Active learner cursus bij de start: een positieve

advertisement
Active Learner Cursus voor startende aios: een efficiënte introductie van het nieuwe
opleiden
drs. Bastiaan Jager, aios gynaecologie/ verloskunde, UMC Groningen;
dr. Titia Lely, aios gynaecologie/ verloskunde, UMC Groningen;
prof. dr. Marian Mourits, gynaecoloog & opleider, UMC Groningen;
drs. Erik Jippes, onderwijskundige, Wenckebach instituut, UMC Groningen
Het College Geneeskundige Specialismen (CGS) introduceerde in 2004 een aantal
instrumenten om de ontwikkeling van de competenties gedurende de opleiding tot medisch
specialist te structureren en te toetsen. Hieronder vallen het digitale portfolio, het individueel
opleidingsplan (IOP) en de bekwaamheidsverklaringen. Daarnaast worden de korte praktijk
beoordeling (KPB), de critically appraised topic (CAT), en de Objective Structured
Assessment of Technical Skills (OSATS) gebruikt bij gestructureerde feedback.1,2
De modernisering is enthousiast ter hand genomen, maar ook gepaard gegaan met kritiek en
weerstand.3 De nieuwe manier van opleiden vraagt een andere inzet van de opleider en de
opleidingsgroep. Deze wijze van opleiden wordt overgedragen in de Teach the Teachercursussen. Maar ook van de arts in opleiding tot specialist (aios) wordt een andere inzet
gevraagd. Wij betogen dat een (beperkte) investering aan de kant van de aios – een korte
cursus voor alle aiossen bij aanvang van hun opleiding – kan leiden tot een snellere
implementatie van deze opleidingsinstrumenten.
Obstetrie & Gynaecologie (O&G) en Kindergeneeskunde hebben met het In-VIVO-project
(Vaart in Innovatie van de vervolgopleiding 2007-2010) als eerste specialismen de
vernieuwing van de opleiding en de nieuwe opleidingsrichtlijnen geimplementeerd.5 Het
nieuwe opleiden vereist niet alleen een actief superviserende specialist, maar zeker ook een
actief lerende aios.4 Na de docentprofessionalisering in de vorm van Teach the Teachercursussen en een aantal workshops voor de opleidingsgroep werd ons duidelijk dat de vaart er
niet in kwam zonder enthousiaste deelname van de aiossen.
Het In-VIVO-kernteam in de onderwijs- en opleidingsregio Noord en Oost (OOR NO) heeft
daarom een active learner-cursus ontwikkeld. Deze cursus wordt tweemaal per jaar aan alle
startende aiossen O&G en Kindergeneeskunde aangeboden. Hierdoor worden aiossen al aan
het begin van de opleiding gemotiveerd de nieuwe opleidingsinstrumenten te gebruiken en
raken ze vertrouwd met de terminologie. Ze leren een individueel opleidingsplan op te stellen
en hun leerdoelen te formuleren. Hierdoor krijgen ze inzicht in hoe de eigen
competentieontwikkeling gestuurd kan worden. De cursus leert aiossen actief aan het roer te
gaan staan van de eigen opleiding en de instrumenten te gebruiken die hiervoor ter
beschikking staan.
Opzet van de Active Learner Cursus in OOR NO
De cursus wordt bij voorkeur binnen zes maanden na de start van de opleiding gegeven en
beslaat één dagdeel. De docenten zijn een ouderejaars aios en een onderwijskundige. De
cursisten zijn eerstejaars aiossen O&G en Kindergeneeskunde. De optimale groepsgrootte is
acht (maximaal twaalf) personen. In tabel 1 wordt schematisch de cursus weergegeven.
Tabel 1. Inhoud Active Learner Cursus
Onderwerp
Introductie in achtergronden &
doelen van het vernieuwde opleiden
Introductie opleidingsinstrumenten
Opstellen van leerdoelen
Activiteit
Presentatie over CanMEDs, competenties en
curriculum opleiding

Feedbackoefening met KPB op video

Uitleg Objective Structured Assessment of
Technical Skills (OSATS)

Huiswerkoefening IOP

Oefenen met SMART1 leerdoelen
Introductie leerstijlen
Uiteenzetting theorie en achtergrond
Ervaringsuitwisseling
opleidingsinstrumenten
Reflectie met eigen praktijkvoorbeelden, tips over
hoe om te gaan met verschillende supervisoren,
etc
Introductie e-portfolio
Demonstratie van verschillende onderdelen uit eportfolio
Active Learner Cursus geëvalueerd
De cursus is sinds eind 2008 vier keer gegeven aan in totaal 40 deelnemers. De aiossen werd
na de cursus gevraagd hun tevredenheid te scoren en verbeterpunten aan te dragen. De
resultaten van de evaluatie staan in figuur 1. Als belangrijkste resultaat gaven de aiossen aan
door de cursus meer sturing over het eigen leerproces gekregen te hebben.
Figuur 1.
1
SMART = Specifiek Meetbaar Acceptabel of Appelerend Realistisch Tijdsgebonden
Evaluatie Active Learner Cursus OOR NO
2008-2011
Inspirerende bijeenkomst
Oefenen POP nuttig
Oefenen evaluatie instrumenten nuttig
* Demo digitaal portfolio nuttig
Nuttige achtergrond informatie
Rol van active learner verduidelijkt
Nuttige tips verkregen
Goed geïnformeerd over nieuwe opleiden
0%
20%
40%
60%
80%
100%
n= 40
* Pas sin
De evaluatiescores worden ondersteund door opmerkingen van de deelnemers: “Leuk dat ik er
nu op een positieve manier tegenaan kijk! ” en “ik heb zin om feedback te gaan vragen.”
Door de nieuwe aiossen in een kleinschalige setting, samen met een onderwijskundige en een
ouderejaars aios, bij elkaar te laten komen, kunnen en durven zij zich kwetsbaar op te stellen.
Deze specifieke combinatie van docenten heeft meer voordelen. De ouderejaars aios kan
praktijkvoorbeelden aandragen, kent het specifieke specialisme, de leeromgeving en de
supervisoren. Hierdoor kan hij/zij veel praktische tips geven en vragen beantwoorden. De
onderwijskundige is inhoudelijk op de hoogte van de laatste landelijke en regionale
ontwikkelingen.
Door de cursus direct bij aanvang van de opleiding aan te bieden gaat het nieuwe opleiden
direct leven en wordt koudwatervreesvoorkomen: ‘ik kreeg praktische handvatten waardoor
het (digitale) portfolio een minder groot obstakel lijkt.’
Na de introductie van de nieuwe opleidingsplannen en kaderbesluiten blijkt de praktijk soms
weerbarstig. Er kan een mooi individueel opleidingsplan worden geschreven, maar door
roosterperikelen en tijdsgebrek kan het niet altijd ten volle uitgevoerd worden. Voor een
belangrijk deel gaat het hierbij om verwachtingen en zelfsturing. In de cursus geven de
docenten handvatten hoe de aiossen binnen de beperkingen in de organisatie van de klinische
zorg, toch richting kunnen geven aan hun eigen ontwikkeling. Dit kan onder andere door het
formuleren van SMART-leerdoelen. Het is daarom belangrijk om de cursus direct bij aanvang
van de opleiding aan te bieden: ‘zodat je direct weet hoe je je eigen opleiding kan maken.’
Onze ervaring is dat deze bottom-up-approach bijzonder effectief is; een actief lerende aios
heeft ook een actieve inbreng in het eigen leerproces vanaf de start van de opleiding.
Concluderend: in de OOR NO heeft de introductie van de Active Learner Cursus een
stimulerend effect op de implementatie van de nieuwe opleidingsrichtlijnen. Het blijkt een
efficiënte, nuttige en praktische manier om beginnende aiossen te laten kennismaken met het
nieuwe opleiden.
Samenvatting
 Opleidingsregio OOR NO heeft in 2007 de Active Learner Cursus ontwikkeld.
 De AIOS maakt op een efficiënte en praktische wijze kennis met het vernieuwde
opleiden.
 Gehanteerde bottom-up approach stimuleert de AIOS tot een actieve inbreng in de
eigen opleiding.
 De cursus wordt zeer gewaardeerd door de startende AIOS.
Voetnoten
1. Bleker OB, Hoorntje J, Schelfhout V. Beter en leuker. CCMS ontvouwt plannen voor de
vervolgopleiding van medisch specialisten. Medisch Contact 2004; 59: 1692-5
2. KNMG. Kaderbesluit CCMS 2009. Staatscourant 2009; 18 november 2009
3. Smit VTHBM. Papierwinkel funest voor opleiding: Nieuwe werkwijze van MSRC
onrealistisch en demotiverend. Medisch Contact 2008; 63: 58-9
4. Baane JA, Heineman MJ, Busari JO, Fluit CRMG, Jippes E, Kroon CDd. Aios vaardig
aan het roer. Tijdschrift voor Medisch Onderwijs 2008; 27: 296-303
5. In-VIVO project. http://www.medischevervolgopleidingen nl/
Download