mei 2009 Naar een veiliger samenleving 10 Politiek minuten Onderzoekers Ministeries Even tijd voor de reclassering Medewerkers reclassering Openbaar Ministerie Rechters Politie Werkstrafbedrijven Hulpverleners Overheden Onderwijsinstellingen Gevangeniswezen Warme contacten Het is geen fabriek Papa is lief reclassering nederland 10 Mei 2009 | 2 minuten Even tijd voor de reclassering 3 Beschaving steunt op bieden van tweede kans 5 Tropisch avontuur 7 Mensen veranderen mensen 9 Meer dan straf 11 Reclasseringswerker als spin in het web 13 De juiste stok kiezen 15 Opgelegde sociale controle 17 Netwerk tegen netwerk 19 Weerbaar de nazorg in 21 Het kind als medicijn Alvast geselecteerd. Tijd is kostbaar. Kennis en informatie ook. Er gebeurt veel in de wereld van de reclassering. Een deel is interessant en relevant voor strafrecht­keten, openbaar bestuur, politiek, maatschappelijke dienstverlening, zorg, onderwijs en onderzoekers. Goed om te weten. Zoeken en vooral vinden kan nog wel eens tijd kosten. Daarom hierbij een aardige selectie. Misschien genoeg. En anders een prikkel om wat verder te graven. 600 seconden. 10 minuten. Om te scannen, te lezen of te scheuren. 10 actuele onderwerpen rondom reclasseringswerk. Hoofdlijnen en belangwekkende details. Van alles wat, voor iedereen wat. Strijd tegen bureaucratie |3 Politiek Overheden Onderzoekers SP-Kamerlid Krista van Velzen Beschaving steunt op bieden van tweede kans ‘Elk mens verdient een tweede kans. En er moet voldoende hulp, bege­ leiding en toezicht zijn om die ook te pakken. Reclassering is daarmee een fundament van onze beschaving. Daarop bezuinigen is kortzichtig en ver­ schuift de rekening naar de nabije toekomst; in de vorm van extra leed en schade. Ook deugt het niet om de reclassering als een fabriek af te rekenen, met productietikken en normen over maximaal te besteden tijd per geval.’ Krista van Velzen, kamerlid voor de SP, kan zich boos maken als ze in Den Haag of de samenleving weer eens een verkeerde wind voelt waaien. Ze is wars van onderbuikgevoelens over verwende bajesklanten of hobbyende reclasseringswerkers met geitenwollen sokken. En ze strijdt tegen de bureaucratie die volgens haar hier het gevolg van is. 'In het geweld van grafieken en statistieken lijken we het soms te vergeten: we hebben het hier over mensenwerk, over tragedies, ellende, ongelukkigen, maar ook over successen, trots, vooruitgang en kleine menselijke overwinningen.’ Uit: Ontregelen, Jos van der Lans, 2008 reclassering nederland Mei 2009 | 4 ‘Op straat, in de goot. Onderaan de maatschappelijke ladder gaat het ergens over. Bij de werklozen, de verslaafden, de tijdelijk ontspoor­ den. Je stoot meteen door naar de kern: solidariteit en menselijke waardigheid. Het is mooi dat ik over hun vraagstukken mijn licht mag laten schijnen.’ ‘Reclassering biedt hoop. Mensen hebben soms lelijke kanten en laten die ook zien. Daarmee omgaan is een kunst. De hoop en het vertrouwen hebben dat je met die mensen iets kunt, is een gave. Een roeping die maatschappelijke waardering verdient. Dat vraagt om méér dan een behoorlijk salarisstrookje: om erkenning, ruimte, vrijheid.’ ‘Stop de bureaucratisering! Dat is SP-jargon en een stokpaardje van onze partij. De leiding van Reclassering Nederland heeft die slogan slim geadopteerd en er een project van gemaakt. Maar daarom is die oproep niet minder waardevol. Als organisaties – van hoog tot laag – kijken welke ballast aan regels en formulieren ze overboord kunnen zetten, ontstaat er ruimte voor het werkelijke werk. Vertrouwen krijgt weer een kans: kunnen bouwen op de inzet en inzichten van professionals.’ ‘Verspilling heeft vele gezichten. Er zijn de opgelegde regels, maar er is ook de papierkraam en het overleg tussen zelfstandige organisa­ties. De drie reclasseringsclubs kennen tintverschillen maar in de kern zijn ze hetzelfde. Het is vloeken in de verzuilde kerk, maar waarom niet fuseren? Minder ruis en overhead. Als politiek kunnen we daarop aandringen. Ook bij het Leger des Heils gaat het de werkers immers niet om een boterham met een bijbel. En de begeleiding van verslaaf­den is vooral een specialisatie.’ ‘Er is breed bezorgdheid. De partij van Wilders vindt dat voor ontspoorden alles maar een tandje minder moet. Opsluiten! Koude kerkers met enkel water en brood! Niks tweede kans. Ik vind dat schadelijk en schandelijk. Gelukkig is de meerderheid van de politiek verstandiger en fatsoenlijker. Fred Teeven van de VVD is bijvoorbeeld tegen productietikken en bureaucratie. Net als ik ziet hij bovendien gemeenten tekortschieten in het begeleiden van ex-gedetineerden. Teeven-Van Velzen: één lijn. Het lijkt wel een monsterverbond.’ ‘Fouten maken mag. Ze durven erkennen en ervan leren moet. Dat geldt voor de reclassering, maar ook voor de politiek. Ten onrechte ligt de begeleiding bij het verlaten van de gevangenis op het bordje van gemeenten. Je kunt dat theoretisch onderbouwen, maar daar ontbreekt de kennis en ervaring. Bovendien moeten ze uit een te klein potje de middelen verdelen tussen zaken als thuiszorg, steunkousen, een rolstoel of begeleiden van ex-gedetineerden. Die laatste taak hoort gewoon bij de reclassering thuis. Dat sommige grotere gemeenten de reclassering inhuren, is niet meer dan een pleister op een politieke wonde.’ Krista van Velzen ■ ■ ■ ■ geboren: 1974, Sint Nicolaasga, Friesland opleiding: Bos- en Natuurbeheer, Arnhem na open sollicitatie fractiemedewerker SP sinds mei 2002 Kamerlid voor de SP www.kristavanvelzen.nl 10 minuten Even tijd voor de reclassering Reclasseringswerk overzee |5 Ministeries Politiek Medewerkers reclassering Samenwerking met Bonaire Tropisch avontuur ‘Professioneel en goed reclasseringswerk. Ik durf te zeggen dat we dat leveren. Het is geen geringe prestatie: in korte tijd van niks naar Neder­ lands niveau.’ Projectleider Ernst Wesselius zet in Bonaire een nieuwe reclasseringsorganisatie in de steigers. Bij zijn taak dringt zich een beetje bizar beeld op voor zo’n tropisch gebied: een veilige route kiezen in een landschap van ijsschotsen. Alles is in beweging, weinig is zeker. Nieuwe verhoudingen dienen zich aan. De overzeese Rijksdelen kiezen voor een uiteenlopende koers: onafhankelijk, nog een beetje verbonden of onder Majes­teits paraplu blijven. Bonaire, St. Eustatius en Saba gaan voortaan als een Nederlands bijzonder openbaar lichaam door het leven: iets tussen een gemeente en een provincie in. Op de kleine klonten koraal en vulkaan­ge­steente wappert de vaderlandse vlag en gaat het Nederlandse strafrecht gelden. ‘Doordat wij straks dezelfde methoden en instrumenten gebruiken kunnen we op individueel niveau beter samenwerken. Dat maakt de uitwisseling van Antilliaanse daders tussen Nederland en de Antillen eenvoudiger.’ Sjef van Gennip, directeur van Reclassering Nederland, in zijn intentieverklaring over samenwerking met reclasseringorganisaties op Curaçao en Bonaire. reclassering nederland Mei 2009 | 6 Netwerk. Een stuk of honderd belangstellende ambtenaren buigen zich tijdens een conferentie over de toekomst van de overzeese gebieds­ delen. Reclasseringswerk op Bonaire. Ze hangen aan de lippen van Ernst Wesselius. Hij neemt hen mee overzee en schildert twee praktijkgevallen. Dan vraagt hij wat er met de daders moet gebeuren. De begrippen orthopedagoog en afkickkliniek vallen. Ernst Wesselius: ‘Daarmee legden ze de vinger op de zere plek. Op Bonaire is geen vangnet van deskundige specialisten. Eigenlijk zijn daders door reclasseringswerkers nauwelijks te helpen. Maar omdat ze nergens anders naartoe kunnen, lopen ze toch de deur plat.’ Omstandigheden. Op Bonaire is geen gevangenis, geen gesloten inrichting om af te kicken. Wel een opgekalefaterd huis van bewaring, maar daarbinnen geen maatschappelijk werk. Daders met een stevige celstraf moeten naar Curaçao. Weinig contact met de familie dus. Evenmin met de reclassering. Want vliegen kost tijd en geld. Ernst Wesselius: ‘Het reclasseren begint daardoor met een achterstand. Dat je bij de nazorg niet kunt terugvallen op specialisten, zou in Nederland ondenkbaar zijn. Toch doet Bonaire het verhoudingsgewijs niet slecht. De familie vangt veel problemen op, of veegt ze onder het tapijt. Zo kom je hier geen chollars tegen, geen rondzwervende verslaafden. Dat is op andere eilanden in de Caraïben wel anders.’ Schaalgrootte. Ernst Wesselius is in Nederland officier van justitie geweest. Eerst in Den Haag en Utrecht, later in Amersfoort. Bun­scho­ ten, Spakenburg, Eemnes, ze lagen toen allemaal in zijn werk­gebied. Kleine, gesloten gemeenschappen. Er is gefluister, maar hardop geen woord over boevenstreken, verslaving of incest. Op Bonaire is het van hetzelfde laken een pak. Toch zijn er verschillen. Bonaire heeft goed 15.000 bewoners. In Nederland zou één mannetje of vrouwtje van de reclassering volstaan. Op Bonaire is drie nog te weinig. Ernst Wesselius: ‘Mensen spuien niet makkelijk hun verhaal. Moeilijk opsporen, moeilijk reclasseren. Ook kent iedereen de zwarte schapen. Geen lokale deskundigen, maar evenmin willen we uit Nederland inge­vlogen, stijve Madame Tussaudsfiguren. Wèl hebben we korte lijnen. Binnen een uur zit je met de gezaghebber, zeg maar de burgemeester, aan tafel. Als nieuwe reclas­seringsorganisatie hebben we bovendien een goede naam bij officieren van justitie, rechters en advocaten. We zijn een serieuze partner.’ Onzekerheid. Een politieke pennenstreek in Den Haag heeft in de prak­tijk heel wat voeten in aarde. Er liggen duizend kilometer, een taal­barrière en een veelvoud aan inwoners tussen Bonaire en de twee andere eilandjes. Er is nog geen uitgesproken visie op de strafrechtketen. Ernst Wesselius: ‘Moeten we één apparaat opzetten? Een unie vormen? Heen en weer waterfietsen? Hoe ga je met verschillende functies om? Veel staat nog op drijfzand. De huidige ondersteuning vanuit Reclasse­ ring Nederland is op alle vlakken welkom. En voorbeeldig.’ Samenwerkingsproject ■ ■ ■ ■ ■ ■ Doel: versterking en uitbouw reclasseringswerk Bonaire Randvoorwaardelijk, organisatorisch, inhoudelijk Uitwisseling en opleiding van medewerkers Reclassering Nederland is opdrachtnemer Bureau Buitenland is eindverantwoordelijk Neveneffect: expertise over Antilliaanse daders 10 minuten Even tijd voor de reclassering Reclasseringswerkers |7 Onderwijs en onderzoek Medewerkers reclassering Politici Lector wil kloof dichten Mensen veranderen mensen Ze wil een bruggenbouwer zijn. Bij haar openbare les als lector aan de Hogeschool Utrecht laat Anneke Menger daar geen twijfel over bestaan. Ze pleit voor sturing vanuit theorie en wetenschap. Maar ze weigert de profes­ sionele ruimte van reclasseringswerkers in te dammen. Sterker: in de combi­ natie zit de kracht. ‘Wetenschap en instrumenten horen niet tegenover werkers en hun vak te staan. Een kenmerk van effectieve professionals is juist dat ze zich iets aantrekken van de wetenschap. Ze houden de eigen intuïtieve en professionele oordelen kritisch tegen het licht.’ Sjef van Gennip, algemeen directeur van Reclassering Nederland, doet daar nog een schepje bovenop. Tijdens de feestelijke start van het Utrechtse lectoraat Werken in Justitieel Kader: ‘Reclasseringswerkers zijn het bind­middel en de basis bij het bestrijden van recidive. Angst, populisme en incidenten­ politiek dragen daar in geen geval aan bij.’ Hij is blij dat het moeilijke vak van reclasseringswerker een plek krijgt in onderwijs en onderzoek. ‘Een deskundig man is een man die zich volgens de regels vergist.’ Paul Valéry, Frans dichter (1871-1945) reclassering nederland Mei 2009 | 8 Het is net als met voetbal. Iedereen vindt iets van het reclasse­rings­ werk. En vaak spelen emoties een rol. Anneke Menger zet haar gehoor daarom even in de juiste luisterstand: ‘Ook u hebt waarschijn­lijk gevoe­ lens over dwang en bevoogding. De meeste mensen hebben er een hekel aan. U hebt vermoedelijk ook standpunten over de zin en onzin van strenger straffen. Over te late uithuisplaatsing van kinderen of over te snel ingrijpen. Over pedoseksuelen in uw buurt. Over levens­lange opslui­ting van gestoorde criminelen of over falend toezicht.’ Ze wijst op reac­ties van media en politiek. Daar gaan bij het woord tbs de alarm­ bellen eerder rinkelen dan bij moord, doodslag of verkrachting. De druk is groot. Anneke Menger vraagt aandacht voor de spagaat waarin reclasseringswerkers gedrongen worden. ‘Bij geweldsdelicten met fatale afloop lijken media vooral geïnteresseerd in de – al dan niet vermeende – nalatigheid van betrokken hulpverleners. Tegelijkertijd is er algemene verontwaardiging als zij hard in het privé-leven ingrijpen. Een fascinerend fenomeen. De aandacht wordt van het onbeheers­ bare, de soms gruwelijke misdaden, verlegd naar het schijnbaar beheersbare: de falende professional, zijn instrumentarium of zijn instelling. Het verlangen naar een risicoloze samenleving komt daarmee soms onevenredig zwaar op hun schouders te liggen.’ Controleren en motiveren. De juiste combinatie werpt volgens Anneke Menger de meeste vruchten af. Onderzoeken hebben dat ook aangetoond. In het begin van het reclas­seringscontact is er weerstand. Daders voelen zich in hun vrijheden beperkt. ‘Mensen gaan zich openlijk, lijdzaam of heimelijk verzetten. Ze bedenken allerlei manie­ ren om betrokkenheid bij het contact te vermijden.’ Ze waarschuwt reclasseringswerkers die al hun pijlen richten op de veiligheid van de samenleving en daardoor enkel corrigerend optreden. Zij zullen drie keer vaker te maken krijgen met afhakers dan collega’s die ook ondersteunen. Maar de balans mag niet doorslaan. Reclasserings­ werkers die de dader centraal stellen en vooral de helpende hand bieden, hebben evenmin succes. Ook bij hen is veel uitval. Anneke Menger benadrukt het belang van goed, professioneel contact. Zij weigert dat een relatie te noemen. Ze spreekt van een werkalliantie: ‘Deze kenmerkt zich door gezamenlijkheid en doelgerichtheid.’ Instrumenten zijn niet zaligmakend. Anneke Menger kent de wetenschappelijke en beleidsmatige aandacht voor bewezen succesvolle gedragstrainingen. Zij maakt daarbij een kanttekening: ‘Interventies veranderen geen mensen. Mensen veranderen mensen, met interventies als hun instrument.’ Sjef van Gennip: ‘Het is de reclasseringswerker die dagelijks in de praktijk de dader of verdachte moet overtuigen: stop met criminaliteit. Hij is de frontliniewerker. In alle geweld van erkende trainingen en bijbehorende commissies is dit onderbelicht gebleven. Positieve aandacht is goed en terecht.’ Anneke Menger en Jo Hermanns vervullen als duo het lectoraat ‘Werken in Justitieel Kader’ aan de Hogeschool Utrecht. Op 20 maart hielden ze hun inaugurele rede. Onder grote belang­ stelling. Er was een tweede zaal met videoverbinding nodig om iedereen te herbergen. www.reclassering.nl www.hu.nl 10 minuten Even tijd voor de reclassering |9 Reïntegratie Werkstrafbedrijven Openbaar Ministerie Rechters Hulpverleners © Hergé/Moulinsart 2009 Kuifje in Apeldoorn Meer dan straf Uit de visie van DaAr: ‘In het woeste gebergte van de Himalaya woont de Yeti - beter bekend als de verschrikkelijke sneeuwman. Dit beest is smerig, behaard en gevaarlijk.’ DaAr begeleidt bijzondere werkgestraften. Gedreven door een bijzondere inspiratiebron. Het verhaal van Kuifje in Tibet. Iedereen heeft talenten, kwaliteiten, kansen. Zelfs de Yeti in de onherberg­zame Himalaya. Zelfs werkgestraften met een psychiatrische achtergrond in Apeldoorn. Het zijn geen katjes om met blote handen aan te pakken. Niet alleen hebben ze de wet overtreden. Hun levensverhaal wordt bijvoorbeeld gekleurd door schizofrenie. Dat bestempelt hen - onparlementair gezegd tot de moeilijke gevallen. En dus zijn ze niet erg gewild bij de gemiddelde werkgever. DaAr ziet daar juist de uitdaging in. ‘In ‘Kuifje in Tibet’ sporen Kuifje en Kapitein Haddock een vliegtuig­ wrak op, ergens in het Himalaya-gebergte. De zoektocht is meer dan een spannend avontuur. Het is een reis van zwoegen en zweten die leidt tot de essenties van het bestaan. Het verhaal is een metafoor voor de visie van DaAr.’ Bron: www.daar.nu reclassering nederland Mei 2009 | 10 De visie van DaAr: ‘Kuifje ontdekt tijdens zijn zoektocht dat het versto­ ten dier over een warm hart beschikt en in wezen vol goedheid is. Hij laat zich niet verblinden door het afstotelijke uiterlijk of de gruwe­lijke reputatie. En zo brengt Kuifje de uitgestoten Yeti dichtbij, maakt hem tot een verwant en naaste.’ De ideeën van DaAr zijn voor Reclassering Nederland aanleiding om samen te werken. Kijk verder dan het dossier dik is. Dan ontdek je de mens achter de dader. Iedereen heeft talenten, kwaliteiten, kansen. Maak van arbeidsplaatsen voor werkgestraften dus geen afserveer­ plekken. Maar zorg ervoor dat mensen ook daar mogelijkheden krijgen om de maatschappelijke draad weer op te pakken. DaAr doet dat. De visie van DaAr: ‘DaAr wil in de voetsporen treden van Kuifje door mensen een plek te bieden waar ze mogen zijn. Mensen krijgen de moge­lijkheid om eigen kwaliteiten te ontdekken en ontwikkelen teneinde een plek in de maatschappij te vinden: mee te doen.’ De Apeldoornse reïntegratiespecialisten hebben een breed palet van werkzaamheden in de aanbieding. DVD’s verpakken, tuinieren of werken in de drukkerij. Coaching start met basale vaardigheden. Bijvoorbeeld ervoor zorgen dat mensen op tijd komen. Na afloop van de werkstraf verdwijnen betrokkenen bij voorkeur niet achter de horizon. Een reïntegratietraject begeleidt hen verder het goede pad op. De visie van DaAr: ‘Mensen komen in een traject waarbij zij een doel vaststellen, net zoals Kuifje deed. In het echte leven bereikt niet iedereen het doel wat hij of zij bij aanvang in gedachten had. Het is echter minstens zo belangrijk om in beweging komen. Niet alleen maar praten. Door ervaringen op te doen kunnen mensen leren en krijgen zij nieuwe inzichten.’ Tot zover doelstellingen en andere wijze woorden. De weg van wens naar werkelijkheid is hobbelig, zo leren de eerste praktijkervaringen in 2008. Soms zijn werkgestraften met een psychiatrische achtergrond domweg niet in staat tot werken. Dan is verblijf in een dagactivi­ teiten­centrum het hoogst haalbare. Maar ook dat ziet DaAr als een stap voorwaarts. In ieder geval beter dan mensen laten terugvallen in hun oude patroon. ■ DaAr begeleidde vorig jaar 10 werkgestraften. Dit jaar plaatst Reclas­ sering Nederland naar verwachting een zelfde aantal in Apeldoorn. ■ DaAr biedt: werk, maatschappelijke participatie, dagactiviteiten, behandelondersteuning. Speciaal voor mensen met psychische en psychiatrische problematiek. ■ DaAr is een werkmaatschappij van GGNet, een koepelorganisatie voor geestelijke gezondheidszorg in Oost-Nederland: www.ggnet.nl ■ DaAr is geen afkorting maar een merknaam. De afwijkende hoofdletter A staat voor de eigenwijze benadering. 10 minuten Even tijd voor de reclassering Lectoraat | 11 Medewerkers reclassering OM en rechters Politiek Professor Jo Hermanns prikkelt Reclasseringswerker als spin in het web Criminelen op het rechte pad krijgen. Daarvoor moeten ze - als het ware - ingepakt worden in een net van begeleiding, onder­steuning, training en toezicht. Reclasseringswerkers zijn het best toegerust om daarvoor te zorgen. Vanaf arrestatie tot terugkeer in de samenleving. Zij hebben de kennis en ervaring om met drang en dwang te werken. De coördinatie en de aansturing van andere zorg- en hulpverleners kan dan ook het best bij hen liggen. Dat is kort en helder de boodschap van prof. dr. Jo Hermanns. Tijdens zijn openbare les als lector aan de Hogeschool Utrecht bindt hij de kat de bel aan. Zijn oplossing staat haaks op de huidige verdeling van taken en verantwoordelijkheden binnen de keten. Ook de financiering zou op de helling moeten. Criminoloog en hoogleraar Cyrille Fijnaut over de ketengedachte: ‘De suggestie erachter is dat een probleem vanzelf oplost als het maar op een soepele manier van instelling naar instelling wordt doorgeschoven. Mijn idee is anders: een veelpleger moet je omcirkelen met relevante instanties die hulp bieden en zo nodig dwang toepassen.’ reclassering nederland Mei 2009 | 12 Eén samenhangend plan. ‘Waar een wil is, is een weg. En waar geen wil is, zijn er argumenten’. Zo ongeveer besluit Jo Hermanns zijn oproep aan politiek en partners in de strafrechtketen. Hij is een voorstander van gedragstrainingen. Tegelijkertijd benadrukt hij dat de effectiviteit verdubbelt als ze goed gericht zijn en in de juiste omgeving plaatsvinden. Steeds betreft dat, volgens Jo Hermanns, de sociale leefwereld na de gevangenis. De meest veelbelovende aanpak: wraparound care. Alle activiteiten om terugval in criminaliteit te voorkomen, maken dan deel uit van een samenhangend, doelgericht en goed geregisseerd plan. Met het einddoel voor ogen. De nieuwbakken lector citeert het huidige beleid van het Ministerie van Justitie: ‘Persoonsgericht werken, continuïteit voor, tijdens en na de justitiële sanctie, het doorbreken van een levenspatroon, samenwerking tussen verschillende instel­ lingen en overheden.’ Dit lijkt volgens hem verdacht veel op het omarmen van de wraparound aanpak. De praktijk gaat echter uit van problemen. Gevangeniswezen, reclassering, zorg en gemeenten hebben op hun bordje allemaal een deeltaak om die op te lossen. Jo Hermanns wil andersom werken. ‘Projecteer de dader naar een toekomst waarin andere levensdoelen de plek van criminaliteit hebben ingenomen. En zet met zo’n eindplaatje helder op het netvlies alle noodzakelijke stappen om daar te komen.’ Spin in het web. Als het aan Jo Hermanns ligt, is het estafettestokje verleden tijd. Niet eerst de gevangenismedewerker, dan toezicht van de reclassering en tenslotte de gemeente met haar maatschappelijk werk. Alle acties, ingrepen, adviezen en controles moeten één grote cirkel vormen: training in beteugelen van de agressie, opleiding, arbeidsvaardigheid opkrikken, schuldsanering, arbeidstoeleiding, bijstand of werk, ouderschapsadvies enzovoort. In het centrum van deze kring bevinden zich de gestrafte en de vaste begeleider. Volgens Jo Hermanns is de reclasseringswerker de aangewezen persoon voor een rol als spin in dat web. Slachtoffers ■ 25 procent Nederlanders jaarlijks slachtoffer van misdrijf Daders ■ 57 procent keert binnen twee jaar terug naar gevangenis 10 minuten Even tijd voor de reclassering Bijzondere voorwaarden | 13 Openbaar Ministerie Rechters Politie Effectiviteit voorwaardelijke sancties De juiste stok kiezen Straffen gebeurt doelgericht. Als vergelding, afschrikking en wegwijzer naar het rechte pad. Voorwaarde­lijke sancties dienen als een extra stok achter de deur. Straffen is maatwerk, maar de huidige praktijk rond de voorwaarde­ lijke straffen toont wel een héél geva­rieerd beeld. Zoveel hoofden, zoveel zinnen. De keuze aan mogelijkheden is schier onbeperkt en even moeilijk als kiezen uit de menukaart van een slechte Chinees. Op meerdere fronten wordt gewerkt aan stroomlijning en vooral aan het vergroten van de effectiviteit. De drie reclasseringsorganisaties zijn hun advies- en toezichtpraktijk aan het herontwerpen. Een speciale testunit probeert de theorie uit in de prak­ tijk. En zorgt voor broodnodige aanpassingen. Opvallend is ook de proef in vier arrondissementen. De ketenpartners ploegen daar gezamenlijk verbeter­mogelijkheden door. Met precies omschreven reclasseringsadvies en -toezicht. En onderling afgestemde procedures. De reclassering geeft begeleiding bij en/of houdt toezicht op 94 procent van de zaken waarbij bijzondere voorwaarden zijn opgelegd. Bij ongeveer de helft betreft het een ‘verplicht reclasseringscontact’ zonder verdere specificering. In circa een kwart van de vonnissen geeft de rechter er nadere aanduiding bij, meestal met de zinsnede ‘ook als dat betekent of inhoudt dat…’ Bron: WODC, Toepassing van bijzondere voorwaarden bij voorwaardelijke vrijheidsstraf en schorsing van de voorlopige hechtenis bij volwassenen reclassering nederland Mei 2009 | 14 Goed advies doet goed volgen. Veel voorwaardelijke vonnissen beperken zich tot de opdracht dat daders zich moeten houden aan aanwijzingen van de reclassering. Vier arrondissementen varen nu al een jaar lang een andere koers. Officieren van justitie kiezen bij hun strafeis in beginsel uit een overzicht met veertien bijzondere voor­ waar­den. Persoonsgericht. Zij baseren zich op een gedetailleerd adviesrapport van de reclassering. Passend bij de dader, bij delict en daarmee samenhangende risicofactoren. De verlangde voorwaarden variëren van locatieverbod tot het volgen van een gedragsinterventie of behandeling in een inrichting. De rechter maakt de uiteindelijke afweging en hakt de knoop door. Steeds vaker levert dat een vonnis op met gespecificeerde voorwaarden. Kennis zorgt voor kwaliteit. Peter van der Spek, projectleider en beleidsmedewerker bij het Openbaar Ministerie in Zwolle: ‘De politie en ook het Openbaar Ministerie concentreren zich enkel op het delict. Maar de persoon van de dader, diens omstandigheden en het criminele verleden zijn niet te negeren factoren. De adviezen van reclassering helpen ons om over de eigen muren heen te kijken. Om alle beschik­ bare kennis met elkaar te delen. Toegang van alle partijen tot het justitieel docu­men­­tatie­­systeem helpt daarbij. Laatst namen we met z’n allen een oude zaak door. Alle gegevens kwamen op tafel: uit ieders dossiers en alle ­systemen. Een eyeopener. Een rechter zei zelfs dat hij met deze kennis van zaken heel andere vragen had gesteld. Zo’n situatie moeten we voorkomen.’ Goede hoop voor de toekomst. Peter van der Spek: ‘Wij vragen nu vaker rapportages aan. En er worden meer bijzondere voorwaarden opgelegd. Dus meer toezichten door de reclassering. Dat vergt nogal wat van haar aan geld en menskracht. Ze moet haar logis­tiek en planning behoorlijk aanpassen.’ Maar hij denkt dat de bijzon­dere voor­ waarden effect hebben. Ziet in ieder geval dat rechters ze vaker opleg­ gen. Peter van der Spek: ‘De effectiviteit van de straffen. Daar draait het om. Heeft het specificeren van voorwaarden nut? Welke combina­ties werken het beste bij het voorkomen van recidive?’ De Universiteit van Tilburg gaat dat evalueren. Ervaringen en resultaten in de vier arrondissementen vormen de basis voor een landelijke aanpak. Optimalisering Voorwaardelijke Sancties ■ snelle actie bij overtreding voorlopige hechtenis: binnen een week aanhouding voorwaardelijk straf: binnen een maand voor de rechter ■ vier arrondissementen, vier doelgroepen Amsterdam: jongvolwassenen Zwolle – Lelystad: recidiverende geweldplegers Maastricht: verslaafde veelplegers Groningen: plegers huiselijk geweld Volgens het Wetenschappelijk Onderzoek en Documen­tatie Centrum blijkt uit onderzoek dat deels voorwaardelijk gestraften minder recidiveren dan onvoorwaardelijk gestraften. Staatssecretaris van Justitie Nebahat Albayrak laat uitzoeken welke vormen de meeste vruchten afwerpen. Bijna een jaar draait inmiddels het project ‘Optimalisering Voorwaardelijke Sancties’. www.minjus.nl -> voorwaardelijke sancties 10 minuten Even tijd voor de reclassering Aanpak pedofielen | 15 Rechters Openbaar Ministerie Gemeenten Pedo’s: meer en langer toezicht Opgelegde sociale controle Sex met kinderen. Bij dit onderwerp swingen de emoties meteen de pan uit. Google het woord pedo en meer dan een half miljoen Nederlandse hits knallen van het scherm. De discussies op het internet lusten er wel pap van. Een verdwaald pleidooi en vooral verontwaardiging: viezeriken, die ze moeten opknopen en die vooral niet in de hoogstpersoonlijke buurt moeten wonen. Voor pedoseksuelen lijkt er na hun straf maar moeilijk een weg naar een zo normaal mogelijk leven. Reclassering Nederland verkent voorzichtig nieuwe mogelijkheden. Pedofielen in Nederland. Hoeveel? Het Centraal Bureau voor de Statistiek weet het niet. Maar jaarlijks staan er een kleine duizend voor de rechter. Op 250 van hen houdt de reclassering vervolgens toezicht. Twee of drie jaar lang. Daarna bestaat maar al te vaak een kans op terugval. De oplossing waar de samenleving om vraagt, leidt tot langer en misschien ander toezicht. Zo nodig levenslang. ‘Jagen op pedofielen heeft een averechts effect. Ze zullen onderduiken en eerder terugvallen in hun oude gedrag. Het is juist belangrijk ze uit hun isolement te halen. Dat maakt de kans op nieuwe zedenmisdrijven een stuk kleiner.’ Steven Hanvey, Circles UK reclassering nederland Mei 2009 | 16 Fors rumoer. Burgemeester Aleid Wolfsen van Utrecht bindt eind vorig jaar de kat de bel aan. Hij weigert een gestrafte kinderschender de terugkeer naar zijn woning: te pijnlijk voor het slachtoffer in diezelfde flat. De rechter geeft hem gelijk. Inmiddels hebben meerdere burgemeesters zich in dit koor gemengd. In verschillende toonaarden, maar allemaal doordrongen van het probleem: hoe bescherm je de samenleving en bied je tegelijk iemand na zijn straf een eerlijke kans? Het volksgevoel is minder afgewogen. Folders en brievenacties in de buurt. Namen, adressen en foto’s op internet. Activisten denken strafbaarheid en aansprakelijkheid te omzeilen door een omweg via Amerikaanse websites. Daar steekt de Hoge Raad in maart een stokje voor. Hij acht het publiceren van persoonsgegevens en foto’s van veroordeelde pedofielen in beginsel onrechtmatig. De website stopkindersex.nl moet de links naar dergelijke sites verwijderen. Want: ‘Eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer wordt beschouwd als een essentiële voorwaarde voor een menswaardig bestaan en als een van de grondslagen van onze rechtsorde.’ Buitenlandse voorbeelden. In Canada en Engeland werken reclasseringsorganisaties met vrijwilligers. De gebruikte methode heet COSA: Circles of Support and Accountability. Het recept: getrainde vrijwilligers, begeleiding door gespecialiseerde professionals, wekelijkse gespreksgroepen, vaak jarenlange begeleiding. Het doel: voorkomen van sociaal isolement en aanspreken van pedoseksuelen op hun verantwoordelijkheidsgevoel. Het resultaat: in Canada 75 procent minder terugval, in Engeland is bij de begeleide groep recidive vrijwel uitgebannen. Reclassering Nederland start in Den Bosch na de zomer een proef met de COSA-methode. Het Ministerie van Justitie ondersteunt het initiatief. Uitgangspunt is een rechterlijk vonnis dat de pedoseksueel opdraagt zich aan deze begeleiding te onderwerpen. Reclasseringstoezicht met een bijzondere voorwaarde. ‘Opgelegde vrijwilligheid’, zo luidt de toelichting op deze aanpak. Meer en langer toezicht. Bij hoog risico zelfs levenslang. Dat is het pleidooi van Reclassering Nederland in de discussies rond de aanpak van pedoseksuelen. Standaard zou ondertoezichtstelling deel uit moeten maken van de straf. Thans legt de rechter in één van de vier vonnissen dit middel op. En de duur is doorgaans niet langer dan twee of drie jaar. Volgens Reclassering Nederland is er een deskundige evaluatie door gedragswetenschappers nodig, voordat het toezicht kan worden opgeheven. Bij een voortdurend risico ligt verlenging voor de hand. De ervaringen met de COSA-methode kunnen handreikingen opleveren voor toekomstig beleid. Over de duur van het toezicht, over de vorm en de inhoud. Pedoseksualiteit in Nederland ■ ■ ■ ■ belangrijkste risicofactor: sociaal isolement daders: grootste deel tussen 41 en 50 jaar slachtoffers: 90 procent is een bekende recidive: 77 procent ooit, 10-20 procent binnen 5 jaar www.reclassering.nl -> zoek: COSA Groot-Brittannië www.circles-uk.org.uk Canada www.cosacanada.org 10 minuten Even tijd voor de reclassering Mensenhandel | 17 Overheden Politie Hulpverleners Openbaar Ministerie Politiek Criminele verbanden in kaart brengen Netwerk tegen netwerk Er is een vrouw verkracht. De politie rukt uit. