WINTER 2014 B E L E G G I N G S - HORIZON VOORUITBLIK 2014 BELGISCH BELASTINGREGIME VOOR BUITENLANDSE ONROERENDE GOEDEREN DIVIDENDEN ALS BASIS VAN EEN AANDELENPORTEFEUILLE INHOUD EDITORIAAL STRATEGIE ..........................................3 ...........................................4 VOORUITBLIK 2014 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6 INTERNATIONALE ECONOMIE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10 ASSET ALLOCATIE DIVIDENDEN ALS BASIS VAN EEN AANDELENPORTEFEUILLE . . . . . . . 12 DE BEDRIJFSOBLIGATIEBEVEK PETERCAM L BONDS EUR QUALITY, HOEKSTEEN VAN EEN EVENWICHTIGE PORTEFEUILLE . . . . . . . . . . . 14 VERANTWOORD BELEGGEN DUURZAAMHEIDSANALYSE VAN LANDEN BIEDT ECHTE TOEGEVOEGDE WAARDE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 16 ESTATE PLANNING BELGISCH BELASTINGREGIME VOOR BUITENLANDSE ONROERENDE GOEDEREN CHARITY . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20 DE ONLINEMODULE ‘MY PETERCAM’ CONTACT . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .23 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 24 De informatie opgenomen in het huidige document wordt u enkel gecommuniceerd op informatieve wijze en mag niet beschouwd worden als een persoonlijk beleggingsadvies. Zij vormt geen bod tot de aankoop of verkoop van roerende waarden. Indien deze informatie voor u van belang zou kunnen zijn, kan u contact opnemen met uw beheerder om de geldigheid van deze belegging(en) na te gaan met betrekking tot uw risicoprofiel. Wij herinneren u eraan dat prestaties uit het verleden geen indicatie zijn voor toekomstige resultaten. De informatie en standpunten in dit document zijn een weergave van de situatie op datum van het opstellen van het document en kunnen op gelijk welk moment worden gewijzigd zonder vooropzeg. Verantwoordelijke uitgever: Geoffroy d’Aspremont, Sint-Goedeleplein 19, 1000 Brussel. Redactie beëindigd op 13 december 2013. Beelden: Shutterstock HORIZON | WINTER 2014 | 1 EDITORIAAL Beste cliënt, In deze periode van het jaar maken we de balans op. 2013 was zonder enige twijfel een scharnierjaar. Voor het eerst sinds het begin van de crisis werden immers extreme doemscenario’s zoals onder meer het einde van de euro en een apocalyptisch debacle in Griekenland afgezwakt. In de eurozone lijkt het ergste achter de rug en in de rest van de wereld is het vertrouwen min of meer teruggekeerd. De jongste maanden vertaalde zich dat in een heropleving van de economische activiteit. Zoals we een jaar geleden hadden verwacht, waren de aandelenmarkten de eerste om voordeel te halen uit deze economische heropleving. Over het algemeen hebben ze dan ook sterk gepresteerd. Dat was zeker het geval voor de Amerikaanse aandelen. In de groeilanden stelden de beurzen echter teleur. Want zodra Ben Bernanke, de toekomstige ex-voorzitter van de Amerikaanse Federal Reserve, had laten verstaan dat hij de teugels van het monetaire beleid misschien weer wat strakker zou aanhalen, haalden heel wat beleggers massaal hun geld uit de groeilanden weg. Omdat ze dat geld weer repatrieerden naar veiligere oorden, stonden zowel de aandelen als de obligaties in de groeilanden onder druk. Door het teruggekeerde vertrouwen is de nood aan een verzekering tegen een mogelijke systeemcrisis trouwens wat op het achterplan geraakt. Vandaar ook dat we een forse correctie hebben gezien van de goudkoers. 2013 was dus een jaar waarin – we hadden daar trouwens in geloofd – de economie wereldwijd weer begon te groeien en in haar kielzog ook de ondernemingen en de beleggers meetrok. Vandaar dat het uiteindelijk ook een goed beursjaar is geworden, vooral voor de aandelenmarkten. Wordt 2014 het jaar van de bevestiging van de economische heropleving? Zal het betere klimaat op de financiële markten – ook al duikt er af en toe een onvermijdelijke storm op, zoals we onlangs nog hebben gezien – blijven duren? Zijn de aandelenkoersen al niet te veel vooruitgelopen op het economische herstel? Wat zal er gebeuren met de staatsobligaties in de nog altijd actuele context van de ‘financiële repressie’ in de landen die nog altijd tot over hun oren in de schulden zitten? Hoe zal de economie in China en Japan zich gedragen? Welke gevolgen zal de tapering* van de Fed hebben voor de volatiliteit van de markten? U vindt onze vooruitzichten, analyses en antwoorden op deze vragen in verschillende artikels van deze editie van Horizon. Wat we nu al kunnen voorspellen, is dat 2014 een jaar wordt met veel sportieve hoogtepunten. Niet alleen dankzij de aanwezigheid van de Rode Duivels op het WK Voetbal in Brazilië, maar ook op het vlak van de allocatie van de activa in uw portefeuille. In dit verband stellen we in dit nummer twee pijlers voor die u volgens ons absoluut niet links mag laten liggen: aandelen van bedrijven met een hoog dividendrendement en bedrijfsobligaties. Voor nog meer topsport zullen ook de Belgische verkiezingen van mei 2014 zorgen. Krijgt het fiscale vuurwerk dat in 2013 werd afgestoken en dat we hier het hele jaar uitvoerig hebben becommentarieerd, volgend jaar een hoogtepunt? Zodra daarover meer duidelijk is, komen we er in onze volgende nummers ongetwijfeld op terug. In dit nummer concentreren we ons op het Belgische fiscale regime dat van toepassing is als u vastgoed bezit in het buitenland. Het gaat alleszins om bakstenen die in bepaalde gevallen zwaar op de maag kunnen blijven liggen. Tot slot, en dat mag ook wel eens, geven we ook wat meer informatie over de krachtlijnen van ons maatschappelijk engagement voor diverse liefdadigheidsinstellingen en rond de problematiek die verband houdt met dementie. Petercam wenst u en uw familie een bijzonder succesvol nieuwjaar en vooral een uitstekende gezondheid! We wensen u veel leesgenot. Fritz Mertens Vennoot Lid van het Directiecomité * Geleidelijk vertragen door de Fed van het tempo waartegen ze obligaties aankoopt en dus geleidelijk afbouwen van de liquiditeitsinjecties. HORIZON | WINTER 2014 | 3 STRATEGIE ONDANKS DE KOERSSTIJGING DIE AL ACHTER DE RUG LIGT EN DE VOLATILITEIT GELINKT AAN EEN MOGELIJKE BIJSTURING VAN HET A MERIKAANSE MONETAIRE BELEID BLIJVEN AANDELEN DE BESTE MANIER OM IN TE SPELEN OP HET VERDERE HERSTEL VAN DE WERELDECONOMIE . 4 STRATEGIE Een dikke vijf jaar na de val van Lehman Brothers lijkt de wereldeconomie eindelijk op koers voor een echt economisch herstel. Onder leiding van de VS zijn de klassieke industrielanden in betere doen, en ondanks de interne uitdagingen zijn er stilaan ook tekenen van beterschap in de groeilanden. Het economische herstel blijft voorlopig nog aarzelend, maar de vooruitzichten voor 2014 zijn vrij positief. De wereldeconomie zou in 2014 krachtiger moeten groeien dan in 2013 het geval was. Bovendien blijft de inflatie voorlopig erg goed onder controle. Op dat vlak ligt het risico vandaag eerder in te lage inflatie dan in te hoge inflatie. Tegen die achtergrond blijven centrale bankiers de rente laag houden. In een omgeving van aantrekkende economische groei, stabiele inflatie en lage rente zijn bedrijven goed geplaatst om optimaal te profiteren. Zeker ook gezien de zwakke positie van werknemers in de huidige wereldeconomie door de nog altijd aanzienlijke ongebruikte arbeidsreserve. Maar dat bedrijven er goed voor staan, is al een tijdje geen nieuws meer. Aandelenmarkten klimmen dan ook al enige tijd duidelijk hoger. De vraag is dan ook of het vandaag wel nog interessant is om in aandelen te zitten: is het herstel al niet volledig ingeprijsd op de aandelenmarkten? Gemiddeld is de stijging van de koersen redelijk in lijn gebeurd met de indicaties van het economische herstel en de toenemende bedrijfswinsten. Daarbij zijn wel belangrijke regionale verschillen. De waarderingsvraag stelt zich vooral voor de Amerikaanse markt. Daar zijn de koersen al duidelijk voorop gelopen op het winstherstel. Hoewel de koersen nog ver onder de zeepbelniveaus van eind jaren 90 blijven, geven de meeste waarderingsmaatstaven aan dat Amerikaanse aandelen stilaan te duur zijn. In Europa en al helemaal in de groeilanden is dat veel minder het geval. Daar zijn de aandelenmarkten vandaag nog heel wat aantrekkelijker gewaardeerd. Naarmate het economische herstel de komende maanden vastere vorm aanneemt, moeten die markten kunnen profiteren. Interessante thema’s daarbij zijn kwaliteitsvolle cyclische aandelen die door hun regionale of sectorfocus de voorbije jaren wat achtergebleven zijn en potentiële overnamekandidaten die kunnen profiteren van de aantrekkende activiteit in fusies en overnames. Jérôme van der Bruggen Head of Investments Private Banking zal gaan. De Fed zal er alles aan doen om de negatieve impact op de markten te beperken. Tegen die achtergrond blijft een strategie gericht op aandelen, vooral dan in de achtergebleven regio’s Europa en de groeilanden, en een meer terughoudendere positie in obligaties de beste manier om met het huidige klimaat om te gaan. Voor de obligatiemarkten zijn de vooruitzichten minder rooskleurig. Daar blijft het kernthema ‘financiële repressie’. Centrale bankiers houden de rente laag en streven naar iets hogere inflatie in een poging om met de bestaande schuldenberg, vooral in de klassieke industrielanden, om te gaan. Dat is vandaag een expliciete beleidskeuze en dat zal op korte termijn niet veranderen. Die beleidskeuze impliceert een beperkt opbrengstpotentieel voor klassieke overheidsobligaties. Met hoogrentende obligaties valt een iets hoger rendement te behalen, maar ook daar blijven de verwachtingen bescheiden. De cruciale vraag voor 2014 wordt hoe de financiële markten zullen reageren als de Amerikaanse centrale bank straks haar beleid begint bij te sturen. Dat betekent zo goed als zeker meer volatiliteit. De voorbije maanden hebben evenwel al geïllustreerd dat de Fed op dat vlak heel voorzichtig te werk HORIZON | WINTER 2014 | 5 VOORUITBLIK 2014 - DE 10 VOOR ‘14 NET ALS DE VOORBIJE JAREN BUNDELEN WE ONZE VERWACHTINGEN VOOR HET KOMENDE JAAR IN EEN LIJST CONCRETE VOORSPELLINGEN . 