Beoordelaars: expertisegroep

advertisement
GCS 501.3 Protocol etniciteit, bevalling en kraamzorg
Proceseigenaar: teammanager
versiedatum* 11-06-2012
Versie 001
Beoordelaars: expertisegroep
Publicatiedatum: 11 juni 2012
Doel: het leveren van intercultureel afgestemde kraamzorg door kraamverzorgenden
Opgesteld door: Marit Hitzert
Bestemd voor: kraamverzorgenden
Bevoegd om handelingen uit te voeren: n.v.t.
Inhoud:
Aandachtspunten: Het aanleren van regels ‘hoe om te gaan met een allochtone
kraamvrouw?’, is een onjuiste manier. De verschillen binnen groepen zijn te groot.
Nederlandse vrouwen zijn ook niet allemaal hetzelfde. In de zorg staat de patiënt als individu
centraal en is het belangrijk om, los van cultuur of religie, de zorg hierop af te stemmen. Met
andere woorden: stem niet af op een Antilliaanse kraamvrouw, maar stem af op het individu
van de Antilliaanse kraamvrouw. Kennis van cultuur en religie kan echter wel handvaten
aanreiken om patiënt afstemmend te werken.
Werkwijze:
Zodra er aandachtspunten zijn zoals bijzonderheden, wensen en afspraken moet dit
genoteerd worden in het zorgdossier.
Migratiehistorie, culturele en religieuze kenmerken: pagina 2
Gedrag en (risicovolle) rituelen tijdens de bevalling: pagina 2
Gedrag en (risicovolle) rituelen tijdens de kraamperiode: pagina 3
Aan etniciteit gerelateerde ziekten: pagina 5
Culturele handvaten voor de praktijk: pagina 5
Bijlagen: n.v.t.
Pagina 1 van 7
GCS 501.3 Protocol etniciteit, bevalling en kraamzorg
Proceseigenaar: teammanager
versiedatum* 11-06-2012
Versie 001
Migratiehistorie, culturele en religieuze kenmerken
Rondom de geboorte en kraamperiode spelen cultureel en etnisch gerelateerde inzichten en
gebruiken van de aanstaande moeder en kraamvrouw een grote rol. Juist in deze periode
van het leven vervalt de barende of kramende vrouw in wat voor haar vertrouwd is. Ook haar
gezins- en familienetwerk zal zich juist in deze bijzondere periode met veel onzekerheden,
vast willen houden aan etnisch-cultureel specifieke inzichten en gebruiken. Wanneer je hier
meer kennis over hebt, is het gemakkelijker bepaalde gebruiken en inzichten te herkennen
en hier de zorg en advisering op af te stemmen. Meer informatie over migratiehistorie,
generatiekenmerken, algemene culturele kenmerken en algemene religieuze kenmerken van
de Turkse, Marokkaanse, Kaapverdiaanse, Antilliaanse en Surinaamse doelgroep is te
vinden in de Reader Training: Geboorte en Kraamtijd in verschillende culturen.
Gedrag en (risicovolle) rituelen tijdens de bevalling
Enige kennis van de gebruiken en vooral van de gedachten achter de rituelen tijdens de
bevalling zijn onmisbaar. Met die kennis kan je de kraamzorg aan laten sluiten op de
behoeften van allochtone vrouwen.
Weeën
Bij Surinaamse en Antilliaanse vrouwen worden de weeën soms gestimuleerd door
kruidenmengsels, een kop sterke koffie met pijpkaneel en soms een ei of brandy erbij,
kruidenthee en een aftreksel van olijftoppen. Wanneer de baring lang duurt, kan men de buik
overgieten met koud water zodat eventuele kwade gedachten over het kind weggespoeld
worden. Dit gedrag en deze rituelen zijn in principe niet risicovol.
Ruzie
Sommige Surinaamse gezinnen geloven dat wanneer er ruzie binnen de familie is, de
bevalling moeizamer zal verlopen. Dit moet dan eerst uitgesproken worden, met behulp van
iemand uit de familie, of iemand die verstand heeft van bepaalde rituelen. Hierna zal de
bevalling soepeler verlopen.
Influisteren
Bij moslims zal, wanneer er een geestelijke in de buurt is tijdens de bevalling, het kind al snel
de azaan ingefluisterd worden, de gebedsoproep. Wanneer er geen geestelijke bij is zullen
de ouders het doen. Moslims, vaak de vader, zullen hun kind direct na de geboorte
‘Bismillah’ in het oor fluisteren. Aan de hulpverlener(s) zal soms gevraagd worden totdat dit
moment achter de rug is niets te zeggen, zodat het eerste wat de baby hoort dit gebed is. De
verloskundige zal hier soms over moeten onderhandelen, omdat op een moment van
calamiteiten hier niet aan voldaan kan worden.
Naamkeuze
De naamgeving van de pasgeborene vraagt in sommige culturen overleg met verschillende
familieleden. Bovendien spelen bij onder andere de Chinese, Koreaanse, Vietnamese en
Filippijnse cultuur het uur van en de sterrenstand bij de geboorte een rol bij de naamkeuze.
Placenta/navelstrengstomp
Voornamelijk Creoolse, Caribische, Chinese, Koreaanse en Turkse mensen willen graag de
placenta / navelstrengstomp bewaren. Chinese mensen bewaren de gedroogde navelstreng
omdat zij ervan uitgaan dat het medicijn voor genezing, voor als de baby ooit ziek is, in de
navelstreng zit. Veel Creoolse en Caraïbische vrouwen vinden het belangrijk het
navelstompje van het kind in de tuin te (laten) begraven en daarop een (levens)boom te
planten.
Pagina 2 van 7
GCS 501.3 Protocol etniciteit, bevalling en kraamzorg
Proceseigenaar: teammanager
versiedatum* 11-06-2012
Versie 001
Contact baby-moeder
De Nederlandse gewoonte om het kind direct na de geboorte op de buik van de moeder te
leggen opdat die het kan koesteren, waarderen niet alle vrouwen. De met bloed en
vruchtwater besmeurde baby vinden sommige moslims namelijk nog om religieuze redenen
onrein. Sommige vrouwen geven er de voorkeur aan het kind pas te ontvangen nadat het
gewassen en gekleed is.
Gedrag en (risicovolle) rituelen tijdens de kraamperiode
Enige kennis van de gebruiken en vooral van de gedachten achter de rituelen tijdens de
kraamperiode zijn onmisbaar. Met die kennis kan je de kraamzorg aan laten sluiten op de
behoeften van allochtone vrouwen.
Huilen en troosten
Sommige onder andere Marokkaanse en Turkse vrouwen, willen de baby vaak flesvoeding
geven als het kind huilt. Ze denken dat het kind onvoldoende heeft kunnen drinken omdat de
borstvoeding nog niet goed op gang is. Hierbij kan je hen aansporen om het kind misschien
weer aan te leggen.
Borstvoeding
De meeste Creoolse en Caribische vrouwen geven borstvoeding on demand, wat een jaar
kan duren. Als het kind tijdens het drinken aan de borst boert, is de melk zuur en wordt de
borstvoeding gestopt. Voor de meeste Turkse en Marokkaanse vrouwen is het geven van
borstvoeding vrij vanzelfsprekend, ook zij gaan over het algemeen uit van feeding on
demand. Wanneer de Turkse of Marokkaanse vrouw hier flesvoeding (bij) geeft, is de kans
groot dat zij het lekker dik en gesuikerd aanlengt, omdat ze het kind zoveel mogelijk wil
geven.
Voorwerpen in bed
Onder andere sommige Marokkaanse, Turkse, Antilliaanse en Chinese gezinnen leggen
bijvoorbeeld de Koran, de Bijbel, een zakje kruiden of de navelstrengstomp in het bedje van
hun kind om hun kind te beschermen tegen boze geesten. Omdat dit een mogelijk risicovol
ritueel is voor de baby, is het belangrijk om, in overleg met de ouders, de voorwerpen onder
het matras te leggen of op de deken bij het voeteneinde.
Mes in bed
Onder andere sommige Marokkaanse en Turkse gezinnen leggen een mes in de wieg van
de baby om hun kind te beschermen tegen boze geesten. Omdat dit een risicovol ritueel is
voor de baby en eventuele andere kinderen, is het belangrijk om in overleg met de ouders,
een bot mes te gebruiken, deze in een laken te wikkelen en onder het matras te leggen.
Wanneer je het mes simpelweg weghaalt zal het hoogstwaarschijnlijk de volgende dag weer
terug in de wieg liggen.
