Verandering door een geest van openbaring

advertisement
Verandering door een geest van openbaring.
Efez.1:15-19 Daarom, en ook omdat ik gehoord heb over uw geloof in Jezus, de Heer, en
over uw liefde voor alle heiligen, dank ik God onophoudelijk voor u en noem ik u in mijn
gebeden. Moge de God van onze Heer Jezus Christus, de Vader van alle luister, u een geest
van inzicht schenken in wat geopenbaard is, opdat u Hem zult kennen. Moge uw hart verlicht
worden, zodat u zult zien waarop u hopen mag nu Hij u geroepen heeft, hoe rijk de luister is
die de heiligen zullen ontvangen, en hoe overweldigend groot de krachtige werking van Gods
macht is voor ons die geloven.
A: Bidden om een geest van openbaring.
Efez.1:15-16 Daarom, en ook omdat ik gehoord heb over uw geloof in Jezus, de Heer, en
over uw liefde voor alle heiligen, dank ik God onophoudelijk voor u en noem ik u in mijn
gebeden.
In de Bijbel lezen wij op verschillende plaatsen over gebeden die apostelen bidden voor
degenen aan wie zij hun apostolische brief schrijven, en Efez.1:15-19 is een van die zeer
belangrijke apostolische gebeden in de Bijbel. Dit gebed van Paulus richt zich op God die
Zijn glorieuze Geest aan ons schenkt; en dit gebed spreekt van een handleiding voor zuiver
discipelschap, want het spreekt over datgene wat ons hart nodig heeft om gemotiveerd en
bekrachtigd te worden. Wij kunnen dit gebed zowel voor onszelf als voor anderen bidden,
zowel voor gelovigen als ongelovigen, zowel voor mensen die dicht bij ons zijn als mensen
die belangrijke posities innemen in het land. Paulus bad één algemeen gebed waarin hij
vroeg of gelovigen openbaring zouden mogen ontvangen over de kennis van God, d.w.z. wie
God is en hoe Hij handelt en waarom Hij zo handelt. Daarna bad Paulus voor de gelovigen
dat zij drie verschillende facetten van Gods glorie zouden ervaren die hen in staat zouden
stellen om te volharden in toewijding aan God. Deze drie facetten zijn de volgende.
1) Het kennen van Gods roeping voor ons leven, zowel in dit tijdelijke leven als in het
eeuwige leven.
2) Weten wie wij in Gods ogen zijn als Zijn erfenis en wat God voelt wanneer wij onze
roeping in praktijk brengen.
3) Het ervaren van Gods kracht in ons leven en op een juiste manier begrijpen hoe deze
kracht aan het werk is in ons bestaan.
B: De drievoudige roeping van God voor ons leven.
Paulus bad voor de gelovigen in Efeze dat zij openbaring zouden ontvangen over de manier
waarop God naar hun roeping keek; wij moeten een helder inzicht hebben in onze roeping,
zodat wij weten wat we moeten doen in onze relatie met God. Want God schiep ons met een
verlangen om deel te hebben aan de dingen die eeuwige betekenis hebben. God verzadigt
ons verlangen naar een zinvol leven door ieder van ons een unieke roeping te geven; deze
roeping heeft drie dimensies, namelijk inwendig, uitwendig en eeuwig, en twee aspecten,
namelijk individueel en collectief. De wil van God voor ons leven is zowel wijs als goed,
omdat Zijn wil vrijheid aan ons hart brengt en ons groot maakt in Zijn ogen.
Rom.12:1-2 Met een beroep op Gods barmhartigheid vraag ik u om uzelf als een levend,
heilig en God welgevallig offer in Zijn dienst te stellen, want dat is de ware eredienst voor u.
U moet uzelf niet aanpassen aan deze wereld, maar veranderen door uw gezindheid te
vernieuwen, om zo te ontdekken wat God van u wil en wat goed, volmaakt en welgevallig is.
De volmaakte wil van God spreekt over datgene wat werkelijk goed voor ons is en waar God
plezier in heeft, maar dit is vaak tegengesteld aan datgene waar wij van nature waarde aan
hechten. Daarom kunnen wij alleen door geestelijke openbaring Gods standpunt leren
kennen, zodat wij vrijheid ontvangen in het ervaren van de drie verschillende dimensies van
onze roeping. Want wat bij mensen in hoog aanzien staat, is een gruwel in de ogen van God
(Luc.16:15b). In elk van de drie dimensies en twee aspecten van onze roeping hebben wij
openbaring door de Heilige Geest nodig, omdat wij in elk van deze dingen van nature een
verkeerd perspectief hebben. Wij hebben een verandering van denken nodig in zowel de drie
1
verschillende dimensies als de twee aspecten, en elke dimensie of aspect vereist het geloof
dat God ziet wat wij doen en daaraan enorme grote waarde hecht.
B1: Onze inwendige roeping om een leerling van Jezus te zijn.