2014 WORDT HET JAAR VAN BEVESTIGING VAN HET HERSTEL EN VAN DE OMMEKEER IN HET BELEID VAN DE AMERIKAANSE CENTRALE BANK . HIER VOLGEN ONZE ‘ 10 VOOR 14’. 6 1. MAGER HERSTEL IN DE EUROZONE 2. NIEUWE GRIEKSE SCHULDHERSCHIKKING 3. AMERIKAANS HERSTEL ZET DOOR De eurozone klauterde in 2013 uit recessie. Meer vertrouwen, minder nadruk op besparingen en een positief internationaal klimaat suggereren dat de euro-economie ook in 2014 groeit. Vooral de bedrijfsinvesteringen zouden voor een impuls moeten zorgen doordat bedrijven stilaan de eerder uitgestelde vervangingsinvesteringen op touw zetten. Maar daarmee is het beste ook meteen gezegd. Een groei van net iets meer dan 1% is het hoogst haalbare (en dat geldt trouwens ook voor de Belgische economie). Hoewel dat duidelijk beter is dan de jongste jaren, is dat onvoldoende om de littekens van de voorbije crisisjaren uit te vegen. De Europese economie blijft ver onder het trendniveau van voor de crisis, de werkloosheid zal onaanvaardbaar hoog blijven en de overheidsfinanciën blijven fragiel. De eurozone blijft dan ook kwetsbaar voor nieuwe schokken, zeker gezien de buffers om die op te vangen zo goed als opgebruikt zijn. Bovendien zal de bereidheid om verdere inspanningen te leveren op het vlak van structurele hervormingen en van het uitwerken van het institutionele kader in 2014 allicht eerder afnemen. Zelfs Griekenland lijkt opnieuw op weg naar positieve groeicijfers. Dat zal evenwel niet volstaan om enige merkbare verandering te brengen in de dramatische werkloosheidscijfers of de torenhoge overheidsschuld. Ondanks een eerste schuldherschikking is die schuld vandaag opgelopen tot 176% van het bbp. Er is weinig kans dat de Griekse overheid die schuld binnen een redelijke termijn kan terugbrengen tot aanvaardbare niveaus. Bovendien is het de bedoeling van het huidige internationale ondersteuningsplan dat Griekenland vanaf 2015 opnieuw zelf (gedeeltelijk) geld gaat ophalen op de kapitaalmarkten. Dat zal enkel haalbaar zijn na een nieuwe schuldherschikking. Die kan best in 2014 opgezet worden. De ECB heeft eerder al bewezen dat ze eventuele schokgolven van zo’n ingreep naar de rest van de eurozone onder controle kan houden. Toch blijft het te vroeg om het einde van de eurocrisis te vieren: aanslepende discussies over de beloofde bankenunie en toenemende spanning binnen de ECB zijn de meest voor de hand liggende risico’s voor 2014. Het herstel van de Amerikaanse economie sinds midden 2009 bleef de voorbije jaren vrij mager. Ondertussen zijn de problemen die aan de basis lagen van de Grote Recessie stilaan opgelost: de huizenmarkt, de gezinsfinanciën en de situatie van de banken zijn opnieuw genormaliseerd. Op die fundamenten kan de Amerikaanse economie in 2014 een versnelling hoger schakelen. Het feit dat er voor volgend jaar geen herhaling van de belastingverhoging van begin 2013 op de agenda staat, is daarbij een belangrijke factor. Samen met het toenemende vertrouwen, het nog altijd fors ondersteunende monetaire beleid, de sterke financiële positie van de bedrijven en langetermijninvesteringsverhalen zoals schaliegas moet dat leiden tot een verder aantrekkende economische groei. Het grootste gevaar komt in 2014 van een te bruuske ommekeer in het monetaire beleid, maar op dat vlak zal de centrale bank heel voorzichtig te werk gaan (zie 6). VOORUITBLIK 2014 4. JAPANSE COMEBACK HOUDT AAN aanknoopt met de zeer krachtige groei van voor de crisis van 200809. Dat zit er niet meer in. Het nieuwe beleid in Japan zorgde in 2013 voor een opmerkelijke positieve wind. De echte test komt echter in 2014. Het zou immers niet de eerste keer zijn dat de Japanse economie kortstondig opflakkert om vervolgens opnieuw in een crisis weg te zinken. Deze keer lijken de beleidsmakers evenwel voldoende overtuigd om door te duwen. Abenomics kan ook in 2014 resultaten opleveren. De forse verzwakking van de yen zal de export stimuleren, terwijl er stilaan ook binnenlands wat lijkt te bewegen. Of het op langere termijn mogelijk is om de negatieve demografische dynamiek volledig te counteren, blijft nog maar de vraag. 2014 brengt alvast meer positief nieuws uit Japan. 6. INFLATIE BLIJFT LAAG 5. INHAALBEWEGING VOOR DE GROEILANDEN De groeilanden ontgoochelden in 2013. Anders dan in het verleden stapten de groeilanden immers niet mee in de hersteldynamiek van de klassieke industrielanden. Bovendien bleken de financiële markten er heel gevoelig voor fluctuaties in de verwachtingen rond het beleid van de Amerikaanse centrale bank. Dit laatste blijft ook in 2014 een belangrijke factor. Niettemin staan de groeilanden voor een inhaalbeweging. De VS, Japan en Europa zijn nog altijd goed voor iets meer dan de helft van de wereldeconomie. Tekenen van beterschap in die regio impliceren een toenemende vraag in de groeilanden. Een vrij lage inflatie, een ondersteunend monetair beleid en goedkopere munten zullen bijdragen tot de economische inhaalbeweging in de groeilanden. Specifieke binnenlandse problemen, o.a. een te sterke kredietgroei in heel wat groeilanden, zullen evenwel verhinderen dat de regio terug Vanuit de hoek van de inflatiedoemdenkers, die het geld drukken van de centrale bankiers regelrecht naar een ontsporende inflatie zagen leiden, is het al een tijdje erg stil geworden. Daar komt ook in 2014 geen verandering in. Het bijgedrukte geld kan pas voor inflatie zorgen als het ook effectief in de economie terecht komt en als ze op een normaal toerental draait. Ondanks de tekenen van economisch herstel zijn die voorwaarden vandaag nog altijd niet vervuld. Zowel in de VS als in Europa draait de economie nog lang niet opnieuw op volle toeren. De werkloosheid blijft in de meeste industrielanden vrij hoog zodat er geen opwaartse druk op de lonen komt. En ook de vooruitzichten voor de grondstoffenmarkten wijzen niet op forse prijsstijgingen. Tegen die achtergrond blijft de inflatie in 2014 laag. Op langere termijn houdt het ongezien soepele monetaire beleid wel inflatierisico’s in, maar die zijn nog niet meteen voor morgen. 7. AMERIKAANSE CENTRALE BANK STOPT MET OBLIGATIEAANKOPEN Sinds de val van Lehman Brothers in september 2008 heeft de Fed bijna alles uit de kast gehaald om de economische motor terug aan de praat te krijgen. Naast een verlaging van de beleidsrente tot 0%, drukte ze in die periode zo’n 3.000 miljard dollar bij. Daarmee vermeed ze allicht een nog grotere economische catastrofe. Maar naarmate de economie herleeft, nemen ook de gevaren verbonden aan dat agressieve beleid - m.n. het gevaar van nieuwe zeepbellen en inflatoire druk – toe. In 2014 zal de Fed haar obligatieaankopen afbouwen. Daarbij zal ze heel geleidelijk te werk gaan om al te grote schokken op de financiële markten te vermijden. Bovendien zal ze te pas en te onpas beklemtonen dat een eerste renteverhoging nog lang niet aan de orde is. Op die manier wil de Fed zich heel voorzichtig naar de uitgang van het extreem soepele monetaire beleid begeven. 8. OPNIEUW EEN GOED JAAR VOOR AANDELEN , MAAR MET MEER VOLATILITEIT De aandelenmarkten zetten in 2013 al mooie resultaten neer, en die positieve trend kan nog wel even aanhouden. Bedrijven zijn immers ideaal geplaatst om optimaal te profiteren van het economische herstel. Dat heeft veel te maken met de verzwakte positie van de werknemers door de grote arbeidsreserve die vandaag in de wereldeconomie beschikbaar is. Daarbovenop kunnen bedrijven ook genieten van extreem gunstige financieringsvoorwaarden. Die twee factoren blijven ook in 2014 aanwezig, wat samen met het herstel een positief kader schetst voor de bedrijfswinsten. Sommige markten en sectoren zijn al flink vooruit gelopen op die positieve vooruitzichten. Zo is de Amerikaanse aandelenmarkt al vrij duur. In Europa en vooral in de groeilanden zijn evenwel nog heel wat opportuniteiten te vinden. Een stijgend aantal fusies en overnames dankzij de combinatie van goedkope financiering en toenemend vertrouwen zal daartoe bijdragen. Het belangrijkste risico voor de aandelenmarkten schuilt in het monetaire beleid van de Fed. De geleidelijke afbouw van de extreme monetaire stimulus zal onvermijdelijk voor volatiliteit zorgen op de markten. Doorheen die volatiliteit zou het herstel evenwel de bovenhand moeten nemen. HORIZON | WINTER 2014 | 7 VOORUITBLIK 2014 9. BESCHEIDEN RENDEMENT VOOR OBLIGATIES Hoewel de inflatie het voorbije jaar erg laag bleef, zorgden de tekenen van economisch herstel en de verwachting dat de Amerikaanse centrale bank stilaan haar beleid moet gaan bijsturen al voor een stijging van de rente in de loop van 2013. Die trend houdt ook in 2014 aan. Centrale bankiers zullen er alles aan doen om een forse renteopstoot te vermijden omdat die het herstel in het gedrang zou brengen. Het gevaar van een echte obligatiecrash blijft daardoor beperkt. Niettemin lijkt een zekere opwaartse druk op de langetermijnrente onvermijdelijk naarmate het herstel sterker wordt. Dat betekent dat 2014 opnieuw een jaar wordt van magere rendementen op obligaties. Het huidige lopende rendement van zo’n 2 à 3% op klassieke overheidsobligaties lijkt het hoogst haalbare. Met hoogrentende obligaties is een iets hoger rendement mogelijk, maar ook daar valt weinig spectaculairs te verwachten. 