met hoogrentende
obligaties is een iets hoger
rendement mogelijk, maar ook
daar valt weinig spectaculairs te
verwachten.
10.VEEL VERKIEZINGEN ,
MET VOORAL NIEUWS
UIT DE GROEILANDEN
Voor 2014 staan er opnieuw heel
wat belangrijke verkiezingen op de
agenda. Samen met de ‘moeder
aller verkiezingen’ in België zijn er
in mei ook Europese verkiezingen.
In beide gevallen zijn sterke
prestaties te verwachten van
partijen die tegen de klassieke
partijen ingaan. Niettemin zullen
die sterke prestaties onvoldoende
zijn om een echte koerswijziging te
forceren. Dat betekent dat België
zich kan opmaken voor Di Rupo II,
terwijl in Europa de pro-Europa
partijen de bovenhand zullen
blijven voeren. Daarnaast zijn er in
november tussentijdse
verkiezingen voor het Amerikaanse
Congres. Ook daar blijft de huidige
machtsverhouding ondanks het
8
recente gesukkel van de
Republikeinen allicht overeind.
Belangrijker worden de
verkiezingen in heel wat
groeilanden: Brazilië, Zuid-Afrika,
India en Indonesië trekken in 2014
naar de stembus. De onzekerheid
rond de mogelijke impact daarvan
op het beleid kan de markten in die
regio’s wel wat parten spelen.
DE 10 VOOR ’13:
DE EINDEVALUATIE
Naar goeie gewoonte kijken we
niet alleen vooruit naar 2014, maar
evalueren we ook onze
voorspellingen voor het voorbije
jaar. En dat blijkt geen onverdeeld
succes. Hoewel we wel correct
ingeschat hadden dat de
wereldeconomie doorheen 2013
verder kon herstellen, hadden we
de regionale ontplooiing van dat
herstel anders verwacht. We bleken
te optimistisch voor de
groeilanden, terwijl vooral Europa
het net iets beter deed dan we
dachten. Op de financiële markten
werden onze positieve
verwachtingen voor aandelen
bevestigd, alsook onze
ongerustheid over het rendement
van obligaties. Daartegenover
presteerden de dollar en vooral
goud slechter dan we verwacht
hadden.
Drie voorspellingen kwamen niet
uit. Hoewel het herstel vooralsnog
bescheiden blijft, knoopte de
eurozone vanaf de lente opnieuw
aan met positieve groeicijfers.
Tegen die achtergrond bleef de
werkloosheid wel verder oplopen,
van januari tot eind september
kwamen er in de eurozone 600.000
werklozen bij (tot 19,5 miljoen),
maar onze voorspelling van meer
dan 20 miljoen werklozen zal dit
jaar gelukkig niet gehaald worden.
De ontgoocheling van het jaar
kwam voor ons uit de groeilanden.
Hoewel we ons bewust waren van
de structurele problemen in de
belangrijkste groeilanden, gingen
we er van uit dat die
traditiegetrouw zouden
meestappen in de dynamiek van de
Amerikaanse economie. De jongste
weken duiken er wel meer en meer
signalen op dat dat eindelijk aan
het gebeuren is, maar al bij al was
2013 een ontgoochelend jaar voor
de groeilanden. Op de financiële
markten zorgde de goudprijs voor
de grootste verrassing. In de eerste
helft van het jaar kreeg die een klap
van bijna 30%. In tegenstelling tot
onze voorspelling presteerde goud
daarmee spectaculair slechter dan
overheidsobligaties, hoewel deze
laatsten wel onze verwachting van
een moeilijk jaar voor obligaties
bevestigden.
Over drie voorspellingen is de jury
nog aan het beraadslagen. In België
schatten we vooral de politieke
dynamiek verkeerd in. De regering
Di Rupo ging zich meer en meer
gedragen als een blok van allen
tegen één en kon in die zin tegen
onze verwachtingen in redelijk vlot
een begroting opstellen voor 2014.
Dat lukte evenwel enkel omdat ze
de doelstelling van een tekort van
2,15% van het bbp inruilde voor
een veel makkelijkere doelstelling
van 2,6%. Over de eurocrisis
dachten we eind vorig jaar dat we
het ergste nog niet gezien hadden.
Ondanks de dramatische aanpak
van de Cypriotische crisis en de
verkiezingskoorts in Italië en
Duitsland bleef een nieuwe
escalatie van de eurocrisis uit. Dat
was zo goed als uitsluitend te
danken aan de inspanningen van
de ECB. Verontrustend blijft
evenwel dat de structurele
oorzaken van de crisis nog altijd
niet aangepakt zijn. De eurozone
blijft kwetsbaar voor
asymmetrische schokken omdat de
instellingen om daarmee om te
gaan nog altijd niet uitgebouwd
zijn op euro-niveau. Zolang dat niet
het geval is, blijft een nieuwe
opflakkering van de eurocrisis
mogelijk. De financiële markten
maken zich daar alvast geen zorgen
meer over. Dat wordt ook
weerspiegeld in de koers van de
euro. Op het ogenblik van schrijven
VOORUITBLIK 2014
is die in vergelijking met eind vorig
jaar zo’n 2% verstevigd tegenover
de dollar, in tegenstelling tot onze
verwachting. Daar kan voor het
einde van het jaar nog verandering
in komen, aangezien het er meer
en meer naar uit ziet dat de ECB
door de economische
omstandigheden verplicht zal
worden om maatregelen te nemen
om de euro te verzwakken.
Vier voorspellingen werden
bevestigd: de Amerikaanse
economie zette door met het
herstel, de inflatie bleef duidelijk
onder controle (ondanks het
massale geld drukken door de
centrale banken), de Belgische
vastgoedmarkt is aan het
stagneren en vooral, de
aandelenmarkten trokken de
positieve lijn van 2012 met
overtuiging door. Vooral deze
laatste voorspelling maakt veel
goed (1).
Geen grand cru jaar voor onze
voorspellingen dus. Benieuwd wat
2014 brengt. 
(1) Ook onze nevenvoorspelling dat
de Rode Duivels hun
kwalificatiegroep voor het WK in
Brazilië zouden winnen, kwam
trouwens mooi uit.
HORIZON | WINTER 2014 | 9
INTERNATIONALE ECONOMIE
DE WERELDECONOMIE , MET DE VS OP KOP, IS OP SCHEMA OM IN 2014 HET HERSTEL VERDER UIT TE
BOUWEN . OP KORTE TERMIJN BLIJFT DE BELANGRIJKSTE VRAAG WAT DE AMERIKAANSE CENTRALE BANK
ZAL DOEN , EN HOE DE REST VAN DE WERELD DAAR OP ZAL REAGEREN . DE FED ZAL ER ALLICHT ALLES
AAN DOEN OM HET HERSTEL NIET IN GEVAAR TE BRENGEN .
De voorbije maanden zette het
herstel van de wereldeconomie
door. Ondanks wat, vooral politieke,
onrust bleven de positieve signalen
toenemen. Zowel de VS, Japan als
Europa is op weg naar sterkere
economische groei. En recent
doken ook in de groeilanden
opnieuw tekenen van beterschap
op. Ondertussen blijft de inflatie
heel erg laag en blijft het
monetaire beleid ondersteunend.
Dat monetaire beleid zal de
komende kwartalen een cruciale rol
spelen. Naarmate het herstel
aantrekt, zullen centrale bankiers
zich meer en meer vragen gaan
stellen over de houdbaarheid van
het huidige beleid. Op korte termijn
geldt dat vooral voor de
Amerikaanse centrale bank. Die
begint in de loop van volgend jaar
meer dan waarschijnlijk aan de
geleidelijke afbouw van de
monetaire stimulus. En dat zal
merkbaar zijn op de financiële
markten en in de reële economie,
tot ver buiten de VS.
AMERIKAANS
HERSTEL ZET DOOR
In de VS vochten de Democraten en
de Republikeinen in oktober nog
maar eens een robbertje uit over de
overheidsfinanciën met als inzet de
noodzakelijke verhoging van het
schuldenplafond. Zonder die
verhoging zou de overheid niet
langer haar rekeningen kunnen
betalen en dreigde een
faillissement. Uiteindelijk kwam er
een tijdelijke oplossing uit de bus.
10
Mogelijk wordt dit politieke theater De centrale bank wil de monetaire
begin 2014 nog eens overgedaan,
stimulus ongetwijfeld geleidelijk
maar allicht wordt het debat dan
afbouwen, maar wil koste wat het
minder hard gespeeld. De harde
kost vermijden dat dit leidt tot een
opstelling van de Republikeinen
forse renteopstoot. De voorbije
werd in de opiniepeilingen immers
zomer werd al duidelijk hoe
afgestraft. Met belangrijke
moeilijk dat wordt. Omdat het
verkiezingen in november in zicht
economische herstel kwetsbaar
zullen de Republikeinen het
blijft, zal de Fed op dat vlak niet al
politieke gevecht allicht op andere
te veel risico willen nemen. Ze zal
thema’s concentreren.
dan ook heel behoedzaam te werk
Ondertussen trok de economie zich gaan en eerder te lang doorgaan
niet al te veel aan van
met de stimulus,
DE EUROPESE
het politieke toneel.
dan te bruusk het
De meeste
roer om te gooien.
ECONOMIE KLAUTERDE
vertrouwensZe heeft daarvoor de
IN DE LENTE UIT
indicatoren blijven
ruimte omdat de
RECESSIE , EN VOORwijzen op een verder
risico’s verbonden
LOPENDE INDICATOREN
economisch herstel.
aan zo’n agressief
SUGGEREREN DAT HET
De vastgoedmarkt,
monetair beleid,
BESCHEIDEN HERSTEL
de gezinsfinanciën
m.n. inflatie en
AANHOUDT.
en de situatie in de
zeepbellen,
bankensector zijn er
voorlopig beperkt
stilaan weer bovenop, zodat de
blijven. Die risico’s worden
economie eindelijk kan
belangrijker naarmate de economie
normaliseren. Bovendien staan er
sterker wordt, maar zullen in 2014
voor 2014 duidelijk minder
nog geen belangrijke rol spelen.
besparingen en
belastingverhogingen op de
agenda dan in 2013, wat de
economie nog een extra duw in de
rug moet geven. Daarmee lijkt de
Amerikaanse economie goed op
De Europese economie klauterde in
weg om in 2014 de sterkste groei
de lente uit recessie, en
sinds 2005 te laten optekenen.
voorlopende indicatoren
suggereren dat het bescheiden
Het grote vraagteken in de VS is
herstel aanhoudt. Dat is goed
wat er de komende kwartalen zal
nieuws, maar niets om euforisch
gebeuren met het monetaire
over te worden. De Europese
beleid. Tegen de achtergrond van
economie blijft ver onder haar
het aantrekkende herstel is het
normale capaciteit draaien en de
extreem ondersteunende beleid
werkloosheid blijft op historische
minder aangewezen. Dat was de
piekniveaus. Dat vertaalde zich al in
voorbije maanden al een belangrijk
erg lage inflatiecijfers: de
thema, en dat zal het ook blijven.
LICHTPUNTJES
IN EUROPA
INTERNATIONALE ECONOMIE
kerninflatie zakte terug tot het
laagste niveau sinds de start van de
euro. Hoewel de euro-periferie wel
degelijk geconfronteerd wordt met
deflatiescenario’s, blijft het
deflatiegevaar voor de hele
eurozone voorlopig beperkt. Bij een
eventuele nieuwe negatieve schok
zou dat gevaar evenwel heel snel
heel reëel kunnen worden. Tegen
die achtergrond reageerde de ECB
begin november met een nieuwe
verlaging van de beleidsrente. Die
ingreep was meer dan welkom als
signaal dat de ECB ook ongerust is
over de lage inflatie, maar zal
allicht niet veel verandering
brengen in de economische
dynamiek. De komende maanden
zal de ECB nog verdere initiatieven
moeten nemen, zeker als de Fed
geleidelijk het monetaire beleid
gaat bijsturen. Dat laatste zal
immers ook een impact hebben op
de Europese rente, iets waar de
Europese economie nog lang niet
klaar voor is. In plaats van te
profiteren van de beslissingen van
de Fed, wat de voorbije jaren het
geval was, zal de ECB in 2014
tegengas moeten geven. Daarnaast
blijft er vooral veel werk voor de
Europese politici. De ECB kan de
economische conjunctuur
(proberen te) sturen, maar de
structurele en institutionele
hervormingen moeten van de
politici komen. Op dat vlak is de
vooruitgang evenwel
verontrustend traag.
EEN NIEUWE
TEST VOOR JAPAN
In het eerste jaar van zijn nieuwe
bewindsperiode heeft premier Abe
het beleidsroer spectaculair
omgegooid. De resultaten van zijn
‘Abenomics’ waren de voorbije
kwartalen positief: de Japanse
economie herleeft en lijkt op weg
om af te rekenen met deflatie. In
2014 moet het beleid bevestigen.
In een eerste poging om de
torenhoge overheidsschuld terug
een beetje onder controle te
krijgen, zal de regering in het
voorjaar de btw verhogen. Toen ze
dat in 1997 een eerste keer deed,
betekende dat meteen het einde
van een prille herstelfase. Om dat
te vermijden, wordt de btwverhoging deze keer gedeeltelijk
gecompenseerd met
belastingvoordelen voor de
ondernemingen. Als Japan echt uit
de decennialange crisissfeer wil
breken, moet de beleidsmakers
allicht nog een versnelling hoger
schakelen. Het blijft afwachten of
ze bereid zijn om dat te doen. De
krachtige ingrepen die ze al deden,
laten op dat vlak het beste
vermoeden.
Groei bbp
(jaar op jaar % wijziging)
Economische indicator VS
(opinie aankoopmanagers)
VERENIGDE STATEN
Groei bbp
(jaar op jaar % wijziging)
UITKIJKEN NAAR
DE GROEILANDEN
Heel wat groeilanden werden de
voorbije kwartalen geconfronteerd
met belangrijke interne problemen.
Zo probeert China de moeilijke
verschuiving naar meer
binnenlandse vraag te maken en
tegelijkertijd de kredietverlening
onder controle te krijgen. De
Russische economie blijft te
afhankelijk van olie. India en
Brazilië hebben dan weer af
rekenen met te hoge inflatie.
Niettemin moeten de groeilanden
profiteren van het aantrekkende
herstel in de klassieke industrielanden, zoals ze in het verleden
altijd gedaan hebben. Recent doken
dan ook al positieve signalen op in
de meeste groeilanden. Hoewel de
interne uitdagingen belangrijk
blijven, kan de regio de komende
kwartalen genieten van een
exportgedreven heropleving. Een
terugkeer naar de spectaculaire
groeicijfers van voor de crisis zit er
evenwel niet meer in. 
Lees meer over onze economische
analyses op
https://insights.petercam.com.
Economische indicator
Duitsland (IFO‐enquête)
DUITSLAND
Groei bbp
(jaar op jaar % wijziging)
Economische indicator België
(NBB‐enquête)
BELGIË
Groei bbp
(jaar op jaar % wijziging)
Economische indicator China
CHINA
HORIZON | WINTER 2014 | 11
DIVIDENDEN ALS BASIS
VAN EEN AANDELENPORTEFEUILLE
PETERCAM STAAT BEKEND ALS EEN PIONIER ALS HET GAAT OM HET INVESTEREN IN BEDRIJVEN DIE EEN
DIVIDEND BETALEN . AL MEER DAN EEN DECENNIUM ZIJN WE ACTIEF IN DIT MARKTSEGMENT. HET LIJKT
ONS DAN OOK OPPORTUUN OM EVEN STIL TE STAAN BIJ DE DIVIDENDTHEMATIEK EN HOE HET
OMVALLEN VAN HET AMERIKAANSE LEHMAN BROTHERS DEZE THEMATIEK HEEFT BEÏNVLOED.
Laten we beginnen met het belang
van dividenden voor een belegger
en waarom wij zoveel belang
hechten aan het
dividendrendement van een
aandeel.
Heel wat aandelenbeleggers
onderschatten het belang van het
dividendrendement. Niet alleen
vormt het een belangrijk onderdeel
van het totale rendement van een
aandelenportefeuille, het heeft
eveneens een belangrijke signaalen waarderingsfunctie.
Academisch onderzoek toont aan
dat in zowat elke regio wereldwijd
het reële jaarlijkse rendement (dus
gecorrigeerd voor inflatie)
voortkomt uit dividenden en
dividendgroei. Het opwaarderen of
het duurder worden van aandelen
heeft hierbij geen enkele impact
over een langere periode. Het
dividend vormt als het ware de
hoeksteen van het rendement van
een aandelenportefeuille.
Daarenboven is het signaal- en
waarderingselement een tweede
belangrijk argument voor ons.
Wanneer een bedrijfsmanagement
vertrouwen heeft in de toekomst,
zal het de aandeelhouders mee
laten profiteren van de goede gang
van zaken. Een bedrijf daarentegen
dat het dividend stopzet of deels
verlaagt, geeft een belangrijk
signaal naar de markt dat het
weinig vertrouwen heeft in de
cashgeneratie of de soliditeit van
zijn balans. Een nakende verlaging
12
of stopzetting wordt dan ook vaak
door de markt geanticipeerd en
verklaart naderhand de zwakke
prestatie van een aandeel.
