Hard in de zorg? MORELE STRESS IN DE ZORGSECTOR

advertisement
Hard in de zorg?
MORELE
STRESS
IN DE ZORGSECTOR
Brochure voor de leidinggevende
Céline Baele, Dorine Coolen en Herlinde Dely
Een initiatief van Howest, de Hogeschool WestVlaanderen (onderzoekscluster Verpleegkunde),
in samenwerking met Woonzorggroep GVO.
Met de steun van het Europees Sociaal Fonds en
de Vlaamse Overheid
MOR ELE ST R ESS HEE FT EEN IMPACT OP DE ZOR GV ER LENER , OP HET T EAM, DE O R GANISAT IE EN DE KW A LIT EIT V AN DE ZOR GV ER LENING
MORELE STRESS IN
DE ZORG.
MORELE STRESS IS HET WRANGE GEVOEL DAT ZORGVERLENERS ERVAREN WANNEER ZE HUN WAARDEN EN VISIE
OP GOEDE ZORG NIET IN DE PRAKTIJK KUNNEN BRENGEN.
HET ONDERSCHEID MET ANDERE
VORMEN VAN STRESS
Morele stress is een specifieke vorm van
stress die verschilt van andere vormen van
stress op het werk, zoals emotionele stress
of ‘gewone’ werkstress. Zorgverleners kunnen ‘gewone’ werkstress ervaren wanneer
zij een grote werkdruk ervaren, bijvoorbeeld wanneer zij een groot aantal taken
binnen een beperkte tijd dienen uit te voeren. Uit de Vlaamse Werkbaarheidsmonitor
van 2013 (SERV) blijkt dat bijna 40% van de
medewerkers in de residentiële ouderenzorg (woonzorgcentra) een problematische
werkdruk ervaart. Dat is niet min en zorgt
voor een aanzienlijke belasting bij zorgverleners. Daarnaast kunnen zorgverleners
ook emotionele stress ervaren. Dit is het
geval wanneer er bijvoorbeeld een persoonlijk conflict is tussen collega’s, of wanneer zorgverleners geraakt worden door
het overlijden van een patiënt. Ook deze
vorm van stress kan een duidelijke impact
hebben op zorgverleners. Hoewel tijds- en
werkdruk en emotionele stress morele
stress absoluut in de hand kunnen werken,
zijn deze vormen van stress kwalitatief
verschillend van morele stress.
Morele stress is een vorm van emotionele
stress met een morele component. Bij morele stress speelt ethiek een rol. Ethiek in
de zorg gaat over de vraag: ‘Wat is het goede? Hoe kan ik goed doen?’. Morele stress
ontstaat dan ook wanneer zorgverleners
hun eigen en/of professionele waarden
over goede zorg niet in de praktijk kunnen
brengen. Deze spanning kan inspireren en
een doel geven om naar te streven, maar,
wanneer zorgverleners frequent en/of intens geconfronteerd worden met de kloof
die er bestaat tussen wat zij beschouwen als
goede zorg en de zorg die zij in de praktijk
brengen, raakt dit aan hun identiteit als
zorgverlener en als mens. Daarom is morele
stress als het ware een diepere vorm van
stress – het raakt aan de kern van de persoon van de zorgverlener.
GEVOLGEN VAN MORELE STRESS
Hoe kan je morele stress herkennen?
Zorgverleners die frequent of intens morele
stress ervaren, kunnen last krijgen van allerlei fysieke klachten zoals hoofdpijn en buikpijn. Daarnaast worden ook psychische
klachten gerapporteerd, zoals piekeren en
twijfelen, een daling van het (professionele)
zelfvertrouwen, negatieve en depressieve
gevoelens. Morele stress heeft ook een effect
op het gedrag van zorgverleners: zorgverleners vertellen dat ze prikkelbaarder zijn, zich
gejaagd voelen, zich afsluiten, paniekerig
reageren en hun emoties afreageren op
anderen (patiënten en collega’s). Een belangrijk punt is dat chronische morele stress gerelateerd is aan burn-outsymptomen zoals
(emotionele) uitputting, een verminderd
gevoel van persoonlijke bekwaamheid, cynisme, maar ook desensitisatie – zorgverleners
laten zich niet langer meer door de zorg laten
raken (‘foert’, ‘het heeft toch geen zin’). Dit is
vaak een reactie uit zelfbescherming. We
zien dan ook vaak dat zorgverleners ‘op automatische piloot’ werken en zich niet meer
engageren voor de extraatjes in de zorg. Een
gevolg hiervan is dat de zorgverlener letterlijk
vervreemdt van het werk en van de redenen
waarvoor hij in de eerste plaats voor een
zorgjob gekozen heeft. Het werk is niet langer betekenisvol. Ook depersonalisatie is een
mogelijk gevolg van langdurige morele stress
bij een zorgverlener: de zorgontvanger wordt
niet langer als individu gezien, maar wordt
herleid tot zijn kamernummer of ziekte
(‘Nummer 14 is opnieuw aan het bellen’, ‘De
falende lever in bed vier’).
Symptomen
Uitingsvormen
Fysiek
• Vermoeidheid • (fysieke) uitputting • Slaapproblemen • hoofdpijn, nekpijn, rugpijn, buikpijn…
Emotioneel
• Frustratie • Woede • Schaamte • Angst • Depressieve gevoelens •
Burnoutsymptomen (emotionele uitputting, cynisme, verminderd
gevoel van bekwaamheid)
Gedragsmatig
• Vermijdingsgedrag, afstand nemen van de zorgsituatie(s) • Apathie • Turnover (de organisatie, het beroep, de sector verlaten) •
Emotioneel afreageren (agressie, bits gedrag) • Gejaagdheid,
onrust
Spiritueel
•Verlies van betekenis
2
Gevolgen voor het team
Morele stress kan een impact hebben op de
verhoudingen binnen het team, wat kan
leiden tot conflicten en een minder goede
samenwerking. Het ervaren van morele
stress omwille van collega’s is een thema dat
vaak wordt aangehaald. Zorgverleners geven
aan echter dat zij moeite hebben om elkaar
aan te spreken over het in gebreke blijven
van de zorg.
Gevolgen voor de organisatie en de kwaliteit
van de zorg
collega’s wordt dan ook als cruciaal ervaren.
Ook informatie uitwisselen (‘hoe zou jij dit
aanpakken?’) en om hulp vragen (onder
collega’s afspreken om afwisselend naar een
moeilijke patiënt te gaan), waardering
(‘complimenten geven’), humor en relativering (‘samen kunnen lachen’) zijn allemaal
hulpbronnen die zich op teamniveau situeren. Het is belangrijk dat zorgverleners die
dagelijkse informele en formele momenten
van contact kunnen behouden. Het
‘babbeltje’ in de gang is dus niet alleen tijdsverlies. Een overdrachtsmoment wordt best
niet systematisch overgeslagen.
Morele stress is gerelateerd aan verschillende uitkomsten die effecten hebben op de
organisatie als geheel, zoals uitstroom van
zorgpersoneel, verzuim, verslechterde relaties met team en leidinggevenden en een
dalende kwaliteit van de zorg. Conflicten
binnen zorgteams naar aanleiding van morele stress kunnen een effectieve communicatie en samenwerking namelijk in de weg
staan, hetgeen een effect kan hebben op de
kwaliteit van de zorg.
HET BELANG VAN MORELE STRESS
Hoewel morele stress ernstige gevolgen kan
hebben, is morele stress op zich niet volledig
negatief. Het ervaren van morele stress is
een teken dat de zorgverlener aandacht
heeft voor en wil voldoen aan de noden van
de patiënt en hierbij een ethische norm hanteert. Het is dus een signaal van betrokkenheid en een uiting van de bezorgdheid dat de
kwaliteit van de zorg mogelijk in het gedrang
komt. De vraag ‘wat is goede zorg in deze
bepaalde situatie?’ wordt als het ware opnieuw luidop gesteld. Op die manier fungeert morele stress dan ook als een soort
alarmbel: een ervaring van morele stress kan
namelijk leiden tot reflectie op het eigen
handelen (of het handelen van anderen), het
in vraag stellen van de kwaliteit van de zorg
en het mogelijks ondernemen van actie.
Morele stress kan op die manier de motor
zijn voor ethische groei van het individu, het
team en de organisatie (kritische zorgverleners, ethisch handelen en een betere kwaliteit van de zorg.
HULPBRONNEN
Er zijn verschillende hulpbronnen die helpend zijn om met morele stress om te gaan.
Naast persoonlijke hulpbronnen van de individuele zorgverlener zijn er ook verschillende werkhulpbronnen die kunnen helpen om
met morele stress om te gaan.
Het gevoel dat je er niet alleen voor staat en
je niet de enige bent die dergelijke dingen
meemaakt is belangrijk om ervaringen van
morele stress te kunnen plaatsen. Steun van
Naar de leidinggevenden en organisatie toe
wordt ‘duidelijkheid’ als helpend beschouwd: duidelijke richtlijnen, een duidelijke functieomschrijving, duidelijke verwachtingen en weten wanneer je als zorgverlener
al dan niet het mandaat hebt om beslissingen te nemen, is een enorme hulpbron.
Ook een duidelijke richtinggevende visie is
belangrijk. Een richtinggevende visie biedt
meer ruimte voor flexibiliteit en uitzonderingen dan starre regels. Zorgverleners ervaren
het verder als helpend wanneer er ruimte is
om de visie in vraag te stellen, ze kunnen
mee-denken en wanneer zij het gevoel hebben inspraak te krijgen. Enkel op die manier
worden ze ook ‘mede – eigenaar’ van die
visie (je weet waarom je er achter staat en
draagt deze ook van binnenuit uit). Inspraak
geeft zorgverleners het gevoel dat zij in staat
zijn om iets te veranderen aan te huidige
gang van zaken en vermindert het gevoel
van machteloosheid dat vaak gepaard gaat
met morele stress. Denk aan engagement in
werkgroepen, de mogelijkheid tot het inbrengen van vernieuwende voorstellen, …
Ook het zich engageren in het lobbyen naar
beleidsmakers toe, kan een hulpbron vormen voor zorgpersoneel. Verder zijn ook
interventies die de autonomie van de zorgverlener vergroten, preventief inzake morele
stress (controle over werkplanning, autonomie in de uitvoering van de zorg…).
Het contact met de leidinggevende is cruciaal: er moet wederzijds vertrouwen zijn tussen de leidinggevende en zijn teamleden.
Een sensitieve leidinggevende houdt de vinger aan de pols bij het team, heeft aandacht
voor signalen van morele stress, en zien en
3
er erkennen dat zorgverleners soms niet de
goede zorg kunnen verlenen die ze willen
verlenen en waardeert die momenten van
goede zorg. De leidinggevenden zijn dan
ook de centrale pleitbezorgers van de zorgverleners. Zij vormen de ruggensteun (back
-up voor beslissingen van zorgverleners
naar het team, de patiënten en familieleden, andere collega’s, leidinggevenden en
vertegenwoordigen het team in multidisciplinair overleg. Zij kunnen hun teamleden
emotionele steun bieden en coaching in
het uitspreken van morele stress en dilemma’s en het zoeken naar oplossingen. Ook
kunnen zij de patiënttoewijzingen zo rouleren dat niet steeds dezelfde zorgverlener
de meest complexe zorgsituaties toegewezen krijgt. Het wordt enorm geapprecieerd
dat de leidinggevende opkomt voor de
goede zorg én voor de eigen teamleden.
De informele vraag: “Hoe gaat het?” is
cruciaal om vinger aan de pols te houden
bij wat leeft bij de zorgverlener en voeling
te hebben met het team. Daarnaast moeten er zeker ook formele momenten bestaan waarin morele stress besproken kan
worden en ervaringen kunnen worden
uitgewisseld. Zorgverleners geven aan dat
alleen al het feit dat morele stress besproken kan worden, hen helpt om ermee om
te gaan. Methodieken als intervisie en moreel beraad kunnen hier een belangrijke rol
in spelen. Een bredere open cultuur van
bespreekbaarheid rond ethische problemen verlaagt de drempel om het over morele stress te hebben.
Waardering voor inzet en constructieve
feedback dragen bij tot de tevredenheid
van de zorgverlener. Een waarderend leerklimaat is een goede voedingsbodem voor
ethische groei. Ook voldoende opleidingsen ontwikkelingsmogelijkheden dragen bij
tot het kunnen hanteren van morele stress.