10.VEEL VERKIEZINGEN , MET VOORAL NIEUWS UIT DE GROEILANDEN Voor 2014 staan er opnieuw heel wat belangrijke verkiezingen op de agenda. Samen met de ‘moeder aller verkiezingen’ in België zijn er in mei ook Europese verkiezingen. In beide gevallen zijn sterke prestaties te verwachten van partijen die tegen de klassieke partijen ingaan. Niettemin zullen die sterke prestaties onvoldoende zijn om een echte koerswijziging te forceren. Dat betekent dat België zich kan opmaken voor Di Rupo II, terwijl in Europa de pro-Europa partijen de bovenhand zullen blijven voeren. Daarnaast zijn er in november tussentijdse verkiezingen voor het Amerikaanse Congres. Ook daar blijft de huidige machtsverhouding ondanks het 8 recente gesukkel van de Republikeinen allicht overeind. Belangrijker worden de verkiezingen in heel wat groeilanden: Brazilië, Zuid-Afrika, India en Indonesië trekken in 2014 naar de stembus. De onzekerheid rond de mogelijke impact daarvan op het beleid kan de markten in die regio’s wel wat parten spelen. DE 10 VOOR ’13: DE EINDEVALUATIE Naar goeie gewoonte kijken we niet alleen vooruit naar 2014, maar evalueren we ook onze voorspellingen voor het voorbije jaar. En dat blijkt geen onverdeeld succes. Hoewel we wel correct ingeschat hadden dat de wereldeconomie doorheen 2013 verder kon herstellen, hadden we de regionale ontplooiing van dat herstel anders verwacht. We bleken te optimistisch voor de groeilanden, terwijl vooral Europa het net iets beter deed dan we dachten. Op de financiële markten werden onze positieve verwachtingen voor aandelen bevestigd, alsook onze ongerustheid over het rendement van obligaties. Daartegenover presteerden de dollar en vooral goud slechter dan we verwacht hadden. Drie voorspellingen kwamen niet uit. Hoewel het herstel vooralsnog bescheiden blijft, knoopte de eurozone vanaf de lente opnieuw aan met positieve groeicijfers. Tegen die achtergrond bleef de werkloosheid wel verder oplopen, van januari tot eind september kwamen er in de eurozone 600.000 werklozen bij (tot 19,5 miljoen), maar onze voorspelling van meer dan 20 miljoen werklozen zal dit jaar gelukkig niet gehaald worden. De ontgoocheling van het jaar kwam voor ons uit de groeilanden. Hoewel we ons bewust waren van de structurele problemen in de belangrijkste groeilanden, gingen we er van uit dat die traditiegetrouw zouden meestappen in de dynamiek van de Amerikaanse economie. De jongste weken duiken er wel meer en meer signalen op dat dat eindelijk aan het gebeuren is, maar al bij al was 2013 een ontgoochelend jaar voor de groeilanden. Op de financiële markten zorgde de goudprijs voor de grootste verrassing. In de eerste helft van het jaar kreeg die een klap van bijna 30%. In tegenstelling tot onze voorspelling presteerde goud daarmee spectaculair slechter dan overheidsobligaties, hoewel deze laatsten wel onze verwachting van een moeilijk jaar voor obligaties bevestigden. Over drie voorspellingen is de jury nog aan het beraadslagen. In België schatten we vooral de politieke dynamiek verkeerd in. De regering Di Rupo ging zich meer en meer gedragen als een blok van allen tegen één en kon in die zin tegen onze verwachtingen in redelijk vlot een begroting opstellen voor 2014. Dat lukte evenwel enkel omdat ze de doelstelling van een tekort van 2,15% van het bbp inruilde voor een veel makkelijkere doelstelling van 2,6%. Over de eurocrisis dachten we eind vorig jaar dat we het ergste nog niet gezien hadden. Ondanks de dramatische aanpak van de Cypriotische crisis en de verkiezingskoorts in Italië en Duitsland bleef een nieuwe escalatie van de eurocrisis uit. Dat was zo goed als uitsluitend te danken aan de inspanningen van de ECB. Verontrustend blijft evenwel dat de structurele oorzaken van de crisis nog altijd niet aangepakt zijn. De eurozone blijft kwetsbaar voor asymmetrische schokken omdat de instellingen om daarmee om te gaan nog altijd niet uitgebouwd zijn op euro-niveau. Zolang dat niet het geval is, blijft een nieuwe opflakkering van de eurocrisis mogelijk. De financiële markten maken zich daar alvast geen zorgen meer over. Dat wordt ook weerspiegeld in de koers van de euro. Op het ogenblik van schrijven VOORUITBLIK 2014 is die in vergelijking met eind vorig jaar zo’n 2% verstevigd tegenover de dollar, in tegenstelling tot onze verwachting. Daar kan voor het einde van het jaar nog verandering in komen, aangezien het er meer en meer naar uit ziet dat de ECB door de economische omstandigheden verplicht zal worden om maatregelen te nemen om de euro te verzwakken. Vier voorspellingen werden bevestigd: de Amerikaanse economie zette door met het herstel, de inflatie bleef duidelijk onder controle (ondanks het massale geld drukken door de centrale banken), de Belgische vastgoedmarkt is aan het stagneren en vooral, de aandelenmarkten trokken de positieve lijn van 2012 met overtuiging door. Vooral deze laatste voorspelling maakt veel goed (1). Geen grand cru jaar voor onze voorspellingen dus. Benieuwd wat 2014 brengt. (1) Ook onze nevenvoorspelling dat de Rode Duivels hun kwalificatiegroep voor het WK in Brazilië zouden winnen, kwam trouwens mooi uit. HORIZON | WINTER 2014 | 9 INTERNATIONALE ECONOMIE DE WERELDECONOMIE , MET DE VS OP KOP, IS OP SCHEMA OM IN 2014 HET HERSTEL VERDER UIT TE BOUWEN . OP KORTE TERMIJN BLIJFT DE BELANGRIJKSTE VRAAG WAT DE AMERIKAANSE CENTRALE BANK ZAL DOEN , EN HOE DE REST VAN DE WERELD DAAR OP ZAL REAGEREN . DE FED ZAL ER ALLICHT ALLES AAN DOEN OM HET HERSTEL NIET IN GEVAAR TE BRENGEN . De voorbije maanden zette het herstel van de wereldeconomie door. Ondanks wat, vooral politieke, onrust bleven de positieve signalen toenemen. Zowel de VS, Japan als Europa is op weg naar sterkere economische groei. En recent doken ook in de groeilanden opnieuw tekenen van beterschap op. Ondertussen blijft de inflatie heel erg laag en blijft het monetaire beleid ondersteunend. Dat monetaire beleid zal de komende kwartalen een cruciale rol spelen. Naarmate het herstel aantrekt, zullen centrale bankiers zich meer en meer vragen gaan stellen over de houdbaarheid van het huidige beleid. Op korte termijn geldt dat vooral voor de Amerikaanse centrale bank. Die begint in de loop van volgend jaar meer dan waarschijnlijk aan de geleidelijke afbouw van de monetaire stimulus. En dat zal merkbaar zijn op de financiële markten en in de reële economie, tot ver buiten de VS. AMERIKAANS HERSTEL ZET DOOR In de VS vochten de Democraten en de Republikeinen in oktober nog maar eens een robbertje uit over de overheidsfinanciën met als inzet de noodzakelijke verhoging van het schuldenplafond. Zonder die verhoging zou de overheid niet langer haar rekeningen kunnen betalen en dreigde een faillissement. Uiteindelijk kwam er een tijdelijke oplossing uit de bus. 10 Mogelijk wordt dit politieke theater De centrale bank wil de monetaire begin 2014 nog eens overgedaan, stimulus ongetwijfeld geleidelijk maar allicht wordt het debat dan afbouwen, maar wil koste wat het minder hard gespeeld. De harde kost vermijden dat dit leidt tot een opstelling van de Republikeinen forse renteopstoot. De voorbije werd in de opiniepeilingen immers zomer werd al duidelijk hoe afgestraft. Met belangrijke moeilijk dat wordt. Omdat het verkiezingen in november in zicht economische herstel kwetsbaar zullen de Republikeinen het blijft, zal de Fed op dat vlak niet al politieke gevecht allicht op andere te veel risico willen nemen. Ze zal thema’s concentreren. dan ook heel behoedzaam te werk Ondertussen trok de economie zich gaan en eerder te lang doorgaan niet al te veel aan van met de stimulus, DE EUROPESE het politieke toneel. dan te bruusk het De meeste roer om te gooien. ECONOMIE KLAUTERDE vertrouwensZe heeft daarvoor de IN DE LENTE UIT indicatoren blijven ruimte omdat de RECESSIE , EN VOORwijzen op een verder risico’s verbonden LOPENDE INDICATOREN economisch herstel. aan zo’n agressief SUGGEREREN DAT HET De vastgoedmarkt, monetair beleid, BESCHEIDEN HERSTEL de gezinsfinanciën m.n. inflatie en AANHOUDT. en de situatie in de zeepbellen, bankensector zijn er voorlopig beperkt stilaan weer bovenop, zodat de blijven. Die risico’s worden economie eindelijk kan belangrijker naarmate de economie normaliseren. Bovendien staan er sterker wordt, maar zullen in 2014 voor 2014 duidelijk minder nog geen belangrijke rol spelen. besparingen en belastingverhogingen op de agenda dan in 2013, wat de economie nog een extra duw in de rug moet geven. Daarmee lijkt de Amerikaanse economie goed op De Europese economie klauterde in weg om in 2014 de sterkste groei de lente uit recessie, en sinds 2005 te laten optekenen. voorlopende indicatoren suggereren dat het bescheiden Het grote vraagteken in de VS is herstel aanhoudt. Dat is goed wat er de komende kwartalen zal nieuws, maar niets om euforisch gebeuren met het monetaire over te worden. De Europese beleid. Tegen de achtergrond van economie blijft ver onder haar het aantrekkende herstel is het normale capaciteit draaien en de extreem ondersteunende beleid werkloosheid blijft op historische minder aangewezen. Dat was de piekniveaus. Dat vertaalde zich al in voorbije maanden al een belangrijk erg lage inflatiecijfers: de thema, en dat zal het ook blijven. LICHTPUNTJES IN EUROPA INTERNATIONALE ECONOMIE kerninflatie zakte terug tot het