De positie van BiSL Men onderscheidt in de ICT drie vormen van beheer (beheerdomeinen): Technisch Beheer (ITIL) Technisch beheer richt zich op het in standhouden, beheren en onderhouden van de ITinfrastructuur en heeft ITIL als standaard. De IT-infrastructuur is de basis waarop applicaties kunnen draaien en bestaat uit het netwerk, de computers en operating systems en overige randapparatuur. Applicatiebeheer (ASL) Onder dit beheer wordt verstaan het in standhouden van de bedrijfsapplicaties en gegevensverzamelingen van de organisatie. Applicatiebeheer houdt zich bezig met de creatie, beheer en wijzigen van applicaties naar aanleiding van geconstateerde fouten of veranderende technische of functionele eisen. ASL is hiervoor de standaard. ASL is nieuwer dan en deels geïnspireerd op ITIL. In 2009 is een nieuwe versie van dit model geïntroduceerd. ASL 2. Functioneel beheer (BISL) Functioneel beheer houdt zich bezig met het beheren van de informatievoorziening in een organisatie. De bedrijfsapplicaties worden gebruikt door de gebruikersorganisatie en moeten eventueel aan veranderende eisen worden aangepast. Het beschrijven van deze wijzigingen, het (laten) doorvoeren van de voorgestelde wijzigingen en het controleren van de wijzigingen behoort tot het takenpakket van Functioneel Beheer. Functioneel Beheer heeft als standaard BiSL. Het BiSL raamwerk Het BiSL raamwerk beschrijft de processen op uitvoerend (operationeel), sturend (tactisch) en richtinggevend (strategisch) niveau. De processen zijn verdeeld over zeven clusters. BiSL wordt ondersteund door een aantal "best practices", waarmee men invulling geeft aan functioneel beheer en informatiemanagement binnen een organisatie. Het raamwerk wordt door vele Nederlandse organisaties gebruikt en toegepast en sluit aan op de raamwerken ASL(2) en ITIL. Uitvoerende Processen Deze processen richten zich op het dagelijks gebruik van de informatievoorziening (hierna IV genoemd). Deze operationele processen worden in de praktijk vaak uitgevoerd door medewerkers die functioneel beheerder of kerngebruiker worden genoemd. 1. Gebruiksbeheer Het procescluster gebruiksbeheer beschrijft de processen die er voor zorgen dat er een continue en optimale ondersteuning plaatsvindt bij het dagelijks gebruik van de IV door de eindgebruikers. Voor het gebruik van de IV in een organisatie zijn drie onderwerpen van belang: de gebruikers, de technische ICT middelen en de inhoud van het informatiesysteem. Binnen het cluster gebruiksbeheer leiden deze onderwerpen tot drie te onderscheiden processen: Gebruikersondersteuning Beheer bedrijfsinformatie Operationele ICT aansturing 1.1 Gebruikersondersteuning Gebruikersondersteuning is het proces dat zich richt op het gebruik en functioneren van de informatievoorziening in de dagelijkse praktijk. In essentie gaat het hierbij om het inrichten van het aanspreekpunt voor de gebruikers en de communicatie met de gebruikers. De doelstelling van dit proces is dan ook het zorgdragen dat de betreffende gebruikers optimaal kunnen werken met de bestaande informatievoorziening. Onderwerpen Binnen gebruikersondersteuning spelen twee onderwerpen: 1. Afhandelen van communicatie van de gebruikers naar functioneel beheer. (call beheer, het helpdeskproces waarin functioneel beheer directe ondersteuning biedt aan de gebruikersorganisatie bij het gebruik van de informatievoorziening)) 2. Proactieve communicatie met de gebruikers vanuit functioneel beheer (verzorgen opleiding, informeren over releases). Activiteiten Call-registratie en afhandeling Gebruikerscommunicatie Call-rapportage Resultaten Afgehandelde calls Communicatie met gebruikersorganisatie Rapportage t.b.v. sturende processen Relaties Het proces gebruikersondersteuning heeft belangrijke relaties en afhankelijkheden met andere processen binnen het BiSL model maar ook met andere beheerdomeinen. Hierna volgt een beknopte opsomming: ICT-leverancier: applicatie- en technisch beheer Overige beheerprocessen binnen BISL Wijzigingenbeheer Sturende processen o Contractmanagement, wordt voldaan aan de afspraken? o Behoeftemanagement, verbeteringen in knelpunten in het gebruik van IV o Planning & Control, rapportage voortgang, bestede inzet en beschikbare capaciteit o Financieel management, budgetten worden beschikbaar gesteld voor de ondersteuning aan gebruikers o Gebruikersorganisatie, gebruikers worden geïnformeerd vanuit de gebruikersondersteuning 1.2 Beheer bedrijfsinformatie Het proces beheer bedrijfsinformatie is verantwoordelijk voor een correcte opzet en inhoud van de gegevens in de IV. Het begrip IV is hierbij breed. IV houdt zich niet alleen bezig met de gegevens en de gegevenskwaliteit in de informatiesystemen, maar ook met de gegevens in de niet geautomatiseerde onderdelen. Onderwerpen Het hoofdonderwerp van dit proces is bedrijfsinformatie. Dit is op te delen naar: geautomatiseerde IV o bedrijfsgegevens t.b.v. procesuitvoering o stuurgegevens voor correct werking informatiesysteem (parameters) niet-geautomatiseerde IV (vaak is sprake van semi automatisering: brieven, formulieren, bewaarde gegevens in een persoonlijk spreadsheet) Naast de inhoudelijke gegevens is het beheer van de gebruikte structuur waarin deze gegevens passen ook van belang. Dit wordt vaak een bedrijfsinformatiemodel genoemd. Activiteiten Bewaken / controleren o inhoudelijke controle o uitvoeren controleslagen o bewaken integriteit van de gegevens Informeren en rapporteren o verstrekken informatie over gegevens, stuurparameters o periodiek verzorgen van overzichten o ad hoc gegevensverstrekkingen Wijzigen o wijzigen diverse soorten gegevens controle correcte doorvoering (inhoudelijke gegevens, gegevensdefinities, parameters) en bedrijfsinformatiemodel Resultaten Informatiemodel (een volledig, actueel en bruikbaar model dat inzicht geeft in gegevens, gegevensdefinities en relaties tussen gegevens) Inhoudelijk juiste gegevens (inhoudelijk juist, op verantwoorde wijze aangepaste stuurgegevens) Informatieverstrekking (bevrediging gegevensbehoefte bij de gebruikersorganisatie) Relaties Het proces beheer bedrijfsinformatie heeft belangrijke relaties en afhankelijkheden met andere processen binnen het BiSL model. Hierna volgt een beknopte opsomming: Gebruikersondersteuning; aanpassen van bedrijfsgegevens of verstrekken van overzichten aangevraagd met calls Transitie; het initiëren van een wijzigingstraject Wijzigingenbeheer; controle van bedrijfsgegevens kan leiden tot wijzigingen Operationele ICT-aansturing; voor geautomatiseerde informatieaanvragen Behoeftemanagement; beheer geeft input voor verbeteringen IV. (aanvraag managementinformatie) 1.3 Operationele ICT-aansturing Het proces operationele ICT aansturing richt zich op het geven van opdrachten aan de ICTdienstverlener en op de bewaking van werking van de ICT en van de ICT dienstverlener teneinde de informatievoorzieningsprocessen in de gebruikersorganisatie mogelijk te maken. Vanuit functioneel beheer vormt dit proces het eenduidig aanstuurpunt van de ICT leveranciers op operationeel niveau. Onderwerpen, aspecten en activiteiten Onderwerpen van sturing: opdrachten, producten en diensten Aspecten van sturing: beschikbaarheid, capaciteit en continuïteit Activiteiten van sturing: plannen, verstrekken en bewaken Resultaten Opdrachten; uitvoeringopdrachten voor ICT dienstverleners en inzicht in de status van deze opdrachten Behoefteplanning; inzicht in behoeften vanuit het bedrijfsproces en inzicht in de resultaten en uitvoering van de ICT dienstverlening in relatie tot de behoeftes vanuit de bedrijfsprocessen Relaties Het proces operationele ICT aansturing heeft belangrijke relaties en afhankelijkheden met andere processen van het BiSL model. Hierna volgt een beknopte opsomming: Contractmanagement; contractmanagement levert kaders, richtlijnen en afspraken die als input gelden voor het proces van operationele ICT-aansturing ICT-leverancier; hieraan kunnen vragen worden gesteld en benodigde opdrachten worden verstrekt Gebruikersondersteuning; stuurt calls of incidenten door ICT-ondersteuning; geeft opdrachten aan ICT-leveranciers Beheer bedrijfsinformatie; kan geautomatiseerde verzoeken indienen voor het verkrijgen van informatie. 2. Functionaliteitenbeheer Organisaties opereren in een voortdurend veranderende omgeving. Het procescluster functionaliteitenbeheer kent als doelstelling het initiëren van en het zorgdragen voor de uitwerking en verandering van de gewenste wijzigingen aan de IV. Dit procescluster is daarmee verantwoordelijk voor de aansluiting van de IV op het bedrijfsproces. Veranderingen in de IV heeft betrekking op een tweetal onderwerpen: geautomatiseerde IV niet-geautomatiseerde IV (maakt deel uit van de totale IV en is van kritisch belang voor de correcte werking van de IV) De vier onderkende processen binnen functionaliteitenbeheer hebben betrekking op twee aandachtsgebieden: vormgeven; vormgeven gewenste verandering functionaliteit o Specificeren o Vormgeven niet-geautomatiseerde IV overdragen; initiëren en voorbereiden van de gewenste transitie o Toetsen en testen o Voorbereiden transitie 2.1 Specificeren De doelstelling van het proces specificeren is het vertalen van door wijzigingenbeheer aangegeven gewenste veranderingen in functionaliteit naar inhoudelijke en niet inhoudelijke oplossingsrichtingen en het vastleggen hiervan ten behoeve van de geautomatiseerde IV. Dit maakt eenduidige acceptatie van eventuele dienstverlening door ICT leveranciers mogelijk. Onderwerpen Specificaties o Logische beschrijvingen o Eventuele eisen t.a.v. de inpassing in de omgeving (interfaces) o Aanvullende eisen t.a.v. de IV Behoefte o Aanleiding(en) o Doel(en) o Randvoorwaarden Oplossing o Oplossingsruimte o ICT-vereisten o ICT-oplossing Validatie o Impact gebruikersorganisatie o Validatie en accorderen Activiteiten Behoefte bepalen; o Duidelijkheid krijgen van de aanleiding(en), o Duidelijkheid krijgen omtrent het precieze doel (of meerdere doelen) o Te hanteren randvoorwaarden bij het bereiken van doel(en) Oplossingsrichting bepalen; o Bepalen van impact voor IV o Omvang wijziging identificeren o Meerdere oplossingsrichtingen analyseren en met elkaar vergelijken Validatie; o Oplossing bespreken met gebruikersorganisatie, o Controle of oplossing wijzigingsbehoefte afdekt, valideren naar uiteindelijk doel, aanleiding en randvoorwaarden. Resultaten Vooronderzoek en informatieanalyse; o Volledig beeld van de aanleiding voor de gewenste verandering o Inzicht in de oplossingsrichting inclusief globale vereisten Specificaties; o Geaccordeerde specificaties voor zowel ICT leverancier als voor het nietgeautomatiseerde deel van IV Relaties Hierna volgt een beknopte opsomming van belangrijke relaties: Wijzigingenbeheer; de opdracht vanuit wijzigingenbeheer vormt de start voor uitwerken en opstellen van specificaties. ICT-leverancier; Opstellen specificatie heeft relatie met ICT-dienstverlener die de risicoanalyse uitvoert. Toetsen en testen; na het opstellen van specificaties vindt er overdracht plaats naar applicatie en technisch beheer. Vormgeven niet-geautomatiseerde IV; Specificaties geven beeld van de toekomst. Op basis hiervan kunnen door Vormgeven niet-geautomatiseerde IV nieuwe beschrijvingen worden gemaakt. Voorbereiden transitie; de opgestelde specificaties geven aan wat de veranderingen zijn t.o.v. huidige situatie. Hierop kunnen voorbereidende activiteiten voor georganiseerd worden. Sturende processen; inhoudelijke sturing op de keuze van de oplossingsrichting en uiteindelijke specificaties. o Behoeftemanagement; welke behoeften worden wel of niet ingevuld met specificaties o Financieel management; hoeveel budget is er voor de betreffende wijziging beschikbaar o Planning & Control; geeft beschikbare verandercapaciteit en gewenste verandermomenten binnen gebruikersorganisatie mee. o Contractmanagement; inzicht in de gemaakt afspraken en contracten met ICT leverancier. 2.2 Vormgeven niet-geautomatiseerde IV Er zijn vanuit ICT perspectief aanvullende processen, procedures, werkinstructies en handleidingen nodig voor de gebruikers en de organisatie. Daarom is binnen functionaliteitenbeheer een proces nodig dat de organisatorische inpassing realiseert. Het proces vormgeven niet-geautomatiseerde IV is gericht op het vervaardigen en onderhouden van relevante documentatie voor het gebruik en het functioneel beheer van het informatiesysteem (denk aan procedures, werkinstructies, handleidingen en dergelijke) Deze organisatorische kant heeft een nauwe afhankelijkheid van het geautomatiseerde systeem. Onderwerpen Bij dit proces spelen drie onderwerpen een belangrijke rol: 1. De wijze waarop de gebruikers de geautomatiseerde IV moeten gebruiken 2. De wijze waarop de IV in relatie tot het bedrijfsproces moet worden uitgevoerd 3. Ondersteunende en aanvullende hulpmiddelen Activiteiten Bepaling doel, randvoorwaarden, uitgangspunten en globale oplossingsrichting Bepaling relatie geautomatiseerde IV Uitwerken van het niet-geautomatiseerde IV proces Vastleggen van het nieuwe werkproces. Resultaten Beschrijving oplossingsrichting niet-geautomatiseerde IV; o Inzicht in de doelstelling van de wijziging en de randvoorwaarden die bestaan voor de verdere uitwerking van de niet geautomatiseerde IV o Inzicht in de afbakening tussen geautomatiseerde deel en niet geautomatiseerde deel. Documenten niet-geautomatiseerde IV; o Verdere uitwerking van de oplossingsrichting aan de hand van bestaande werkinstructies en handleidingen. o Beschrijvingen van de veranderingen ten opzichte van de bestaande situatie t.b.v. opleiding en instructie. Relaties Hierna volgt een beknopte opsomming van belangrijke relaties: Voorbereiden transitie; voorbereiden feitelijke ingebruikname op het gebied van niet geautomatiseerde IV. Specificeren; verzorgt de belangrijkste inputstroom. Veel benodigde informatie voor het vormgeven van niet-geautomatiseerde is reeds verzameld binnen het proces specificeren. Toetsen en testen; werkbaarheid van de niet-geautomatiseerde IV en de aansluiting met de geautomatiseerde IV beoordelen. Overige processen binnen functionaliteiten beheer. 2.3 Voorbereiden transitie Het proces voorbereiden transitie draagt zorg voor een probleemloze ingebruikname van de nieuwe of gewijzigde functionaliteit door het invullen van alle benodigde randvoorwaarden, zodanig dat de uiteindelijk gewenste verandering hierna probleemloos geëffectueerd kan worden. Onderwerpen Het is van belang onderscheid te maken tussen: Activiteiten die vooraf kunnen worden gepland en uitgevoerd Activiteiten die pas uitgevoerd worden tijdens de feitelijke transitie / ingebruikname Aanpassingen moeten mogelijk plaatsvinden op drie terreinen: 1. Gebruikers en de gebruikersorganisatie 2. ICT en ICT-dienstverlening 3. Niet-geautomatiseerde IV, de gegevens en de functioneel beheerorganisatie Gebruikers Hierbij gaat het om de afstemming van de aanwezige kennis en de manier van werken binnen de gebruikersorganisatie op de nieuwe werksituatie met het informatiesysteem of de infrastructuur. het zorgdragen dat de nieuwe ontworpen of gewijzigde werkwijze bekend is bij medewerker het zorgdragen dat eventuele nieuwe vaardigheden en kennis aanwezig zijn bij de medewerkers (b.v. opleiding) het zorgdragen dat benodigde materialen verspreid of geactualiseerd zijn en aanwezig zijn bij de gebruikers. Gebruikersorganisatie Niet alleen de gebruikers moeten weten wast er moet gebeuren, maar ook het bedrijfsproces zal mogelijk aangepast zijn: De organisatiestructuur moet gewijzigd worden Nieuwe mensen en/of functies zijn noodzakelijk Afspraken met de omgeving moeten veranderd worden De geautomatiseerde IV bij de gebruikersorganisatie De focus ligt hierbij op de inrichting van de nieuwe of gewijzigde werkomgeving of het veranderende informatiesysteem. De ICT-dienstverlening Voordat een informatiesysteem of een infrastructuur in gebruik kan worden genomen dient gewaarborgd te zijn dat het geautomatiseerde deel van het systeem ook daadwerkelijk kan draaien op de technische infrastructuur. Validatie door ICT-dienstverlener is noodzakelijk. Voorbereiding IV in de organisatie; Aanpassingen kunnen noodzakelijk zijn aan de niet of deels geautomatiseerde systemen als gevolg van de wijziging. Ook kan het voorkomen dat gegevens in het informatiesysteem aangepast moeten worden. Functioneel-beheerorganisatie; Activiteiten om de gewenste IV te laten werken kunnen zijn: Andere werkwijze, andere activiteiten of tijdstippen voor de uitvoering Andere instrumenten die gebruikt moeten worden Inspanning door functioneel beheer voor de transitie moet ook bepaald en gepland worden Activiteiten Fase 1: Plannen voorbereiding transitie Noodzakelijke onderwerpen en activiteiten die moeten worden uitgevoerd voor een succesvolle voorbereiding van de implementatie Fase 2: Uitvoering Implementatie van ICT Implementatie in de gebruikersorganisatie Implementatie IV en functioneel beheer Fase 3: Plannen transitie Globale draaiboek; verschillende transities over meerdere organisaties Generieke draaiboek; voor elke organisatie of organisatieonderdeel Specifieke draaiboek; specifieke organisatie Resultaten Plannen Een implementatieplan met uit te voeren activiteiten tijdens voorbereiding Een transitieplan waarin de tijdens transitie nog uit te voeren activiteiten staan Beheer- en gebruikersorganisatie ICT organisatie is voorbereid Gebruikersorganisatie is voorbereid Functioneel beheerorganisatie is voorbereid Relaties Hierna volgt een beknopte opsomming van belangrijke relaties: Wijzigingenbeheer en specificeren gegevens van de wijziging worden aangeleverd Gebruikersorganisatie levert aanvullende informatie die van belang is voor een goede implementatie Vormgeven niet-geautomatiseerde IV, aanlevering informatie inde vorm van documentatie en handleidingen Transitie, tijdens deze fase vindt effectuering van de wijziging plaats. Bij het proces voorbereiden transitie vinden de voorbereidende activiteiten plaats die tijdens de transitiefase worden geëffectueerd. 2.4 Toetsen en testen De doelstelling van het proces toetsen en testen is het zorgdragen dat de gewenste verandering op een vlekkeloze wijze in de organisatie wordt doorgevoerd en dat de gebruikte instrumenten,, hulpmiddelen en andere ondersteuningsvormen correct werken.. Onderwerpen Binnen het proces toetsen en testen zijn vier onderwerpen aan de orde die in onderlinge relatie worden beschouwd: 1. De geautomatiseerde IV In het proces specificeren zijn de eisen vast gelegd waar de informatiesystemen en infrastructuren aan moeten voldoen. Bij toetsen en testen wordt er gekeken of deze voldoen aan de eisen. Dit wordt meestal de acceptatietest genoemd. Het resultaat is de acceptatie van het systeem en dechargeverlening aan de ICT leverancier. 2. Procedures en werkwijzen De wijze waarop de gebruikersorganisatie moet werken dient beschreven te zijn. Dit wordt getoetst op volledigheid, correctheid en duidelijkheid. 3. Transitieplan Ten behoeve van het effectueren van de gewenste verandering is een transitieplan opgesteld en zijn eventuele veranderingen voorbereid of al uitgevoerd. 4. Gebruikersorganisatie Alle betrokken partijen zijn in beeld gebracht en spelen een rol tijdens de acceptatietest. Activiteiten Het voorbereiden van het toetsen en testen Het uitvoeren van de acceptatietest Het uitvoeren van de test op volledigheid en aansluiting van de AO Het borgen van het implementatieplan Bepaling impact van de testresultaten o Er gebeurt niets mee, omdat de impact niet groot genoeg is o Het leidt tot extra opmerkingen richting gebruikers o De opmerking wordt alsnog verwerkt o Het leidt tot een aanvullend wijzigingsverzoek o Er wordt geadviseerd niet door te gaan o De ICT leverancier wordt aangestuurd om de fouten te herstellen Resultaten Testaanpak en –opzet; Een vastgestelde teststrategie, plan en planning. Bijgewerkte set van testgevallen. Bevindingen vanuit de acceptatietest. Test- en toets resultaten Gevalideerde implementatieplannen en transitieplannen. Advies over te nemen vervolgstappen naar aanleiding van de testresultaten Uiteindelijk resultaat is een informatiesysteem dat wekt conform specificaties Decharge Dechargeverlening aan de ICT leverancier Relaties Hierna volgt een beknopte opsomming van belangrijke relaties: ICT-leverancier (toetsen en testen); beoordelen of de IV conform opgestelde specificaties Wijzigingenbeheer; afstemmen van afwijkingen t.o.v. specificaties werking van het informatiesysteem Voorbereiden transitie; afstemming over de afwijkingen t.o.v. specificaties, resultaten van de toetsing terugkoppelen Vormgeven niet-geautomatiseerde IV; afstemming over afwijkingen t.o.v. specificaties 3 Verbindende processen De processen binnen gebruiksbeheer en functionaliteitenbeheer moeten op elkaar worden afgestemd (gesynchroniseerd). Dit wordt ingevuld door twee verbindende processen op uitvoerend niveau: wijzigingenbeheer en transitie. Deze processen zijn essentieel voor een goede doorvoering van wijzigingen in de IV en hebben nauwe relaties met overeenkomstige pro0cessen binnen ASL en ITIL. 3.1 Wijzigingenbeheer Het proces wijzigingenbeheer heeft als doel te komen tot de juiste besluiten over het aanbrengen van wijzigingen of vernieuwingen in de IV. Hiertoe omvat wijzigingenbeheer een mechanisme voor het inventariseren, evalueren, prioriteren en ten uitvoer brengen van wijzigingen in de IV. Onderwerpen Binnen wijzigingenbeheer komen vele processen samen. Het is een knooppunt tussen uitvoerende en sturende processen Het begrip wijziging heeft betrekking op de gewenste verandering van de werking en de uitvoering van de IV en informatieprocessen (een wijziging van functionaliteit, in termen van functioneel beheer). Geen wijzigingen zijn: Een nieuwe gebruik opvoeren Het bestellen van een nieuwe pc Installatie van een KA pakket op een pc Een incidentele verwerking Verandering van gegevens in een informatiesysteem door gebruikers Het proces wijzigingenbeheer kent twee belangrijke thema’s: administreren en besluitvorming. Administreren: het administreren van de wijzigingen, het bijhouden van wijzigingen en wijzigingen op de kenmerken van een wijziging. Besluitvorming: het op basis van criteria beslissen over het al dan niet doorvoeren van wijzigingen en het aangeven van het tijdstip waarop deze worden doorgevoerd. Kenmerken van een wijziging bepalen de besluitvorming, dit zijn: Aanleiding; valide reden voor doorvoeren wijziging Prioriteit; heeft de wijziging een dringende behoefte Doelgroep; de omvang van de groep Impact; hoe groot is de impact van de wijziging Kosten / baten Gewenste oplevertermijn, is het binnen bepaalde tijd haalbaar Besluitvorming en status van wijzigingen (binnengekomen en geadministreerd, ingevuld en onderzocht, afgewezen, pending, in uitvoering, uitgevoerd, ingepland in een release), mandatering. Actoren van invloed op besluitvorming: kaders, strategie IV, gedachte oplossing, kenmerken wijziging. Activiteiten Inventariseren / registreren aannemen en registreren invullen en verzamelen informatie bewaking van tijdige besluitvorming terugkoppelen van de status en besluit over de gewenste wijziging Beoordelen en besluiten Analyse van binnen gekomen veranderingsbehoefte Nadere uitwerking laten maken van de veranderingsbehoefte in het proces Specificeren Bepalen van de impact Besluiten of de gewenste wijziging daadwerkelijk uitgevoerd gaat worden Inplannen van de wijziging in de tijd en evt. samenvoegen van verschillende veranderingsbehoeften Herformuleren van een wijzigingsopdracht Bewaken en bijstellen Monitoren van de uitvoering van wijzigingen Analyseren en beoordelen van afwijkingen die optreden bij de uitvoering Bijstellen van de kaders voor de uitvoering van de wijzigingsopdracht Resultaten Wijzigingsadministratie; geformuleerd en geadministreerd wijzigingsvoorstel; Besluitvorming en communicatie over wijzigingsvoorstellen. Relaties Hierna volgt een beknopte opsomming van belangrijke relaties: Cluster gebruiksbeheer; behoeften aan veranderingen Specificeren; hier wordt impactanalyse gemaakt op verzoek van wijzigingenbeheer Sturende processen; hier worden kaders aangegeven voor de besluitvorming over gewenste wijzigingen. 3.2 Transitie Het proces transitie is gericht op daadwerkelijke effectuering voor de eindgebruikers van de verandering die tot dan toe is voorbereid binnen de processen van functionaliteitenbeheer en de achterliggende activiteiten van de ICT leverancier. Transitie vormt het regiemechanisme op het in gebruik nemen van aangebrachte wijzigingen of vernieuwingen. Tijdens de transitiefase vindt de daadwerkelijke ingebruikname plaats. Onderwerpen Transitieplan; leidraad voor het proces transitie Gegevens; uitvoering gegevensconversie (handmatig en geautomatiseerd) Gebruikers; op de hoogte gesteld van de verandering, duidelijk communiceren Geautomatiseerde IV; beschikbaarstelling gegevens en applicaties in de juiste productieomgeving Gebruikersorganisatie; eindcontrole op invulling van alle benodigde randvoorwaarden Functioneel-beheerorganisatie; moet zelf ook gereed zijn om te kunnen ondersteunen ICT-dienstverlening; controle gewijzigde serviceafspraken Activiteiten Uitvoeren Communicatie Aansturing en opdrachtverstrekking Uitvoeren van gegevensconversie Distributie benodigde materialen en procedures Bewaken Bewaking of voorbereidingen zijn uitgevoerd Terugkoppeling voortgang transitie Registreren en doorgeven eventuele knelpunten Bijstellen Extra conversieactiviteiten Extra documentatie Aanvullende kennisoverdracht Nazorg activiteiten na verankeren wijziging Aangepaste opdracht naar de ICT-leverancier Resultaten Gewijzigde IV Uiteindelijk resultaat is een gewijzigd bedrijfsproces Inhoudelijke bedrijfsgegevens geconverteerd naar het nieuwe formaat Applicatie- en infrastructuurcomponenten overgezet door ICT-leverancier Gebruikersorganisatie beschikt over alle benodigde documentatie en formulieren Transitierapport Inzicht in de voortgang en status van de uitvoering van de transitie en zicht op eventueel optredende knelpunten. Relaties Hierna volgt een beknopte opsomming van belangrijke relaties: ICT-leverancier, zal voor een groot deel uitvoerende activiteiten verrichten Planning & Control, afstemming met transitie over tijdspad en afzonderlijke momenten van ingebruikname door de eindgebruikers Behoeftemanagement, rapportage over de afronding en inhoudelijke kwaliteit van alle voorbereidende processen. Terugkoppeling over het verloop van de overgang naar gebruik. Financieel management, rapportage over kosten. Contractmanagement, aanreiken kaders voor de opdrachtverstrekking aan ICTleveranciers. Terugkoppeling hoe de opdrachtverstrekking en –uitvoering verlopen. Processen binnen het cluster gebruiksbeheer, Opgeleverde producten worden ter beschikking gesteld aan de processen binnen gebruiksbeheer. Gebruikersorganisatie, voorzien van alle benodigde materialen en documentatie. Sturende processen Bij sturing op de informatievoorziening binnen een organisatie zijn er vier parameters waarop deze sturing plaatsvind. De parameters van sturing: Managen van tijd en capaciteit (wie en wanneer) Managen van kosten (hoeveel) Managen van inhoud en functionaliteit (wat) Managen van de dienstverleningsafspraken (hoe en wanneer) Anders dan bij applicatie- en technisch beheer hebben de sturende processen binnen functioneel beheer de neiging om een middenweg te zoeken tussen de volgende vier domeinen: 1. Bedrijfsproces; basis waaruit de veranderingsbehoefte of gewenste verbeteringen voortkomen 2. ICT-dienstverleners; hier worden kosten gemaakt en investeringen gedaan 3. Beleid; door visie een uitgestippelde route naar de toekomst van de IV 4. Eigen functioneel-beheerorganisatie; alle onderdelen in de organisatie binnen het domein van functioneel beheer. De sturingscyclus bij alle sturende processen binnen BiSL Plannen Controleren Evalueren 4.1 Planning & Control Het proces planning & control heeft als doel het plannen, bewaken en bijsturen van de activiteiten van de organisatie die te maken hebben met het verzorgen van de IV. Met als resultaat het inzetten van IV in de organisatie, op tijd en met optimale inzet van capaciteit. Onderwerpen Planning & Control is verantwoordelijk voor de aansturing vanuit de organisatie ten aanzien van tijd en inzet van mensen. Naast aspecten van de ICT organisatie wordt ook gelet op: Tijdslijnen en noodzakelijke verandercapaciteit reserveren voor doorvoeren en veranderingen voor de gebruikers Capaciteit en beschikbaarheid van functioneel beheer om veranderingen te realiseren op het juiste moment. Beschikbare capaciteit van het lijnmanagement van de gebruikersorganisatie Mogelijkheden en termijnen die leveranciers kunnen realiseren Planning & Control richt zich op: In de organisatie beschikbare capaciteit o De planning en sturing van de veranderingen o De effectiviteit en de gevolgen van de verandering in de gebruikersorganisatie o De functioneel beheerorganisatie Mogelijke tijdslijnen en opleveringstermijnen of overdrachtsmomenten o Het management en stafafdelingen o De gebruikersorganisatie o De functioneel beheerorganisatie Activiteiten Plannen Bepalen noodzakelijke (mens)capaciteit Inplannen noodzakelijke capaciteit Bepalen benodigde tijdslijnen Onderkennen risico’s Allocatie van capaciteit Afstemmen met overige processen Controleren Controleren van beschikbaarheid Bewaken van bestede uren Bewaken van de voortgang Evalueren Evalueren resultaten Onderkennen van problemen Vastleggen van afwijkingen en nemen van maatregelen Resultaten Jaarplan IV; plan voor de ontwikkelingen bestaande en toekomstige IV Jaarplan functioneel beheer; overzicht van alle in komende periode te ondernemen activiteiten Planning- en inzetoverzicht; inzicht in ingeplande activiteiten, beschikbare capaciteit en beschikbare expertise Voortgangsrapportages en kengetallen; inzicht in verloop van de processen, verbeterpunten voor de toekomst Relaties Hierna volgt een beknopte opsomming van belangrijke relaties: Wijzigingenbeheer, hier komt de informatie over de noodzakelijke tijdstippen en tijdlijnen voor veranderingen vandaan Sturende processen, de aansturing van de ICT-leverancier loopt via Contractmanagement Overige processen, tijdsbestedingen, ontwikkelingen, normgetallen Strategische processen, hier komen de kaders voor de besluitvorming vandaan over allocatie, gehanteerde termijnen, et cetera. 4.2 Financieel management Het proces financieel management heeft tot doel het maken, onderhouden en bewaken van een kosteneffectieve IV en kostenefficiënte inzet van ICT middelen voor ondersteuning en uitvoering van de bedrijfsprocessen. Bij een investeringsbeslissing wordt naast de kosten ook naar de baten gekeken. Onderwerpen Dit proces is verantwoordelijk voor de kosten / baten kant van de IV en de geautomatiseerde ICT ondersteuning. Drie aspecten spelen hierbij een rol: 1. Business case; benaderen vanuit bedrijfsperspectief (heeft de ICT-bestelling voldoende baten?) en ICT-dienstverleners perspectief (gevraagd wordt diensten te verlenen). 2. Marktconformiteit; zijn de kosten voor de geleverde diensten realistisch? Dit hangt af van drie zaken: a. De scherpte van het contract b. De kwaliteit en efficiency van de ICT dienstverlener c. De mate waarin de ICT dienstverlener stuurt en kan sturen op interne efficiency 3. Financiële sturingsvorm; a. Externe component: hoe ga je om met de financiële aansturing van de ICTleverancier b. Interne component: hoe wordt binnen de eigen organisatie gekeken naar de kosten van IV Activiteiten Plannen Maken plan kosten IV Maken plan voor kosten veranderingen in IV Bepalen benodigde budgetten Inplannen benodigde budgetten Plannen van de baten Onderkennen risico’s Plannen benodigde financiële middelen Allocatie financiële middelen Afstemmen met Planning & Control, Behoeftemanagement en Contractmanagement Controleren Volgen van de kosten Bijstellen van de budgetten Onderhandelen met de leverancier Evalueren Evalueren voortgang proces Evalueren contractvorm Evalueren baten Resultaten Jaarplan IV, budgettering van veranderingen en lopende activiteiten Budgetten, reserveringen en onderbouwing in een bc t.b.v. besluitvorming Jaarplan functioneel beheer, budget voor uitvoering functioneel beheer activiteiten Begrotingsoverzicht (kosten en baten) en factuuroverzicht (inzicht in ontwikkeling van de kosten) Evaluatie en kengetallen, verbeterpunten en beleidsaanbevelingen Relaties Hierna volgt een beknopte opsomming van belangrijke relaties: Wijzigingenbeheer, financieel beheer stelt budgetten ter beschikking Sturende processen, aansturing ICT-leverancier op financieel vlak via Contractmanagement Overige processen, kaders voor financiële bestedingen, bestellingen Strategische processen, financiële kaders voor de besluitvorming 4.3 Behoeftemanagement Uitgangspunt voor behoeftemanagement zijn de behoeften vanuit het bedrijfsproces aan ondersteuning door middel van IV. Deze behoeften vertalen zich naar kwaliteit van de IV en kwaliteit van de ICT leverancier. Het proces behoeftemanagement heeft als doel het zorgdragen dat de bedrijfsprocessen van een organisatie ondersteund of ingevuld worden door een goede IV. Daarnaast is behoeftemanagement ervoor verantwoordelijk dat bestaande en nieuwe behoeften binnen het bedrijfsproces worden onderkend en dat hierover besluitvorming plaatsvindt. Onderwerpen Centraal binnen behoeftemanagement staan drie begrippen: De informatievoorziening van het bedrijfsproces De geautomatiseerde IV De organisatie die verantwoordelijk is voor de invulling en uitvoering van IV taken Uitgangspunt van behoeftemanagement is dat sprake is van aansluiten IV op: Medewerkers / gebruikers Informatie t.b.v. bedrijfsproces Procesgang organisatie Omgeving IV Behoeftemanagement is verantwoordelijk voor de kwaliteit van de IV. Dat is de mate waarin organisatie (management) en gebruikers tevreden zijn over de totale IV, de geautomatiseerde IV en de functioneel beheer organisatie. Activiteiten Plannen Definiëren van gewenste kwaliteit Bepalen noodzakelijke benodigde IV Afstemmen Financieel management, Planning & Control, contractmanagement Controleren Bepalen resultaten van veranderingstrajecten Bepalen kwaliteit van veranderingen Evalueren Monitoren onderlinge aansluiting Monitoren werking van infosysteem Monitorengebruik van applicatie Monitoren informatie-uitwisseling Monitoren functioneren van IV Monitoren functioneren IV-organisatie Vaststellen uiteindelijke gerealiseerde kwaliteit Resultaten Jaarplan IV, de benodigde inhoudelijke ondersteuning van de bedrijfsprocessen en prioritering Jaarplan functioneel beheer, waar functioneel beheer het komend jaar de aandacht op gaat richten Kwaliteitsplan, inzicht in geconstateerde knelpunten / problemen in relatie tot de processen en bijbehorende IV Statusrapportage, inventarisatie problemen in de inhoud van de IV of de IV processen Evaluatie en kengetallen Relaties Hierna volgt een beknopte opsomming van belangrijke relaties: Wijzigingenbeheer, vanuit behoeftemanagement worden wijzigingen geformuleerd die door wijzigingenbeheer worden afgehandeld. Sturende processen, aansturing ICT-leverancier op kwaliteit van product en proces via Contractmanagement. Met alle sturende processen vindt uitwisseling en afstemming plaats om integrale sturing en besluitvorming uit te kunnen voeren. Overige processen; rapportages over kwaliteit van de overige processen dienen als input voor behoeftemanagement Strategische processen, behoeftemanagement krijgt kaders aangereikt zodat beleid vertaald kan worden naar wijzigingen 4.4 Contractmanagement Bij contractmanagement staan de afspraken centraal die gelden voor de diensten die door de ICT leverancier worden geleverd. Het proces contractmanagement is verantwoordelijk voor het maken van goede afspraken over de geautomatiseerde IV en de dienstverlening door de ICT leverancier, alsmede het bewaken en verbeteren ervan. Binnen dit proces wordt ook de rol van formeel opdrachtgever voor de ICT leverancier ingevuld. Daarmee vormt contractmanagement de interface op sturend niveau met de ICT leverancier Onderwerpen Dienstverleningsvormen en invulling. Een belangrijk resultaat van contractmanagement bestaat uit Sla’s en Sla gerelateerde producten. (bijvoorbeeld een DAP **Dossier Afspraken en Procedures** en de bewaking daarvan) Drie onderwerpen zijn van invloed op de invulling en aansturingswijze: Inhoud van de dienstverlening; behoefte aan IV Vorm van de dienstverlening; resultaatverplichting of inspanningsverplichting Opbouw van de dienstverlening; op welke wijze wordt de ICT-dienstverlening vormgegeven. Service level. Het is de taak van functioneel beheer om vanuit de behoefte van het bedrijfsproces een vertaalslag te maken naar gewenste diensten met een daaraan gekoppeld gewenst kwaliteitsniveau. Dit leidt tot het afspreken van service levels. Activiteiten Plannen: Definitieve vaststelling relatie met ICT-leverancier Verstrekken opdrachtkaders Afspreken te ontvangen diensten van ICT-leverancier Afspreken kwaliteitsniveaus Afspreken wijze communicatie Contractafspraken Aansturen van en maken afspraken met ICT-leveranciers over tijd, capaciteit, kosten en inhoud van de te leveren diensten Controleren: Monitoren of afgesproken ICT-diensten overeenkomen met de ontvangen ICT diensten Monitoren of de communicatie met ICT-leverancier op adequate wijze verloopt. Bewaken of de in rekening gebracht kosten door ICT-leverancier overeen komt met gemaakte afspraken Evalueren: Monitoren of afgesproken ICT-diensten aansluiten op bedrijfsprocessen Monitoren of ICT-leverancier levert wat ze zelf willen bijdrage aan de organisatie Resultaten Afspraken Contract en contractvorm voor een beschrijving van de samenwerkingsvorm Randvoorwaarden van samenwerking en gebieden van samenwerking SLA met daarin beschrijvingen van benodigde diensten en de randvoorwaarden Beschrijving van de wijze van communicatie en de te volgen procedures voor de samenwerking. Jaarplan IV Plan met ontwikkelingen in de bestaande en toekomstige IV Dienstverleningsrapportages Service Level Rapportages (SLR) geeft een overzicht van de verlangde en daadwerkelijke geleverde ICT-diensten Relaties Hierna volgt een beknopte opsomming van belangrijke relaties: Wijzigingenbeheer; geeft gewenste opdrachten aan bij Contractmanagement die ze concretiseert. Contractmanagement geeft aan Wijzigingenbeheer richtlijnen voor de samenwerking en communicatie met de ICT-leverancier. Sturende processen, afstemming met de ICT-leverancier over de afspraken rond de dienstverlening loopt via contractmanagement. Overige processen, operationele ICT-aansturing, Specificeren en Toetsen & testen leveren rapportages over kwaliteit, communicatie en samenwerking met ICTleverancier. Strategische processen, contractmanagement krijgt van strategisch management kaders aangereikt met concrete afspraken over samenwerking met ICT-leverancier. Richtinggevende processen 5. Opstellen Informatiestrategie De bestaande IV bestaat voor 80% over vijf jaar ook nog. Dit vraagt om een benadering van het informatiebeleid waarbij vanuit de huidige situatie naar de toekomst wordt gekeken. Het maken van het inhoudelijke informatiebeleid vindt plaats op twee niveaus. Er is sprake van een corporate IV en onderliggende IV binnen in formatiedomeinen. Het procescluster opstellen informatiestrategie richt zich op de toekomst van de IV binnen de organisatie. Regelmatig wordt onderzocht of de huidige IV nog aansluit op de bedrijfsprocessen. Te onderzoeken onderwerpen De omgeving van de organisatie De Gebruikers en het bedrijfsproces Technologie 5.1 Bepalen ketenontwikkelingen Het doel van proces bepalen ketenontwikkelingen is het in kaart brengen van de ontwikkelingen op het terrein van informatisering over organisaties heen en het vertalen van deze ontwikkelingen naar gevolgen voor de inhoud van de IV voor de eigen organisatie, zodat op langere termijn de bedrijfsprocessen aansluiten op de omgeving en worden ondersteund door een effectieve, efficiënte en met ketenpartners afgestemde IV. Tot de partners in de keten horen alleen andere gebruikersorganisaties. De businessconsumenten relaties zijn ook van belang, maar hiervoor zijn de marketing- of verkoopprocessen binnen de organisatie verantwoordelijk. Onderwerpen Doelen, mogelijkheden en onmogelijkheden van samenwerking Het bedrijfsproces van de betreffende organisaties Onderlinge informatiestromen tussen de organisaties Invulling van de IV (wel of niet geautomatiseerd) Activiteiten Inventariseren Verzamelen van wensen en ontwikkelingen van ketenpartners In kaart brengen van de relevante ontwikkelingen in de bedrijfsprocessen van de relevante organisaties In kaart brengen van globale informatiestromen In kaart brengen van de bestaande infrastructuren en mogelijkheden tot verdergaande koppelingen Bepalen van de impact van de ontwikkelingen Bepalen van het geheel aan ontwikkelingen. Bepalen van de mogelijkheid en wenselijkheid van nieuwe ketens In kaart brengen van de impact hiervan Aangeven van een eerste voorgestelde beleidsrichting op terrein van keteninformatisering Resultaten Rapport ketenontwikkelingen Inventarisatie van de impact van de ketenontwikkelingen Relaties Hierna volgt een beknopte opsomming van belangrijke relaties: Ketenpartners ICT-leveranciers; ontwikkelingen gedeeld met ICT-leveranciers Informatie lifecycle management, bedrijfsbrede ontwikkelingen en ontwikkelingen op onderliggend niveau worden doorgegeven naar het proces Informatie lifecycle management Informatie portfolio management, bedrijfsbrede ontwikkelingen en ontwikkelingen op onderliggend niveau worden doorgegeven naar het proces Informatie portfolio management Informatie coördinatie Sturende processen, leveren relevante informatie over sturingsaspecten en ontwikkeling binnen de organisatie. 5.2 Bepalen bedrijfsprocesontwikkelingen Het doel van het proces bepalen bedrijfsprocesontwikkelingen is het in kaart brengen van de ontwikkelingen op langere termijn binnen de organisatie en de bedrijfsprocessen, zodat over langere termijn de bedrijfsprocessen op een efficiënte, afgestemde en evenwichtige wijze ondersteund worden door IV. Onderwerpen Ontwikkelingen in de eigen organisatie zijn van grote invloed op de keuzes die gemaakt worden in de IV. Onderwerpen en ontwikkelingen in het bedrijfsproces met gevolgen voor de IV zijn; Leveranciers van de gebruikersorganisatie Klanten van de gebruikersorganisatie Organisatie en besturing; een organisatie is er om het bedrijfsproces te structureren, te organiseren en besturen Een ondersteunende infrastructuur Binnen het proces bepalen bedrijfsprocesontwikkelingen zelf wordt geen beleid gedefinieerd en vastgesteld. Dat gebeurt binnen Informatie portfolio management en Information lifecycle management. Activiteiten Inventariseren In kaart brengen van de relevante ontwikkelingen in de productieprocessen In kaart brengen van veranderingen in het beleid van de organisatie t.a.v. markten In kaart brengen van veranderingen in het beleid van de organisatie t.a.v. leveranciers In kaart brengen van de diverse soorten infrastructuur Inventariseren ontwikkelingen t.a.v. de sturing van de organisatie Bepalen van de impact van de ontwikkelingen In kaart brengen van de impact voor de IV en de onderliggende delen Opstellen van een eerste voorgestelde invullingrichting t.a.v. IV Resultaten Analyse organisatiebeeld Inzicht in de ontwikkelingen in de bedrijfsprocessen van de gebruikersorganisatie. Inventariseren van de impact van de ontwikkelingen Inschatting van de impact van de ontwikkelingen in de gebruikersorganisatie. Relaties Hierna volgt een beknopte opsomming van belangrijke relaties: Gebruikersorganisatie; van management gebruikersorganisatie wordt informatie verkregen over de relevante ontwikkelingen. ICT-leveranciers; Informatie wordt gedeeld met applicatiebeheer en technisch beheer voor de inschatting van impact Informatie portfolio management en Informatie Iifecycle management; Resultaten Bepalen bedrijfsprocesontwikkelingen vormen input. Informatie coördinatie; De informatie over ontwikkelingen in de gebruikersorganisatie wordt doorgegeven naar informatie coördinatie. Sturende processen; leveren relevante informatie over sturingsaspecten en ontwikkelingen binnen de organisatie. 5.3 Bepalen technologieontwikkelingen Binnen het proces bepalen technologieontwikkelingen wordt gekeken welke technische ontwikkelingen zich voordoen die interessant kunnen zijn voor de organisatie. Het gaat om de toepasbaarheid van technologische mogelijkheden binnen de IV in relatie tot het bedrijfsproces. (vanuit bedrijfsperspectief, het meer over de toepasbaarheid) Onderwerpen Het belang van technologische ontwikkelingen: Technologie biedt soms nieuwe mogelijkheden Bestaande technologie wordt soms vervangen Kosten van technologie kunnen hoog zijn Technologische middelen worden bekeken vanuit de perspectieven: Applicaties Infrastructuur Er zijn verschillende partijen die invloed hebben op de technologie gebruikt voor IV: Leveranciers Markt, de gebruikers van de mogelijkheden Activiteiten Inventariseren In kaart brengen van de huidige gebruikte technologie In kaart brengen van de relevante technologische ontwikkelingen Informatie inwinnen of ontvangen bij ICT-leveranciers over hun visie op ontwikkelingen Bepalen van de impact van de ontwikkelingen In kaart brengen van de kansen en bedreigingen voor de IV Het inventariseren van mogelijke schaalvoordelen op het terrein van de technologie Het inventariseren van mogelijke kosten en eventuele baten van de veranderende technologie Het geven van een eerste voorzet voor een strategie Resultaten Analyse gebruikte en nieuwe technologie Inzicht in de ontwikkelingen en mogelijkheden ten aanzien van reeds gebruikte en nieuwe in te zetten technologie Inventariseren van de impact van de ontwikkelingen Een eerste inschatting van de consequenties van de ontwikkelingen op het gebied van gebruikte technologie voor de IV Inzicht in de mogelijkheden en consequenties van nog niet gebruikte technologische mogelijkheden en een eerste indicatie voor de kosten en baten aan de inzet van deze technologie verbonden zijn. Relaties Hierna volgt een beknopte opsomming van belangrijke relaties: Applicatiebeheer en technisch beheer; ICT-leverancier levert input voor het proces Bepalen technologieontwikkelingen. Markt: rechtstreeks van de totale technologiemarkt informatie verzamelen over relevante ontwikkelingen. Informatie lifecycle management; De ontwikkelingen, kansen en bedreigingen in de technologie op de markt en de impact ervan op onderliggende niveau worden doorgegeven naar het proces ILM Informatie portfolio management; De ontwikkelingen, kansen en bedreigingen in de technologie op deze markt en worden doorgegeven. Informatie coördinatie; levert informatie over ontwikkelingen of behoeften en aanzien van de technologie vanuit andere processen Sturende processen: communicatie met de sturende processen over gebruik van technologie, eventuele contracten en licenties, kwaliteit en garantietermijnen bijvoorbeeld voor ondersteuning. 5.4 Informatie lifecycle management Bedrijfsprocessen zijn in hoge mate stabiel en als gevolg daarvan ook de behoefte aan IV binnen het bedrijfsproces.. Dit heeft tot gevolg dat IV in de basis redelijk stabiel is. (onderzoek toont aan dat 80% van de huidige IV over 5 jaar nog steeds bestaat) De doelstelling van het proces Informatie lifecycle management is het maken van een strategie voor de iIV, het vertalen naar acties en investeringen en zorgdragen voor de effectuering. De hoofdlijnen van de toekomstige functionaliteit van de IV worden vastgesteld. (met focus op informatiedomeinen) Onderwerpen Diverse onderwerpen spelen een rol bij de toekomstbepaling van de IV Veranderingen in het bedrijfsproces of behoeften eraan – beleid Veranderingen gewenst vanuit het huidige gebruik – functionele kwaliteit Verandering gewenst vanuit techniek – applicatie en infrastructuur Mogelijkheden nieuwe technologie Scenario’s en schetsen Activiteiten Inventarisatie Inventarisatie veranderingsbehoeften vanuit huidige situatie Inventarisatie veranderingsbehoeften omgeving en beleid Opstellen scenario Bepaling implicaties van alle veranderingsbehoeften Bepaling van oplossingsrichtingen Bepaling van impact oplossingsrichtingen Voorstel keuze Afstemmen scenario afstemmen van scenario en schets met andere delen van de IV Bijstellen van scenario Resultaten Statusrapport; status huidige IV voor een bepaald informatiebeheersgebied Informatiestrategie; beschrijving gewenste IV, scenario, relaties, inschatting Aan de opgestelde strategie zijn ook verbonden een budget voor de langere termijn en invulling van andere randvoorwaarden die nodig zijn om de strategie te kunnen realiseren Te volgen tijdspaden Relaties Hierna volgt een beknopte opsomming van belangrijke relaties: Sturende processen o Behoeftemanagement; behoeften, kwaliteit van de IV o Contractmanagement; kosten en kwaliteit ICT-dienstverlening o Planning & Control; capaciteit en bestaande plannen voor de IV o Financieel management; totale kosten, baten of belang en ontwikkelingen daarin Resultaat van Informatie lifecycle management wordt doorgegeven naar de sturende processen. ICT-leverancier (applicatiebeheer en technisch beheer) Leveren bijdrage aan de invulling van het proces Informatie lifecycle management. Informatie portfolio management; uitwisseling statusbepaling. Informatie coördinatie; Informatie coördinatie levert input aan Informatie lifecycle management Overige processen binnen bepalen Informatiestrategie; leveren input over behoeften en ontwikkelingen voor het proces Informatie lifecycle management. 5.5 Informatie portfolio management Het tweede proces waaruit informatiebeleid voortkomt is Informatie portfolio management. Dit proces draagt zorg voor een vanuit bedrijfsbrede optiek optimale inzet van middelen en opzet van de IV en het afstemmen van de verschillende plannen ten aanzien van de toekomstige ontwikkelingen van de IV. Op basis hiervan worden de bedrijfsbrede en bedrijfsbreed gedragen beslissingen genomen over uit te voeren veranderingen Onderwerpen Informatie lifecycle management: strategiebepaling voor de afzonderlijke onderdelen per specifiek informatiedomein van de IV. Informatie portfolio Management; houdt zich bezig met het geheel en samenhang tussen de verschillende delen van de IV. Drie onderwerpen spelen een rol bij Informatie portfolio management: 1. De structuur van de IV; samenhang en opdeling, verschillende domeinen moeten worden afgebakend 2. De portfolio; de veranderingen in het geheel van de IV (inzichtelijk krijgen van alle veranderingen en oplossingsmogelijkheden op het geheel van de IV en afstemmen over het gehele domein) 3. de gebruikte middelen in de IV (gebruik van technologie, infrastructuurarchitectuur en ontwikkelarchitectuur) Activiteiten Inventarisatie Inventarisatie veranderingsbehoeften vanuit huidige situatie Inventarisatie veranderingsbehoeften omgeving en beleid Inventarisatie gebruikte middelen Inventarisatie bestaande ontwikkelingen op het terrein van de sturing van de IV Uitvoering overkoepelende afweging Diverse ontwikkelingen aan elkaar relateren Maken van afwegingen op het terrein van de portfolio Voorstel prioriteiten, architectuur en standaards Afstemmen scenario Afstemmen van scenario en schets tussen de verschillende onderdelen van de IV Bijstellen van scenario Resultaten Informatie-architectuur een indeling op hoofdlijnen van de IV in onderliggende delen Informatiebeleid en portfolioplanning Besluitvorming over grootschalige en zwaarwegende veranderingsbehoeften op basis van ontwikkelingen Beschrijving van de portfolio en impact Afspraken over het gebruik van basismiddelen, standaards en richtlijnen ten aanzien van de middelen, maatregelen en investeringen Relaties Hierna volgt een beknopte opsomming van belangrijke relaties: Informatie lifecycle management, er bestaan diverse relaties tussen Information lifecycle en Informatie portfolio management. De strategie voor het specifieke deel van de IV zoals dat binnen ILM wordt opgesteld moet afgestemd worden met het beleid over het geheel (IPM) Overige processen binnen Bepalen Informatiestrategie; leveren input over ontwikkelingen op terrein van technologie, bedrijfsproces en gebruikersorganisatie, omgeving en ketens. Informatie coördinatie: is de spil tussen organisatie en inhoud. Communicatie ten aanzien van de organisatie verloopt via Informatie coördinatie. Ook zal Informatie coördinatie kijken of de inhoud van het beleid nog past binnen de organisatorische kaders die afgesproken zijn. Gebruikersorganisatie; de portfolio en architecturen worden doorgegeven aan de gebruikersorganisatie. ICT-leverancier; Applicatiebeheer en technisch beheer leveren een bijdrage door scenario’s op te stellen voor bedrijfsbrede IV en technologie. 6. Opstellen IV-organisatiestrategie Vaak is sprake van meerdere partijen die de organisatie van de IV uitvoeren. Om informatieuitwisseling over een keten effectief te laten werken moeten alle belangen van de ketenpartners helder zijn en worden onderlinge afspraken gemaakt. In het leveranciersbeleid wordt aangegeven welke leveranciers het meest geschikt zijn en wat voor soort relatie men nastreeft. De doelstelling van dit procescluster is het definiëren op welke wijze de uitvoering en besluitvorming over de IV worden georganiseerd. Bij functioneel beheer heeft men te maken met vier soorten organisaties 1. Leveranciers 2. Ketenpartners 3. Eigen gebruikersorganisatie 4. Eigen functioneel-beheerorganisatie 6.1 Leveranciersmanagement Leveranciersmanagement heeft als doel te bepalen welke partijen (leveranciers) het meest geschikt zijn om de voor de IV benodigde kennis en middelen in te brengen en te bepalen welke rol en verantwoordelijkheden deze ICT-leveranciers moeten hebben. Onderwerpen 1. Assortiment Welke onderdelen heeft men nodig. Interne leverancier wordt als externe leverancier beschouwd. 2. Verwachtingen/realisatie Welke verwachtingen heeft men van de leverancier voor wat betreft de te leveren producten en diensten. Doel as: assortiment – verwachtingen / realisatie 3. Verantwoordelijkheden Verantwoordelijkheden en beslissingsbevoegdheden moeten bij de leverancier belegd zijn. 4. Afspraken Afspraken of raamafspraken met de leverancier vastleggen Afspraken as: verantwoordelijkheden – (raam) afspraken 5. Overlegvormen Managen van de contracten. Dienstverlening van de ICT-leverancier moet in lijn worden gebracht met de uiteindelijke strategische doelen van de IV. 6. Relatie Bepalen op welk niveau de relaties met de leverancier worden belegd. Communicatie as: relatie – overlegvormen Activiteiten Leveranciersbeleid (hoe wil men met de leverancier om gaan?) Welke behoeften onderkent men t.a.v. de inzet van ICT en welk assortiment heeft de gebruikersorganisatie nodig. Welke verwachtingen heeft met t.a.v. het assortiment? Welke relatie wenst men met leveranciers? Wat betekent het leveranciersbeleid in relatie tot de eigen organisatie? Welke generieke afspraken zijn er t.a.v. inkoopbeleid? Leverancier evaluatie en leveranciersselectie Voldoen de bestaande leveranciers? Wat is de impact van het beleid voor de bestaande leveranciers? In hoeverre is het noodzakelijk nieuwe leveranciers te betrekken? Hoe worden deze dan geselecteerd? Welke contractvormen wordt gekozen en welke voorwaarden worden aan het uiteindelijke contract gesteld? Hoe wordt de communicatie en rapportage geconcretiseerd? Leveranciersbeheer Vaak vindt op meerdere niveaus relatiebeheer plaats. Leveranciersbeheer besteedt aandacht aan de mate waarin de leveranciers afspraken nakomen. Resultaten Leveranciersbeleid Beleid over de omgang met leveranciers Controle generieke afspraken met leveranciers Richtlijnen of suggesties hoe om te gaan met specifieke leveranciers Raamcontracten voorlangere termijn invulling geven. Leveranciersinformatie Informatie over leveranciers en contracten Diensten en assortiment Generieke afspraken en richtlijnen Relaties Hierna volgt een beknopte opsomming van belangrijke relaties: Management, inkoopbeleid van management stelt kaders aan Leveranciersmanagement Contractmanagement, vanuit Contractmanagement wordt er terugkoppeling gegeven over de ervaring met bestaande leveranciers. Behoeftemanagement, nieuwe of bestaande behoeften kunnen ook ontstaan binnen Behoeftemanagement en doorgegeven worden naar Leveranciersmanagement. Informatie coördinatie, informatie wordt via Opstellen informatiestrategie gedeeld. Leveranciers, strategische afspraken in raamcontracten worden samen met de leveranciers vastgesteld. Leveranciers zullen contracten, voorstellen, informatie verstrekken over hun organisatie. 6.2 Relatiemanagement gebruikersorganisatie Doelstelling van het proces relatiemanagement gebruikersorganisatie is het vormgeven en bewaken van de consistentie, samenhang, en communicatie tussen de IV en de gebruikersfunctie. De relatie tussen IV-organisatie (functioneel beheer) en gebruikersorganisatie staat daarmee centraal. Onderwerpen Beslissingsbevoegdheid en machtsverhoudingen. KSF voor de sturing van de IV-functie is de mate waarin deze aansluit op de beslissingsstructuren binnen de gebruikersorganisatie. De volgende onderwerpen spelen een rol bij de sturing van de IV: De structuur van de organisatie De machtsverhoudingen en beslissingsbevoegdheden Het mandaat dat de functioneel beheerorganisatie heeft voor aansturing van de IV De benaderingswijze vanuit functioneel beheer naar de bedrijfsprocesorganisaties De overlegstructuur tussen functioneel beheer en het bedrijf Activiteiten Evaluatie relatie gebruikersorganisatie Ontwikkelingen binnen de sturing van de gebruikersorganisatie worden in kaart gebracht. Onderkennen welke ontwikkelingen inde gebruikersorganisatie spelen Evalueren wat deze ontwikkelingen betekenen in relatie tot de bestaande functioneel beheer organisatie Evalueren hoe de bestaande functioneel- beheerorganisatie opereert richting eindgebruikers. Onderkennen of er tekortkomingen zijn in de huidige sturing, mandatering, relatie en beleving Bepalen welke veranderingsbehoeften er zijn Opstellen relatiebeleid Onderkennen van het doel en gewenste vorm van de relatie Onderkennen van het noodzakelijke en gewenste mandaat Opstellen van kaders voor deinvulling van het mandaat Onderkennen en vormgeven van verschillende communicatiekanalen naar de gebruikersorganisatie Bepalen van de gewenste of noodzakelijke contactpersonen binnen de gebruikersorganisatie Het vormgeven van het mandaat en het vormgeven van de communicatiekanalen Het inrichten van de werkwijze en het initiëren van het beleid of de verandering. Relatiebeheer Beheren van de relaties en het evalueren van de effectiviteit van de relatie en mandaat. Het verder