Tot slot is het dividendrendement
een belangrijke
waarderingsparameter. Het is een
pure waardemeter, niet enkel
absoluut maar ook binnen een
relatieve context tegenover de
vastrentende markten. Enerzijds is
een dividend immers een betaling
in cash aan de aandeelhouders, iets
waar boekhoudkundig weinig mee
gespeeld kan worden. Winstcijfers
daarentegen kunnen op allerlei
manier beïnvloed worden, al was
het maar via het toe- of afnemen
van provisies, de impact van
uitzonderlijke maatregelen
enzovoort. Hierdoor wordt de
objectiviteit van de alom gebruikte
koers-winstverhouding enigszins
ondermijnd.
Anderzijds kan een
dividendrendement eenvoudigweg
vergeleken worden met het
rendement op overheids- of
bedrijfsobligaties. Momenteel
bevinden we ons in een situatie
waarbij het rendement op de
aandelen van vele bedrijven
aanzienlijk hoger uitkomt dan het
rendement op overheids- en/of
bedrijfsobligaties. Dat is niet alleen
opmerkelijk, maar historisch is
gebleken dat in een dergelijk
klimaat de aandelenmarkten de
jaren hierop positieve rendement
laten optekenen. U begrijpt dat we
hiervan voorstanders zijn.
Dividenden vormen dan ook de
hoeksteen van het
beleggingsproces van onze
dividendfondsen bij Petercam
waarbij we zowel een Europees,
Amerikaans als een wereldwijd
fonds beheren binnen ons
dividendteam.
We gaan uit van het principe dat
elk bedrijf in onze portefeuille een
dividendrendement moet
genereren dat ten minste hoger ligt
dan het gemiddelde van de markt.
Dit volgt logischerwijs onze
redenering dat het rendement een
goede waardemeter is, namelijk
een bedrijf met een
dividendrendement hoger dan het
marktgemiddelde is simplistisch
gesteld goedkoper gewaardeerd
dan de markt. Dit is niet altijd het
geval, maar hier is het waar onze
expertise van meer dan een
decennium binnen dit segment
een toegevoegde waarde levert.
Ons universum is uiteraard niet
statisch. Aandelenmarkten
bewegen (het gemiddelde
marktrendement wijzigt), bedrijven
verhogen of verlagen hun
dividenden enzovoort. Eén ding
staat echter als een paal boven
water, de financiële crisis heeft ons
dividenduniversum grondig door
mekaar geschud.
De financiële sector was de
belangrijkste hoeksteen voor
dividendbeleggers voor de crisis.
Voor het Lehmandebacle in alle
hevigheid uitbrak,
ASSET ALLOCATIE
vertegenwoordigde de
bankensector in de eurozone zowat
24% van alle dividenden die in de
eurozone werden betaald aan de
aandeelhouders. De crisis
veranderde dit volledig. Banken
kregen kapitaalproblemen en
hadden elke eurocent nodig om
hun gehavende kapitaalpositie
terug op te bouwen. Vandaag, vijf
jaar na het omvallen van de
Amerikaanse investeringsbank,
hebben sommige banken het nog
steeds moeilijk om hun
aandeelhouders een dividendrendement in cash te betalen
terwijl ze het broodnodige kapitaal
verder aan het opbouwen zijn.
Momenteel zijn zowat alle
economische sectoren
vertegenwoordigd in ons
universum dat het startpunt is voor
onze fundamentele analyse. Het
zou echter te eenvoudig zijn om
enkel te kiezen voor de hoogste
rendementen in de markt en op
basis hiervan een portefeuille
samen te stellen.
De uitdaging van deze redenering
is om de zogenaamde ‘value traps’
te onderscheiden van de
interessante
investeringsopportuniteiten.
Dit is net waar Petercam zijn
toegevoegde waarde kan laten
gelden en waar onze focus ligt.
Dagelijkse contacten met het
management van de bedrijven in
onze portefeuille geven ons een
goed beeld van hoe het bedrijfsmanagement kijkt naar het
vergoeden van de aandeelhouders.
Ligt hun focus op expansie en groei,
is er een familiale of referentieaandeelhouder die zijn stempel
drukt op de vergoeding van de
aandeelhouders, hoe gaat het
management om met al dan niet
tijdelijke cashflowproblemen? Dit
zijn maar enkele vragen die we
tijdens onze contacten met de
bedrijfsleiding beantwoord willen
zien.
Maar hier stopt het uiteraard niet.
Onze zoektocht legt immers de
nadruk op het vinden van
aantrekkelijk gewaardeerde
aandelen. Zelden zijn we bereid om
een hoge prijs te betalen voor
potentiële toekomstige groei. In dit
proces maken we niet alleen
gebruik van onze intern
ontwikkelde dividendmodellen die
we over de jaren heen hebben
verfijnd, maar eveneens rekenen
we op de input van onze
analistenteams, zowel aan de
aandelen- als kredietkant. Steeds
blijft de focus naast het
waarderingsaspect op continuïteit
en de betaalbaarheid van het
dividend en als het kan liefst een
dat groeit in de toekomst.
Dit brengt ons bij de huidige
positionering van de portefeuille
van onze dividendfondsen. In
tegenstelling tot wat vele
investeerders denken, hebben we
niet enkel nutsbedrijven of farmaen telecombedrijven in onze
portefeuille. We gaan er prat op om
onze beleggers een gediversifieerde
portefeuille aan te bieden die
blootgesteld is aan zowat elke
economische sector.
De belangrijkste doelstelling blijft
immers om een
aandelenportefeuille op te bouwen
met een lagere volatiliteit dan de
bekende aandelenindexen. Noem
het een defensieve
aandelenportefeuille die beleggers
laat profiteren van positieve
markten, maar toch enige
bescherming biedt in tijden van
hogere volatiliteit. Dit alles met een
dividendrendement dat hoger ligt
dan het gemiddelde.
Het huidige verwachte dividendrendement van de Europese
portefeuille ligt immers op 4,6%
terwijl het gemiddelde rendement
van de Europese markt zich op 3,6%
bevindt. Door te beleggen in een of
meerdere
Petercamdividendfondsen kunt u
profiteren van de trends op de
aandelenmarkten terwijl wij voor u
de kwaliteit en het dividendrendement in de gaten houden. 
HORIZON | WINTER 2014 | 13
DE BEDRIJFSOBLIGATIEBEVEK PETERCAM L
BONDS EUR QUALITY, HOEKSTEEN VAN EEN
EVENWICHTIGE PORTEFEUILLE
PETERCAM L BONDS EUR QUALITY IS EEN COMPARTIMENT VAN EEN COLLECTIEVE
BELEGGINGSINSTELLING (CBI ) DIE BELEGT IN ROERENDE WAARDEN . DEZE CBI , PETERCAM L FUND,
HEEFT DE VORM VAN EEN NAAMLOZE VENNOOTSCHAP MET VARIABEL KAPITAAL NAAR LUXEMBURGS
RECHT.
Het belegt hoofdzakelijk in
obligaties in euro die zijn
uitgegeven door ondernemingen
met een ‘investment grade’ rating,
wat overeenstemt met minstens
BBB-/Baa3 volgens de schaal die
wordt gehanteerd door de
ratingagentschappen S&P en
Moody’s.
Petercam nv, de overkoepelende
vennootschap van de groep
Petercam, die actief is als
vermogensbeheerder in België, is
een van de verdelers van dit fonds.
Eind oktober 2013 had de bevek
Petercam L Bonds EUR Quality een
bedrag van 678 miljoen euro onder
beheer.
Om een fonds objectief te
bespreken, leek het ons interessant
en origineel om uit te gaan van een
klassieke SWOT (1) -analyse.
STERKE PUNTEN
Het dagelijkse beheer wordt
verzorgd door een doorgewinterd
team van specialisten in
kredietanalyse van bedrijven,
opvolging van risicofactoren in de
portefeuille en in het dagelijks
aansturen van de actieve
investeringen binnen het fonds. In
de wetenschap dat
obligatiefondsen, over lange
periodes (10, 20 jaar) maar liefst
90% van hun opbrengst puren uit
couponinkomsten en amper 10%
uit de aangroei van het kapitaal, is
het uitermate belangrijk om in alle
omstandigheden een gezonde
diversificatie aan te houden. De
selectie van de instrumenten
gebeurt op basis van een dossier,
waarin de beheerder niet enkel het
financiële profiel analyseert maar
ook de positieve en negatieve
elementen van het activiteitsprofiel
(de commerciële slagkracht). De
beheerder stelt dagelijks de vraag
“Wat kan er fout gaan?” in plaats
van de vraag “Waar kunnen we nog
snel een extra euro winnen?”
ZWAKKE PUNTEN
Het zwakke punt is voor sommige
beleggers een sterk punt. Beleggers
kunnen dagelijks het fonds kopen
of verkopen. Wanneer investeerders
op het zelfde moment besluiten
om te verkopen, ziet de beheerder
zich genoodzaakt om op minder
gunstige momenten obligaties te
verkopen. Die momenten worden
meestal ook gekenmerkt door veel
stress en onzekerheid, die vaak
eerder koop- dan verkoopsignalen
zijn.
BEDREIGINGEN
Onze informatiemaatschappij
houdt het gevaar in dat ze ons
opzadelt met een stortvloed aan
inzichten. Binnen de financiële
sector voelt menig waarnemer zich
genoodzaakt om een oordeel te
vellen over waarderingen van
financiële activa. Deze trend kan
zorgen voor een verhoogde
volatiliteit in de groeiende
activaklasse van Europese
bedrijfsobligaties. Ook zijn
beleggers de voorbije drie jaar
omwille van het grote succes van
bedrijfsobligaties met een
gemiddelde jaarlijkse opbrengst
van meer dan +5% over die periode,
obligatiefondsen beginnen te
beschouwen als vehikels die voor
een sterke toename van het
kapitaal kunnen zorgen. Deze
verwachting strookt niet met de
werkelijkheid. Dat betekent dat te
hoge verwachtingen kunnen leiden
tot teleurstelling. Teleurstelling is
geen goede leidraad bij het nemen
van beslissingen, realisme is dat
wel. De realiteit is dat de
kortetermijnrentes de komende
jaren laag zullen blijven en dat de
rente op langlopende
overheidsobligaties niet of
nauwelijks kan opwegen tegen een
inflatiedruk op lange termijn. Bij
(1) De term SWOT die wordt gebruikt in de uitdrukking SWOT-analyse of SWOT-matrix is een letterwoord dat is afgeleid van het
Engels en staat voor Strengths (sterke punten), Weaknesses (zwakke punten), Opportunities (kansen), Threats (bedreigingen).
14
ASSET ALLOCATIE
bedrijfsobligaties lukt dat beter.
Vandaar dat deze bedreiging beter
wordt gedefinieerd als een
opportuniteit.
KANSEN
Het afgelopen jaar heeft de
beheerder een overweging
toegekend aan obligaties van
bedrijven met een sterke
solvabiliteit en heeft hij in grote
mate (via onderwegingen)
obligaties uit de perifere Europese
landen vermeden. Het
beleggingsuniversum van het
fonds biedt slechts een beperkt
aanbod aangezien de
ondernemingen door de bank
genomen over gezonde balansen
beschikken. Aangezien beleggers
over het algemeen eerder kiezen
voor de transparantie en het
schuldenprofiel van
bedrijfsobligaties dan voor
staatsobligaties, kan dit nog de
risicopremie van het schuldpapier
verkleinen en op die manier de
aangroei van het kapitaal van de
belegger ondersteunen.
Tot slot zal het gebruik van het
Petercam L Bonds EUR Quality
fonds als fundering en hoeksteen
bij de constructie van een
evenwichtige portefeuille (2),
ervoor zorgen dat de inkomsten
(coupons) de inventariswaarde (3)
mettertijd zullen doen stijgen.
Iedereen binnen het beheerteam
waakt over en draagt dagelijks bij
tot het consistent uitvoeren van
onze actieve
investeringsbenadering. We
nodigen u uit om onze
maandelijkse commentaren te
lezen waarin in alle transparantie
de positionering van het fonds in
goede en slechte dagen wordt
besproken. 
Commissielonen en niet-recurrente kosten ten laste van de belegger & minimale investering
Instapkosten
Uitstapkosten
Max. 3%
-
0,001 deelbewijs
Niet van toepassing
Lancering
Minimale investering
1% (Max. 1.500 EUR)
indien kapitalisatiedeelbewijzen
Beurstaks
Belgische roerende voorheffing
(op meerwaarde of dividend)
25%
De lezer wordt uitgenodigd om het prospectus te lezen, en daarnaast ook de essentiële beleggersinformatie
(KIID) en de tussentijdse rapporten van de sicav (jaarverslag, en desgevallend ook het halfjaarverslag) en
zich te laten adviseren door specialisten met de nodige competenties vooraleer in dit product te beleggen.
Een kopie van deze documenten kan kosteloos worden bekomen via eenvoudige aanvraag, gericht aan de
maatschappelijke zetel van de bevek (Allée Scheffer 5, L-2520 Luxembourg, Groothertogdom Luxemburg) of
aan Petercam nv (Sint Goedeleplein 19, B-1000 Brussel, België), de verdeler en financiële dienstverlener van
deze sicav in België. Deze documenten (die zijn opgesteld in het Frans, Nederlands, Engels, Duits, Italiaans en
Spaans) en meer informatie over het product (met daarbij ook de netto inventariswaarde van het compartiment en de recurrente kosten ten laste van het compartiment) zijn overigens ook beschikbaar op de fondsenwebsite van Petercam: funds.petercam.com (onder ‘Publicaties’, ‘Wettelijke/fiscale informatie’ en ‘Kosten
& Codes’).
De NIW van de compartimenten is eveneens beschikbaar op de site van BeAMA :
http://permafiles.beama.be/NAVpub_fr.pdf.
(2) Waarschuwing: Dit artikel houdt geen beleggingsadvies in. Het houdt geen rekening met het profiel, de financiële situatie, de ervaring, en
de kennis van de belegger, noch met zijn of haar specifieke beleggingsdoelstellingen.
(3) Waarschuwing: Aangezien elke belegging van nature risico’s inhoudt, staat het rendement van dit product niet vast. De inkomsten
(coupons) zijn in geen geval gewaarborgd. Ze kunnen schommelen en de netto inventariswaarde zowel doen stijgen als doen dalen.
HORIZON | WINTER 2014 | 15
DUURZAAMHEIDSANALYSE VAN LANDEN
BIEDT ECHTE TOEGEVOEGDE WAARDE
IN MAART 2013 ZORGDE PETERCAM VOOR EEN INNOVATIE MET DE LANCERING VAN EEN BELEGGINGS STRATEGIE VOOR SCHULDPAPIER VAN DE GROEILANDEN WAARBIJ OOK EEN FILTER WORDT GEHANTEERD
DIE KIJKT NAAR DE DUURZAAMHEID VAN DE LANDEN . STRATEGIEËN ROND STAATSOBLIGATIES VAN DE
GROEILANDEN REZEN MIDDEN 2012 NOG ALS PADDENSTOELEN UIT DE GROND, MAAR GEZIEN DE
DRUK VAN DE ZOEKTOCHT NAAR RENDEMENT VANWEGE DE BELEGGERS, WAREN ER BEGIN 2013 HEEL
WEINIG DIE BIJ HET BEGIN VAN HET BELEGGINGSPROCES GEBRUIK MAAKTEN VAN EEN FILTER DIE KIJKT
NAAR DE DUURZAAMHEID VAN DE LANDEN .
Nochtans zijn duurzaamheid en
verantwoord beleggen – waar
zowel de beleggers als Petercam in
toenemende mate mee bezig zijn –
niet onverenigbaar met de
zoektocht naar rendement of met
de groeilanden. Integendeel zelfs!
De duurzaamheidsanalyse van een
land biedt echte toegevoegde
waarde om alle uitdagingen te
begrijpen waarmee het betrokken
land wordt geconfronteerd en om
de rechtstreekse en onrechtstreekse impact te begrijpen van
die uitdagingen op de capaciteit
van het land om zijn schulden
terug te betalen.
Regelmatig worden de noties
‘duurzaamheid’ (sustainability) en
‘verantwoord beleggen’
geassocieerd met een begrip als
‘ethisch beleggen’ of zelfs met
bepaalde religieuze of culturele
lidmaatschappen. Dat is echter een
reliek die nog stamt uit de prille
begintijd van de maatschappelijk
verantwoorde fondsen. De mythes
die soms nog bestaan rond
duurzaam en verantwoord
beleggen, mogen dus wel eens
doorprikt worden! Het belang van
de duurzaamheidsanalyse, die
rekening houdt met de drie
belangrijke pijlers – milieu, sociale
aspecten en governance of
deugdelijk bestuur, ook bekend als
ESG –, gaat veel verder dan de notie
‘ethisch beleggen’. Deze analyse
vult immers de traditionele
financiële analyses aan door met
16
name te focussen op de
uitdagingen op middellange en
lange termijn, die niet noodzakelijk
in rekening worden gebracht door
de kredietrating op korte termijn
die wordt toegekend door de
ratingagentschappen.
Vanuit onze ervaring rond de
duurzaamheidsanalyse van de
lidstaten van de OESO, die door
Petercam in 2007 werd opgestart,
ontwikkelden we ook een
duurzaamheidsmodel voor de
groeilanden. Aangezien er geen
universele definitie bestaat rond de
duurzaamheid van een land, is ons
model gebaseerd op vijf essentiële
pijlers:
• Transparantie en democratische
waarden,
• Opvoeding;
• Milieu;
• Bevolking, gezondheidszorg en
verdeling van de rijkdom;
• Economie.
Deze vijf pijlers leggen de nadruk
op sleutelelementen die een
beslissende economische en
financiële impact kunnen hebben
op een land en die dus de prestaties ervan op lange termijn kunnen
beïnvloeden en a fortiori ook de
solvabiliteit van het land.
Vanuit de permanente zorg om
doortastend en efficiënt te werken
en het model aan te passen aan
het type van de markt heeft
Petercam enerzijds het onderzochte
universum uitgebreid en anderzijds
ook het model verder verfijnd.
1. UITBREIDING VAN HET
GEANALYSEERDE
UNIVERSUM : 12 NIEUWE
LANDEN
Twaalf nieuwe landen werden in
het universum opgenomen om op
die manier de nieuwe marktkansen
op de markt van de staatsobligaties
(munten en schuldpapier) te
weerspiegelen. Het gaat om Aruba,
Bolivia, Congo (Brazzaville), Malawi,
Mozambique, Paraguay, Rwanda,
Zuid-Soedan, Togo, Oeganda en
Zimbabwe. Aangezien Petercam
ook een duurzaamheidsanalyse
maakt van de 34 lidstaten van de
OESO en van 84 groeilanden, kan
het met recht en reden zeggen dat
het om een wereldwijde
duurzaamheidsanalyse gaat van
landen die schuldpapier uitgeven.
2. THOMAS BAULER (ULB) EN
IVES HUP (PETERCAM):
NIEUWE EXPERTS VAN DE
WETENSCHAPPELIJKE RAAD
Met een dergelijke diversiteit van
de profielen van de gevolgde
landen, was het aangewezen om
de kennis en expertise te verruimen
van onze wetenschappelijke raad
die zich buigt over de duurzaamheid van ‘landen’ (FISAB - Fixed
Income SRI Advisory Board), en die
VERANTWOORD BELEGGEN
verantwoordelijk is voor de
samenstelling van het duurzaamheidsmodel.
Thomas Bauler, houder van de
leerstoel ‘Environnement &
Economie’ aan de Université Libre
de Bruxelles (ULB) is gespecialiseerd in economie en in ecologische governance in het
milieubeleid. Hij is eveneens lid van
de Société Européenne pour les
Economies Ecologiques.
Ives Hup, die bij Petercam
verantwoordelijk is voor de
ontwikkeling van de Franse en
Italiaanse institutionele markten, is
een actief lid van het Forum
d’Investissement Responsable (FIR)
in Frankrijk en beschikt over een
aanzienlijke ervaring in en
belangstelling voor deze materie.
3. VERFIJNING VAN HET MODEL
In de analyse van het universum
van de groeilanden werden ook
twee belangrijke criteria rond
mogelijke onstabiliteit van een land
toegevoegd: de armoedegraad en
de globale hongerindex. Bovendien
werd de verdeling van de gewichten die aan een land worden
toegekend herzien om beter
rekening te houden met cruciale
factoren zoals het veiligheidsklimaat van een land en de
vooruitgangsdynamiek waarvan
het land de jongste drie jaar blijk
heeft gegeven.
4. DE DUURZAAMHEID VAN
EEN LAND : EEN OEFENING
DIE VOOR TOEGEVOEGDE
WAARDE ZORGT
Een duidelijke en volledige analyse
van de duurzaamheid van een land
biedt bovenop de ideologische
waarde die daar ongetwijfeld mee
gepaard gaat ook echte toegevoegde waarde bij de opbouw van
een beleggingsportefeuille. Het
komt er immers op neer dat risico’s
en kansen van een land op die
manier volledig in kaart worden
gebracht.
Hoewel de strategie om te
beleggen in zogenaamd
‘duurzaam’ schuldpapier uit de
groeilanden nog heel jong is – ze
werd gelanceerd in maart 2013 –
heeft ze al een belangrijke
deviezencrisis in de groeilanden
meegemaakt en is ze
geconfronteerd met een sterke
volatiliteit. Nadat Fed-voorzitter
Ben Bernanke in mei immers
aankondigde dat de Fed mogelijk
geleidelijk het van kracht zijnde
stimulerende monetaire beleid
zou afbouwen en nadat in China
teleurstellende macroeconomische cijfers waren
gepubliceerd die wezen op een
vertraging van de groei, begon
de Amerikaanse rente fors te
stijgen. Dat verhoogde sterk de
risicopremie op de deviezen uit
de groeilanden, eerst die uit
Latijns-Amerika en vervolgens
ook die uit Azië. De performance van de referentie-index
JP Morgan voor staatsobligaties
in lokale munten toont
duidelijk deze forse correctie
die rond midden mei begon.
Maar dankzij een
duurzaamheidsrangschikking
die voornamelijk werd
aangevoerd door landen uit
Centraal-Europa zoals Polen,
Hongarije en Roemenië, kon
onze belegde portefeuille rekenen
op een bron van grotere stabiliteit
om deze bewogen periode zo goed
mogelijk door te komen.
In tegenstelling tot typische
referentie-indexen zoals de JP
Morganindex, kent onze
portefeuille inderdaad een groter
gewicht toe aan Centraal-Europa
dan aan Latijns-Amerika en Azië.
Bovendien zorgt de
duurzaamheidsrangschikking
ervoor dat ook beleggingen worden
overwogen in landen die
traditioneel wat minder worden
gevolgd. De duurzaamheidsfilter
die bij het begin van het
beleggingsproces wordt toegepast,
heeft dus in zekere mate
bescherming geboden aan de
portefeuille, die daardoor meer
gewicht toekende aan minder
volatiele en stabielere landen.
VALUTACRISIS IN GROEILANDEN : VOORBEELD DALING
VAN DE OVERHEIDSOBLIGATIES GROEILANDEN VOOR
DE EUROPESE BELEGGER
BETERE PRESTATIE VAN DE POOLSE
OVERHEIDSOBLIGATIEMARKT TEGENOVER DE ZUID AFRIKAANSEMARKT: BESTE BELEGGING VAN DE
JONGSTE 12 MAANDEN VOOR DE EUROPESE BELEGGER
Polen
Zuid-Afrika
Petercam mag er vandaag prat op
gaan op het vlak van de extrafinanciële research, alle landen te
coveren die voor de belegger
toegankelijk zijn. Dat is een
bijzonder sterk argument dat pleit
voor een beheerstijl die gebaseerd
is op overtuigingen die
voortvloeien uit de zoektocht naar
een consistente performance. Een
volledig beeld hebben van de
risico’s die aan een land verbonden
zijn en van de kansen die het biedt,
is immers een doorslaggevende
informatiebron om te oordelen
over de beleggingskansen in zowel
bedrijven die in deze landen actief
zijn als in de betrokken landen zelf.
Kortom, het is een uitstekende
graadmeter om de opportuniteit
van een financiële belegging af te
wegen. 
HORIZON | WINTER 2014 | 17
BELGISCH BELASTINGREGIME
VOOR BUITENLANDSE ONROERENDE GOEDEREN
BELGEN , ZO WORDT WEL EENS GEZEGD, HEBBEN EEN BAKSTEEN IN HUN MAAG . VAN ZODRA ZIJ ERTOE IN
STAAT ZIJN , KOPEN OF BOUWEN ZE APPARTEMENTEN OF HUIZEN . DEZE PASSIE VOOR ONROEREND GOED
STOPT NIET PLOTS AAN DE LANDSGRENZEN , MAAR GELDT OOK VOOR ONROEREND GOED IN HET
BUITENLAND. DE ONDERLIGGENDE REDENEN ZIJN DAN WEL DIKWIJLS VERSCHILLEND, WANT VAAK HANGT
EEN AANKOOP IN HET BUITENLAND NIET SAMEN MET DE WENS OM DAAR MET HET GEZIN TE GAAN
WONEN OF OM ER TE INVESTEREN . DOORGAANS WIL MEN GEWOON EEN LEUKE TWEEDE VERBLIJFPLAATS.
Wat zijn nu de fiscale gevolgen in
België van een dergelijke aankoop
in het buitenland?
We bespreken achtereenvolgens de
personenbelasting en de
successierechten.
PERSONENBELASTING
Elke belastingplichtige die in België
verblijft wordt belast op zijn
volledige Belgische en buitenlandse
inkomen. Inkomsten uit onroerend
goed vormen geen uitzondering op
deze regel. Ook buitenlandse
werkelijke of fictieve (bijvoorbeeld
het kadastrale inkomen) inkomsten
uit onroerend goed moeten
worden aangegeven en kunnen
worden belast in België.
Het probleem is dat ook de buitenlandse fiscus diezelfde inkomsten
uit onroerend goed aan belasting
zal onderwerpen. Inkomsten uit
onroerend goed zijn immers bijna
steeds belastbaar in het land
waarin het gebouw zich bevindt.
Inkomsten uit eenzelfde onroerend
goed zouden dus twee keer belast
kunnen worden: een keer in het
land waarin het goed zich bevindt
en nog eens in het land waar de
eigenaar ervan woont.
Daarom trachten de internationale
verdragen die België heeft afgesloten deze dubbele belasting te
vermijden. Het principe hiervan is
vrij eenvoudig: (werkelijke of
fictieve) inkomsten uit onroerend
goed in het buitenland zijn enkel
belastbaar in het land waarin het
18
goed gelegen is, maar België kan
rekening houden met deze belastbare inkomsten om het belastingtarief te bepalen dat van toepassing is op de door de belastingplichtige verkregen inkomsten van
Belgische oorsprong.
Een voorbeeld maakt dit
mechanisme duidelijk. Stel dat een
belastingplichtige in België woont
en eigenaar is van een huis in het
zuiden van Frankrijk dat hij voor
privédoeleinden gebruikt. Deze
belastingplichtige ontvangt
jaarlijks een belastbaar inkomen
van 100.000 € in België. De Franse
huurwaarde van de woning (te
vergelijken met ons kadastrale
inkomen) bedraagt 10.000 €. In
Frankrijk moet de belastingplichtige de plaatselijke belasting
(taxe d'habitation) en de
onroerendgoedbelasting van,
bijvoorbeeld 2.500 €, vereffenen.
Deze belastingplichtige moet dan
in België de 100.000 € van het
Belgisch inkomen en de Franse
inkomsten uit onroerend goed,
verminderd met de Franse
belasting , d.w.z. 7.500 €, aangeven.
In België moet hij dus voor 107.500 €
aan inkomsten aangeven waarop
de Belgische administratie een
gemiddeld belastingtarief
berekent. Veronderstellen wij nu
dat dit tarief 45% bedraagt, dan
wordt dit gemiddelde tarief van
45% toegepast op de belastbare
inkomsten uit Belgische bron, d.w.z.
de vergoeding van 100.000 €, en de
Franse inkomsten uit onroerend
goed worden niet belast in België.
Als de belastingplichtige in het
buitenland geen inkomsten uit
onroerend goed had, was het
gemiddelde belastingtarief
misschien maar 44,5% geweest.
Het effect ervan is dus dikwijls
maar erg klein.
Dubbele belasting van buitenlandse inkomsten uit onroerend
goed wordt dus bijna volledig
vermeden, onder voorbehoud van
het hiervoor aangegeven
progressieve belastingtarief.
Let wel dat het hierboven
beschreven stelsel enkel geldt voor
onroerende goederen in landen
waarmee België een internationaal
verdrag ter voorkoming van
dubbele belasting heeft afgesloten
(België heeft een honderdtal van
dergelijke verdragen). Als een
belastingplichtige die in België
woont onroerend bezit in een land
zonder verdrag (bijvoorbeeld in
Marokko), moet hij zich in België
aan een belasting van 50%
verwachten van de buitenlandse
(werkelijke of fictieve) inkomsten.
Voor de meerwaarde die bij de
verkoop van het gebouw wordt
gerealiseerd geldt hetzelfde
principe. Het land waarin het
gebouw zich bevindt zal de
meerwaarde belasten terwijl de
woonstaat van de verkoper deze
vervolgens vrijstelt onder
voorbehoud van een progressief
belastingtarief. Onder
gerealiseerde meerwaarde wordt
doorgaans het verschil tussen de
verkoop- en aankoopprijs verstaan.
In België moet de meerwaarde
echter niet meer worden opgenomen in de aangifte van de
ESTATE PLANNING
personenbelasting. In België
moeten slechts de meerwaarden
aangegeven worden die, onder
bepaalde voorwaarden ,worden
behaald op gebouwen gelegen in
België. Er bestaat maar één uitzondering: meerwaarden behaald
uit een speculatieve transactie.
Het is dus zaak om te weten of de
meerwaarden al dan niet
belastbaar zijn in het land waar het
onroerend goed gelegen is. Hierna
vindt u voor een aantal landen een
overzicht van de belasting op
meerwaarden op dit ogenblik.
SUCCESSIERECHTEN
Hier speelt een identieke problematiek, maar de oplossing is anders.
Successierechten zijn verschuldigd
op het gehele vermogen van een
"decujus" (overledene) die zijn
laatste woonplaats in België had.
Buitenlandse onroerende goederen
zijn dus in België onderworpen aan
successierechten. Maar zij zijn
eveneens onderworpen aan
successierechten in de staat waarin
zij zich bevinden: dit is een
algemene regel, net zoals voor
inkomsten uit onroerend goed.
verschuldigd in dit kanton en geldt
er dus natuurlijk geen belastingkrediet in België. De Belgische
successierechten zijn dan volledig
van toepassing op de waarde van
het onroerend goed in Wallis.
schenker binnen de drie jaar na de
schenking dus niet onderworpen
aan de Belgische successierechten.
Het is dus belangrijk om de
overdracht van het onroerend goed
in het buitenland goed te plannen.
De eigenaar kan de volle of blote
eigendom van het buitenlandse
onroerend goed reeds aan zijn
erfgenamen schenken. Deze
schenking is onderworpen aan de
plaatselijke formaliteiten en aan de
belasting van het betrokken land.
Doorgaans zal bovendien de
tussenkomst van een buitenlandse
notaris vereist zijn.
Het is belangrijk om de Belgische
fiscale verplichtingen correct na te
leven die gelden voor onroerende
goederen in het buitenland , want
het is niet langer mogelijk om "in te
zetten" op een Belgische fiscus die
te weinig informatie bezit. Begin
september werd in het Belgisch
Staatsblad immers de wet
gepubliceerd betreffende een
Europese richtlijn die de
administratieve samenwerking
binnen Europa op het gebied van
de belastingen organiseert.
Op een schenking van onroerend
goed in het buitenland wordt in
België geen belasting geheven . In
ons land moet de schenking niet
worden geregistreerd en, voor
schenkingen van buitenlandse
onroerende goederen is er
bovendien geen overlevingstermijn
van drie jaar van toepassing. De
schenking van een onroerend goed
verleden voor een buitenlandse
notaris is bij overlijden van de
EUROPESE RICHTLIJN
Deze richtlijn bepaalt dat informatie over vijf soorten inkomsten
en/of goederen, waaronder
onroerende goederen en inkomsten
uit onroerend goed, automatisch
wordt uitgewisseld. Deze uitwisseling van gegevens wordt in de richtlijn met grote soepelheid georganiseerd. De correcte aangifte van
onroerend inkomen is dus
belangrijker dan ooit. 
De dubbele belasting zal evenwel
niet zo radicaal kunnen worden
weggewerkt als hiervoor. De
successierechten worden ook
ingevorderd in het buitenland en
toch moet de waarde van het
buitenlandse onroerend goed
worden opgenomen in de aangifte
van nalatenschap in België, maar
voor zover de Belgische successierechten betrekking hebben op de
buitenlandse onroerende goederen
worden deze verminderd met de
belasting die werd ingehouden in
het land waarin het goed zich
bevindt. België verleent dus
specifiek een belastingkrediet voor
de buitenlandse successierechten.
Dit mechanisme leidt ertoe dat op
het onroerend goed in het buitenland altijd eenzelfde bedrag aan
Belgische successierechten zal
worden geïnd. Nemen wij nu
bijvoorbeeld een Belgische inwoner
die een chalet heeft in het kanton
Wallis in Zwitserland, dan zijn er in
directe lijn geen successierechten
HORIZON | HIVER 2014 | 19
BETROKKENHEID EN ACTIE
VANUIT EEN VISIE OP PARTNERSCHAPPEN DIE MEN ‘ HUMANITAIRE ONDERNEMINGSZIN ’ ZOU KUNNEN
NOEMEN , ONDERSTEUNT PETERCAM AL VELE JAREN TROUW VERSCHILLENDE
LIEFDADIGHEIDSINSTELLINGEN . HET GAAT MET NAME OM INSTELLINGEN DIE RESPECT AFDWINGEN
OMWILLE VAN HET ENGAGEMENT VAN HUN VRIJWILLIGERS, HET GOEDE DOEL WAARVOOR ZE ZICH
INZETTEN OF DE DURF VAN HUN PROJECT. AAN DEZE STRIJDERS VAN HET HART BIEDT PETERCAM DUS
DESGEWENST ADVIES ROND VERMOGENSBEHEER EN MEER ALGEMEEN OOK FINANCIËLE
ONDERSTEUNING .
INVESTEREN IN DE
TOEKOMST VAN
GEHANDICAPTE
KINDEREN
Wij dragen dan ook heel wat
verenigingen een warm hart toe,
maar in dit artikel willen we toch
eens speciaal de vzw l’Essentiel
voor het voetlicht brengen. Dat
project is in het begin van de jaren
2000 opgestart door dokter Michel
Anglebert, die als vader van een
kind met een hersenletsel bezorgd
was voor de toekomst op lange
termijn van zijn kind. Hoe konden
het welzijn, de ontwikkeling en het
comfort van dat kind worden
gegarandeerd op de dag dat zijn
naasten niet meer kunnen, of er
niet meer zouden zijn om zich om
het kind te bekommeren? Het gaat
20
om een belangrijke vraag die ook
tal van andere ouders met
gehandicapte kinderen bezighoudt.
Het is een eenvoudige en
pertinente vraag die ook
mecenassen bezig hield – onder
wie wijlen baron Jean Peterbroeck
die van bij het begin aandacht had
voor dit project – evenals andere
betrokkenen van verschillende
oorsprong.
Dankzij de steun van die mensen
en na een lange zoektocht naar de
ideale locatie, kon l’Essentiel
uiteindelijk grond kopen om er een
geschikte woonplaats op te
bouwen voor deze kinderen. Om dit
ambitieuze project tot een goed
einde te brengen, kwam een echte
solidariteitsketen op gang met de
actieve steun van burgers, families,
verenigingen en natuurlijk ook een
aantal vrijwilligers en de overheid.
Uiteindelijk kon het centrum in
februari 2013 de deuren openen.
Eigenlijk gaat het om een
schitterend voorbeeld van
doorzettingsvermogen en
vasthoudendheid. Ongetwijfeld zal
het als voorbeeld dienen voor
anderen en uitgroeien tot dé
referentie bij het bouwen van
vergelijkbare centra elders in België.
We zijn erg gelukkig dat we een
bijdrage hebben kunnen leveren tot
deze dynamiek, met name door een
gift te doen, zoals we eerder
hadden toegezegd in het kader van
onze enquête rond de waarden van
Petercam. Voor elke ingevulde
enquête deden we een gift.
CHARITY
INDIVIDUELE EN
COLLECTIEVE INZET
De individuele en collectieve inzet
van de medewerkers van Petercam,
getuigt eveneens van een vorm van
engagement. Zo nodigen wij al
verschillende jaren kinderen met
diverse handicaps samen met hun
ouders uit op een
familiebijeenkomst. De laatste
vond plaats in het dierenpark
Planckendael.
“Over bijdragen aan goede doelen,
moet niet te veel lawaai worden
gemaakt” wordt wel eens gezegd.
Het is dan ook in alle
bescheidenheid, maar toch met
enige trots, dat wij toch eventjes
deze voorbeelden wilden aanhalen.
ONZE EXPERTISE DELEN
Vanuit het besef dat
ondernemingen ook hun
maatschappelijke
verantwoordelijkheid moeten
opnemen en in lijn met haar
dienstverlening op het gebied van
vermogensplanning, schenkt
Petercam bijzondere aandacht aan
sociale kwesties in de brede
betekenis van het woord en aan
specifieke vraagstukken zoals die
van de kinderen ten laste die na de
dood van hun ouders niet in staat
zullen zijn om hun patrimonium te
beheren of zoals die van families
die worden geconfronteerd met het
steeds vaker voorkomende
probleem van dementie.
Petercam stelt niet alleen alles in
het werk om voor elk concreet
geval de juiste oplossingen te
vinden, maar werkt ook mee aan
het opstellen van een beter
wettelijk kader en een grotere
juridische veiligheid rond de
vermogensplanning van deze
doelgroepen.
Als vermogensbeheerder ziet
Petercam voornamelijk drie
redenen om zich over de
problematiek van de dementie te
buigen:
1. Mensen die lijden aan dementie
worden vaak het slachtoffer van
misbruiken. Ze hebben dan ook
nood aan speciale bescherming,
niet alleen voor zichzelf als
persoon, maar ook voor hun
patrimonium. Petercam wil de
aandacht vestigen op bepaalde
nuttige preventieve maatregelen
die door vermogensbeheerders
of notarissen genomen zouden
kunnen worden.
2. Als een van de belangrijkste
vermogensbeheerders van België
wil Petercam de aandacht
vestigen op de eenmaking van de
statuten ter bescherming van de
onbekwame meerderjarigen die
tot stand kwam door de nieuwe
wet van 17 maart 2013. Deze
wet biedt bijkomende kansen en
vooral betere extralegale
oplossingen (zoals het
geregistreerde mandaat) om
zonder verwijl deze bescherming
te organiseren.
3. Voor mensen die al in een
vergevorderde staat van
dementie zijn, stelt zich de vraag
of een schenking of het opstellen
van een testament nog kunnen
worden overwogen. Notarissen
en vrederechters hebben
uiteenlopende meningen over
deze kwestie. Zo zijn sommigen
van mening dat schenkingen niet
meer mogelijk zijn. Ook Petercam
heeft een mening over dit thema
en verwijst naar de wet van 17
maart 2013 die een grotere
juridische veiligheid garandeert
en die nieuwe kansen biedt op
het gebied van schenkingen.
In het gezelschap van mensen die
met deze problematiek te maken
krijgen, nemen we deel aan heel
wat conferenties en
informatiesessies. Daardoor maken
we ons sterk dat onze expertise
ertoe bijdraagt om een positief
antwoord te bieden op deze
belangrijke uitdaging voor de
maatschappij.
In dezelfde geest ondersteunen we
ook actief de stichting-Alzheimer
en de vzw Baluchon. 
Geachte heer Van Campenhout,
Via deze brief wil ik u graag bedanken voor de solidariteit
waarvan Petercam blijk geeft ten aanzien van onze vzw
l’Essentiel . Wij zijn u bijzonder erkentelijk voor uw gift, die
bestaat uit een bedrag per ingevulde vragenlijst bij uw recente
enquête. Op die manier levert u een substantiële bijdrage tot de
zelfontplooiing van de vol wassenen met een beperking die bij
ons verblijven .
Wij waren ook erg onder de indruk van het warme onthaal
van uw medewerkers ter gelegenheid van uw ‘Family Day’ in
Planckendael . Ze toonden een oprechte en warme
belangstelling voor onze bewoners en dat getuigt van het grote
belang dat Petercam hecht aan familiale waarden . Bij de
oprichting van onze vzw in het begin van de jaren 2000 waren
wij ook al diep geraakt door de bijzonder warmhartige
aanmoedigingen van Jean Peterbroeck.
Wij zijn bijzonder verheugd te kunnen vaststellen dat Petercam
initiatieven blijft nemen die aansluiten bij deze traditie van
oprechte hulp en solidariteit.
In naam van alle bewoners wil ik daarom welgemeend en
van harte d
‘ ank u’ zeggen!
Hartelijke groeten ,
Michel Stuckens
Gedelegeerd bestuurder
L’Essentiel , vzw
Chaussée de Louvain 563
1380 Lasne
HORIZON | WINTER 2014 | 21
www.petercam.com
DE BESTE MANIER
OM UW VERMOGEN
TE BESCHERMEN
IS ERVOOR ZORGEN
DAT HET GROEIT.
Ontnuchterd door de opeenvolgende crisissen hebben veel spaarders en beleggers de financiële markten
vaarwel gezegd. Ontgoocheld en afkerig van elk risico heroriënteerden ze massaal hun vermogen naar
beleggingen met een label "100% veilig".
Helaas kennen inflatie en daar bovenop de vele fiscale maatregelen geen genade voor deze vorm van
beleggingen. Al biedt de actuele periode iets betere vooruitzichten, toch denken wij bij Petercam dat deze
kapitaalerosie door inflatie en fiscaliteit onomkeerbaar is. Daarom is het belangrijk dat uw vermogen
aangroeit, en enkel een actief beheer kan het efficiënt beschermen. Dat is onze diepste overtuiging als
beheerder van uw vermogen.
Wilt u ontdekken wat Petercam voor uw vermogen kan doen? Raadpleeg www.petercam.com of bel ons
rechtstreeks 02/229 64 50.
PRIVATE BANKING
BEHEER & VERMOGENSBEGELEIDING
TRANSPARANT EN EENVOUDIG
UW PORTEFEUILLE RAADPLEGEN
AFSPRAAK OP MY.PETERCAM.BE
Als belegger is het niet alleen belangrijk dat u over de juiste informatie beschikt, maar u dient die ook op het juiste
moment te ontvangen.
Vanuit die optiek hebben wij de onlinemodule “My Petercam” ontwikkeld. Deze dienst – die volledig gratis is – biedt
u in real time zeer kostbare informatie.
• De stand van uw rekening(en)
• De samenstelling van uw portefeuille
• Het chronologische overzicht van alle verrichtingen en geldbewegingen (stortingen en afhalingen) op uw
rekening(en)
• Een analyse van de historische gegevens van uw portefeuille
Bovendien kunt u met My Petercam gemakkelijk alle documenten in pdf-formaat downloaden die verband houden
met uw rekening(en). Als u het wenst, kunt u, opteren voor een verwittigingsmail telkens er nieuwe documenten
beschikbaar zijn. Deze elektronische communicatie heeft dezelfde juridische waarde als een zending met de post.
Bovendien bepaalt u zelf waar en wanneer u de informatie raadpleegt.
Met My Petercam draagt u bij tot onze ”paperless” strategie, waarbij Petercam duurzame communicatie verkiest
via mail en internet, en niet via papier.
U begrijpt dan ook ongetwijfeld dat My Petercam een gebruiksvriendelijk en ecologisch instrument is dat een
perfecte aanvulling vormt op uw persoonlijke relatie met uw beheerder. Graag moedigen wij u aan om de voordelen
van My Petercam te ontdekken.
U kan zeer snel deze module verkrijgen door dit document in te vullen en terug te sturen naar
[email protected]. Bij vragen kan u contact opnemen met uw beheerder of met één van onze
gespecialiseerde medewerkers via het gratis telefoonnummer 0800/20 211 vanuit België en via het telefoonnummer +32 (0)2 229 64 20 vanuit het buitenland.
CONTACT
VERMOGENSBEHEER
Fritz Mertens, Vennoot
02/229 65 38
GENT
Geoffroy d’Aspremont, Vennoot
02/229 65 38
Kurt Vanwetter, Directeur
09/269 25 00
Philippe de Broqueville, Vennoot
02/229 63 53
Kristof Agache, Directeur Beheer
09/269 25 00
Pascal Minne, Vennoot
02/229 66 51
Pieter Vander Stichele
09/269 25 00
Lode De Vrieze, Bestuurder
02/229 64 55
Kenneth Vanhecke
09/269 25 00
Geoffroy Vermeire, Bestuurder
03/248 16 19
Jean-Marc Van Huffel
09/269 25 00
ANTWERPEN
HASSELT
Geoffroy Vermeire, Bestuurder
03/248 16 19
Patrick Vande Kerckhove, Directeur
011/29 11 00
Filip Verstreken, Directeur Beheer
03/248 16 19
Jos Verhaeg
011/29 11 00
Johan Segers
03/248 16 19
Patrick Van Roosbroeck
011/29 11 00
Nele Stevens
03/248 16 19
David Missotten
011/29 11 00
Amaury Steyaert
03/248 16 19
Patrick Van Roosbroeck
03/248 16 19
KNOKKE
Kenneth Vanhecke
03/248 16 19
Kurt Vanwetter, Directeur
050/61 93 50
Johan Lamote
050/61 93 50
Salina Plasschaert
050/61 93 50
Jean-Marc Van Huffel
050/61 93 50
ANTWERPEN DUTCH DESK
Ludo Franse
03/248 16 19
BRUSSEL
24
LUIK
Karin Ickx, Directeur Zetel Brussel
02/229 64 52
Raphaël de Stexhe, Directeur
04/230 51 70
Benoît t’Kint, Directeur Zetel Brussel
02/229 66 36
Laurent Dekempener
04/230 51 70
Marc van de Werve, Directeur etel Brussel
02/229 66 32
Didier Silberstein
04/230 51 70
Vincent Lahy, Directeur Zetel Brussel
02/229 63 26
Isabelle Beauvois
02/229 66 00
LEUVEN
Marie-Frédérique Boursoit
02/229 62 78
Dirk Van Craesbeek, Directeur
016/24 29 50
Marc Dhondt
02/229 64 53
Sandra Francken
016/24 29 50
Emmanuel Dutrieux
02/229 62 92
Stijn Leysen
016/24 29 50
Hubert Greindl
02/229 64 30
Diane Lejeune
02/229 65 67
ROESELARE
Thierry Lemoine
02/229 65 12
Frederik Cosyns, Directeur
051/25 90 30
James Maus de Rolley
02/229 64 32
Anthony Favril
051/25 90 30
Caroline Piers
02/229 66 49
Johan Lamote
051/25 90 30
Anna Pigott
02/229 66 50
Marie-Christine Vandeleene
051/25 90 30
Yolande Van Bunnen
02/229 64 51
Serge Van Ingelgem
02/229 64 54
WAVER
Thierry Vleurinck
02/229 63 83
Grégory Michiels, Directeur
010/23 22 60
Pierre de Ville de Goyet
010/23 22 60
Arno d’Ursel
010/23 22 60
CONTACT
INVESTMENT DESK
Vincent Coppée
02/229 65 82
Laure-Anne Heylen
02/229 65 68
ADVIES
Philippe de Broqueville, Vennoot
02/229 63 53
Alain Berckmans
02/229 62 36
Louis de Laminne
02/229 66 19
Delphine Delhez
02/229 63 13
Concepcion Moreno
02/229 64 31
GEVOLMACHTIGDE AGENTEN
Evelyne Arnould
02/229 62 30
Mario De Brie
03/658 60 60
Geoffroy del Marmol
02/772 66 10
Jean-Yves Lepas
069/87 57 00
ESTATE PLANNING
Pascal Minne, Vennoot
02/229 66 51
Dirk Coveliers
02/229 65 83
Charles Kesteloot
02/229 66 73
Minke De Smet
02/229 64 88
Christian Hannot
02/229 66 62
Laurence Joseph
02/229 64 77
Geneviève Otjacques
02/229 64 99
Annelies Van Gronsveld
02/229 64 98
Anne Verbruggen
02/229 63 99
LE COMPTOIR FRANÇAIS
Bertrand Marot, Bestuurder
02/229 62 23
Jérémy Gackiere
02/229 62 24
HORIZON | WINTER 2014 | 25
WWW. PETERCAM . COM .
ONS CONTACTEREN
BRUSSEL
LUIK
PETERCAM (LUXEMBOURG) SA
Sint-Goedeleplein 19
Boulevard Frère Orban 25
Rue Pierre d’Aspelt, 1a
1000 Brussel
4000 Liège
L-1142 Luxembourg
Tel. : 02/229 64 50
Tel : 04/230 51 70
Tel : +352 45 18 58 1
[email protected]
[email protected]
[email protected]
LEUVEN
Ladeuzeplein 29
PETERCAM BANQUE PRIVÉE
(SUISSE) SA
3000 Leuven
Centre Swissair - CP 1119
Tel : 016/24 29 50
Route de l’Aéroport 31
[email protected]
CH 1211 Genève 5 Echange
ANTWERPEN
Generaal Lemanstraat 67
2018 Antwerpen
Tel : 03/248 16 19
[email protected]
GENT
Kouter 1
9000 Gent
Tel : 09/269 25 00
[email protected]
HASSELT
Thonissenlaan 28
3500 Hasselt
Tel : 011/29 11 00
[email protected]
KNOKKE
Dumortierlaan 8
8300 Knokke-Heist
Tel : 050/61 93 50
[email protected]
Tel : + 41 22 929 72 11
ROESELARE
Accent Business Park
Kwadestraat 157 bus 12
8800 Roeselare (Rumbeke)
Tel : 051/25 90 30
[email protected]
WAVER
Avenue Einstein 16
1300 Wavre
Tel : 010/23 22 60
[email protected]
[email protected]
Download