Speld
Sommige onder andere Turkse, Marokkaanse, Antilliaanse en Surinaamse gezinnen spelden
hun kind de ‘boze-oog-kraal’ of een ‘vuistje’ op, om de baby tegen kwade invloeden te
beschermen. Omdat dit ritueel mogelijk risicovol is, is het belangrijk om, in overleg met de
ouders, de speld op bijvoorbeeld een kussen te doen en deze bij het voeteneinde te plaatsen
of op de omslagdoek.
Pagina 3 van 7
GCS 501.3 Protocol etniciteit, bevalling en kraamzorg
Proceseigenaar: teammanager
versiedatum* 11-06-2012
Versie 001
Blauwsel
Sommige Surinaamse en Antilliaanse gezinnen gebruiken tijdens het wassen van de baby
blauwsel en smeren dit op de voorhoofd, onder de voeten en in de nek. Dit blauwsel
beschermt de baby tegen kwade invloeden. Dit is geen risicovol ritueel.
Kohl rondom de ogen
Onder andere Marokkaanse, Turkse en Pakistaanse gezinnen brengen kohl aan rondom de
ogen van de baby. Dit om tegen ontstekingen te beschermen en om mooie ogen te krijgen.
Er bestaat echter goede en slechte kohl. De slechte kohl is heet, wat risicovol is. Wanneer
de kool niet 100% natuurlijk is, moet deze liever niet gebruikt worden.
Zout water
Onder andere Turkse gezinnen wassen de baby (achter de oren, schaamstreek etc.) soms
met zoutwater in verband met transpiratie. Ook wordt de baby soms ingesmeerd met zout,
als reinigingsmiddel en om het kind later niet teveel te laten transpireren. Wanneer dit
gebeurt in de aanwezigheid van de kraamverzorgende is dit niet risicovol.
Henna
Onder andere Marokkaanse en Turkse gezinnen gebruiken henna bij hun baby tegen het
boze oog en ter zegeviering. Dit kan zowel een risicovol als een niet risicovol ritueel zijn.
Het is risicovol wanneer de henna is gemixt met benzine / terpentine, dit zou je kunnen
ruiken. De henna wordt vaak aangebracht op de handen en voeten van de baby, op de
navelstreng en over het hele lichaam gesmeerd. Voornamelijk het aanbrengen van henna
gemixt benzine / terpentine met op de navelstreng en over het hele lichaam kan gevaarlijk
zijn, onder andere in verband met inademing.
Inbakeren / heel warm aankleden
Onder andere Marokkaanse, Turkse en Oost-Europese gezinnen zijn geneigd hun kinderen
in te bakeren en/of heel warm aan te kleden. Soms wordt hier ook een touw en een dekbed
bij gebruikt. Koude wordt gezien als ziekte en inbakeren zou ervoor zorgen dat de baby goed
recht zal groeien en sterk zal worden. Dit kan risicovol zijn omdat oververhitting kan
ontstaan.
Honing
Onder andere Marokkaanse en Turkse gezinnen smeren het mondje van de baby in met
honing, om het te troosten. Dit is echter gevaarlijk omdat honing besmet kan zijn met een
bepaalde bacterie die voor de baby giftig kan zijn.
Reiniging
Voornamelijk Surinaamse vrouwen gebruiken een stoombadje waar zij boven hangen ter
reiniging. Hierin worden blaadjes, Jarakopie gedaan. Dit ritueel is in principe niet risicovol.
Na een keizersnede wordt vaak maandverband met alcohol gebruikt en geen stoom. Ook
worden theedrankjes, met bijvoorbeeld VitaBita, gebruikt ter reiniging en ter bevordering van
het samentrekken van de baarmoeder. Dit is niet risicovol.
Voeding
Je hoeft allochtonen vrouwen zelden voedingsadviezen te geven. Ook al weet je genoeg op
dit gebied, de allochtonen vrouwen hebben vaak zulke verschillende eetgewoonten dat
algemene adviezen meestal niet aansluiten bij hun behoeften. In het algemeen kan de vrouw
Pagina 4 van 7
GCS 501.3 Protocol etniciteit, bevalling en kraamzorg
Proceseigenaar: teammanager
versiedatum* 11-06-2012
Versie 001
in de periode na de bevalling hetzelfde blijven eten als wat ze in haar zwangerschapstijd at.
Vaak hebben de vrouwen in die maanden hun dieet al gewijzigd: Chinezen kennen
verschillende kalkrijke soepen, Marokkaanse vrouwen krijgen na de bevalling ook vaak een
voedzame soep. De mintthee van de Marokkanen heeft hetzelfde effect als de venkelthee
die soms wordt aangeraden aan Nederlandse kraamvrouwen; het verhelpt eventuele
darmkrampjes en darmgasvorming bij de baby.
Aan etniciteit gerelateerde ziekten
Hieronder zijn in algemene zin veel voorkomende ziekten bij de verschillende groepen
weergegeven, met als doel om de kraamverzorgende hierin inzicht te verschaffen om
zodoende tot een goede risicosignalering en zorgafstemming te kunnen komen.
Nederlanders
Hart- en vaatziekten, kanker, hypertensie, allergie, astma en COPD en huidaandoeningen.
Surinamers
Diabetes, schizofrenie, perinatale sterfte, zuigelingensterfte, thelassemie (bloedafwijking) /
sikkelcelziekte en kanker.
Antillianen
Diabetes, schizofrenie, perinatale sterfte, zuigelingensterfte en kanker.
Turken
Diabetes, depressie, perinatale sterfte, thalassemie (bloedafwijking) / sikkelcelziekte,
zuigelingensterfte.
Marokkanen
Diabetes, depressie, schizofrenie, perinatale sterfte, thalassemie (bloedafwijking) /
sikkelcelziekte, zuigelingensterfte.
Kaapverdianen
Nieraandoeningen, depressie en schizofrenie.
Culturele handvaten voor de praktijk
Het is goed om je bewust te zijn van de verschillende behoeften die er bestaan tussen
vrouwen, zodat je de zorg erop kan afstemmen. Er zijn niet alleen verschillen tussen
Nederlandse en allochtonen vrouwen. Nederlandse vrouwen zijn ook niet allemaal hetzelfde.
Zo zijn er ook grote verschillen tussen de allochtonen vrouwen. In feite is het zorgaanbod
niet anders. Alle vrouwen krijgen voorlichting, medische begeleiding, assistentie bij het baren
en verzorging van moeder en kind. Maar de verwachting over het aanbod kan variëren.
Hierbij is kennis van andere culturen op zich niet voldoende. De kennis moet benut worden
om de kwaliteit van zorg te verbeteren.
Iedere vrouw heeft eigen verwachtingen en wensen ten aanzien van de zwangerschap en
het bevallen. Belangrijk is dat ook veel gevoelens universeel zijn. Pijn, angst, schaamte,
trots, moeheid en voldaanheid kennen alle mensen, ook al laten ze dat op verschillende
manieren zien. Let niet alleen op de verschillen, maar ook op de overeenkomsten, omdat je
op dat (emotionele) terrein de brug tussen cliënt en hulpverlener kan slaan. Veel van
bovengenoemde gewoonten / rituelen zijn interessant en staan een goede
beroepsuitoefening niet in de weg. Wanneer je het gevoel hebt dat bepaalde rituelen je
Pagina 5 van 7
GCS 501.3 Protocol etniciteit, bevalling en kraamzorg
Proceseigenaar: teammanager
versiedatum* 11-06-2012
Versie 001
verhinderen om kwalitatief werk af te leveren, is het van belang stil te staan bij de functie die
de rituelen hebben voor de cliënt.
Sommige kraamverzorgenden hebben moeite met het slaafse gedrag van de kraamvrouw
jegens bijvoorbeeld haar man. In sommige culturen speelt de (schoon)moeder een
dominante rol in het verloop van de kraamtijd. De kraamvrouw is afhankelijk en heeft weinig
in te brengen. Dat kan natuurlijk zo zijn, maar dat beeld wordt ook opgeroepen omdat de
man geacht wordt de externe contacten te onderhouden. Wanneer de man bijvoorbeeld
antwoordt op de vragen die je de vrouw stelt, kun je hem complimenteren dat hij zoveel van
vrouwenzaken af weet. Daarna kan je hem vragen of zijn vrouw nog aanvullende informatie
heeft. Wanneer je de vrouw alleen spreekt zal ze mogelijk een minder afhankelijke indruk op
je maken. Als je een bepaald vertrouwen gekregen hebt, is het heel goed mogelijk om zelfs
via de man goede informatie te krijgen over zijn vrouw. Als er vertrouwen is durven ook de
allochtonen vrouwen je capaciteiten te benutten. Het winnen van vertrouwen is zeker in een
werksituatie waarin kraamverzorgende en kraamvrouw elkaar niet verstaan, van cruciaal
belang.