Een efficiënte, haalbare én menselijke
praktische zorgorganisatie vermindert verder ook het risico op morele stress. Er moeten voldoende middelen aanwezig zijn om
de zorg op een professioneel verantwoorde
manier uit te voeren (vb. steriel materiaal).
Ook infrastructuur kan een belangrijke rol
spelen in het omgaan met morele stress,
een voorbeeld daarvan is de leefgroepruimte. Zorgverleners in de ouderenzorg
zien het ‘samen met de bewoner koffie
drinken in de leefgroepruimte’ als een echte compensatie voor het gebrek aan tijd
dat ze hebben om een praatje te slaan met
de bewoner tijdens de drukkere momenten
van de dag. Ook het serveren van maaltijden in leefgroepruimtes in plaats van het
bedienen op de kamer, wordt als een positief iets ervaren.
Er zijn tot slot verschillende ondersteu-
ningsmaatregelen die een onderdeel kunnen vormen van een proactief beleid rond
morele stress, zoals een referentiepersoon
ethiek, casusbesprekingen, opleidingen
rond ethisch reflecteren…
Inzetten op de versterking van deze hulpbronnen kan leiden tot een grotere morele
veerkracht van zorgteams.
MORELE VEERKRACHT
Morele stress kan het evenwicht verstoren,
de zorgverlener ‘uit balans’ halen. Dit door
een onevenwicht tussen de eisen die door
een bepaalde situatie van morele stress
gesteld kunnen worden (draaglast) en de
capaciteiten die aanwezig zijn om die situatie van morele stress het hoofd te kunnen
bieden (draagkracht). In balans blijven bij
moreel stresserende gebeurtenissen vergt
morele veerkracht.
ACTIEMODEL
Hoe kan je nu inzetten op de morele veerkracht van zorgverleners, teams, leidinggevenden en organisaties?
Het detecteren van morele stress (bij zichzelf, bij de collega’s, bij werknemers in het
algemeen) is een eerste stap in het (h)erkennen van het fenomeen. Het is belangrijk
dat zorgverleners en leidinggevenden het
onderscheid kennen tussen werkstress,
emotionele stress en morele stress. Morele
stress is namelijk een specifieke vorm van
stress met specifieke gevolgen. Morele
stress is een is begrip dat tot op heden nog
maar weinig gekend is in de zorgsector. Een
taal en kader kunnen bieden aan morele
stress (morele stress kunnen herkennen en
benoemen en het verschil met ‘gewone’
werkstress leren zien) is een belangrijke
eerste stap om morele stress te kunnen
hanteren. Op die manier kunnen zorgverleners plaatsen en benoemen wat er hen
overkomt, kunnen ze er met elkaar over
communiceren en is de kans groter dat er
tot concrete actie wordt overgegaan. Verder is het belangrijk dat morele stress iets is
wat bespreekbaar kan zijn in een organisatie. Zorgverleners moeten op een zowel
informele als formele manier ervaringen,
emoties en casussen omtrent morele stress
kunnen delen (zie kader: Tips voor morelestressgesprek). Onder hanteren tot slot
vallen alle acties die erop gericht zijn op een
constructieve manier om te gaan met morele stress. Dit kan gaan over het omgaan met
negatieve emoties, stressmanagement,
zelfzorg, (bij zaken waar men zelf geen invloed op heeft) maar ook het ondernemen
van actie, het zoeken naar andere oplossingen, het bewerkstelligen van verandering,
het opkomen voor de goede zorg.
INSTRUMENTEN
MORELE STRESS IN DE ZORG
In het kader van het ESF-project ‘Morele stress in de ouderenzorg’ werden
verschillende instrumenten ontwikkeld om morele stress te detecteren,
bespreekbaar te maken en te hanteren. Deze werden ontwikkeld voor de
ouderenzorg, maar kunnen ook breder ingezet worden
Informatiebrochure voor management: een korte brochure om het
management van zorgorganisaties te sensibiliseren rond morele
stress
Gids: een moreel veerkrachtige organisatie. Omgaan met morele
stress in zorgorganisaties. Deze visietekst wil het management
van zorgorganisaties algemene strategieën aanreiken voor een
integrale benadering van morele stress, samen met
implementatiesuggesties en good practices uit de praktijk.
Detectie-instrument Morele stress: Een zelfevaluatievragenlijst om
morele stress bij zichzelf te detecteren en te onderzoeken (in
welke mate ervaar ik morele stress en welke effecten ondervind
ik, hoe moreel gevoelig ben ik, wat zijn mijn hulpbronnen en
risicoverhogende factoren?), met tips om het thema
bespreekbaar te maken. Het instrument kan door directe
leidinggevenden ingezet worden ter voorbereiding van een
functioneringsgesprek.
Groepsreflectie-instrument Morele stress: Dit instrument beschrijft
een methodiek om een reflectiemoment over morele stress te
organiseren voor een groep van zorgverleners. Deze methode
biedt een veilig kader om het over morele stress en goede zorg
te hebben binnen het team.
Situationele vragenlijst Morele stress: De situationele vragenlijst
brengt in kaart rond welke thema’s , op welke momenten en
door welke belemmeringen zorgverleners in de ouderenzorg het
meest en/of hevigst morele stress ervaren. Directe
leidinggevenden kunnen met behulp van de situationele
vragenlijst de triggers voor morele stress bij het team liggen.
Morele stressthermometer: De morele stressthermometer is een
laagdrempelig instrument om de aanwezigheid van morele
stress te detecteren bij individuele medewerkers en is een
vertrekpunt voor een gesprek over het thema morele stress.
Methodiekenbundel voor workshops: van morele stress naar
morele veerkracht. Op basis van hulpbronnen op individueelen teamniveau werd het ‘Morele veerkrachthuis’ ontwikkeld als
kader voor workshops rond morele stress en morele veerkracht.
De bundel bestaat uit een handleiding voor de trainer/
leidinggevende waarin het achterliggende kader (‘het morele
veerkrachthuis’ wordt toegelicht en een uitgebreid aanbod
fiches met uitgeschreven oefeningen die kunnen worden
gebruikt om workshops samen te stellen. Directe
leidinggevenden kunnen in deze bundel inspiratie vinden voor
korte reflectie-oefeningen, die bijvoorbeeld kunnen worden
ingezet tijdens teamvergaderingen.
Meer info en gratis downloaden via: www.morelestress.be
4
WAT KAN IK DOEN ALS LEIDINGGEVENDE?
HET MORELE STRESS
Informeer jezelf
over morele stress
GESPREK
Vraag de medewerker om de feiten te beschrijven (‘wat is er precies gebeurd?’)
Bevraag het hittepunt (Wat was het cruciale
moment, de essentie, waar draaide het
om? Wat was het moment waarop het
voor jou begon te wringen?)
Vraag naar de handeling (Wat heb je toen
precies (al dan niet) gedaan?)
Peil naar de beleving (Hoe voelde je je op
dat moment? Wat deed het met jou?
Wat betekende de situatie voor jou?)
Bevraag de visie of belangrijke waarden van
de medewerker (Wat was voor jou
belangrijk in die situatie? Welke belangrijke waarde kon je niet in de praktijk brengen of kwam in het gedrang?
Wat was jouw idee van goede zorg op
dat moment? Wat heeft jou gemotiveerd of gedreven om te handelen?)
Peil naar de belemmering die de medewerker het gevoel gaf dat hij/zij geen goede zorg kon verlenen? (Wat maakte dat
het op dat moment niet mogelijk was
om goede zorg te verlenen? Hoe komt
het dat je het gevoel had dat je geen
goede zorg kon verlenen?)
Eventueel kan je met de medewerker(s)
zoeken naar oplossingen of aandachtspunten voor de toekomst (Wat had
jou kunnen helpen in die situatie? Wat
zou ons in de toekomst kunnen helpen
in dergelijke situatie? Wat leren we
hieruit?
Bevraag morele
stress bij de medewerkers
Verlaag de drempel voor bespreekbaarheid
Zet in op teamontwikkeling
Bouw aan sociale
steun en een positief, waarderend
leerklimaat
Dit
project
Bied een platform, moment … waarop de medewerkers ethische
bezorgdheden kunnen inbrengen. Bouw dit eventueel in in bestaande overlegmomenten zoals teamvergaderingen, werkgroepoverleg…
Voorzie een debriefing na moeilijke momenten, waarbij de zorgverleners de kans krijgen om te spreken over wat de situatie met hen
heeft gedaan.
