Hollands Bezit HJB 2015

advertisement
Robeco Hollands Bezit N.V.
Beleggingsmaatschappij met veranderlijk kapitaal naar Nederlands recht
KvK 24001553
Halfjaarbericht juni 2015
Inhoudsopgave
Algemene informatie
4
Kerncijfers per aandelenklasse
6
Verslag van de directie
Algemene inleiding
Beleggingsresultaat
Beleggingsbeleid
Sustainability investing
7
7
8
9
10
Halfjaarcijfers
Balans
Winst- en verliesrekening
Kasstroomoverzicht
Toelichtingen
Algemeen
Risico’s financiële instrumenten
Grondslagen voor waardering en bepaling van het resultaat
Toelichting op de balans
Toelichting op de winst- en verliesrekening
Spreiding van het vermogen
Effectenportefeuille
12
12
13
13
14
14
14
16
17
19
22
23
Overige gegevens
Bijzondere statutaire zeggenschapsrechten
Belangen van bestuurders
Accountant
24
24
24
24
Robeco Hollands Bezit N.V. 2
Robeco Hollands Bezit N.V.
(beleggingsmaatschappij met veranderlijk kapitaal, statutair gevestigd te Rotterdam, Nederland)
Contactgegevens
Mr. D.H. Cross (secretaris)
Coolsingel 120
Postbus 973
NL–3000 AZ Rotterdam
Tel. 010 - 224 1 224
Fax 010 - 411 5 288
Internet: www.robeco.com
Directie (tevens beheerder)
Robeco Institutional Asset Management B.V.
Directieleden:
Drs. L.M.T. Boeren
Drs. H.W.D.G. Borrie
Drs. H.A.A. Rademaker
Fondsmanagers
Drs. S.A. Bergakker
Drs. C. Vondenbusch
Fund agent en betaalkantoor
Rabobank International
Europalaan 44
3526 KS Utrecht
Bewaarder
Citibank International plc
Schiphol Boulevard 257
1118 BH te Schiphol
Accountant
KPMG Accountants N.V.
Rijnzathe 14
3454 PV De Meern
Robeco Hollands Bezit N.V. 3
Algemene informatie
Juridische aspecten
Robeco Hollands Bezit N.V. (het “fonds”) is een in Nederland gevestigde beleggingsmaatschappij met veranderlijk
kapitaal.
Aanpassing afwikkeling orders naar T+2
Met ingang van 14 april 2015 is de afwikkeling (settlement) van orders in alle aandelenklassen van het fonds aanpast
van 3 handelsdagen naar 2 handelsdagen.
Aandelenklassen
De gewone aandelen zijn verdeeld over twee series, welke beide zijn opengesteld. Een serie wordt steeds aangeduid als
een aandelenklasse. Deze series betreffen de volgende aandelenklassen:
Aandelenklasse A: Robeco Hollands Bezit
Aandelenklasse B: Robeco Hollands Bezit - EUR G.
In het wijzigingsbesluit Financiële Markten 2014 is bepaald dat het Nederlandse distributeurs van
beleggingsinstellingen alleen nog onder strenge voorwaarden is toegestaan provisies/distributievergoedingen te
ontvangen. In verband daarmee heeft het fonds een aandelenklasse geïntroduceerd met een lagere beheervergoeding
(zonder distributievergoeding), namelijk Robeco Hollands Bezit - EUR G. In de praktijk betekent dit dat er voor het fonds
zowel een aandelenklasse met als een aandelenklasse zonder distributievergoeding beschikbaar is.
Toerekening aandelenklassen
De administratie van het fonds is zo ingericht dat toerekening van resultaten aan de verschillende aandelenklassen op
dagbasis pro rato geschiedt. De plaatsingen en opnamen van eigen aandelen worden per aandelenklasse
geregistreerd. De verschillen tussen de diverse aandelenklassen komen tot uitdrukking in toelichtingen 8 tot en met 9
op de halfjaarcijfers.
Fiscale aspecten
Het fonds heeft op basis van artikel 28 van de Wet op de vennootschapsbelasting de status van een fiscale
beleggingsinstelling en is 0% vennootschapsbelasting verschuldigd, mits het fonds de voor uitkering vastgestelde winst
in de vorm van dividend aan de aandeelhouders uitkeert binnen acht maanden na afloop van het boekjaar en aan de
overige relevante voorschriften wordt voldaan.
Verhandelbaarheid gewone aandelen
Het fonds is een open-end beleggingsinstelling die, behoudens bijzondere omstandigheden, op dagelijkse basis eigen
aandelen uitgeeft of inkoopt tegen de intrinsieke waarde met een beperkte op- of afslag. Deze op- of afslag dient
alleen ter dekking van de kosten die door het fonds moeten worden gemaakt voor het toe- of uittreden van beleggers.
Het vigerende op- of afslagpercentage bedraagt maximaal 0,50%. Een eventueel overschot of tekort komt geheel ten
goede aan c.q. ten laste van het fonds.
De aandelenklasse Robeco Hollands Bezit en de aandelenklasse Robeco Hollands Bezit - EUR G zijn beide genoteerd aan
1
Euronext Amsterdam , segment Euronext Fund Service.
1
Afhankelijk van de distributeur kan in Robeco Hollands Bezit of Robeco Hollands Bezit - EUR G belegd worden.
Robeco Hollands Bezit N.V. 4
Essentiële beleggersinformatie en prospectus
Voor Robeco Hollands Bezit N.V. zijn een prospectus en essentiële beleggersinformatie opgesteld met informatie over
het fonds, de kosten en de risico’s. Beide documenten zijn kosteloos verkrijgbaar ten kantore van het fonds en via
www.robeco.com.
Robeco Hollands Bezit N.V. 5
Kerncijfers per aandelenklasse
Overzicht 2011 - 2015
Robeco Hollands Bezit
2015 1
2014
2013
2012
2011
Gemiddeld 7
- Beurskoers 2,3
14,5
7,0
24,8
7,4
-9,7
11,5
- Intrinsieke waarde 2,3
12,7
7,4
25,1
6,7
-8,9
11,5
- AEX Index
13,3
8,7
20,7
14,1
-8,8
11,8
Performance in % op basis van:
Dividend in euro's 4
–
1,40
0,60
0,80
1,00
89
93
204
280
350
2015 1
2014
2013 6
Gemiddeld 8
- Beurskoers 2,3
14,7
7,5
8,4
18,2
- Intrinsieke waarde 2,3
13,0
7,9
9,1
17,8
- AEX Index
13,3
8,7
7,5
17,5
–
2,40
1,40
161
158
69
Vermogen 5
Overzicht 2013 - 2015
Robeco Hollands Bezit - EUR G
Performance in % op basis van:
Dividend in euro's 4
Vermogen 5
1
Betreft de periode 1 januari tot en met 30 juni 2015.
2
Een mogelijk verschil tussen de performance op basis van de beurskoers en de intrinsieke waarde wordt veroorzaakt doordat de laatste beurskoers van de
rapportageperiode en de intrinsieke waarde op een verschillend tijdstip worden vastgesteld. De laatste beurskoers van de rapportageperiode wordt
vastgesteld op de laatste beursdag van de desbetreffende rapportageperiode, waarbij de om 6 uur ’s morgens bekende gegevens met betrekking tot de
waardering worden gehanteerd. De intrinsieke waarde is gebaseerd op de waarderingen zoals bekend aan het einde van die beursdag.