Een probleem kan zijn dat de allochtonen vrouwen zich schikken naar je wensen wanneer je
in de kamer bent, maar alsnog bijvoeding klaarmaken, of het kind inzwachtelen als je weer
verdwenen bent. Daarom is het belangrijk om vertrouwen te winnen, interesse en respect te
tonen en gewoonten en rituelen op een veilige manier uit te laten voeren.
Wanneer er een taal- en cultuurbarrière is bij een gezin in het geboortecentrum kan je voor
hulp en ondersteuning een Voorlichter Perinatale Gezondheid (VPGer) aanvragen.
Zij helpen jou en het kraamgezin bij:
- een gezin die de Nederlandse taal onvoldoende machtig is, waardoor het geven van
optimale kraamzorg onmogelijk is.
- Het uitleggen van de taken van kraamzorg, zodat iedereen dezelfde verwachtingen
van de zorg heeft.
- Het uitleggen van de regels van het Geboortecentrum Sophia.
- Het afstemmen van culturele en religieuze gebruiken tijdens de kraamperiode,
waardoor de kraamverzorgster een goede inschatting kan maken voor eventuele
risico’s voor moeder en kind.
De Voorlichters Perinatale Gezondheid nemen samen met de kraamverzorgster en het gezin
de taken van kraamzorg door. De voorlichters kunnen dit in de moedertaal van het gezin
doen. Ook kan met elkaar gesproken worden over culturele en religieuze gebruiken die het
gezin gedurende het verblijf in het Geboortecentrum wil uitvoeren. Eventuele risicovolle
gebruiken voor moeder en kind kunnen vooraf besproken worden, en er kan gekeken
worden naar eventuele alternatieven.
De voorlichters spreken Nederlands, Engels, Turks, Marokkaans/Arabisch/Berbers, Spaans,
Portugees, Kaapverdisch, Papiaments
Je kan een voorlichter aanvragen door tijdens kantooruren te bellen naar 010 – 70 32607 /
06 – 33 33 05 90. Vraag minimaal 1 dag van tevoren een Voorlichter Perinatale Gezondheid
aan. Of ga naar www.zorgcampus.nl klik op het beeldmerk van Klaar voor een Kind en plaats
je aanvraag.
Pagina 6 van 7
GCS 501.3 Protocol etniciteit, bevalling en kraamzorg
Proceseigenaar: teammanager
versiedatum* 11-06-2012
Versie 001
Bronvermelding/Literatuur:
- Crebas A. Zwanger tussen twee culturen: verslag van een onderzoek naar
gezondheidsvoorlichting voor allochtone vrouwen, opgezet rond een zwangerschapscursus.
Amsterdam: Stichting Perinatale Zorg [etc.], 2001.
- Dahhan N. Gezondheidszorg & Etnische Diversiteit in Nederland; Naar een betere zorg
voor iedereen. PaceMaker in Global Health, 2007. Available online at:
http://mighealth.net/nl/images /e/e0/ Pace.pdf
- Graaff de, F. (1997) Een kind op komst in kleurrijk Nederland; zwangerschap, bevalling en
kraambed bij buitenlandse vrouwen. NIGZ, Woerden.
- Haastrecht, P van en Drewes M. Allochtone gezondheidsvoorlich(st)ers en
zorgconsulenten: VETC. Tijdschrift voor Jeugdgezondheidszorg (JGZ) 2003;35:79-81
- Peters, I.A., Veen van –Bellen van D.W., Denktas, S. Reader Training: Geboorte en
Kraamtijd in verschillende culturen. Programma Klaar voor een kind. Erasmus MC en GGD
Rotterdam - Rijnmond, maart 2012.
- Pharos, Schizofrenie, migratie en etniciteit.
- RIVM, Nationaal Compas Volksgezondheid Centraal Plan Bureau (2011).
© Copyright Geboortecentrum Sophia. Alle rechten voorbehouden.
Pagina 7 van 7
Download