Onze inwendige roeping in dit leven is om een betrouwbare leerling van Jezus te zijn die
God liefheeft met heel zijn hart en datgene koestert wat de wereld dwaas en zwak noemt,
zoals nederigheid, dienstbaarheid, overvloedig geven, vasten, gebed en vergeving. Wij
hebben openbaring van God nodig dat Hij grote waarde hecht aan deze levensstijl van
zogenaamde zwakheid, d.w.z. wat de wereld als zwak beschouwt.
1Kor.1:27-29 Maar wat in de ogen van de wereld dwaas is, heeft God uitgekozen om de
wijzen te beschamen; wat in de ogen van de wereld zwak is, heeft God uitgekozen om de
sterken te beschamen; wat in de ogen van de wereld onbeduidend is en wordt veracht, wat
niets is, heeft God uitgekozen om wat wél iets is teniet te doen. Zo kan geen mens zich
tegenover God op iets beroemen.
Onze inwendige roeping is onze belangrijkste roeping in dit leven; wij behoren te zeggen wat
God zegt, en wij behoren te doen wat God doet volgens de levensstijl van de Bergrede uit
Matt.5-7 zonder te letten op respect, waardering of geld dat wij ontvangen noch te letten op
de omvang of invloed van onze bediening. De “zwakheid” van heilige dingen is een groot
struikelblok voor het natuurlijke denken, en voor velen lijkt deze levensstijl veel te zwaar
(Matt.25:24-25).
B2: Onze uitwendige roeping om trouw te zijn in kleine dingen.
Onze uitwendige roeping in dit tijdelijke leven omvat onze positie of functie in het dagelijkse
leven in de wereld, onze positie in de organisatie van onze bediening, en ons functioneren in
ons privéleven. De meeste mensen richten zich op deze uitwendige dimensie en zien dit als
hun roeping; nu is dit alles wel een belangrijk deel van onze roeping, maar toch gaat het hier
om de minst belangrijke van de drie dimensies. De menselijke geschiedenis laat zien dat de
Heer de allergrootste meerderheid van Zijn kinderen (99,9%) een opdracht voor dit leven
heeft gegeven die te maken heeft met weinig dingen die een zeer kleine invloed hebben en
gemakkelijk door mensen gemeten kunnen worden in termen van succes. Er is wel eens
gesuggereerd dat van de ongeveer 1 miljard gelovigen op dit moment er maar 1000 zijn die
rechtstreeks invloed hebben op meer dan 5000 mensen op een regelmatige basis.
Matt.25:21 Voortreffelijk, je bent een goede en betrouwbare dienaar. Omdat je betrouwbaar
bent gebleken in het beheer van een klein bedrag, zal ik je over veel meer aanstellen.
Luc.19:17 Voortreffelijk, je bent een goede dienaar. Omdat je betrouwbaar bent geweest in
iets zeer gerings, verleen ik je het bestuur over tien steden.
Ons is opgedragen om de goede, volmaakte en welgevallige wil van God te doen, maar de
kleine omvang van Zijn wil voor ons leven is niet een doel op zichzelf. Toch is het de wil van
God dat de overgrote meerderheid van Zijn kinderen een kleine taak en een kleine bediening
in dit tijdelijke leven krijgt.
Ps.131:1 HEER, niet trots is mijn hart, niet hoogmoedig mijn blik, ik zoek niet wat te groot is
voor mij en te hoog gegrepen.
Jer.45:5a Zou jij dan voor jezelf naar iets bijzonders streven? Doe dat niet!
B3: Onze eeuwige roeping om te functioneren in eeuwige grootsheid.
Onze eeuwige roeping na de tweede komst van Jezus heeft een veel grotere invloed dan
alles wat wij hier in dit tijdelijke leven tot voltooiing brengen, maar wij hebben geestelijke
openbaring nodig om te zien dat onze grootste invloed en onze belangrijkste bediening pas
in de eeuwigheid in vervulling zal gaan. Door deze openbaring zien wij dat betrouwbaarheid
in de kleine dingen van dit moment er toe kan leiden dat wij het bestuur krijgen over tien
steden in de eeuwigheid (Luc.19:17). Betrouwbaarheid in de weinige dingen van dit leven
kan beloond worden met autoriteit over vele dingen (Matt.25:21). Het tijdelijke leven op aarde
kan vergeleken worden met 70-jarige Bijbelschoolopleiding die ons voorbereidt op een
eeuwige bediening in het eeuwige koninkrijk van God.
2
C: De glorie van Gods erfenis, dat is weten wie wij zijn voor God.