uitwerken en uitvoeren van deze relaties en overlegstructuren. Ook vindt er bewaking plaats op uitvoering en effectiviteit van de relatie. Resultaten Structuurplan voor de IV-functie o Inzicht in de beslissingsstructuren o Een plan van positionering, structuur en besluitvorming IV functie Afspraken met gebruikersorganisatie o Afspraken over de verantwoordelijkheden en mandaat functioneel beheer organisatie o Beleid inzake de communicatievormen met de gebruikersorganisatie Relaties Hierna volgt een beknopte opsomming van belangrijke relaties: Gebruikersorganisatie, er zal geïnventariseerd worden bij de gebruikersorganisatie wat ontwikkelingen zijn in de structuur, sturing, machtsverhoudingen. Behoeftemanagement, behoeften op het gebied van inhoud en besturing van de IV worden mede geïnventariseerd binnen behoeftemanagement. Vanuit Relatiemanagement gebruikersorganisatie worden beleid en richtlijnen verstrekt over de wijze van opereren naar de gebruikersorganisatie toe. Strategie inrichting IV-functie, de opzet en verantwoordelijkheden van de onderdelen van de functioneel beheer organisatie worden doorgegeven aan Strategie inrichting IV-functie. Informatie coördinatie, via Informatie coördinatie verloopt de afstemming over ontwikkelingen op inhoudelijk terrein met het cluster Opstellen Informatiestrategie. 6.3 Ketenpartners-management Ketenpartners-management maakt het mogelijk dat tussen verschillende organisaties informatie uitwisseling plaatsvindt. Onderwerpen Kenmerkend voor ketens is het ontbreken van een overkoepelende hiërarchische beslisser. Iedere partij in de keten is autonoom. Het succes van een keten is daarmee afhankelijk van goede wil, de mate waarin men kan samenwerken en de mate waarin elke partij in de keten verwacht door samenwerking de eigen belangen te dienen. Onderwerpen die aan bod komen binnen ketenpartners-management zijn: De aard, de doelen en de verwachtingen bij de samenwerking Het feit dat verschillende belangen van de diverse organisaties kunnen conflicteren De bijdragen die partijen inde keten leveren en de verantwoordelijkheden van de verschillende partijen in de keten in relatie tot de informatie uitwisseling De wijze waarop de samenwerking wordt vormgegeven De wijze waarop ingespeeld wordt op veranderingen en eventuele uitzonderingssituaties Activiteiten Evaluatie van de keten organisatie Evaluatie van het functioneren van een bestaande keten Onderkennen van gewenste veranderingen in de organisatie Opstellen ketenpartner beleid Vormgeven van de nieuwe of gewenste situatie Beheer van de ketenorganisatie Inspelen en reageren op ontwikkelingen, knelpunten, veranderingen in de organisatie met ketens Inspelen o ontwikkelingen vanuit andere processen die gevolgen kunnen hebben voor de organisatie van het ketenproces. Resultaten Beleid over informatieketens Beleid dat aangeeft op welke wijze de organisatie wil of moet participeren in ketens, welke doelen met daarbij nastreeft, op welke wijze met de soms conflicterende belangen van andere organisatie om wil gaan Een werkende keten waarbinnen informatiewisseling plaatsvindt op basis van de gemaakt afspraken met de andere ketenpartijen over de samenwerking binnen de keten. Relaties Hierna volgt een beknopte opsomming van belangrijke relaties: Ketenpartners, met andere ketenpartners worden over en weer belangen en doelen bij de samenwerking uitgewisseld Informatie coördinatie, hier worden de relevante ontwikkelingen in kaart gebracht. Deze worden via Informatie coördinatie aangeleverd. Gebruikersorganisatie, met de gebruikersorganisatie vindt afstemming plaats over het aangaan van de samenwerking of de ketenvorming en de wijze waarop dat gemanaged wordt. Behoeftemanagement, vanuit behoeftemanagement worden ervaringen met het functioneren van bestaande ketens doorgegeven. Daarnaast komen behoeften van informatiemanagement. 6.4 Strategie inrichting IV-functie Het centrale proces binnen het cluster Opstellen IV-organisatiestrategie is het proces Strategie inrichting IV-functie. Het doel van dit proces is het definiëren van de gewenste inrichting van de IV-functie: organisatievormen, verantwoordelijkheden, uitvoering en samenwerking tussen de verschillende betrokken organisatieonderdelen. Dit proces geeft handvatten voor de inrichting, samenwerking en consistentie voor het functioneel beheerdomein. Onderwerpen De centrale onderwerpen die een rol spelen bij de inrichting van de IV organisatie zijn: Structuur en opzet, goede samenhang realiseren tussen alle betrokken organisaties en onderdelen. structureren van functioneel beheer, een functioneel beheerorganisatie of diverse functioneel beheerorganisaties, corporate functioneel beheerorganisatie. De verantwoordelijkheden, beslissingsbevoegdheden dienen in samenhang te zijn met de verantwoordelijkheden van de andere organisatieonderdelen. Communicatie en afstemming, succes van IV-organisatie is afhankelijk van de samenwerking. Proces en werkwijze, voor de samenwerking dienen er afspraken gemaakt te worden. Er is beleid nodig voor de wijze waarop de functioneel beheerprocessen worden uitgevoerd. Activiteiten Evaluatie bestaande IV-organisatie Beleid inrichting IV-organisatie Sturing IV-organisatie Resultaten Beleid voor de IV-organisatie Een beschrijving op hoofdlijnen van de structuur Vastlegging van generieke afspraken en vertaling naar richtlijnen voor de verschillende doelgroepen Relaties Hierna volgt een beknopte opsomming van belangrijke relaties: Overige processen binnen Opstellen IV-organisatiestrategie, binnen Strategie inrichting IV-functie worden de gemaakte afspraken met omliggende processen teruggekoppeld. Sturende processen, afspraken en richtlijnen voor de processen op uitvoerend niveau worden vanuit Strategie inrichting IV-functie doorgegeven aan de sturende processen. Informatie coördinatie, afstemming relevant beleid en afspraken met inhoudelijke processen van Opstellen informatiestrategie 7. Verbindende processen – richtinggevend niveau Dit procescluster houdt zich bezig met integrale afstemming tussen inhoud en inrichting. Onderwerpen bij de afstemming Wie is verantwoordelijk voor welke domeinen Wie maakt welk beleid en wie is daarbij betrokken Hoe zorgen we ervoor dat al deze beleidsaspecten worden uitgewisseld en afgestemd 7.1 Informatiecoördinatie Het proces informatie coördinatie bewaakt en begeleidt de samenhang tussen al de verschillende plannen voor de IV: Portfolioplannen op corporate niveau De verschillende plannen van functioneel beheerders voor hun informatiesystemen Plannen voor de inrichting van de IV-organisatie Informatie coördinatie draagt zorg voor een optimale afstemming van beleid conform de afgesproken organisatorische kaders. Informatie coördinatie zorgt ervoor dat de rollen, de onderlinge processen en de resultaten daarvan afgestemd en gecoördineerd worden. Onderwerpen Informatiedomeinen / architecturen Infrastructuur Ontwikkelstructuur Applicatiestructuur Informatiestructuur Op de genoemde terreinen is een beleid noodzakelijk. Dit beleid komt samen en wordt afgestemd binnen Informatie lifecycle management en Informatie portfoliomanagement. Organisatie in de IV Leveranciers Gebruikersorganisaties Ketenpartners Interne IV-functie Belangen en verantwoordelijkheden Overleg cruciaal om te komen tot een goed afstemming Activiteiten Het proces informatiecoordinatie bestaat uit twee activiteiten: Afstemmen van de verschillende beleidsplannen, verschillende inhoudelijke beleidsontwikkelingen en beleidsplannen worden afgestemd met de plannen voor inrichting, sturing en bepaling van partijen voor samenwerking. Afstemmen verantwoordelijkheden met de inhoud van beleid en sturing, om beleid te kunnen maken zullen verantwoordelijkheden afgesproken moeten worden. Wie maakt beleid en wie is daar bij betrokken. Indien de verantwoordelijkheden niet duidelijk vastgesteld zijn kan men dit doen door de volgende vijf stappen: 1. Inventariseren en benoemen noodzakelijke partijen 2. Onderkennen en benoemen van de belangen van de verschillende partijen 3. Analyseren en benoemen van de belangen van de verschillende partijen 4. Onderkennen van tegengestelde belangen 5. Afspreken en bewaken van een traject om alle belangen om te gaan Resultaten Bevoegdheden matrix Openstaande besluitpunten Relaties Hierna volgt een beknopte opsomming van belangrijke relaties: Relaties met alle processen op richtinggevend niveau