laagste niveau sinds de start van de euro. Hoewel de euro-periferie wel degelijk geconfronteerd wordt met deflatiescenario’s, blijft het deflatiegevaar voor de hele eurozone voorlopig beperkt. Bij een eventuele nieuwe negatieve schok zou dat gevaar evenwel heel snel heel reëel kunnen worden. Tegen die achtergrond reageerde de ECB begin november met een nieuwe verlaging van de beleidsrente. Die ingreep was meer dan welkom als signaal dat de ECB ook ongerust is over de lage inflatie, maar zal allicht niet veel verandering brengen in de economische dynamiek. De komende maanden zal de ECB nog verdere initiatieven moeten nemen, zeker als de Fed geleidelijk het monetaire beleid gaat bijsturen. Dat laatste zal immers ook een impact hebben op de Europese rente, iets waar de Europese economie nog lang niet klaar voor is. In plaats van te profiteren van de beslissingen van de Fed, wat de voorbije jaren het geval was, zal de ECB in 2014 tegengas moeten geven. Daarnaast blijft er vooral veel werk voor de Europese politici. De ECB kan de economische conjunctuur (proberen te) sturen, maar de structurele en institutionele hervormingen moeten van de politici komen. Op dat vlak is de vooruitgang evenwel verontrustend traag. EEN NIEUWE TEST VOOR JAPAN In het eerste jaar van zijn nieuwe bewindsperiode heeft premier Abe het beleidsroer spectaculair omgegooid. De resultaten van zijn ‘Abenomics’ waren de voorbije kwartalen positief: de Japanse economie herleeft en lijkt op weg om af te rekenen met deflatie. In 2014 moet het beleid bevestigen. In een eerste poging om de torenhoge overheidsschuld terug een beetje onder controle te krijgen, zal de regering in het voorjaar de btw verhogen. Toen ze dat in 1997 een eerste keer deed, betekende dat meteen het einde van een prille herstelfase. Om dat te vermijden, wordt de btwverhoging deze keer gedeeltelijk gecompenseerd met belastingvoordelen voor de ondernemingen. Als Japan echt uit de decennialange crisissfeer wil breken, moet de beleidsmakers allicht nog een versnelling hoger schakelen. Het blijft afwachten of ze bereid zijn om dat te doen. De krachtige ingrepen die ze al deden, laten op dat vlak het beste vermoeden. Groei bbp (jaar op jaar % wijziging) Economische indicator VS (opinie aankoopmanagers) VERENIGDE STATEN Groei bbp (jaar op jaar % wijziging) UITKIJKEN NAAR DE GROEILANDEN Heel wat groeilanden werden de voorbije kwartalen geconfronteerd met belangrijke interne problemen. Zo probeert China de moeilijke verschuiving naar meer binnenlandse vraag te maken en tegelijkertijd de kredietverlening onder controle te krijgen. De Russische economie blijft te afhankelijk van olie. India en Brazilië hebben dan weer af rekenen met te hoge inflatie. Niettemin moeten de groeilanden profiteren van het aantrekkende herstel in de klassieke industrielanden, zoals ze in het verleden altijd gedaan hebben. Recent doken dan ook al positieve signalen op in de meeste groeilanden. Hoewel de interne uitdagingen belangrijk blijven, kan de regio de komende kwartalen genieten van een exportgedreven heropleving. Een terugkeer naar de spectaculaire groeicijfers van voor de crisis zit er evenwel niet meer in. Lees meer over onze economische analyses op https://insights.petercam.com. Economische indicator Duitsland (IFO‐enquête) DUITSLAND Groei bbp (jaar op jaar % wijziging) Economische indicator België (NBB‐enquête) BELGIË Groei bbp (jaar op jaar % wijziging) Economische indicator China CHINA HORIZON | WINTER 2014 | 11 DIVIDENDEN ALS BASIS VAN EEN AANDELENPORTEFEUILLE PETERCAM STAAT BEKEND ALS EEN PIONIER ALS HET GAAT OM HET INVESTEREN IN BEDRIJVEN DIE EEN DIVIDEND BETALEN . AL MEER DAN EEN DECENNIUM ZIJN WE ACTIEF IN DIT MARKTSEGMENT. HET LIJKT ONS DAN OOK OPPORTUUN OM EVEN STIL TE STAAN BIJ DE DIVIDENDTHEMATIEK EN HOE HET OMVALLEN VAN HET AMERIKAANSE LEHMAN BROTHERS DEZE THEMATIEK HEEFT BEÏNVLOED. Laten we beginnen met het belang van dividenden voor een belegger en waarom wij zoveel belang hechten aan het dividendrendement van een aandeel. Heel wat aandelenbeleggers onderschatten het belang van het dividendrendement. Niet alleen vormt het een belangrijk onderdeel van het totale rendement van een aandelenportefeuille, het heeft eveneens een belangrijke signaalen waarderingsfunctie. Academisch onderzoek toont aan dat in zowat elke regio wereldwijd het reële jaarlijkse rendement (dus gecorrigeerd voor inflatie) voortkomt uit dividenden en dividendgroei. Het opwaarderen of het duurder worden van aandelen heeft hierbij geen enkele impact over een langere periode. Het dividend vormt als het ware de hoeksteen van het rendement van een aandelenportefeuille. Daarenboven is het signaal- en waarderingselement een tweede belangrijk argument voor ons. Wanneer een bedrijfsmanagement vertrouwen heeft in de toekomst, zal het de aandeelhouders mee laten profiteren van de goede gang van zaken. Een bedrijf daarentegen dat het dividend stopzet of deels verlaagt, geeft een belangrijk signaal naar de markt dat het weinig vertrouwen heeft in de cashgeneratie of de soliditeit van zijn balans. Een nakende verlaging 12 of stopzetting wordt dan ook vaak door de markt geanticipeerd en verklaart naderhand de zwakke prestatie van een aandeel. Tot slot is het dividendrendement een belangrijke waarderingsparameter. Het is een pure waardemeter, niet enkel absoluut maar ook binnen een relatieve context tegenover de vastrentende markten. Enerzijds is een dividend immers een betaling in cash aan de aandeelhouders, iets waar boekhoudkundig weinig mee gespeeld kan worden. Winstcijfers daarentegen kunnen op allerlei manier beïnvloed worden, al was het maar via het toe- of afnemen van provisies, de impact van uitzonderlijke maatregelen enzovoort. Hierdoor wordt de objectiviteit van de alom gebruikte koers-winstverhouding enigszins ondermijnd. Anderzijds kan een dividendrendement eenvoudigweg vergeleken worden met het rendement op overheids- of bedrijfsobligaties. Momenteel bevinden we ons in een situatie waarbij het rendement op de aandelen van vele bedrijven aanzienlijk hoger uitkomt dan het rendement op overheids- en/of bedrijfsobligaties. Dat is niet alleen opmerkelijk, maar historisch is gebleken dat in een dergelijk klimaat de aandelenmarkten de jaren hierop positieve rendement laten optekenen. U begrijpt dat we hiervan voorstanders zijn. Dividenden vormen dan ook de hoeksteen van het beleggingsproces van onze dividendfondsen bij Petercam waarbij we zowel een Europees, Amerikaans als een wereldwijd fonds beheren binnen ons dividendteam. We gaan uit van het principe dat elk bedrijf in onze portefeuille een dividendrendement moet genereren dat ten minste hoger ligt dan het gemiddelde van de markt. Dit volgt logischerwijs onze redenering dat het rendement een goede waardemeter is, namelijk een bedrijf met een dividendrendement hoger dan het marktgemiddelde is simplistisch gesteld goedkoper gewaardeerd dan de markt. Dit is niet altijd het geval, maar hier is het waar onze expertise van meer dan een decennium binnen dit segment een toegevoegde waarde levert. Ons universum is uiteraard niet statisch. Aandelenmarkten bewegen (het gemiddelde marktrendement wijzigt), bedrijven verhogen of verlagen hun dividenden enzovoort. Eén ding staat echter als een paal boven water, de financiële crisis heeft ons dividenduniversum grondig door mekaar geschud. De financiële sector was de belangrijkste hoeksteen voor dividendbeleggers voor de crisis. Voor het Lehmandebacle in alle hevigheid uitbrak, ASSET ALLOCATIE vertegenwoordigde de bankensector in de eurozone zowat 24% van alle dividenden die in de eurozone werden betaald aan de aandeelhouders. De crisis veranderde dit volledig. Banken kregen kapitaalproblemen en hadden elke eurocent nodig om hun gehavende kapitaalpositie terug op te bouwen. Vandaag, vijf jaar na het omvallen van de Amerikaanse investeringsbank, hebben sommige banken het nog steeds moeilijk om hun aandeelhouders een dividendrendement in cash te betalen terwijl ze het broodnodige kapitaal verder aan het opbouwen zijn. Momenteel zijn zowat alle economische sectoren vertegenwoordigd in ons universum dat het startpunt is voor onze fundamentele analyse. Het zou echter te eenvoudig zijn om enkel te kiezen voor de hoogste rendementen in de markt en op basis hiervan een portefeuille samen te stellen. De uitdaging van deze redenering is om de zogenaamde ‘value traps’ te onderscheiden van de interessante investeringsopportuniteiten. Dit is net waar Petercam zijn toegevoegde waarde kan laten gelden en waar onze focus ligt. Dagelijkse contacten met het management van de bedrijven in onze portefeuille geven ons een goed beeld van hoe het bedrijfsmanagement kijkt naar het vergoeden van de aandeelhouders. Ligt hun focus op expansie en groei, is er een familiale of referentieaandeelhouder die zijn stempel drukt op de vergoeding van de aandeelhouders, hoe gaat het management om met al dan niet tijdelijke cashflowproblemen? Dit zijn maar enkele vragen die we tijdens onze contacten met de bedrijfsleiding beantwoord willen zien. Maar hier stopt het uiteraard niet. Onze zoektocht legt immers de nadruk op het vinden van aantrekkelijk gewaardeerde aandelen. Zelden zijn we bereid om een hoge prijs te betalen voor potentiële toekomstige groei. In dit proces maken we niet alleen gebruik van onze intern ontwikkelde dividendmodellen die we over de jaren heen hebben verfijnd, maar eveneens rekenen we op de input van onze analistenteams, zowel aan de aandelen- als kredietkant. Steeds blijft de focus naast het waarderingsaspect op continuïteit en de betaalbaarheid van het dividend en als het kan liefst een dat groeit in de toekomst. Dit brengt ons bij de huidige positionering van de portefeuille van onze dividendfondsen. In tegenstelling tot wat vele investeerders denken, hebben we niet enkel nutsbedrijven of farmaen telecombedrijven in onze portefeuille. We gaan er prat op om onze beleggers een gediversifieerde portefeuille aan te bieden die blootgesteld is aan zowat elke economische sector. De belangrijkste doelstelling blijft immers om een aandelenportefeuille op te bouwen met een lagere volatiliteit dan de bekende aandelenindexen. Noem het een defensieve aandelenportefeuille die beleggers laat profiteren van positieve markten, maar toch enige bescherming biedt in tijden van hogere volatiliteit. Dit alles met een dividendrendement dat hoger ligt dan het gemiddelde. Het huidige verwachte dividendrendement van de Europese portefeuille ligt immers op 4,6% terwijl het gemiddelde rendement van de Europese markt zich op 3,6% bevindt. Door te beleggen in een of meerdere Petercamdividendfondsen kunt u profiteren van de trends op de aandelenmarkten terwijl wij voor u de kwaliteit en het dividendrendement in de gaten houden. HORIZON | WINTER 2014 | 13 DE BEDRIJFSOBLIGATIEBEVEK PETERCAM L BONDS EUR QUALITY, HOEKSTEEN VAN EEN EVENWICHTIGE PORTEFEUILLE PETERCAM L BONDS EUR QUALITY IS EEN COMPARTIMENT VAN EEN COLLECTIEVE BELEGGINGSINSTELLING (CBI ) DIE BELEGT IN ROERENDE WAARDEN . DEZE CBI , PETERCAM L FUND, HEEFT DE VORM VAN EEN NAAMLOZE VENNOOTSCHAP MET VARIABEL KAPITAAL NAAR LUXEMBURGS RECHT. Het belegt hoofdzakelijk in obligaties in euro die zijn uitgegeven door ondernemingen met een ‘investment grade’ rating, wat overeenstemt met minstens BBB-/Baa3 volgens de schaal die wordt gehanteerd door de ratingagentschappen S&P en Moody’s. Petercam nv, de overkoepelende vennootschap van de groep Petercam, die actief is als vermogensbeheerder in België, is een van de verdelers van dit fonds. Eind oktober 2013 had de bevek Petercam L Bonds EUR Quality een bedrag van 678 miljoen euro onder beheer. Om een fonds objectief te bespreken, leek het ons interessant en origineel om uit te gaan van een klassieke SWOT (1) -analyse. STERKE PUNTEN Het dagelijkse beheer wordt verzorgd door een doorgewinterd team van specialisten in kredietanalyse van bedrijven, opvolging van risicofactoren in de portefeuille en in het dagelijks aansturen van de actieve investeringen binnen het fonds. In de wetenschap dat obligatiefondsen, over lange periodes (10, 20 jaar) maar liefst 90% van hun opbrengst puren uit couponinkomsten en amper 10% uit de aangroei van het kapitaal, is het uitermate belangrijk om in alle omstandigheden een gezonde diversificatie aan te houden. De selectie van de instrumenten gebeurt op basis van een dossier, waarin de beheerder niet enkel het financiële profiel analyseert maar ook de positieve en negatieve elementen van het activiteitsprofiel (de commerciële slagkracht). De beheerder stelt dagelijks de vraag “Wat kan er fout gaan?” in plaats van de vraag “Waar kunnen we nog snel een extra euro winnen?” ZWAKKE PUNTEN Het zwakke punt is voor sommige beleggers een sterk punt. Beleggers kunnen dagelijks het fonds kopen of verkopen. Wanneer investeerders op het zelfde moment besluiten om te verkopen, ziet de beheerder zich genoodzaakt om op minder gunstige momenten obligaties te verkopen. Die momenten worden meestal ook gekenmerkt door veel stress en onzekerheid, die vaak eerder koop- dan verkoopsignalen zijn. BEDREIGINGEN Onze informatiemaatschappij houdt het gevaar in dat ze ons opzadelt met een stortvloed aan inzichten. Binnen de financiële sector voelt menig waarnemer zich genoodzaakt om een oordeel te vellen over waarderingen van financiële activa. Deze trend kan zorgen voor een verhoogde volatiliteit in de groeiende activaklasse van Europese bedrijfsobligaties. Ook zijn beleggers de voorbije drie jaar omwille van het grote succes van bedrijfsobligaties met een gemiddelde jaarlijkse opbrengst van meer dan +5% over die periode, obligatiefondsen beginnen te beschouwen als vehikels die voor een sterke toename van het kapitaal kunnen zorgen. Deze verwachting strookt niet met de werkelijkheid. Dat betekent dat te hoge verwachtingen kunnen leiden tot teleurstelling. Teleurstelling is geen goede leidraad bij het nemen van beslissingen, realisme is dat wel. De realiteit is dat de kortetermijnrentes de komende jaren laag zullen blijven en dat de rente op langlopende overheidsobligaties niet of nauwelijks kan opwegen tegen een inflatiedruk op lange termijn. Bij (1) De term SWOT die wordt gebruikt in de uitdrukking SWOT-analyse of SWOT-matrix is een letterwoord dat is afgeleid van het Engels en staat voor Strengths (sterke punten), Weaknesses (zwakke punten), Opportunities (kansen), Threats (bedreigingen). 14 ASSET ALLOCATIE bedrijfsobligaties lukt dat beter. Vandaar dat deze bedreiging beter wordt gedefinieerd als een opportuniteit. KANSEN Het afgelopen jaar heeft de beheerder een overweging toegekend aan obligaties van bedrijven met een sterke solvabiliteit en heeft hij in grote mate (via onderwegingen) obligaties uit de perifere Europese landen vermeden. Het beleggingsuniversum van het fonds biedt slechts een beperkt aanbod aangezien de ondernemingen door de bank genomen over gezonde balansen beschikken. Aangezien beleggers over het algemeen eerder kiezen voor de transparantie en het schuldenprofiel van bedrijfsobligaties dan voor staatsobligaties, kan dit nog de risicopremie van het schuldpapier verkleinen en op die manier de aangroei van het kapitaal van de belegger ondersteunen. Tot slot zal het gebruik van het Petercam L Bonds EUR Quality fonds als fundering en hoeksteen bij de constructie van een evenwichtige portefeuille (2), ervoor zorgen dat de inkomsten (coupons) de inventariswaarde (3) mettertijd zullen doen stijgen. Iedereen binnen het beheerteam waakt over en draagt dagelijks bij tot het consistent uitvoeren van onze actieve investeringsbenadering. We nodigen u uit om onze maandelijkse commentaren te lezen waarin in alle transparantie de positionering van het fonds in goede en slechte dagen wordt besproken. Commissielonen en niet-recurrente kosten ten laste van de belegger & minimale investering Instapkosten Uitstapkosten Max. 3% - 0,001 deelbewijs Niet van toepassing Lancering Minimale investering 1% (Max. 1.500 EUR) indien kapitalisatiedeelbewijzen Beurstaks Belgische roerende voorheffing (op meerwaarde of dividend) 25% De lezer wordt uitgenodigd om het prospectus te lezen, en daarnaast ook de essentiële beleggersinformatie (KIID) en de tussentijdse rapporten van de sicav (jaarverslag, en desgevallend ook het halfjaarverslag) en zich te laten adviseren door specialisten met de nodige competenties vooraleer in dit product te beleggen. Een kopie van deze documenten kan kosteloos worden bekomen via eenvoudige aanvraag, gericht aan de maatschappelijke zetel van de bevek (Allée Scheffer 5, L-2520 Luxembourg, Groothertogdom Luxemburg) of aan Petercam nv (Sint Goedeleplein 19, B-1000 Brussel, België), de verdeler en financiële dienstverlener van deze sicav in België. Deze documenten (die zijn opgesteld in het Frans, Nederlands, Engels, Duits, Italiaans en Spaans) en meer informatie over het product (met daarbij ook de netto inventariswaarde van het compartiment en de recurrente kosten ten laste van het compartiment) zijn overigens ook beschikbaar op de fondsenwebsite van Petercam: funds.petercam.com (onder ‘Publicaties’, ‘Wettelijke/fiscale informatie’ en ‘Kosten & Codes’). De NIW van de compartimenten is eveneens beschikbaar op de site van BeAMA : http://permafiles.beama.be/NAVpub_fr.pdf. (2) Waarschuwing: Dit artikel houdt geen beleggingsadvies in. Het houdt geen rekening met het profiel, de financiële situatie, de ervaring, en de kennis van de belegger, noch met zijn of haar specifieke beleggingsdoelstellingen. (3) Waarschuwing: Aangezien elke belegging van nature risico’s inhoudt, staat het rendement van dit product niet vast. De inkomsten (coupons) zijn in geen geval gewaarborgd. Ze kunnen schommelen en de netto inventariswaarde zowel doen stijgen als doen dalen. HORIZON | WINTER 2014 | 15 DUURZAAMHEIDSANALYSE VAN LANDEN BIEDT ECHTE TOEGEVOEGDE WAARDE IN MAART 2013 ZORGDE PETERCAM VOOR EEN INNOVATIE MET DE LANCERING VAN EEN BELEGGINGS STRATEGIE VOOR SCHULDPAPIER VAN DE GROEILANDEN WAARBIJ OOK EEN FILTER WORDT GEHANTEERD DIE KIJKT NAAR DE DUURZAAMHEID VAN DE LANDEN . STRATEGIEËN ROND STAATSOBLIGATIES VAN DE GROEILANDEN REZEN MIDDEN 2012 NOG ALS PADDENSTOELEN UIT DE GROND, MAAR GEZIEN DE DRUK VAN DE ZOEKTOCHT NAAR RENDEMENT VANWEGE DE BELEGGERS, WAREN ER BEGIN 2013 HEEL WEINIG DIE BIJ HET BEGIN VAN HET BELEGGINGSPROCES GEBRUIK MAAKTEN VAN EEN FILTER DIE KIJKT NAAR DE DUURZAAMHEID VAN DE LANDEN . Nochtans zijn duurzaamheid en verantwoord beleggen – waar zowel de beleggers als Petercam in toenemende mate mee bezig zijn – niet onverenigbaar met de zoektocht naar rendement of met de groeilanden. Integendeel zelfs! De duurzaamheidsanalyse van een land biedt echte toegevoegde waarde om alle uitdagingen te begrijpen waarmee het betrokken land wordt geconfronteerd en om de rechtstreekse en onrechtstreekse impact te begrijpen van die uitdagingen op de capaciteit van het land om zijn schulden terug te betalen. Regelmatig worden de noties ‘duurzaamheid’ (sustainability) en ‘verantwoord beleggen’ geassocieerd met een