Efez.1:17-18 (NBV) Moge de God van onze Heer Jezus Christus, de Vader van alle luister, u
een geest van inzicht schenken in wat geopenbaard is …… zodat u zult zien…… hoe rijk de
luister is die de heiligen zullen ontvangen……
Efez.1:17-18 (NBG) opdat de God van onze Here Jezus Christus, de Vader der heerlijkheid,
u geve de Geest van wijsheid en van openbaring… zodat gij weet …hoe rijk de heerlijkheid
is van Zijn erfenis bij de heiligen ……
De NBV-vertaling en de NBG-vertaling vertalen deze tekst verschillend; wanneer wij de tekst
van Paulus letterlijk vertalen vanuit het Grieks, ontdekken wij dat hij spreekt over de erfenis
van God die in ons aanwezig is. Er is sprake van Gods erfenis in de heiligen, en dit is een
belangrijke geestelijke waarheid die het nodig maakt dat wij vragen naar het “waarom” in
plaats van alleen maar te vragen naar wat wij moeten doen. God de Vader heeft namelijk
aan Zijn Zoon Jezus een erfenis beloofd (Ps.2:8), en het is verbazingwekkend dat de God
die alles bezit toch een erfenis heeft waarop Hij moet wachten. De erfenis van Jezus is een
volk dat bestaat uit vrijwillige liefhebbers van God, maar God zal ons niet dwingen om Hem
lief te hebben. Hij zal ons lokken door Zijn liefde en ons winnen door Zijn genade, zodat wij in
vrijwillige liefde antwoord geven aan Zijn liefde voor ons. De gemeente van Jezus is de grote
schat van alle eeuwen die de Vader uitgekozen heeft om aan Zijn Zoon te geven, en Jezus
heeft alles van Zichzelf gegeven om ons als Zijn erfenis te kunnen ontvangen (Matt.13:44).
Wij zijn de schat waar Jezus het meest naar verlangt, en wij zijn degenen aan wie Hij het
meest is toegewijd; wij zijn de Bruid van Christus die het meest kostbaar is voor Zijn hart. Wij
zijn de beloning die de Vader aan Jezus gegeven heeft, en wij zijn de vreugde waarvoor Hij
naar het kruis ging (Hebr.12:2); dit openbaart Zijn passie voor ons en geeft ons een groot
gevoel van eeuwige waarde. Deze kernwaarheid over onze geestelijke identiteit is het enige
fundament voor onze waarde en waardigheid; dit geeft ons een totaal andere kijk op wat wij
doen in onze roeping en waarom wij het doen. Er zijn vele implicaties in onze identiteit als
eeuwige erfenis van God.
1) Deze erfenis spreekt van onze waarde voor God, d.w.z. hoe intens Hij naar ons verlangt
met heel Zijn hart.
2) Deze erfenis spreekt van Gods gevoelens over ons terwijl wij onze roeping vervullen in
onze zwakheid.
3) Deze erfenis spreekt over wat het God gekost heeft om Zijn liefde aan ons te openbaren
door de boodschap van het kruis.
4) Deze erfenis spreekt over datgene wat God verlangt van degenen die Hij liefheeft in het
tijdelijke leven op aarde.
5) Deze erfenis spreekt over de motieven van ons hart in de dingen die wij doen om onze
aardse roeping te vervullen.
Zelfs onze meest oprechte pogingen om God lief te hebben zijn zwak en breekbaar, maar zij
die oprecht zoeken naar gehoorzaamheid aan Jezus hoeven niet bang te zijn dat zij niet
goed genoeg zijn om hun roeping te vervullen vanwege hun natuurlijke zwakheid. Wij zijn
zeer geliefd door God, zelfs in al onze zwakheid; Hij is vol van genade en ontferming voor
ons in onze geestelijke onvolwassenheid. De Bruid uit Hooglied is donker van huid, maar
tegelijkertijd is zij mooi en lieflijk (Hgl.1:5).
D: De kracht van God ervaren en weten hoe deze werkt.
Efez.1:17-19 Moge de God van onze Heer Jezus Christus, de Vader van alle luister, u een
geest van inzicht schenken in wat geopenbaard is……zodat u zult zien… hoe overweldigend
groot de krachtige werking van Gods macht is voor ons die geloven.
Wij hebben ook voortdurend geestelijke openbaring nodig om de wijsheid te kunnen zien in
de manier waarop God Zijn kracht vrijzet in Zijn koninkrijk; God geeft Zijn kracht in kleine
hoeveelheden wanneer wij Hem zoeken voor een grote doorbraak van Zijn macht. Wat
mensen echter verwachten en wat er in werkelijkheid gebeurt, is vaak erg verschillend van
elkaar. We moeten onszelf de vraag stellen hoe God Zijn kracht vrijzet, wanneer en waarom
Hij dat doet, en onder welke voorwaarden en met welk doel Hij dat doet. God zet Zijn kracht
meestal in kleine hoeveelheden vrij, zowel in onze inwendige mens als in onze uitwendige
3
omstandigheden. Daarom kunnen wij zonder geestelijke openbaring nooit Zijn hand aan het
werk zien met als gevolg dat wij de kleine dingen van Zijn hand over het hoofd zien of zelfs
verachten. Wanneer wij kleine expressies van Gods kracht zien, worden wij dankbaar in ons
hart, maar zonder dankbaarheid zullen wij niet volharden in het zoeken naar meer van Gods
kracht. Wij moeten leren om te wandelen in het spanningsveld van dankbaarheid en trouw in
de kleine expressies van Gods kracht, terwijl wij wanhopig zoeken naar grotere vrijzetting
van Zijn kracht.