Een goed teamklimaat beschermt tegen de effecten van morele
stress. Bouw aan een gemeenschappelijke teamvisie op goede zorg,
verhelder de waarden waar het team voor staat. Dit zorgt ervoor dat
de teamleden zich door elkaar geruggesteund voelen.
Waardeer en moedig een constructieve kritische houding van medewerkers aan. Fungeer als rolmodel: vraag én geef op geregelde basis
feedback. Werk toe naar een waarderende én feedbackcultuur bij de
medewerkers.
Ga na wat de triggers zijn voor het ervaren van morele stress. Richt je
aandacht op deze oorzaken. Ga samen met de medewerkers op zoek
naar mogelijke oplossingen en werk actieplannen en/of voorstellen
uit. Koppel deze terug naar het beleid.
Beschikbare instrumenten op www.morelestress.be:
Situationele vragenlijst morele stress
ESF-project ‘Morele stress in de ouderenzorg’ (2014www.morelestress.be).
Beschikbare instrumenten op www.morelestress.be:
Detectie-instrument morele stress
Morele stressthermometer
Situationele vragenlijst
Beschikbare instrumenten op www.morelestress.be:
Van morele stress naar morele veerkracht. Methodieken voor
workshops.
Deze brochure werd ontwikkeld in het kader van het
zie
Detecteer morele stress bij individuele medewerkers door ernaar te
polsen (op een informele manier, tijdens functioneringsgesprekken,
door instrumenten in te zetten). Stel medewerkers in functioneringsgesprekken de vraag of ze het gevoel hebben dat ze goede zorg kunnen verlenen. Peil naar ervaringen van morele stress.
Beschikbare instrumenten op www.morelestress.be:
Groepsreflectie morele stress
Identificeer de
oorzaken van
morele stress
2015,
Zoek informatie over hoe je morele stress kan herkennen, wat de
gevolgen zijn, wat morele stress uitlokt, wat je als leidinggevende kan
doen…
werd
uitgevoerd door de onderzoekscluster Verpleegkunde
van de Hogeschool West-Vlaanderen, in samenwerking
met Woonzorggroep GVO, met de steun van het Europees Sociaal Fonds en de Vlaamse Overheid. Het ESFAgentschap kende dit project het ESF-kwaliteitslabel
toe.
Vertrek vanuit een
coachende en
empowerende
houding
Het ESF-Agentschap daagt organisaties uit acties op te
Faciliteer ethische
reflectie
Een moedige opstelling kan je niet zonder meer van de zorgverlener
verwachten. Daarvoor vraagt het teveel energie. Helpend om een
stap in de goede richting te zetten is het creëren van een veilige plek,
een platform dat drempelverlagend werkt. Regelmatige reflectie- en
intervisiemomenten zijn in dat opzicht erg van belang. Bespreek casussen, spreek samen over ‘goede zorg’.
Werk aan inspraak en gedeelde besluitvorming
Een besluit dat gedragen is door het team, wordt beter geaccepteerd. Dit verlaagt de kans dat medewerkers omwille van bepaalde
regels, beslissingen… morele stress ervaren.
zetten die het functioneren van de arbeidsmarkt duurzaam verbeteren. Dat doet het met zowel Europese als
Vlaamse middelen. Het Agentschap verwerft en deelt
kennis zodat het kan bijdragen tot de oplossingen van
Daag medewerkers uit om hun kritische bedenkingen ten aanzien van
de zorg uit te spreken, zet hen aan tot ethische reflectie, stimuleer
morele moed, help hen zoeken naar oplossingen in plaats van zelf
oplossingen aan te dragen.
vandaag en morgen. ESF komt tot dit resultaat door
een voortdurende samenwerking met partners. Meer
info op www.esf-agentschap.be.
Om de leesbaarheid van deze tekst te behouden, werd
telkens in de ‘hij’-vorm geschreven wanneer het om
zorgverleners/leidinggevenden/… gaat. Uiteraard geldt
dit alles zowel voor mannelijke als vrouwelijke zorgverleners/leidinggevenden/…
5
Download