begrip als ‘ethisch beleggen’ of zelfs met bepaalde religieuze of culturele lidmaatschappen. Dat is echter een reliek die nog stamt uit de prille begintijd van de maatschappelijk verantwoorde fondsen. De mythes die soms nog bestaan rond duurzaam en verantwoord beleggen, mogen dus wel eens doorprikt worden! Het belang van de duurzaamheidsanalyse, die rekening houdt met de drie belangrijke pijlers – milieu, sociale aspecten en governance of deugdelijk bestuur, ook bekend als ESG –, gaat veel verder dan de notie ‘ethisch beleggen’. Deze analyse vult immers de traditionele financiële analyses aan door met 16 name te focussen op de uitdagingen op middellange en lange termijn, die niet noodzakelijk in rekening worden gebracht door de kredietrating op korte termijn die wordt toegekend door de ratingagentschappen. Vanuit onze ervaring rond de duurzaamheidsanalyse van de lidstaten van de OESO, die door Petercam in 2007 werd opgestart, ontwikkelden we ook een duurzaamheidsmodel voor de groeilanden. Aangezien er geen universele definitie bestaat rond de duurzaamheid van een land, is ons model gebaseerd op vijf essentiële pijlers: • Transparantie en democratische waarden, • Opvoeding; • Milieu; • Bevolking, gezondheidszorg en verdeling van de rijkdom; • Economie. Deze vijf pijlers leggen de nadruk op sleutelelementen die een beslissende economische en financiële impact kunnen hebben op een land en die dus de prestaties ervan op lange termijn kunnen beïnvloeden en a fortiori ook de solvabiliteit van het land. Vanuit de permanente zorg om doortastend en efficiënt te werken en het model aan te passen aan het type van de markt heeft Petercam enerzijds het onderzochte universum uitgebreid en anderzijds ook het model verder verfijnd. 1. UITBREIDING VAN HET GEANALYSEERDE UNIVERSUM : 12 NIEUWE LANDEN Twaalf nieuwe landen werden in het universum opgenomen om op die manier de nieuwe marktkansen op de markt van de staatsobligaties (munten en schuldpapier) te weerspiegelen. Het gaat om Aruba, Bolivia, Congo (Brazzaville), Malawi, Mozambique, Paraguay, Rwanda, Zuid-Soedan, Togo, Oeganda en Zimbabwe. Aangezien Petercam ook een duurzaamheidsanalyse maakt van de 34 lidstaten van de OESO en van 84 groeilanden, kan het met recht en reden zeggen dat het om een wereldwijde duurzaamheidsanalyse gaat van landen die schuldpapier uitgeven. 2. THOMAS BAULER (ULB) EN IVES HUP (PETERCAM): NIEUWE EXPERTS VAN DE WETENSCHAPPELIJKE RAAD Met een dergelijke diversiteit van de profielen van de gevolgde landen, was het aangewezen om de kennis en expertise te verruimen van onze wetenschappelijke raad die zich buigt over de duurzaamheid van ‘landen’ (FISAB - Fixed Income SRI Advisory Board), en die VERANTWOORD BELEGGEN verantwoordelijk is voor de samenstelling van het duurzaamheidsmodel. Thomas Bauler, houder van de leerstoel ‘Environnement & Economie’ aan de Université Libre de Bruxelles (ULB) is gespecialiseerd in economie en in ecologische governance in het milieubeleid. Hij is eveneens lid van de Société Européenne pour les Economies Ecologiques. Ives Hup, die bij Petercam verantwoordelijk is voor de ontwikkeling van de Franse en Italiaanse institutionele markten, is een actief lid van het Forum d’Investissement Responsable (FIR) in Frankrijk en beschikt over een aanzienlijke ervaring in en belangstelling voor deze materie. 3. VERFIJNING VAN HET MODEL In de analyse van het universum van de groeilanden werden ook twee belangrijke criteria rond mogelijke onstabiliteit van een land toegevoegd: de armoedegraad en de globale hongerindex. Bovendien werd de verdeling van de gewichten die aan een land worden toegekend herzien om beter rekening te houden met cruciale factoren zoals het veiligheidsklimaat van een land en de vooruitgangsdynamiek waarvan het land de jongste drie jaar blijk heeft gegeven. 4. DE DUURZAAMHEID VAN EEN LAND : EEN OEFENING DIE VOOR TOEGEVOEGDE WAARDE ZORGT Een duidelijke en volledige analyse van de duurzaamheid van een land biedt bovenop de ideologische waarde die daar ongetwijfeld mee gepaard gaat ook echte toegevoegde waarde bij de opbouw van een beleggingsportefeuille. Het komt er immers op neer dat risico’s en kansen van een land op die manier volledig in kaart worden gebracht. Hoewel de strategie om te beleggen in zogenaamd ‘duurzaam’ schuldpapier uit de groeilanden nog heel jong is – ze werd gelanceerd in maart 2013 – heeft ze al een belangrijke deviezencrisis in de groeilanden meegemaakt en is ze geconfronteerd met een sterke volatiliteit. Nadat Fed-voorzitter Ben Bernanke in mei immers aankondigde dat de Fed mogelijk geleidelijk het van kracht zijnde stimulerende monetaire beleid zou afbouwen en nadat in China teleurstellende macroeconomische cijfers waren gepubliceerd die wezen op een vertraging van de groei, begon de Amerikaanse rente fors te stijgen. Dat verhoogde sterk de risicopremie op de deviezen uit de groeilanden, eerst die uit Latijns-Amerika en vervolgens ook die uit Azië. De performance van de referentie-index JP Morgan voor staatsobligaties in lokale munten toont duidelijk deze forse correctie die rond midden mei begon. Maar dankzij een duurzaamheidsrangschikking die voornamelijk werd aangevoerd door landen uit Centraal-Europa zoals Polen, Hongarije en Roemenië, kon onze belegde portefeuille rekenen op een bron van grotere stabiliteit om deze bewogen periode zo goed mogelijk door te komen. In tegenstelling tot typische referentie-indexen zoals de JP Morganindex, kent onze portefeuille inderdaad een groter gewicht toe aan Centraal-Europa dan aan Latijns-Amerika en Azië. Bovendien zorgt de duurzaamheidsrangschikking ervoor dat ook beleggingen worden overwogen in landen die traditioneel wat minder worden gevolgd. De duurzaamheidsfilter die bij het begin van het beleggingsproces wordt toegepast, heeft dus in zekere mate bescherming geboden aan de portefeuille, die daardoor meer gewicht toekende aan minder volatiele en stabielere landen. VALUTACRISIS IN GROEILANDEN : VOORBEELD DALING VAN DE OVERHEIDSOBLIGATIES GROEILANDEN VOOR DE EUROPESE BELEGGER BETERE PRESTATIE VAN DE POOLSE OVERHEIDSOBLIGATIEMARKT TEGENOVER DE ZUID AFRIKAANSEMARKT: BESTE BELEGGING VAN DE JONGSTE 12 MAANDEN VOOR DE EUROPESE BELEGGER Polen Zuid-Afrika Petercam mag er vandaag prat op gaan op het vlak van de extrafinanciële research, alle landen te coveren die voor de belegger toegankelijk zijn. Dat is een bijzonder sterk argument dat pleit voor een beheerstijl die gebaseerd is op overtuigingen die voortvloeien uit de zoektocht naar een consistente performance. Een volledig beeld hebben van de risico’s die aan een land verbonden zijn en van de kansen die het biedt, is immers een doorslaggevende informatiebron om te oordelen over de beleggingskansen in zowel bedrijven die in deze landen actief zijn als in de betrokken landen zelf. Kortom, het is een uitstekende graadmeter om de opportuniteit van een financiële belegging af te wegen. HORIZON | WINTER 2014 | 17 BELGISCH BELASTINGREGIME VOOR BUITENLANDSE ONROERENDE GOEDEREN BELGEN , ZO WORDT WEL EENS GEZEGD, HEBBEN EEN BAKSTEEN IN HUN MAAG . VAN ZODRA ZIJ ERTOE IN STAAT ZIJN , KOPEN OF BOUWEN ZE APPARTEMENTEN OF HUIZEN . DEZE PASSIE VOOR ONROEREND GOED STOPT NIET PLOTS AAN DE LANDSGRENZEN , MAAR GELDT OOK VOOR ONROEREND GOED IN HET BUITENLAND. DE ONDERLIGGENDE REDENEN ZIJN DAN WEL DIKWIJLS VERSCHILLEND, WANT VAAK HANGT EEN AANKOOP IN HET BUITENLAND NIET SAMEN MET DE WENS OM DAAR MET HET GEZIN TE GAAN WONEN OF OM ER TE INVESTEREN . DOORGAANS WIL MEN GEWOON EEN LEUKE TWEEDE VERBLIJFPLAATS. Wat zijn nu de fiscale gevolgen in België van een dergelijke aankoop in het buitenland? We bespreken achtereenvolgens de personenbelasting en de successierechten. PERSONENBELASTING Elke belastingplichtige die in België verblijft wordt belast op zijn volledige Belgische en buitenlandse inkomen. Inkomsten uit onroerend goed vormen geen uitzondering op deze regel. Ook buitenlandse werkelijke of fictieve (bijvoorbeeld het kadastrale inkomen) inkomsten uit onroerend goed moeten worden aangegeven en kunnen worden belast in België. Het probleem is dat ook de buitenlandse fiscus diezelfde inkomsten uit onroerend goed aan belasting zal onderwerpen. Inkomsten uit onroerend goed zijn immers bijna steeds belastbaar in het land waarin het gebouw zich bevindt. Inkomsten uit eenzelfde onroerend goed zouden dus twee keer belast kunnen worden: een keer in het land waarin het goed zich bevindt en nog eens in het land waar de eigenaar ervan woont. Daarom trachten de internationale verdragen die België heeft afgesloten deze dubbele belasting te vermijden. Het principe hiervan is vrij eenvoudig: (werkelijke of fictieve) inkomsten uit onroerend goed in het buitenland zijn enkel belastbaar in het land waarin het 18 goed gelegen is, maar België kan rekening houden met deze belastbare inkomsten om het belastingtarief te bepalen dat van toepassing is op de door de belastingplichtige verkregen inkomsten van Belgische oorsprong. Een voorbeeld maakt dit mechanisme duidelijk. Stel dat een belastingplichtige in België woont en eigenaar is van een huis in het zuiden van Frankrijk dat hij voor privédoeleinden gebruikt. Deze belastingplichtige ontvangt jaarlijks een belastbaar inkomen van 100.000 € in België. De Franse huurwaarde van de woning (te vergelijken met ons kadastrale inkomen) bedraagt 10.000 €. In Frankrijk moet de belastingplichtige de plaatselijke belasting (taxe d'habitation) en de onroerendgoedbelasting van, bijvoorbeeld 2.500 €, vereffenen. Deze