3
Indien dividenduitkering plaatsvindt in enig jaar, dan wordt rekening gehouden met een herbelegging van het uitgekeerde dividend.
4
Het dividend heeft betrekking op genoemd boekjaar en wordt uitgekeerd in het daaropvolgend boekjaar.
5
In miljoenen euro's.
6
Betreft de periode 3 oktober tot en met 31 december 2013.
7
Betreft het gemiddelde over 5 jaar.
8
Betreft het gemiddelde over de periode 3 oktober 2013 tot en met 30 juni 2015.
Robeco Hollands Bezit N.V. 6
Verslag van de directie
Algemene inleiding
Economie
De wereldeconomie kende een onverwacht zwak eerste kwartaal. Dit werd vooral veroorzaakt door zwakte in NoordAmerika als gevolg van een ongewoon strenge winter en langdurige stakingen in havens aan de Oostkust, maar ook
door teruglopende investeringen in de oliesector onder invloed van de gedaalde olieprijs. De groei herpakte zich in het
tweede kwartaal. Niettemin zal de groei van de wereldeconomie dit jaar naar verwachting in lijn liggen met de groei in
de afgelopen twee jaar en laat een acceleratie nog steeds op zich wachten.
De Verenigde Staten laten een gestage verbetering van de arbeidsmarkt zien. De werkloosheid is gedaald naar niveaus
van voor de grote recessie. De loongroei is echter nog steeds gematigd, al is er inmiddels sprake van enige loondruk.
Een eerste stap om het ultraruime monetaire beleid in te perken komt hierdoor op de agenda. De feitelijke inflatie is
weliswaar vrijwel nihil, maar de onderliggende inflatie ligt onder de 2,0%. Een ontwikkeling met belangrijke
middellange termijn-implicaties is de recente ‘dooi’ in de betrekkingen tussen Iran en de VS. Na het beëindigen van de
succesvol gebleken sancties wil Iran de olieproductie verhogen van de huidige 2,9 miljoen vaten per dag naar 4,7
miljoen vaten. Gecombineerd met de recordproductie van Saoedi-Arabië, bedoeld om marktaandeel te behouden, en
de toenemende productie van de VS, resteert een overtollig aanbod op de oliemarkt dat lagere prijzen nodig heeft om
vraag en aanbod in evenwicht te brengen.
De Chinese economie toont tekenen van vertraging, wat een logisch gevolg is van een omschakeling naar een
groeimodel dat meer op binnenlandse consumptie en minder op investeringen en export is gebaseerd. In het belang
van de maatschappelijke stabiliteit proberen de Chinese autoriteiten echter met een reeks van
stimuleringsmaatregelen de groei op 7% te houden.
Dankzij de gedeprecieerde euro, de gedaalde olieprijs en een meer neutraal in plaats van een negatief
begrotingsbeleid trekt de economische groei in de eurozone aan. De langdurige schermutselingen tussen Griekenland
(minder dan 2% van eurozone-economie) en zijn schuldeisers hadden tot dusver nauwelijks invloed op de reële
economie van de eurozone. Het in gang gezette beleid van kwantitatieve verruiming door de Europese Centrale Bank
zal vooralsnog worden voortgezet. Deflatie was van korte duur (vier maanden), maar de feitelijke inflatie ligt tegen de
0% (met onderliggend 0,8% ook vrij laag). De werkloosheid daalt, maar is met 11,1% nog hoog.
De Japanse economie kende een onverwacht sterk eerste kwartaal, maar kwam in het tweede kwartaal bijna tot
stilstand. Het beeld blijft fragiel. Het beleid van de Japanse regering steunt nog steeds eenzijdig op de monetaire pijler.
Structurele hervormingen om de groeivoet op te vijzelen blijven uit. Het Internationaal Monetair Fonds waarschuwde
onlangs dat de overheidsschuldquote bij ongewijzigd beleid tegen 2030 wel eens boven de 300% BBP uit zou kunnen
komen. Nu het effect van de BTW-verhoging van vorig jaar weer uit de inflatiecijfers is gelopen en een aantal door de
overheid vastgestelde tarieven als gevolg van lagere olieprijzen negatief wordt bijgesteld, kan er in de tweede jaarhelft
gemakkelijk weer sprake zijn van een terugkeer van milde deflatie. Dit kan de Japanse centrale bank aanzetten tot een
nog agressiever beleid van kwantitatieve verruiming.
Opkomende markten laten over het algemeen een afzwakkende groei zien waarbij lagere grondstofprijzen, de
omschakeling in het Chinese groeimodel en geopolitieke spanningen een belangrijke rol spelen.
Vooruitzichten aandelenmarkten
De eerste helft van 2015 kenmerkte zich door een gunstige omgeving voor aandelenmarkten, mede door de
aanhoudend accomoderende invloed van centrale banken. Vooral Europese aandelen kenden een voortvarende start,
waarbij de door de ECB geïnitieerde kwantitatieve verruiming in januari een sleutelrol speelde. Deze monetaire
stimulans zorgde voor een depreciatie van de euro, waardoor het externe concurrentievermogen van Europa terrein
won. Tevens zorgden een opverend producentenvertrouwen en lagere olieprijzen voor wind in de zeilen van de
Europese aandelenmarkten. Het besluit van de Griekse regering om weg te lopen van de onderhandelingstafel en een
referendum uit te vaardigen, zette beurzen wereldwijd echter lager. Niettemin noteert de Europese beursgraadmeter
Robeco Hollands Bezit N.V. 7
Eurostoxx nog een historisch bovengemiddeld rendement sinds de start van 2015 van 13,4% in euro. De globale MSCI
AC World Index noteert een rendement van 13,3% in euro.
Vooruitblikkend zullen een aantal thema’s de aandelenmarkten het resterende jaar domineren. Centraal staat de
eerste renteverhoging van de beleidsrente sinds 2006 door de Fed, de centrale bank van de VS. In onze visie zal deze
renteverhoging hoofdzakelijk een zijwaartse beweging in aandelen tot gevolg hebben. Beleggers zijn in het traject naar
deze renteverhoging door de Fed aan de hand genomen en verwachten een gematigde cyclus waarin de Fed sterk
leunt op achtereenvolgens beschikbaar komende economische cijfers. In tegenstelling tot de jaren ’70 en ’80 heeft de
Fed niet de behoefte om de markten te verrassen. Tevens is de renteverhoging vooreerst een bevestiging dat de
economie voldoende is aangesterkt om een renteverhoging te kunnen dragen.
De bedrijfswinsten zullen in onze visie op peil blijven, mede door hoge winstmarges, en de afzetgroei zal stijgen door
hogere consumentenbestedingen, vooral in de VS. Winstmarges zijn historisch hoog, maar wij verwachten op korte
termijn geen significante correctie gezien de vooralsnog gematigde loongroei.
We signaleren een aantal risico’s. Aandelen zijn na jaren van ruimhartig monetair beleid aan de prijs, met een
waardering die voor de MSCI AC World Index 24% boven het historisch gemiddelde ligt. Hoewel per saldo het mondiale
monetaire beleid accomoderend blijft, maakt monetaire verkrapping door de Fed activa met opgerekte waarderingen
wel meer ontvankelijk voor een correctie. Dit geldt naar onze mening echter in hogere mate voor staatsobligaties dan
voor aandelen.
De ontwikkelingen op de grondstoffenmarkten in samenhang met de groeivertraging van opkomende markten vragen
in onze visie om aandacht. Na een herstel van de scherpe daling in 2014 zorgde aanhoudend overtollig aanbod voor
een hernieuwde correctie in de grondstoffensector. Het overtollig aanbod werd tevens verscherpt door
voortschrijdende vraaguitval in China. De hinder die opkomende markten ondervinden van een sterke dollar, een
vertraging in de wereldhandel, een kwakkelend China en een dalende grondstoffenmarkt kunnen het sentiment op de
mondiale aandelenmarkten negatief beïnvloeden.
De huidige onrust over een vermeend structureel lagere globale productiviteitsgroei, die uiteindelijk de
winstgevendheid aantast, kan zorgen voor verslechtering van het sentiment op de financiële markten. Wij delen deze
zorg echter in mindere mate en zien voldoende investeringsgroei om productiviteitsverhogende innovaties te
verwachten.
De continuering van een gematigde economische expansie, een per saldo accomoderend monetair beleid en een
seizoenseffect dat aan het einde van het jaar weer positief zal worden, sterken ons in de stellige verwachting dat
aandelen aan het einde van het jaar hoger zullen staan dan de huidige niveaus. Hierbij wordt echter wel opgemerkt
dat de afzwakking van de Chinese economie, de hernieuwde olieprijsdaling en aanhoudende onzekerheid over
Griekenland voor tussentijdse volatiliteit kunnen zorgen.
Beleggingsresultaat
Beleggingsresultaat per aandelenklasse
Aandelenklasse
Koers in EUR x 1
30/06/2015
Koers in EUR x 1
31/12/2014
Uitgekeerd dividend
februari 2015 1
Beleggingsresultaat
verslagperiode in % 2
1,40
Robeco Hollands Bezit
- Beurskoers
26,66
24,57
- Intrinsieke waarde
26,50
24,79
14,5
12,7
2,40
Robeco Hollands Bezit - EUR G
- Beurskoers
62,73
56,86
14,7
- Intrinsieke waarde
62,37
57,39
13,0
1
2
Ex-datum.
Indien dividenduitkering plaatsvindt in enig jaar, dan wordt rekening gehouden met een herbelegging van het uitgekeerde dividend.
Robeco Hollands Bezit N.V. 8
Van alle aandelen in de AEX en AMX boekten TomTom, Altice en Galapagos de sterkste koersstijgingen in de eerste
helft van 2015, variërend van 83% tot 196%. Galapagos profiteerde sterk van een aantal samenwerkingen met
gerenommeerde farmaceutische bedrijven voor de ontwikkeling van nieuwe, veelbelovende medicijnen. Altice werd
opgestuwd door optimisme over de golf van overnames die het bedrijf bekend maakte en TomTom kreeg een flinke
duw in de rug door de geplande verkoop van branchegenoot HERE door Nokia, naar verluidt tegen een veel hogere
beurswaardering dan TomTom. Grootste dalers in de AEX en AMX gedurende de verslagperiode waren Wereldhave,
Delta Lloyd en Air France - KLM met dalingen tussen de 11% en 21%.
In de eerste helft van het jaar droegen de onderwogen posities in ASML en Royal Dutch Shell het meest in positieve zin
bij aan de relatieve performance. Het ontbreken van Altice en de overwogen positie in het zwak presterende
ArcelorMittal droegen het meest in negatieve zin bij. De best presterende aandelen in de portefeuille van het fonds
waren Aperam, Fugro en ING. Achterblijvers in de portefeuille waren Delta Lloyd, Royal Dutch Shell en Philips.
De bijdrage van de sectorallocatie was in de eerste helft van het jaar positief met name door de overweging van de
goed presterende sector financiële waarden en de onderweging van de achterblijvende groep cyclisch gevoelige
aandelen. De positieve sectorallocatie werd echter teniet gedaan door een achterblijvend aandelenselectieresultaat.
Het aandelenselectieresultaat werd vooral gedrukt door het ontbreken van het sterk gestegen Altice in de portefeuille.
Per saldo boekte de portefeuille van Robeco Hollands Bezit N.V., voor aftrek van kosten, een vergelijkbaar rendement
met dat van de AEX-index.
Beleggingsbeleid
Energie
In de eerste helft van 2015 is het belang in Royal Dutch Shell van een onderweging gedurende het grootste deel van de
verslagperiode in stappen uitgebreid naar een overweging per 1 juni 2015 ten opzichte van de AEX-index. De
voorgenomen overname van British Gas door Royal Dutch Shell is naar het oordeel van de fondsmanagers een goede
strategische zet met onderschatte synergievoordelen. Met het oog op de goede prestaties van de aandelen SBM
Offshore en Fugro tijdens de eerste maanden van het jaar werd het belang in SBM Offshore teruggebracht, terwijl het
gehele belang in Fugro werd verkocht.
Basismaterialen
De sector basismaterialen bleef het eerste halfjaar opnieuw achter bij de AEX-index ondanks gemiddeld lage
waarderingen en steeds meer tekenen van economisch herstel, met name in Europa. De fondsmanagers blijven van
mening dat de vooruitzichten op economisch herstel onvoldoende tot uitdrukking komen in de waardering van
aandelen in deze conjunctuurgevoelige sector. Bij gebrek aan duidelijke aanjagers op kortere termijn, werd de
overweging in de sector in stappen echter teruggebracht naar neutraal. Posities worden aangehouden in ArcelorMittal
en DSM, terwijl AkzoNobel en OCI niet in portefeuille zijn opgenomen. Het resterende belang in roestvrijstaalproducent
Aperam werd na een sterke performance verkocht.
Industrie en dienstverlening
Mede door het overnamebod op TNT Express waarin PostNL een belang van 15% aanhoudt, werd de positie in PostNL
gedurende de verslagperiode stapsgewijs verlaagd na de goede performance. Het belang in chemisch distributeur
IMCD werd gehalveerd, eveneens na een mooie koersstijging. De positie in Boskalis bleef ongewijzigd. Door de
onderweging in Philips en het ontbreken van Randstad en Aalberts Industries in de portefeuille is er een kleine
onderweging ten opzichte van de AEX-index in deze sector.
Consument-defensief
In april werd een belang genomen in Wessanen, producent van organisch voedsel. In tegenstelling tot andere
categorieën voedingsproducten groeit de vraag naar organisch voedsel snel. Wessanen heeft zich de laatste jaren
omgevormd tot een specialist op het gebied van organisch voedsel door een combinatie van overnames en
desinvesteringen. De combinatie van bovengemiddelde groeivooruitzichten en een gezonde financiële positie wegen
naar het oordeel van de fondsmanagers ruimschoots op tegen de pittige waardering van het aandeel. Eveneens nieuw
in portefeuille is het onlangs geïntroduceerde beursfonds Refresco Gerber. Deze solide verpakkingsfabrikant koppelt
een uitstekende staat van dienst als consolidator van de sterk gefragmenteerde verpakkingsmarkt aan een goede
winstgevendheid en kasgeneratie. De overweging in het sterk kasgenererende Ahold bleef gehandhaafd, evenals de
onderweging in Heineken. De voordelen van de voorgenomen fusie tussen Ahold en Delhaize komen volgens de
Robeco Hollands Bezit N.V. 9
fondsmanagers nog onvoldoende tot uitdrukking in de waardering. De positie in de sector als geheel is ongeveer
neutraal.
Consument-cyclisch
Halverwege het eerste halfjaar werd optiekketen Grandvision toegevoegd aan de portefeuille. De structurele
groeivooruitzichten en sterke positie van Grandvision op de markt voor visuele correctie wegen naar het oordeel van de
fondsmanagers voldoende op tegen de stevige waardering van het aandeel. De voorkeur voor Reed Elsevier ten
opzichte van Wolters Kluwer bleef gehandhaafd. Hoogvlieger Altice maakt sinds het begin van dit jaar deel uit van deze
sector, maar niet van de portefeuille vanwege een, naar het oordeel van de fondsmanagers, zeer onaantrekkelijke
verhouding tussen rendement en risico.
Financiële waarden
Overwogen posities in deze sector worden ingenomen in Aegon, Binckbank, Eurocommercial Properties en NN Group.
Een neutrale positie wordt ingenomen in Delta Lloyd en onderwogen posities in ING en Unibail Rodamco. Gedurende
de verslagperiode werd het belang in Delta Lloyd afgebouwd van overwogen naar neutraal en de opbrengst gebruikt
voor opname van NN Group in portefeuille. Deze stap werd vooral ingegeven door de superieure kapitaalpositie van NN
Group ten opzichte van Delta Lloyd. Gegeven de verwachting van zeer strikte kapitaalvereisten voor Nederlandse
verzekeraars, geniet de zeer solide financiële positie van NN Group thans de voorkeur boven die van het scherper aan
de wind zeilende Delta Lloyd.
Informatietechnologie
De reeds lang bestaande positie in ASM International als tegenhanger van het niet belegd zijn in AEX-index constituent
ASML bleef gehandhaafd. De fondsmanagers zien nog steeds een veel betere risico-rendementsverhouding voor ASM
International in vergelijking met ASML ondanks de outperformance van ASM International gedurende de
verslagperiode. Daarnaast werd in juni een belang genomen in fabrikant van verpakkingsmachines voor chips Besi, dat
een sterke positie heeft veroverd op de snelst groeiende segmenten van de markt voor verpakkingsmachines voor
chips.
Telecommmunicatie
De overwogen positie in KPN bleef gehandhaafd. Naar het oordeel van de fondsmanagers blijft de risicorendementsverhouding relatief gunstig, ondanks de uitstekende performance van het aandeel in de eerste jaarhelft.
Valutabeleid
Het fonds heeft geen posities in vreemde valuta.
Sustainability investing
Sustainability investing in de fondsen bij Robeco wordt met minimale beperkingen aan het beleggingsuniversum
uitgevoerd en bestaat uit een combinatie van effectieve instrumenten:
•
uitoefening stemrechten
•
engagement
•
uitsluitingen
1
•
integratie ESG-factoren in beleggingsprocessen
Uitoefening stemrechten
De beheerder heeft het streven om wereldwijd het stemrecht uit te oefenen op door het fonds gehouden aandelen. De
beheerder doet dit vanuit de overtuiging dat ‘good corporate governance’ op de lange termijn goed is voor de
aandeelhouderswaarde. Het corporate governance beleid van de beheerder is gebaseerd op de internationaal
geaccepteerde principes van het International Corporate Governance Network (ICGN). De beheerder heeft de opvatting
dat lokale wetten en codes voor ondernemingsbestuur, zoals de Corporate Governance Code in Nederland, het
leidende kader voor de corporate governance praktijk en het stemgedrag vormen. Deze aanpak is in lijn met de ICGN
Global Corporate Governance Principles.
1
ESG staat voor Environmental, Social and Corporate Governance; in het Nederlands: milieu, maatschappij en goed bestuur.
Robeco Hollands Bezit N.V. 10
Engagement
Engagement is het actief gebruiken van de rechten van beleggers om invloed uit te oefenen op bedrijven. Robeco
treedt in actieve dialoog met ondernemingen over verantwoord ondernemerschap en een maatschappelijk
verantwoord ondernemingsbeleid. Dit verhoogt naar onze mening op de langere termijn de aandeelhouderswaarde
voor onze klanten. Wij hanteren hierbij een geïntegreerde aanpak waarbij kennis van onze beleggingsanalisten, onze
sustainability investing research analisten en onze engagement specialisten wordt gecombineerd. Door financiële
materialiteit als uitgangspunt te nemen voor onze dialoog streven we ernaar dat de dialoog waarde toevoegt en
resulteert in een beter risico-rendement profiel van de aandelen. Hiermee creëren we zowel waarde voor onze klanten
als voor de maatschappij.
Uitsluitingen
Het uitsluitingenbeleid van Robeco bestaat uit drie onderdelen. Ten eerste worden ondernemingen uitgesloten die
controversiële wapens of essentiële onderdelen daarvan produceren of omzet realiseren met de verkoop of transport
van deze wapens. Sinds 1 januari 2013 is er nieuwe Nederlandse wetgeving in werking getreden rondom het
investeren in clustermunitie- bedrijven, en wij baseren ons op deze wet voor wat het niet investeren in deze
ondernemingen betreft. Ten tweede is er een beleid voor het uitsluiten van landen. Volgens Robeco is een land
controversieel als de regering van het land systematisch de mensenrechten schendt van haar eigen burgers. Deze
uitsluitingen hebben betrekking op investeringsgerelateerde sancties die door de VN of de EU worden opgelegd. Ten
derde kan een niet-succesvolle dialoog op termijn leiden tot uitsluiting van een onderneming van het
beleggingsuniversum. Het gaat hierbij om een dialoog waarbij wij spreken met ondernemingen over ernstige en
structurele schendingen van internationaal breed geaccepteerde richtlijnen voor verantwoord ondernemen. In het
bijzonder richt Robeco zich hierbij op het United Nations Global Compact. De uiteindelijke bevoegdheid om
ondernemingen en landen op de uitsluitingslijst te plaatsen ligt bij de directie van de Robeco Groep. Robeco
Institutional Asset Management B.V. in haar hoedanigheid van beheerder past deze uitsluitingslijst toe.
Integratie ESG-factoren in beleggingsprocessen
In het besluitvormingsproces over beleggingen van Robeco Hollands Bezit N.V. is een drempel opgenomen voor
ondernemingen met een RobecoSAM duurzaamheidsscore lager dan 40. Deze drempel geldt alleen niet als we in
actieve engagement dialoog met de onderneming zijn en deze aanzienlijke verbeteringen laat zien of als de
duurzaamheidsscore boven het sectorgemiddelde ligt.
Rotterdam, 31 augustus 2015
De directie
Robeco Hollands Bezit N.V. 11
Halfjaarcijfers
Balans
30/06/2015
EUR x duizend
31/12/2014
ACTIVA
Beleggingen
Financiële beleggingen
Aandelen
247.837
248.552
247.837
248.552
1.526
996
1.526
996
3
1.872
2.712
4
622
1.192
622
1.192
2.776
2.516
250.613
251.068
1
Som der beleggingen
Vorderingen
Overige vorderingen
2
Overige activa
Liquide middelen
PASSIVA
Kortlopende schulden
Overige schulden
Vorderingen en overige activa minus kortlopende schulden
Activa minus passiva
Samenstelling van het eigen vermogen
Geplaatst kapitaal
5
1.191
1.303
Overige reserves
5
217.969
230.571
Nettoresultaat
5
31.453
19.194
250.613
251.068
Intrinsieke waarde Robeco Hollands Bezit per aandeel
26,50
24,79
Intrinsieke waarde Robeco Hollands Bezit - EUR G per aandeel
62,37
57,39
De bij de posten vermelde nummers verwijzen naar de desbetreffende nummers in de toelichtingen.
Robeco Hollands Bezit N.V. 12
Winst- en verliesrekening
EUR x duizend
01/01-
01/01-
30/06/2015
30/06/2014
4.854
6.786
Opbrengsten
Dividenden
Rente
–3
0
Gerealiseerde winsten op beleggingen
20.589
13.863
Ongerealiseerde winsten op beleggingen
19.047
20.142
Gerealiseerde verliezen op beleggingen
–2.802
–4.317
Ongerealiseerde verliezen op beleggingen
–9.170
–19.008
25
41
32.540
17.507
Overige inkomsten
Kosten
7
Beheerkosten
8
881
934
8
155
158
10
51
41
Service fee
Overige kosten
Nettoresultaat
1.087
1.133
31.453
16.374
Kasstroomoverzicht
Indirecte methode, EUR x duizend
01/01-
01/01-
30/06/2015
30/06/2014
Kasstroom uit beleggingsactiviteiten
Kasstroom uit financieringsactiviteiten
31.561
27.564
–32.401
–23.645
–840
3.919
–
–5
–840
3.914
Netto kasstroom
Koers- en omrekeningsverschillen op geldmiddelen
Toename(+)/afname(–) geldmiddelen*
3
* De geldmiddelen betreffen de liquide middelen en de schulden aan kredietinstellingen.
De bij de posten vermelde nummers verwijzen naar de desbetreffende nummers in de toelichtingen.
Robeco Hollands Bezit N.V. 13
Toelichtingen
Algemeen
De jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met Titel 9 van Boek 2 van het Nederlands Burgerlijk Wetboek en de
Wft van 28 september 2006. Het boekjaar van het fonds is gelijk aan het kalenderjaar. De toelichtingen op de eigen
aandelen van het fonds betreffen de gewone geplaatste aandelen.
De gewone aandelen zijn verdeeld over twee series, welke beide zijn opengesteld. Een serie wordt steeds aangeduid als
een aandelenklasse. Deze series betreffen de volgende aandelenklassen:
Aandelenklasse A: Robeco Hollands Bezit
Aandelenklasse B: Robeco Hollands Bezit - EUR G.
Risico’s financiële instrumenten
Beleggingsrisico
De waarde van beleggingen kan fluctueren. In het verleden behaalde rendementen bieden geen garantie voor de
toekomst. De intrinsieke waarde van het fonds is afhankelijk van ontwikkelingen op de financiële markten en kan zowel
stijgen als dalen. Aandeelhouders lopen het risico dat zij minder of niets terugkrijgen van hetgeen zij hebben ingelegd.
Het algemeen beleggingsrisico kan ook worden gekenmerkt als marktrisico.
Marktrisico
Binnen marktrisico wordt er een onderscheid gemaakt tussen prijsrisico, concentratierisico en valutarisico. Marktrisico’s
worden begrensd door middel van limieten op kwantitatieve risicomaatstaven zoals tracking-error, volatiliteit of valueat-risk. Indirect worden hierdoor ook de onderliggende risicotypes (prijsrisico, concentratierisico en valutarisico)
begrensd.
Prijsrisico
De intrinsieke waarde van het fonds is gevoelig voor marktbewegingen. Daarnaast dienen beleggers zich bewust te zijn
van de mogelijkheid dat de waarde van beleggingen kan variëren als gevolg van wijziging in politieke, economische of
marktomstandigheden, alsmede door een veranderde individuele bedrijfssituatie.
Valutarisico
De gehele of een deel van de effectenportefeuille van het fonds kan worden belegd in (financiële instrumenten
luidende in) andere valuta’s dan de euro. Valutakoersschommelingen kunnen daardoor zowel een negatieve als een
positieve invloed hebben op het beleggingsresultaat van het fonds. Valutarisico’s kunnen worden afgedekt door middel
van valutatermijncontracten en valutaopties. Valutarisico’s kunnen worden begrensd door middel van relatieve of
absolute valutaconcentratielimieten. Per ultimo 30 juni 2015 had het fonds geen posities in vreemde valuta.
Concentratierisico
Op grond van zijn beleggingsbeleid kan het fonds beleggen in financiële instrumenten van uitgevende instellingen die
(hoofdzakelijk) opereren binnen dezelfde sector, regio, of op dezelfde markt. Bij geconcentreerde
beleggingsportefeuilles hebben gebeurtenissen binnen de sectoren, regio’s of markten waarin wordt belegd een
sterkere invloed op het fondsvermogen dan bij minder geconcentreerde beleggingsportefeuilles. Concentratierisico’s
kunnen worden begrensd door middel van relatieve of absolute landen- of sectorconcentratielimieten. Voor nadere
kwantitatieve informatie over het concentratierisico wordt verwezen naar de geografische verdeling en de
sectorverdeling in de Spreiding van het vermogen, onderdeel van het hoofdstuk Toelichtingen op pagina 22.
Tegenpartijrisico
Tegenpartijrisico is een onopzettelijke vorm van risico, dat een consequentie is van het gevoerde beleggingsbeleid.
Tegenpartijrisico manifesteert zich als een tegenpartij van het fonds tekortschiet in de nakoming van zijn financiële
verplichtingen uit hoofde van financiële transacties jegens het fonds. Het tegenpartijrisico wordt zoveel mogelijk
beperkt door het in acht nemen van de nodige voorzichtigheid bij de selectie van tegenpartijen. Bij de selectie van
tegenpartijen wordt rekening gehouden met het oordeel van onafhankelijke rating bureaus en andere relevante
indicatoren. Daar waar het in de markt gebruikelijk is, worden door het fonds zekerheden gevraagd en verkregen om
het tegenpartijrisico te beperken. In onderstaande tabel staat het bedrag dat het beste het maximale kredietrisico
weergeeft dat wordt gelopen.
Robeco Hollands Bezit N.V. 14
Tegenpartijrisico
30/06/2015
In EUR x
duizend
In % van het
vermogen
Vorderingen
1.526
Liquide middelen
1.872
Totaal
3.398
31/12/2014
In EUR x
duizend
In % van het
vermogen
0,6
996
0,4
0,7
2.712
1,1
1,3
3.708
1,5
Bij de berekening van het maximale kredietrisico is geen rekening gehouden met eventuele ontvangen onderpanden.
Tegenpartijrisico’s worden begrensd door middel van limieten op de blootstelling per tegenpartij uitgedrukt als
percentage van het fondsvermogen. Per balansdatum zijn er geen tegenpartijen met een blootstelling van meer dan
5% van het fondsvermogen.
Risico uitlenen financiële instrumenten
Bij uitleentransacties worden financiële instrumenten uitgeleend en wordt er onderpand teruggevraagd en verkregen.
Uitleentransacties van financiële instrumenten (“securities lending”) brengen een specifiek type tegenpartijrisico met
zich mee, namelijk dat het fonds het risico loopt dat de inlener niet aan zijn verplichting kan voldoen tot teruggave van
de ingeleende financiële instrumenten op de afgesproken datum of tot verstrekking van gevraagde zekerheden. Het
uitleenbeleid van het fonds is erop gericht om deze risico’s zoveel mogelijk te beheersen.
Tegenpartijen van securities lending transacties worden beoordeeld op hun kredietwaardigheid, gebaseerd op het
oordeel van onafhankelijke rating bureaus ten aanzien van hun korte termijn kredietwaardigheid en op de omvang van
de hoeveelheid net assets. Tevens wordt rekening gehouden met garantstellingen van moederondernemingen.
Het fonds accepteert alleen van OESO landen onderpand (collateral) in de vorm van:
– staatsobligaties met een minimale kredietwaardigheid van BBB–;
– obligaties van supranationale organen met een minimale kredietwaardigheid van BBB–;
– aandelen genoteerd aan de hoofdindexen van beurzen in OESO landen;
– in contanten (CAD, CHF, EUR, GBP, JPY of USD).
Daarnaast wordt er gebruik gemaakt van concentratielimieten op het onderpand om concentratierisico’s in het
onderpand te begrenzen en tevens gelden er liquiditeitscriteria om liquiditeitsrisico’s in het onderpand te begrenzen.
Ten slotte, wordt, afhankelijk van het type lending transactie en het type onderpand, onderpand met een opslag
gevraagd ten opzichte van de waarde van de lending transactie. Dit beperkt de nadelige gevolgen van prijsrisico’s in
het onderpand.
Per balansdatum zijn zekerheden verkregen uit hoofde van securities-lending transacties. Nadere informatie hierover is
opgenomen in de toelichting op de balans.
Liquiditeitsrisico
Liquiditeitsrisico is een onopzettelijke vorm van risico, dat een consequentie is van het gevoerde beleggingsbeleid.
Liquiditeitsrisico manifesteert zich als financiële instrumenten niet tijdig verkocht kunnen worden zonder daarvoor
additionele kosten te maken. Liquiditeitsrisico laat zich in twee categorieën opsplitsen: toe- en uittredingsrisico en
liquiditeitsrisico van financiële instrumenten.
Toe- en uittredingsrisico
Toe- en uittredingsrisco’s materialiseren zich wanneer door het toe- of uittreden van één of meerdere klanten de
waardering van het fonds negatief beïnvloed wordt, waardoor bestaande klanten worden benadeeld. De mate waarin
de waardering van het fonds negatief beïnvloed kan worden is afhankelijk van de liquiditeit van de financiële
instrumenten in de portefeuille, alsmede de concentratie van klanten. Toe- en uittredingsrisico’s worden beheerst door
middel van het meten van klantconcentraties in het fondsvermogen.
Liquiditeitsrisico van financiële instrumenten
De hoogte van feitelijke aan- en verkoopkoersen van financiële instrumenten waarin het fonds belegt, is mede
afhankelijk van de liquiditeit van de betreffende financiële instrumenten. Het is mogelijk dat een ten behoeve van het
Robeco Hollands Bezit N.V. 15
fonds ingenomen positie niet tijdig tegen een redelijke prijs kan worden geliquideerd vanwege gebrek aan liquiditeit in
de markt in het kader van vraag en aanbod. Om dit risico te beperken, belegt het fonds voornamelijk in dagelijks
verhandelbare financiële instrumenten. Bovendien worden liquiditeitsrisico’s van financiële instrumenten begrensd
door middel van limieten op het niet liquide deel van de effectenportefeuille.
Beheerder
Robeco Institutional Asset Management B.V. (“RIAM”) is de beheerder van het fonds. RIAM neemt in die hoedanigheid
het vermogensbeheer, de administratie en de marketing en distributie van het fonds voor haar rekening. RIAM beschikt
over een AIFMD-vergunning als bedoeld in artikel 2:65 Wft. Daarnaast beschikt RIAM over een vergunning als bedoeld
in artikel 2:69b Wft en staat onder toezicht van de Stichting Autoriteit Financiële Markten (“AFM”). Het fonds is door de
beheerder geregistreerd bij de AFM. RIAM is een 100%-dochteronderneming van Robeco Groep N.V. Robeco Groep
N.V. is onderdeel van ORIX Corporation. ORIX Corporation bezit 90,01% van de aandelen van Robeco Groep N.V.
Rabobank Groep bezit 9,99% van de aandelen.
Gelieerde maatschappijen
Het fonds en de beheerder kunnen gebruik maken van de diensten van en transacties verrichten met aan het fonds
gelieerde maatschappijen als bedoeld in het BGfo, zoals onder meer Robeco Institutional Asset Management B.V.
(“RIAM”), Robeco Nederland B.V. en ORIX Corporation. De diensten betreffen het uitvoeren van aan deze
maatschappijen uitbestede werkzaamheden, zoals (1) het uitlenen van effecten en (2) het inlenen van personeel.
Onder andere de volgende transacties kunnen worden verricht met gelieerde maatschappijen: treasury management,
derivatentransacties, bewaring van financiële instrumenten, uitlenen van financiële instrumenten, kredietverstrekking
en het aan- en verkopen van financiële instrumenten op een gereglementeerde markt of multilaterale handelsfaciliteit.
Alle diensten en transacties vinden plaats tegen marktconforme tarieven.
Grondslagen voor waardering en bepaling van het resultaat
Algemeen
De grondslagen voor de waardering van activa, passiva en resultaatbepaling zijn ongewijzigd en derhalve conform de
weergave in de meest recente jaarrekening. Tenzij anders vermeld, zijn de in het halfjaarbericht opgenomen posten
gewaardeerd op nominale waarde en luiden de bedragen in duizenden euro’s.
Toerekening aandelenklassen
De administratie van het fonds is zo ingericht dat toerekening van resultaten aan de verschillende aandelenklassen op
dagbasis pro rato geschiedt. De plaatsingen en opnamen van eigen aandelen worden per aandelenklasse
geregistreerd.
Robeco Hollands Bezit N.V. 16
Toelichting op de balans
1 Aandelen
Van de portefeuille is een specificatie opgenomen onder Effectenportefeuille en een verdeling naar landen en valuta
onder Spreiding van het vermogen, beide onderdeel van het hoofdstuk Toelichtingen. Per balansdatum was voor een
bedrag van EUR 33 miljoen (per 31 december 2014 EUR 29 miljoen) aan aandelen uitgeleend. Voor het risico van nietteruglevering zijn adequate zekerheden gevraagd en verkregen ter waarde van EUR 37 miljoen (per 31 december 2014
EUR 31 miljoen); deze zekerheden zijn niet in de balans opgenomen.
2 Overige vorderingen
Dit betreft vorderingen uit hoofde van plaatsingen eigen aandelen, terug te vorderen bronbelasting, vorderingen uit
hoofde van effectentransacties en te vorderen opbrengsten uit securities-lending transacties.
3 Liquide middelen
Dit betreft de direct opeisbare banktegoeden en eventuele callgelden.
4 Overige schulden
Dit betreft schulden uit hoofde van opnamen eigen aandelen en te betalen management en service fee.
5 Eigen vermogen
Samenstelling en verloop eigen vermogen
EUR x duizend
01/0130/06/2015
01/0130/06/2014
753
1.721
Geplaatst kapitaal Robeco Hollands Bezit
Stand begin boekjaar
Ontvangen op geplaatste aandelen
40
97
–120
–1.009
673
809
550
251
33
405
Betaald op ingekochte aandelen
–65
–64
Stand einde boekjaar
518
592
230.571
211.094
Betaald op ingekochte aandelen
Stand einde boekjaar
Geplaatst kapitaal Robeco Hollands Bezit - EUR G
Stand begin boekjaar
Ontvangen op geplaatste aandelen
Overige reserves
Stand begin boekjaar
Ontvangen op geplaatste aandelen
Betaald op ingekochte aandelen
Toevoeging resultaat voorgaand boekjaar
15.544
121.438
–35.985
–136.046
7.839
52.546
217.969
249.032
Stand begin boekjaar
19.194
59.116
Dividenduitkering Robeco Hollands Bezit
–4.980
–2.410
Dividenduitkering Robeco Holalnds Bezit - EUR G
–6.375
–4.160
Toevoeging overige reserves
–7.839
–52.546
Stand einde boekjaar
Onverdeeld resultaat
Onverdeeld resultaat boekjaar
31.453
16.374
Stand einde boekjaar
31.453
16.374
250.613
266.807
Eigen vermogen
Robeco Hollands Bezit N.V. 17
Het maatschappelijk kapitaal bedraagt EUR 2 miljoen, verdeeld in 9.999.960 gewone aandelen van nominaal
EUR 0,20 en 40 prioriteitsaandelen van nominaal EUR 0,20. De prioriteitsaandelen zijn alle geplaatst. De gewone
aandelen zijn, na de statutenwijziging van 20 maart 2015, onderverdeeld in 5.000.000 aandelen Robeco Hollands
Bezit en 4.999.960.aandelen Robeco Hollands Bezit - EUR G. In het agio zijn geen kosten opgenomen.
6 Vermogen, uitstaande aandelen en intrinsieke waarde per aandeel
Vermogen, uitstaande aandelen, intrinsieke waarde per aandeel en uitgekeerd dividend per aandeel
Robeco Hollands Bezit
Per aandelenklasse
Vermogen in EUR x 1.000
Aantal uitstaande aandelen
Intrinsieke waarde per aandeel in EUR x 1
Robeco Hollands Bezit N.V. 18
30/06/2015
Robeco Hollands Bezit - EUR G
30/06/2015
89.199
161.414
3.365.830
2.587.983
26,50
62,37
Toelichting op de winst- en verliesrekening
Kosten
7 Lopende kosten
Lopende kosten
Robeco Hollands Bezit
In %
Robeco Hollands Bezit - EUR G
01/07/2014- 01/07/2013- 01/07/2014- 03/10/20131
30/06/2015 30/06/2014 30/06/2015 30/06/2014
Kostensoort
Beheerkosten
1,00
1,00
0,50
0,50
Service fee
0,12
0,12
0,12
0,12
Overige kosten
0,04
0,01
0,04
0,01
Aandeel opbrengsten securities lending toekomend aan RIAM
0,01
2
0,01
2
Totaal
1,17
1,13
0,67
0,63
1
Deze percentages zijn geannualiseerd.
Het aandeel opbrengsten securities lending toekomend aan RIAM was in de periode 01/07/2013 – 30/06/2014 nog geen onderdeel van de
Lopende kosten.
2
Het percentage van de lopende kosten is gebaseerd op het gemiddelde totale vermogen per aandelenklasse. De
lopende kosten omvatten alle kosten die in de verslagperiode ten laste van de aandelenklassen zijn gebracht, exclusief
de kosten van transacties in financiële instrumenten en interestkosten. In de lopende kosten zijn evenmin opgenomen
de betaalde vergoedingen voor toe- en uittreding. Tevens is het aandeel van de securities lending inkomsten dat aan
Robeco Securities Lending B.V. toekomt, zoals vermeld in toelichting 14, in de lopende kosten opgenomen. Uit de
beheerkosten worden bekostigd alle kosten die voortvloeien uit het beheer en de marketing van het fonds. Indien de
beheerder door hem te verrichten werkzaamheden aan derden uitbesteedt, worden de hieraan verbonden kosten uit
de beheervergoeding voldaan. Uit de beheerkosten van aandelenklasse Robeco Hollands Bezit worden mede bekostigd
de kosten voor het aanbrengen van deelnemers in deze aandelenklasse. Uit de service fee worden bekostigd de
administratie, de kosten voor de externe accountant, overige externe adviseurs, toezichthouders, de kosten met
betrekking tot wettelijke rapportages waaronder jaar- en halfjaarberichten en de kosten voor vergaderingen van
aandeelhouders. De kosten voor de externe accountant voor het fonds worden vanuit de service fee door RIAM
betaald. Derhalve zijn er in het resultaat van het fonds geen kosten voor de externe accountant opgenomen. De
overige kosten zijn nader gespecificeerd in toelichting 10.
8 Beheerkosten en service fee
De beheervergoeding en service fee worden in rekening gebracht door de beheerder. De vergoedingen worden
dagelijks berekend op basis van het fondsvermogen.
Beheerkosten en service fee
In %
Beheerkosten
Service fee 1
Robeco Hollands Bezit
1,00
0,12
Robeco Hollands Bezit - EUR G
0,50
0,12
1
Voor de aandelenklassen bedraagt de service fee 0,12% per jaar over het vermogen tot EUR 1 miljard, 0,10% over het
vermogen boven EUR 1 miljard en 0,08% over het vermogen boven EUR 5 miljard.
9 Performance fee
Robeco Hollands Bezit N.V. is niet onderworpen aan een performance fee.
10 Overige kosten
Dit betreft:
Overige kosten
Bewaarloon
Bankkosten
Kosten bewaarder
Kosten plaatsingen/opnamen eigen aandelen
Overige
Totaal
Robeco Hollands Bezit N.V. 19
01/0130/06/2015
12
2
16
16
5
51
11 Transactiekosten
De brokerkosten en beursbelastingen van de beleggingstransacties zijn verdisconteerd in de kostprijs c.q. de
opbrengstwaarde van de beleggingen. Deze kosten en belastingen komen ten laste van het resultaat uit hoofde van
waardeveranderingen. De kwantificeerbare transactiekosten zijn hieronder opgenomen.
Transactiekosten
EUR x duizend
Transactiesoort
Aandelen
01/0130/06/2015
01/0130/06/2014
132
142
RIAM wil er zeker van zijn dat de selectie van tegenpartijen voor aandelentransacties (brokers) plaats vinden op basis
van procedures en criteria die de beste resultaten opleveren voor het fonds.
De door brokers in rekening gebrachte kosten kunnen uitsluitend de uitvoering van een order betreffen maar kunnen
daarnaast ook betrekking hebben op door brokers geleverd onderzoek. RIAM betaalt uitsluitend voor onderzoek als dit
onderzoek leidt tot verbetering van de beleggingsbeslissingen binnen RIAM. De kosten voor onderzoek kunnen door
het fonds worden betaald via full service fees of via commission sharing agreements (CSA).
De transactiekosten over de verslagperiode zijn als volgt verdeeld.
Uitsplitsing transactiekosten aandelen
EUR x duizend
Type transactie
Orderexecutie
Beursbelastingen
Onderzoek via full service
Onderzoek via CSA
Totaal transactiekosten
94
3
35
–
132
12 Omloopfactor
De omloopfactor (portfolio turnover rate) bedraagt over de periode 1 juli 2014 tot en met 30 juni 2015 76% (over de
periode 1 januari tot en met 30 juni 2014 nihil). De omloopfactor geeft een indicatie van de omloopsnelheid van de
portefeuille van het fonds en is een maatstaf voor de gemaakte transactiekosten als gevolg van het gevoerde
portefeuillebeleid en de daaruit voortkomende beleggingstransacties. De omloopfactor wordt bepaald door het bedrag
van de turnover uit te drukken in een percentage van het gemiddelde fondsvermogen. Het bedrag van de turnover
wordt bepaald door de som van de aan- en verkopen van de beleggingen te verminderen met de som van de
plaatsingen en opnamen van eigen aandelen.
13 Transacties met gelieerde maatschappijen
In de verslagperiode zijn geen transacties uitgevoerd met gelieerde maatschappijen.
14 Securities lending
RIAM (tot 2 juli 2014 Robeco Securities Lending B.V. (“RSL”)) bemiddelt voor het fonds in alle securitieslendingtransacties. RSL dan wel RIAM ontvangt voor haar werkzaamheden 20% van de bruto-inkomsten uit deze
securities-lendingtransacties. De marktconformiteit van de afspraken tussen het fonds en Robeco Securities Lending
B.V. dan wel RIAM wordt door een extern bureau periodiek getoetst. De opbrengsten voor het fonds over de
verslagperiode bedragen EUR 25 duizend (van 1 januari tot en met 30 juni 2014 jaar EUR 25 duizend) en voor RSL dan
wel RIAM EUR 6 duizend (van 1 januari tot en met 30 juni 2014 jaar EUR 17 duizend). RSL was tot 2 juli 2014 een
100%-dochteronderneming van RIAM. Met ingang van 2 juli 2014 is Robeco Institutional Asset Management B.V.
(“RIAM”) gefuseerd met Robeco Securities Lending B.V. (“RSL”) en Robeco Direct N.V. (“RD”).
15 Personeelskosten
Het fonds heeft geen personeel in dienst. Robeco Nederland B.V. is werkgeefster van de voor (het bestuur van) het
fonds in Nederland werkzame personen. De beloning van deze personen geschiedt uit de beheerkosten. Het
beloningsbeleid van Robeco Nederland B.V. bestaat voor fondsmanagers uit enerzijds het vaste inkomen en anderzijds
Robeco Hollands Bezit N.V. 20
het variabele inkomen. Het secundaire arbeidsvoorwaardenpakket ligt in lijn met wat gebruikelijk is binnen de
financiële dienstverlening. Het variabele inkomen biedt de fondsmanager een beloning voor zijn meerjarige
outperformance. De systematiek is gerelateerd aan de outperformance ten opzichte van een vooraf gesteld target. Het
trackrecord over een periode van 1 jaar, 3 jaar en 5 jaar wordt meegewogen in de vaststelling van de variabele
beloning. Bij de bonusbepaling zijn tevens van belang de mate waarin team en individuele kwalitatieve doelstellingen
behaald worden alsmede de mate waarin de Robeco corporate values worden nageleefd. Daarnaast wordt de bijdrage
van de fondsmanager aan diverse organisatiedoelstellingen meegewogen. Bij goede performance kan de variabele
beloning hoger zijn dan het vastgestelde drempelbedrag, waarna de uitbetaling van de variabele beloning gefaseerd
plaats vindt over vier of vijf jaar. De nog uitstaande bedragen bewegen mee met de toekomstige bedrijfsresultaten.
Conform de Code Banken en Regeling Beheerst Beloningsbeleid wordt de variabele beloning goedgekeurd door de
raad van commissarissen van Robeco Groep N.V.. De beheerder van het fonds heeft sinds 22 juli 2014 een AIFMDvergunning. De herziening van het beloningsbeleid conform AIFMD-eisen is per 1 januari 2015 volledig
geïmplementeerd. In het jaarverslag over 2015 zal dan ook voor het eerst kwantitatieve informatie worden verstrekt
over het gehele boekjaar.
Robeco Hollands Bezit N.V. 21
Spreiding van het vermogen
Geografische en valutaire verdeling
Aandelen
30/06/2015
Naar landen
Nederland
in %
in %
247.837
98,9
99,0
2.776
1,1
1,0
250.613
100,0
100,0
Sectorverdeling
In %
30/06/2015
31/12/2014
Financiële dienstverlening
23,0
22,5
Consument defensief
21,1
18,8
Energie
16,2
14,4
Consument cyclisch
9,5
8,0
Basismaterialen
9,0
13,2
Industrie en dienstverlening
8,2
10,1
Informatietechnologie
7,0
7,7
Telecom
4,9
4,3
Overige activa en passiva
1,1
1,0
100,0
100,0
Totaal
aa
Robeco Hollands Bezit N.V. 22
31/12/2014
EUR x duizend
Overige activa en passiva
Totaal
30/06/2015
Effectenportefeuille
Per 30 juni 2015
Reële waarde
EUR
Nederland (98,9%)
12.360.000
Aegon NV
11.789.550
ArcelorMittal
7.669.175
ASM International NV
7.416.000
ASML Holding NV
2.496.500
BE Semiconductor Industries NV
5.400.000
Beter Bed Holding NV
5.130.000
BinckBank NV
7.024.000
Boskalis Westminster NV
1.767.000
Delta Lloyd NV
2.618.350
Eurocommercial Properties NV
4.764.400
GrandVision NV
2.762.500
IMCD Group NV
27.768.750
ING Groep NV
13.440.000
Koninklijke Ahold NV
10.660.000
Koninklijke DSM NV
12.176.500
Koninklijke KPN NV
5.933.200
Koninklijke Philips NV
8.068.800
NN Group NV
4.784.400
PostNL NV
5.302.800
Refresco Gerber NV
13.616.000
Relx NV
38.055.000
Royal Dutch Shell PLC
2.657.500
SBM Offshore NV
30.631.100
Unilever NV
3.545.550
Wessanen
247.837.075
Rotterdam, 31 augustus 2015
De directie
Robeco Institutional Asset Management B.V.
Drs. L.M.T. Boeren
Drs. H.W.D.G. Borrie
Drs. H.A.A. Rademaker
Robeco Hollands Bezit N.V. 23
Overige gegevens
Bijzondere statutaire zeggenschapsrechten
Van het aandelenkapitaal van de vennootschap worden 10 prioriteitsaandelen gehouden door Robeco Groep N.V. De
statutaire rechten van de prioriteitsaandelen hebben onder meer betrekking op de benoeming van bestuurders en
wijziging van de statuten. Verantwoordelijk voor de wijze waarop van het stemrecht gebruik wordt gemaakt zijn de leden
van de directie van Robeco Groep N.V.:
Drs. R.M.S.M. Munsters, voorzitter
Drs. L.M.T. Boeren
Drs. H.W.D.G. Borrie
Drs. H.A.A. Rademaker
Mr. J.B.J. Stegmann (tot 1 mei 2015).
Belangen van bestuurders
Op 1 januari 2015 respectievelijk 30 juni 2015 hadden de bestuurders van het fonds geen persoonlijke belangen bij
beleggingen van het fonds.
Accountant
Er heeft geen accountantscontrole plaatsgevonden.
Robeco Hollands Bezit N.V. 24
Download