Wij kunnen indringend bidden voor geestelijke doorbraak omdat wij zien wat we tekort
komen en waarin we tekortschieten, terwijl wij dankbaar zijn voor wat we wel van Gods
kracht ervaren. Wij hebben bekering en berouw nodig voor zowel onze minachting voor de
kleine expressies van Gods kracht als ook voor een valse tevredenheid met een veel te
kleine mate van Gods beschikbare kracht. Wij hebben geestelijke openbaring nodig in een
tijd van uitstel waarin God soms strategisch Zijn kracht terughoudt om te kunnen groeien in
inzicht over Gods motieven waarom Hij Zijn kracht in volheid wil vrijzetten. Het doel van
Gods kracht is om Zijn naam bekend te maken en Zijn volk te helpen; Gods kracht is niet
bedoeld om eer te geven aan Zijn gezalfde dienaren. Wij moeten leren om een visie te
ontwikkelen voor de volle doorbraak van Gods kracht in ons eigen leven en in onze directe
omgeving op het strategische moment van Gods wil. Wij moeten leren inzien dat God grote
doorbraak wil geven in de bediening van Zijn gemeente zodat wij anderen in staat zullen
stellen om hun identiteit in God te ontdekken en hun roeping op aarde te vervullen.
E: De geest van openbaring en een verlicht hart.
Efez.1:17-18 Moge de God van onze Heer Jezus Christus, de Vader van alle luister, u een
geest van inzicht schenken in wat geopenbaard is, opdat u Hem zult kennen. Moge uw
hart verlicht worden, zodat u zult zien……
De Vader bezit een glorie die Hij wil delen met hen die hongeren naar Zijn glorie; de Heilige
Geest bewerkt in ons een geest van openbaring door op een bovennatuurlijke manier de
ogen van ons hart te openen. De belangrijkste strategie van satan is om de ogen van ons
hart te verblinden met duisternis in de vorm van wanhoop, verslaving, schuldgevoel, zonde,
verveling, hopeloosheid en zinloosheid (2Kor.4:4-6); hij is onze aanklager die ons dag en
nacht beschuldigt (Openb.12:10). Onze grootste geestelijke behoefte is om openbaring of
geestelijke licht te ontvangen dat ons in staat stelt om de aanvallen van satan te overwinnen.
Daarom bad Paulus voor de gelovigen te Efeze dat zij de Geest van openbaring zouden
ontvangen om de geest van verblinding te kunnen overwinnen. Jezus is het leven, en dit
leven is het licht voor de mensen; dit licht schijnt in de duisternis van ons hart en de
duisternis is niet in staat om het licht te overweldigen (Joh.1:4-5). Bijbelse waarheid is veel
meer dan alleen maar het kennen van de juiste waarheden, hoewel de Bijbelse waarheden
de Goddelijke kracht in zich hebben om ons te bevrijden. Maar ons verstand kan deze kracht
niet begrijpen of voelen zonder de werking van de Heilige Geest in ons (1Kor.2:14), want
zelfs de beste ogen zijn nutteloos in een pikdonkere kamer. Wij moeten er op vertrouwen dat
onze roeping in zwakheid waardevol is voor God (1Kor.1:27); en de Geest van openbaring
helpt ons om de waarheid te zien en zo ons hart bekwaam te maken om in volle overgave
voor God te leven.
F: Leugens geloven over onze roeping leidt tot zinloze pijn.
Spr.13:12 Almaar onvervulde hoop maakt ziek, vervuld verlangen is een levensboom.
De westerse cultuur zegt dat wij alleen succesvol zijn wanneer wij een grote invloed hebben
op anderen volgens menselijke maatstaven; de Goddelijke oproep tot een levensstijl van
zwakheid in dienen, geven, vasten, gebed en vergeving is een belediging voor het oude,
natuurlijke menselijke denken. Velen leven in fantasie over hoe groot de invloed van hun
bediening zou kunnen zijn, en zij hebben hun verwachtingen gevormd aan de hand van
leraars die hen hebben gestimuleerd om te zoeken naar positie, invloed en welvaart. Maar
wanneer een bepaalde bediening faalt in het groeien naar invloed, veroorzaakt dat veel pijn,
teleurstelling en wanhoop; op die manier raken mensen teleurgesteld in God, en ze voelen
zichzelf een mislukking in het koninkrijk van God. Er zijn mensen die meer toegewijd zijn aan
4
het doen van grote dingen dan in het betrouwbaar doen van de wil van God; zo raken zij
bedwelmd met grootse visioenen over hun toekomstige bediening. De verwachting van een
grote bediening motiveert hen meer dan een betrouwbare leerling van Jezus te zijn, maar
wanneer hun visie niet geworteld is in de openbaring van Gods wil voor hun leven, raken zij
uiteindelijk zeer teleurgesteld. Het bewijs voor hun trotse motivatie in plaats van het zoeken
van de eer van God is dat zij na vele jaren hun interesse in een sobere levensstijl van vasten
en gebed verliezen. Het zoeken naar een grote en belangrijke bediening in plaats van naar
een intieme relatie met God zorgt ervoor dat onze harten wegkwijnen in gebrokenheid; velen
raken gedesillusioneerd wanneer zij ontdekken dat Gods plan voor hun leven bedoeld is om
een kleine invloed te hebben.
Veel van dit soort pijn kan beperkt worden door verwachtingen te hebben die gebaseerd zijn
op de openbaring van onze werkelijke roeping in God. God geeft ons vaak kleine opdrachten
in dit leven, omdat Hij een zeer jaloerse God is die wil voorkomen dat wij onze identiteit
zoeken in de waardering van mensen. Omdat Hij een vurige en gepassioneerde God van
liefde is, wil de Heer dat wij onze identiteit vinden in een intieme relatie met Hem. God
weerstaat onze pogingen om groot te zijn voor de mensen, omdat Hij er naar verlangt om
een diepe relatie met ons te hebben en omdat Hij toegewijd is aan onze eeuwige grootsheid
in Hem. Velen ervaren weerstand en veronderstellen dat dit het gevolg is van de aanvallen
van de vijand of van mensen die hun bediening niet kunnen waarderen, maar vergeten dat
God weerstand biedt tegen trots, en genade geeft aan mensen die nederig zijn van hart
(Jac.4:6). Paulus bad voor een geest van openbaring opdat wij God zouden leren kennen, en
dat omvat kennis over de manier waarop Jezus denkt en voelt, maar ook de manier waarop
Hij Zijn hart beschermde in Zijn aardse bediening. Jezus wist dat Zijn aardse bediening in de
ogen van mensen er uitzag als totaal mislukt, maar Jezus wist dat Zijn eeuwige beloning pas
zou komen na Zijn opstanding uit de dood.
Jes.49:3-4 Hij heeft me gezegd: Mijn dienaar ben jij. In jou, Israël, toon Ik Mijn luister. Maar ik
zei: Tevergeefs heb ik me afgemat, ik heb al mijn krachten verbruikt, het was voor niets, het
heeft geen zin gehad. Maar de HEER zal me recht doen, mijn God zal me belonen.
Korach was als lid van de stam Levi geroepen om zijn taak in de tabernakel uit te voeren en
zo zijn bediening voor God te vervullen, maar hij was niet tevreden met deze positie; hij
streefde naar een plaats van erkenning door mensen door een leidinggevende rol in het
priesterschap van Israël op te eisen (Num.16:8-11). Zo kunnen ook wij het gevaar lopen om
geen genoegen te nemen met het feit dat wij een dienaar van God zijn en verlangen naar
erkenning van mensen in een zichtbare bediening met grote invloed. Wij moeten in ons
onderwijs mensen leren om liefhebbers van God en betrouwbare leerlingen van Jezus te zijn
zonder te hunkeren naar een zichtbare positie met grote invloed die rijkdom en welvaart
oplevert. Daarentegen zijn er anderen die precies het tegenovergestelde probleem hebben
en helemaal niet op zoek zijn naar hun bediening; zij begraven hun talenten door de roeping
van God in hun leven te ontkennen, maar dit is slecht en lui (Mt.25:24-28).
Het moet ons verlangen zijn om Goddelijke openbaring te ontvangen over onze roeping in dit
tijdelijke leven; veel gelovigen verliezen hun visie op den lange duur omdat zij geen visie
hebben voor hun roeping, want openbaring over onze bediening komt niet automatisch en
heeft voortdurend vernieuwing nodig. Wij moeten ons inspannen om d.m.v. gebed, studie en
gesprek met anderen ons hart voortdurend in overeenstemming te brengen met de waarheid
want de waarheid maakt ons vrij (Joh.8:32). Paulus bad voor de gelovigen te Kolosse dat zij
de wil van God voor hun leven ten volle zouden leren kennen (Kol.1:9-11, 4:12), want dat
was een onderdeel van hun geestelijke reis in het zoeken naar hun eeuwige erfdeel in het
koninkrijk van God (Kol.1:12). Zonder een helder inzicht in wat God van ons vraagt leven wij
slordig; zonder een heldere visie leven wij ongedisciplineerd en losbandig (Spr.29:18). Onze
visie op de toekomst bepaalt wie wij zullen zijn in ons hart (inwendige roeping) en wat wij
zullen doen in onze functie (uitwendige roeping), zowel in dit tijdelijke leven als in het
eeuwige leven. Wij zullen een totaal ander leven leiden wanneer wij het Goddelijke doel van
ons leven ontdekken en begrijpen dat wij een intense relatie met God kunnen hebben zoals
vele anderen dat in de kerkgeschiedenis hebben gedaan.
5
G: Onze gemeenschappelijke roeping in tijd en eeuwigheid.
Als gemeente van Jezus Christus zullen wij voor de troon van God staan als een volk dat op
diverse niveaus verenigd is, zoals in bedieningen, steden, naties en generaties. De Heilige
Geest bindt mensen samen in het mandaat van een bediening door dezelfde visie en gelijke
normen en waarden; dit heeft te maken met een verlangen in ons waardoor wij hunkeren
naar iets dat groter is dan onszelf. Onze grootste roeping is die roeping die wij als gelovigen
samen hebben in een bepaald gebied, een bepaald land of een bepaalde generatie. Maar de
westerse cultuur waardeert het individu meer dan de leefgroep waartoe wij behoren, terwijl
oosterse landen vaak een tegenovergestelde cultuur hebben. Paulus gebruikte de principes
van het menselijke lichaam toen hij sprak over de belangrijke waarde van het Lichaam van
Christus. Alle leden van dit Lichaam hebben een belangrijke waarde in hun functie, ook
wanneer die niet gezien wordt door anderen; wanneer een persoon door de Heilige Geest
wordt toegevoegd aan het Lichaam van Christus met een Goddelijk doel, is de rol van die
persoon van essentieel belang (1Kor.12:18-24). Jezus gaf gemeenschappelijke beloften aan
de zeven gemeenten van Asia (Openb.2-3) die van toepassing zijn in deze tijd maar ook in
de eeuwigheid. Paulus bad voor de gelovigen in Tessalonika dat zij door de genade van God
in staat zouden zijn om hun roeping in ere te houden en al het goede te doen dat door het
geloof mogelijk was (2Tess.1:11). Paulus sprak er ook over dat gelovigen door de Heilige
Geest waren samengevoegd om samen door de opstanding heen te gaan en met Jezus
verenigd te worden (2Kor.4:14, 1Tess.2:19-20). Wij hebben een verantwoordelijkheid om
betrouwbaar te zijn in de generatie waarin wij dienstbaar zijn (Ps.73:15), want er zullen
bepaalde generaties collectief geoordeeld worden (Matt.11:16-19, 12:39-45, 16:4, 17:17).
H: De geestelijke identiteit van de generatie in de eindtijd.
Er zijn specifieke Bijbelse beloften en voorwaarden voor het Lichaam van Christus in de
generatie van de eindtijd, de tijd waarin de Heer terugkeert; dit zal een generatie zijn waarin
het volk van God zonder vlek of rimpel zal zijn als een glorieuze Bruid (Efez.5:27). Het zal
ook een generatie zijn waarin de wereldwijde gemeente gezalfd zal zijn met een geest van
gebed in haar identiteit als Bruid van Christus (Openb.22:17). Het zal ook een generatie zijn
die de allergrootste doorbraak van Goddelijke kracht zal zien met als gevolg dat de grote
oogst van de eindtijd zal worden binnengehaald (Hand.2:17-20, Openb.7:9-14). Het zal ook
een generatie zijn waarvan een deel van de gelovigen niet meer zal sterven (1Kor.15:51-52).
Ook zal deze generatie voorbereid zijn om met grote vrijmoedigheid weerstand te bieden
tegen de antichrist (Openb.15:2-3). Bovendien zal dit de generatie zijn waarin de gemeente
het volk Israël tot jaloersheid zal prikkelen, zodat zeer vele Joden tot geloof zullen komen
(Rom.11:11+26, Ps.102:13-23). De generatie van gelovigen in de eindtijd zullen profeterend
verkondigen wat in het hart van God leeft met betrekking tot intimiteit met Jezus als de
Bruidegom, de oordelen van de eindtijd, de levensstijl van de Bergrede en leven in de volle
autoriteit van de Heilige Geest.
Wij hebben een eeuwige gemeenschappelijke identiteit als zonen en dochters van God de
Vader en als de Bruid van Christus, en in onze identiteit als Bruid van Christus roept de Heer
ons op om Hem lief te hebben met heel ons hart, heel onze ziel en met al onze kracht, want
dat is de manier waarop Hij ons liefheeft. Wij zijn geroepen om gelijkwaardig lief te hebben
als Jezus, want dat is de enige manier waarop wij van onze glorieuze relatie met God
kunnen genieten en onze liefde tot expressie kunnen brengen. De Heilige Geest zal het
eerste en grote gebod weer op de eerste plaats in de gemeente zetten voordat Jezus
terugkeert (Matt.22:37, Marc.12:30, Luc.10:27, Joh.17:26, Fil.1:9, 2Tess.3:5, Openb.2:4).
Jezus is vervuld met een heilige jaloerse liefde voor Zijn volk; Hij is jaloers op zoek naar
onze liefde, want wij zijn de enige schepselen die God liefhebben (Ex.34:14, Jac.4:5). De
relatie tussen Jezus en Zijn gemeente is voor beide partijen kostbaar; beiden hebben nodig
om alles op te geven en te verkopen, zodat zij de grote schat van de liefde van de ander
kunnen kopen (Matt.13:44-46). Wanneer wij zien hoe kostbaar wij voor Jezus zijn en hoe
groot de prijs geweest is die Hij heeft betaald om een eeuwige relatie met ons te kunnen
aangaan, zullen wij een volledige andere visie ontwikkelen op het brengen van offers die ons
veranderen in vurige liefhebbers van God (2Kor.5:14-15, Fil.3:8). Jezus heeft alles wat Hij
6
had in ons leven geïnvesteerd, en daarom moeten wij onze roeping niet apart zien van Zijn
hartstochtelijke passie voor ons. Wanneer wij onze roeping vervullen met Hem en voor Hem
in plaats van ten behoeve van onze eigen voldoening, kunnen wij trouw zijn in kleine dingen
zonder aanstoot te nemen. Dan kunnen wij vurig zijn in elke roeping die Hij ons geeft zonder
te letten op de omvang van de bediening of het respect van mensen. Jezus wil volledig
beslag leggen op de mensen die Zijn erfenis vormen en met wie Hij Zijn hart, Zijn troon en
Zijn huis deelt (Ps.2:8, Ex.19:5-6, Tit.2:14).
J: De openbaring van onze autoriteit in Christus.
Efez.1:18-23 Moge uw hart verlicht worden, zodat u zult zien …… hoe overweldigend groot
de krachtige werking van Gods macht is voor ons die geloven. Die macht was ook werkzaam
in Christus toen God Hem opwekte uit de dood en Hem in de hemelsferen een plaats gaf
aan Zijn rechterhand, hoog boven alle hemelse vorsten en heersers, alle machten en
krachten en elke naam die genoemd wordt, niet alleen in deze wereld maar ook in de
toekomstige. Hij heeft alles aan Zijn voeten gelegd en Hem als hoofd over alles aangesteld,
voor de kerk, die Zijn lichaam is, de volheid van Hem die alles in allen vervult.
In de opstanding heeft de Vader Zijn Zoon Jezus ver verheven boven alle engelen en alle
demonische machten (Efez.1:21); de macht van God in de opstanding van Jezus uit de dood
was de grootste demonstratie van kracht in de hele Bijbel. Satan probeerde de opstanding
van Jezus tegen te houden maar werd verslagen door Jezus die naar de hemel voer om
plaats te nemen aan de rechterhand van de Vader. Na de hemelvaart van Christus gaf Jezus
al Zijn autoriteit en macht aan de gemeente omdat Hij het hoofd van de gemeente is; sinds
die tijd wordt de macht van Christus op aarde vrijgezet door Zijn Lichaam, de gemeente. En
wij hebben als individuele leden van het Lichaam van Christus ook deze autoriteit ontvangen,
omdat wij deel uitmaken van het Lichaam van Christus. Autoriteit is gedelegeerd gezag zoals
een politieagent een auto kan laten stoppen op grond van het gezag dat de regering hem
heeft verleend, maar niet op grond van zijn eigen fysieke kracht. Onze autoriteit is gebaseerd
op de opstanding van Jezus en Zijn hemelvaart, want de kracht van God die Jezus als hoofd
uit de dood deed opstaan heeft ook Zijn lichaam uit de dood doen opstaan. De openbaring
van het geestelijke mysterie van het Lichaam van Christus toont onze eenheid met Jezus
(Efez.1-2) en onze eenheid met elkaar (1Kor.12). Dit is de basis waarop wij allen autoriteit
ontvangen om de kracht van Jezus vrij te zetten in gebieden waar de duisternis van satan
heerst door gebondenheid en verwoesting.
Jezus is niet meer persoonlijk op de aarde aanwezig maar heeft Zijn autoriteit op aarde
gedelegeerd aan Zijn geestelijke lichaam, de gemeente. Jezus Zelf zit aan de rechterhand
van de Vader op Zijn troon, en dat is de hoogste plaats van autoriteit; maar wij zijn in onze
wedergeboorte uit de dood opgestaan om deel te hebben aan de hemelse positie van Jezus,
waardoor wij toegang hebben tot de troon van de Vader (Efez.2:6, Hebr.4:16). Op het kruis
van Golgotha heeft Jezus satan en al zijn demonische machten onttroond en hen openlijk te
schande gemaakt in Zijn overwinning over hen (Kol.2:15). Op de dag dat wij wedergeboren
werden ontvingen wij autoriteit over de werking van satan in ons leven; dit gezag over satan
behoort ons rechtens toe, en de gemeente heeft in deze tijd dezelfde autoriteit als de
gemeente in de tijd van het boek Handelingen. Satan erkent onze autoriteit wanneer wij dat
zelf ook doen, want hij heeft geen enkel recht om ons te kwellen; maar vele aspecten van
satans aanvallen op ons leven gaan door omdat wij dat als normaal accepteren vanwege
gebrek aan geestelijk inzicht in onze autoriteit. Wij moeten zelf leren worstelen tegen de
hemelse vorsten, de heersers en machthebbers van de duisternis, tegen de kwade geesten
in de hemelsferen (Efez.6:12), omdat Jezus hen al verslagen heeft. Wij moeten leren om
onze autoriteit tegen de werken van satan in ons leven te gebruiken; deze werken van satan
omvatten kwelling, angst, emotionele depressie, verdeeldheid, ziekte, financiële problemen
en nog vele andere. Wij hebben geloof nodig om onze geestelijke autoriteit tegen de satan te
kunnen gebruiken; daarom moeten wij onszelf onderwerpen aan God maar tegelijkertijd de
duivel weerstaan, zodat hij van ons zal wegvluchten (Jac.4:7, 1Petr.5:8-9). Daarbij mogen wij
weten dat de kracht van God binnenin ons groter is dan de kracht van satan in de hele
wereld (1Joh.4:4).
7
K: Leren begrijpen hoe God Zijn kracht vrijzet.
Wij moeten leren om de kleine hoeveelheden van God kracht in ons leven te herkennen
wanneer wij God zoeken voor een grotere mate van Zijn kracht; God schenkt ons meer van
Zijn kracht wanneer wij trouw blijven aan Zijn woord. Velen voelen zich gekwetst door God
met betrekking tot het najagen en ervaren van Zijn kracht, want wat sommigen verwachten is
vaak erg verschillend van datgene wat er gebeurt. Anderen zijn erg verward wanneer zij de
tegenwoordigheid van God in hun leven niet kunnen voelen of wanneer een zieke persoon
sterft in plaats van te genezen of wanneer zij jaren wachten op geestelijke doorbraak zonder
dat deze zichtbaar wordt.
Matt.11:6 Gelukkig is degene die aan Mij geen aanstoot neemt.
Er zijn veel gelovigen die geen geestelijke openbaring hebben over de autoriteit die wij als
Lichaam van Christus ontvangen hebben of over de manifestatie van Gods kracht door de
gaven van de Heilige Geest (1Kor.12:1-11). Daarnaast zijn er anderen die de kleine mate
van Gods kracht minachten en alleen geïnteresseerd zijn in spectaculaire expressies van
Gods kracht. Maar er is nederigheid nodig om te wandelen met God op grond van Zijn
voorwaarden, d.w.z. trouw en dankbaar zijn bij de kleine demonstraties van Gods kracht. Wij
hebben geestelijke openbaring nodig om te kunnen zien op welke manier God Zijn autoriteit
en kracht vrijzet. Een voorbeeld daarvan is dat wij met vertrouwen handelen op grond van
wat het woord van God zegt over onze positie met Christus in de hemelsferen (Efez.2:6), en
als gevolg waarvan wij gehoor kunnen geven aan subtiele impressies van God in ons hart.
Wanneer wij waarde hechten aan de kleinste werken van de Heilige Geest, zoals langzame
vernieuwing van ons hart, subtiele groei van ons geloof en visie voor meer, open deuren en
nieuwe mogelijkheden, richtinggevende aanwijzingen, bescherming en voorziening, worden
wij vernieuwd in onze roeping en identiteit in God. Maar wanneer wij aanstoot nemen aan
deze kleine expressies van Gods kracht in verband met onze tijdelijke roeping op aarde,
zullen wij geen aandacht ontwikkelen voor de subtiele impressies van de Heilige Geest die
Hij tot ons spreekt.
De profeet Elia ontdekte God niet in de krachtige windvlaag en ook niet in de aardbeving en
ook niet in het vuur, maar hij ontdekte God wel in het gefluister van een zachte bries
(1Kon.19:11-13). De genezing van een hoofdpijn is even belangrijk als het opwekken van
een dode, want beiden vinden plaats door dezelfde kracht van God; wij moeten dankbaar
zijn voor alles en God de eer geven voor alles wat Hij doet. Wij moeten ook inzicht leren
ontwikkelen in het strategische uitstel van God in bepaalde situaties, want door te wachten
ontwikkelt God meer kracht in het midden van de gemeente doordat gelovigen zich sterker
gaan toeleggen op vasten en gebed voor een grotere doorbraak (Hand.4:24-31, 12:5). Onze
gebeden worden in zwakheid tot God gericht, maar in het proces van wachten op God wordt
Zijn antwoord met grotere kracht aan ons teruggegeven. Wanneer wij de kracht van God in
onze inwendige mens herkennen door een geest van openbaring, zullen wij met groeiend
vertrouwen veelvuldige relatie zoeken met de Heilige Geest die in ons woont. Dankzij een
geest van openbaring en een verlicht hart leren wij onze roeping herkennen, we leren de
glorie van Gods erfenis in ons leven herkennen, en we leren de overweldigend grote kracht
van God in ons leven ontdekken, zodat wij stap voor stap veranderen.
Efez.6:10 Tenslotte, zoek uw kracht in de Heer, in de kracht van Zijn macht.
V.v.d.B. 
8
Download