belastingplichtige moet dan in België de 100.000 € van het Belgisch inkomen en de Franse inkomsten uit onroerend goed, verminderd met de Franse belasting , d.w.z. 7.500 €, aangeven. In België moet hij dus voor 107.500 € aan inkomsten aangeven waarop de Belgische administratie een gemiddeld belastingtarief berekent. Veronderstellen wij nu dat dit tarief 45% bedraagt, dan wordt dit gemiddelde tarief van 45% toegepast op de belastbare inkomsten uit Belgische bron, d.w.z. de vergoeding van 100.000 €, en de Franse inkomsten uit onroerend goed worden niet belast in België. Als de belastingplichtige in het buitenland geen inkomsten uit onroerend goed had, was het gemiddelde belastingtarief misschien maar 44,5% geweest. Het effect ervan is dus dikwijls maar erg klein. Dubbele belasting van buitenlandse inkomsten uit onroerend goed wordt dus bijna volledig vermeden, onder voorbehoud van het hiervoor aangegeven progressieve belastingtarief. Let wel dat het hierboven beschreven stelsel enkel geldt voor onroerende goederen in landen waarmee België een internationaal verdrag ter voorkoming van dubbele belasting heeft afgesloten (België heeft een honderdtal van dergelijke verdragen). Als een belastingplichtige die in België woont onroerend bezit in een land zonder verdrag (bijvoorbeeld in Marokko), moet hij zich in België aan een belasting van 50% verwachten van de buitenlandse (werkelijke of fictieve) inkomsten. Voor de meerwaarde die bij de verkoop van het gebouw wordt gerealiseerd geldt hetzelfde principe. Het land waarin het gebouw zich bevindt zal de meerwaarde belasten terwijl de woonstaat van de verkoper deze vervolgens vrijstelt onder voorbehoud van een progressief belastingtarief. Onder gerealiseerde meerwaarde wordt doorgaans het verschil tussen de verkoop- en aankoopprijs verstaan. In België moet de meerwaarde echter niet meer worden opgenomen in de aangifte van de ESTATE PLANNING personenbelasting. In België moeten slechts de meerwaarden aangegeven worden die, onder bepaalde voorwaarden ,worden behaald op gebouwen gelegen in België. Er bestaat maar één uitzondering: meerwaarden behaald uit een speculatieve transactie. Het is dus zaak om te weten of de meerwaarden al dan niet belastbaar zijn in het land waar het onroerend goed gelegen is. Hierna vindt u voor een aantal landen een overzicht van de belasting op meerwaarden op dit ogenblik. SUCCESSIERECHTEN Hier speelt een identieke problematiek, maar de oplossing is anders. Successierechten zijn verschuldigd op het gehele vermogen van een "decujus" (overledene) die zijn laatste woonplaats in België had. Buitenlandse onroerende goederen zijn dus in België onderworpen aan successierechten. Maar zij zijn eveneens onderworpen aan successierechten in de staat waarin zij zich bevinden: dit is een algemene regel, net zoals voor inkomsten uit onroerend goed. verschuldigd in dit kanton en geldt er dus natuurlijk geen belastingkrediet in België. De Belgische successierechten zijn dan volledig van toepassing op de waarde van het onroerend goed in Wallis. schenker binnen de drie jaar na de schenking dus niet onderworpen aan de Belgische successierechten. Het is dus belangrijk om de overdracht van het onroerend goed in het buitenland goed te plannen. De eigenaar kan de volle of blote eigendom van het buitenlandse onroerend goed reeds aan zijn erfgenamen schenken. Deze schenking is onderworpen aan de plaatselijke formaliteiten en aan de belasting van het betrokken land. Doorgaans zal bovendien de tussenkomst van een buitenlandse notaris vereist zijn. Het is belangrijk om de Belgische fiscale verplichtingen correct na te leven die gelden voor onroerende goederen in het buitenland , want het is niet langer mogelijk om "in te zetten" op een Belgische fiscus die te weinig informatie bezit. Begin september werd in het Belgisch Staatsblad immers de wet gepubliceerd betreffende een Europese richtlijn die de administratieve samenwerking binnen Europa op het gebied van de belastingen organiseert. Op een schenking van onroerend goed in het buitenland wordt in België geen belasting geheven . In ons land moet de schenking niet worden geregistreerd en, voor schenkingen van buitenlandse onroerende goederen is er bovendien geen overlevingstermijn van drie jaar van toepassing. De schenking van een onroerend goed verleden voor een buitenlandse notaris is bij overlijden van de EUROPESE RICHTLIJN Deze richtlijn bepaalt dat informatie over vijf soorten inkomsten en/of goederen, waaronder onroerende goederen en inkomsten uit onroerend goed, automatisch wordt uitgewisseld. Deze uitwisseling van gegevens wordt in de richtlijn met grote soepelheid georganiseerd. De correcte aangifte van onroerend inkomen is dus belangrijker dan ooit. De dubbele belasting zal evenwel niet zo radicaal kunnen worden weggewerkt als hiervoor. De successierechten worden ook ingevorderd in het buitenland en toch moet de waarde van het buitenlandse onroerend goed worden opgenomen in de aangifte van nalatenschap in België, maar voor zover de Belgische successierechten betrekking hebben op de buitenlandse onroerende goederen worden deze verminderd met de belasting die werd ingehouden in het land waarin het goed zich bevindt. België verleent dus specifiek een belastingkrediet voor de buitenlandse successierechten. Dit mechanisme leidt ertoe dat op het onroerend goed in het buitenland altijd eenzelfde bedrag aan Belgische successierechten zal worden geïnd. Nemen wij nu bijvoorbeeld een Belgische inwoner die een chalet heeft in het kanton Wallis in Zwitserland, dan zijn er in directe lijn geen successierechten HORIZON | HIVER 2014 | 19 BETROKKENHEID EN ACTIE VANUIT EEN VISIE OP PARTNERSCHAPPEN DIE MEN ‘ HUMANITAIRE ONDERNEMINGSZIN ’ ZOU KUNNEN NOEMEN , ONDERSTEUNT PETERCAM AL VELE JAREN TROUW VERSCHILLENDE LIEFDADIGHEIDSINSTELLINGEN . HET GAAT MET NAME OM INSTELLINGEN DIE RESPECT AFDWINGEN OMWILLE VAN HET ENGAGEMENT VAN HUN VRIJWILLIGERS, HET GOEDE DOEL WAARVOOR ZE ZICH INZETTEN OF DE DURF VAN HUN PROJECT. AAN DEZE STRIJDERS VAN HET HART BIEDT PETERCAM DUS DESGEWENST ADVIES ROND VERMOGENSBEHEER EN MEER ALGEMEEN OOK FINANCIËLE ONDERSTEUNING . INVESTEREN IN DE TOEKOMST VAN GEHANDICAPTE KINDEREN Wij dragen dan ook heel wat verenigingen een warm hart toe, maar in dit artikel willen we toch eens speciaal de vzw l’Essentiel voor het voetlicht brengen. Dat project is in het begin van de jaren 2000 opgestart door dokter Michel Anglebert, die als vader van een kind met een hersenletsel bezorgd was voor de toekomst op lange termijn van zijn kind. Hoe konden het welzijn, de ontwikkeling en het comfort van dat kind worden gegarandeerd op de dag dat zijn naasten niet meer kunnen, of er niet meer zouden zijn om zich om het kind te bekommeren? Het gaat 20 om een belangrijke vraag die ook tal van andere ouders met gehandicapte kinderen bezighoudt. Het is een eenvoudige en pertinente vraag die ook mecenassen bezig hield – onder wie wijlen baron Jean Peterbroeck die van bij het begin aandacht had voor dit project – evenals andere betrokkenen van verschillende oorsprong. Dankzij de steun van die mensen en na een lange zoektocht naar de ideale locatie, kon l’Essentiel uiteindelijk grond kopen om er een geschikte woonplaats op te bouwen voor deze kinderen. Om dit ambitieuze project tot een goed einde te brengen, kwam een echte solidariteitsketen op gang met de actieve steun van burgers, families, verenigingen en natuurlijk ook een aantal vrijwilligers en de overheid. Uiteindelijk kon het centrum in februari 2013 de deuren openen. Eigenlijk gaat het om een schitterend voorbeeld van doorzettingsvermogen en vasthoudendheid. Ongetwijfeld zal het als voorbeeld dienen voor anderen en uitgroeien tot dé referentie bij het bouwen van vergelijkbare centra elders in België. We zijn erg gelukkig dat we een bijdrage hebben kunnen leveren tot deze dynamiek, met name door een gift te doen, zoals we eerder hadden toegezegd in het kader van onze enquête rond de waarden van Petercam. Voor elke ingevulde enquête deden we een gift. CHARITY INDIVIDUELE EN COLLECTIEVE INZET De individuele en collectieve inzet van de medewerkers van Petercam, getuigt eveneens van een vorm van engagement. Zo nodigen wij al verschillende jaren kinderen met diverse handicaps samen met hun ouders uit op een familiebijeenkomst. De laatste vond plaats in het dierenpark Planckendael. “Over bijdragen aan goede doelen, moet niet te veel lawaai worden gemaakt” wordt wel eens gezegd. Het is dan ook in alle bescheidenheid, maar toch met enige trots, dat wij toch eventjes deze voorbeelden wilden aanhalen. ONZE EXPERTISE DELEN Vanuit het besef dat ondernemingen ook hun maatschappelijke verantwoordelijkheid moeten opnemen en in lijn met haar dienstverlening op het gebied van vermogensplanning, schenkt Petercam bijzondere aandacht aan sociale kwesties in de brede betekenis van het woord en aan specifieke vraagstukken zoals die van de kinderen ten laste die na de dood van hun ouders niet in staat zullen zijn om hun patrimonium te beheren of zoals die van families die worden geconfronteerd met het steeds vaker voorkomende probleem van dementie. Petercam stelt niet alleen alles in het werk om voor elk concreet geval de juiste oplossingen te vinden, maar werkt ook mee aan het opstellen van een beter wettelijk kader en een grotere juridische veiligheid rond de vermogensplanning van deze doelgroepen. Als vermogensbeheerder ziet Petercam voornamelijk drie redenen om zich over de problematiek van de dementie te buigen: 1. Mensen die lijden aan dementie worden vaak het slachtoffer van misbruiken. Ze hebben dan ook nood aan speciale bescherming, niet alleen voor zichzelf als persoon, maar ook voor hun patrimonium. Petercam wil de aandacht vestigen op bepaalde nuttige preventieve maatregelen die door vermogensbeheerders of notarissen genomen zouden kunnen worden. 2. Als een van de belangrijkste vermogensbeheerders van België wil Petercam de aandacht vestigen op de eenmaking van de statuten ter bescherming van de onbekwame meerderjarigen die tot stand kwam door de nieuwe wet van 17 maart 2013. Deze wet biedt bijkomende kansen en vooral betere extralegale oplossingen (zoals het geregistreerde mandaat) om zonder verwijl deze bescherming te organiseren. 3. Voor mensen die al in een vergevorderde staat van dementie zijn, stelt zich de vraag of een schenking of het opstellen van een testament nog kunnen worden overwogen. Notarissen en vrederechters hebben uiteenlopende meningen over deze kwestie. Zo zijn sommigen van mening dat schenkingen niet meer mogelijk zijn. Ook Petercam heeft een mening over dit thema en verwijst naar de wet van 17 maart 2013 die een grotere juridische veiligheid garandeert en die nieuwe kansen biedt op het gebied van schenkingen. In het gezelschap van mensen die met deze problematiek te maken krijgen, nemen we deel aan heel wat conferenties en informatiesessies. Daardoor maken we ons sterk dat onze expertise ertoe bijdraagt om een positief antwoord te bieden op deze belangrijke uitdaging voor de maatschappij. In dezelfde geest ondersteunen we ook actief de stichting-Alzheimer en de vzw Baluchon. Geachte heer Van Campenhout, Via deze brief wil ik u graag bedanken voor de solidariteit waarvan Petercam blijk geeft ten aanzien van onze vzw l’Essentiel . Wij zijn u bijzonder erkentelijk voor uw gift, die bestaat uit een bedrag per ingevulde vragenlijst bij uw recente enquête. Op die manier levert u een substantiële bijdrage tot de zelfontplooiing van de vol wassenen met een beperking die bij ons verblijven . Wij waren ook erg onder de indruk van het warme onthaal van uw medewerkers ter gelegenheid van uw ‘Family Day’ in Planckendael . Ze toonden een oprechte en warme belangstelling voor onze bewoners en dat getuigt van het grote belang dat Petercam hecht aan familiale waarden . Bij de oprichting van onze vzw in het begin van de jaren 2000 waren wij ook al diep geraakt door de bijzonder warmhartige aanmoedigingen van Jean Peterbroeck. Wij zijn bijzonder verheugd te kunnen vaststellen dat Petercam initiatieven blijft nemen die aansluiten bij deze traditie van oprechte hulp en solidariteit. In naam van alle bewoners wil ik daarom welgemeend en van harte d ‘ ank u’ zeggen! Hartelijke groeten , Michel Stuckens Gedelegeerd bestuurder L’Essentiel , vzw Chaussée de Louvain 563 1380 Lasne HORIZON | WINTER 2014 | 21 www.petercam.com DE BESTE MANIER OM UW VERMOGEN TE BESCHERMEN IS ERVOOR ZORGEN DAT HET GROEIT. Ontnuchterd door de opeenvolgende crisissen hebben veel spaarders en beleggers de financiële markten vaarwel gezegd. Ontgoocheld en afkerig van elk risico heroriënteerden ze massaal hun vermogen naar beleggingen met een label "100% veilig". Helaas kennen inflatie en daar bovenop de vele fiscale maatregelen geen genade voor deze vorm van beleggingen. Al biedt de actuele periode iets betere vooruitzichten, toch denken wij bij Petercam dat deze kapitaalerosie door inflatie en fiscaliteit onomkeerbaar is. Daarom is het belangrijk dat uw vermogen aangroeit, en enkel een actief beheer kan het efficiënt beschermen. Dat is onze diepste overtuiging als beheerder van uw vermogen. Wilt u ontdekken wat Petercam voor uw vermogen kan doen? Raadpleeg www.petercam.com of bel ons rechtstreeks 02/229 64 50. PRIVATE BANKING BEHEER & VERMOGENSBEGELEIDING TRANSPARANT EN EENVOUDIG UW PORTEFEUILLE RAADPLEGEN AFSPRAAK OP MY.PETERCAM.BE Als belegger is het niet alleen belangrijk dat u over de juiste informatie beschikt, maar u dient die ook op het juiste moment te ontvangen. Vanuit die optiek hebben wij de onlinemodule “My Petercam” ontwikkeld. Deze dienst – die volledig gratis is – biedt u in real time zeer kostbare informatie. • De stand van uw rekening(en) • De samenstelling van uw portefeuille • Het chronologische overzicht van alle verrichtingen en geldbewegingen (stortingen en afhalingen) op uw rekening(en) • Een analyse van de historische gegevens van uw portefeuille Bovendien kunt u met My Petercam gemakkelijk alle documenten in pdf-formaat downloaden die verband houden met uw rekening(en). Als u het wenst, kunt u, opteren voor een verwittigingsmail telkens er nieuwe documenten beschikbaar zijn. Deze elektronische communicatie heeft dezelfde juridische waarde als een zending met de post. Bovendien bepaalt u zelf waar en wanneer u de informatie raadpleegt. Met My Petercam draagt u bij tot onze ”paperless” strategie, waarbij Petercam duurzame communicatie verkiest via mail en internet, en niet via papier. U begrijpt dan ook ongetwijfeld dat My Petercam een gebruiksvriendelijk en ecologisch instrument is dat een perfecte aanvulling vormt op uw persoonlijke relatie met uw beheerder. Graag moedigen wij u aan om de voordelen van My Petercam te ontdekken. U kan zeer snel deze module verkrijgen door dit document in te vullen en terug te sturen naar [email protected]. Bij vragen kan u contact opnemen met uw beheerder of met één van onze gespecialiseerde medewerkers via het gratis telefoonnummer 0800/20 211 vanuit België en via het telefoonnummer +32 (0)2 229 64 20 vanuit het buitenland. CONTACT VERMOGENSBEHEER Fritz Mertens, Vennoot 02/229 65 38 GENT Geoffroy d’Aspremont, Vennoot 02/229 65 38 Kurt Vanwetter, Directeur 09/269 25 00 Philippe de Broqueville, Vennoot 02/229 63 53 Kristof Agache, Directeur Beheer 09/269 25 00 Pascal Minne, Vennoot 02/229 66 51 Pieter Vander Stichele 09/269 25 00 Lode De Vrieze, Bestuurder 02/229 64 55 Kenneth Vanhecke 09/269 25 00 Geoffroy Vermeire, Bestuurder 03/248 16 19 Jean-Marc Van Huffel 09/269 25 00 ANTWERPEN HASSELT Geoffroy Vermeire, Bestuurder 03/248 16 19 Patrick Vande Kerckhove, Directeur 011/29 11 00 Filip Verstreken, Directeur Beheer 03/248 16 19 Jos Verhaeg 011/29 11 00 Johan Segers 03/248 16 19 Patrick Van Roosbroeck 011/29 11 00 Nele Stevens 03/248 16 19 David Missotten 011/29 11 00 Amaury Steyaert 03/248 16 19 Patrick Van Roosbroeck 03/248 16 19 KNOKKE Kenneth Vanhecke 03/248 16 19 Kurt Vanwetter, Directeur 050/61 93 50 Johan Lamote 050/61 93 50 Salina Plasschaert 050/61 93 50 Jean-Marc Van Huffel 050/61 93 50 ANTWERPEN DUTCH DESK Ludo Franse 03/248 16 19 BRUSSEL 24 LUIK Karin Ickx, Directeur Zetel Brussel 02/229 64 52 Raphaël de Stexhe, Directeur 04/230 51 70 Benoît t’Kint, Directeur Zetel Brussel 02/229 66 36 Laurent Dekempener 04/230 51 70 Marc van de Werve, Directeur etel Brussel 02/229 66 32 Didier Silberstein 04/230 51 70 Vincent Lahy, Directeur Zetel Brussel 02/229 63 26 Isabelle Beauvois 02/229 66 00 LEUVEN Marie-Frédérique Boursoit 02/229 62 78 Dirk Van Craesbeek, Directeur 016/24 29 50 Marc Dhondt 02/229 64 53 Sandra Francken 016/24 29 50 Emmanuel Dutrieux 02/229 62 92 Stijn Leysen 016/24 29 50 Hubert Greindl 02/229 64 30 Diane Lejeune 02/229 65 67 ROESELARE Thierry Lemoine 02/229 65 12 Frederik Cosyns, Directeur 051/25 90 30 James Maus de Rolley 02/229 64 32 Anthony Favril 051/25 90 30 Caroline Piers 02/229 66 49 Johan Lamote 051/25 90 30 Anna Pigott 02/229 66 50 Marie-Christine Vandeleene 051/25 90 30 Yolande Van Bunnen 02/229 64 51 Serge Van Ingelgem 02/229 64 54 WAVER Thierry Vleurinck 02/229 63 83 Grégory Michiels, Directeur 010/23 22 60 Pierre de Ville de Goyet 010/23 22 60 Arno d’Ursel 010/23 22 60 CONTACT INVESTMENT DESK Vincent Coppée 02/229 65 82 Laure-Anne Heylen 02/229 65 68 ADVIES Philippe de Broqueville, Vennoot 02/229 63 53 Alain Berckmans 02/229 62 36 Louis de Laminne 02/229 66 19 Delphine Delhez 02/229 63 13 Concepcion Moreno 02/229 64 31 GEVOLMACHTIGDE AGENTEN Evelyne Arnould 02/229 62 30 Mario De Brie 03/658 60 60 Geoffroy del Marmol 02/772 66 10 Jean-Yves Lepas 069/87 57 00 ESTATE PLANNING Pascal Minne, Vennoot 02/229 66 51 Dirk Coveliers 02/229 65 83 Charles Kesteloot 02/229 66 73 Minke De Smet 02/229 64 88 Christian Hannot 02/229 66 62 Laurence Joseph 02/229 64 77 Geneviève Otjacques 02/229 64 99 Annelies Van Gronsveld 02/229 64 98 Anne Verbruggen 02/229 63 99 LE COMPTOIR FRANÇAIS Bertrand Marot, Bestuurder 02/229 62 23 Jérémy Gackiere 02/229 62 24 HORIZON | WINTER 2014 | 25 WWW. PETERCAM . COM . ONS CONTACTEREN BRUSSEL LUIK PETERCAM (LUXEMBOURG) SA Sint-Goedeleplein 19 Boulevard Frère Orban 25 Rue Pierre d’Aspelt, 1a 1000 Brussel 4000 Liège L-1142 Luxembourg Tel. : 02/229 64 50 Tel : 04/230 51 70 Tel : +352 45 18 58 1 [email protected] [email protected] [email protected] LEUVEN Ladeuzeplein 29 PETERCAM BANQUE PRIVÉE (SUISSE) SA 3000 Leuven Centre Swissair - CP 1119 Tel : 016/24 29 50 Route de l’Aéroport 31 [email protected] CH 1211 Genève 5 Echange ANTWERPEN Generaal Lemanstraat 67 2018 Antwerpen Tel : 03/248 16 19 [email protected] GENT Kouter 1 9000 Gent Tel : 09/269 25 00 [email protected] HASSELT Thonissenlaan 28 3500 Hasselt Tel : 011/29 11 00 [email protected] KNOKKE Dumortierlaan 8 8300 Knokke-Heist Tel : 050/61 93 50 [email protected] Tel : + 41 22 929 72 11 ROESELARE Accent Business Park Kwadestraat 157 bus 12 8800 Roeselare (Rumbeke) Tel : 051/25 90 30 [email protected] WAVER Avenue Einstein 16 1300 Wavre Tel : 010/23 22 60 [email protected] [email protected]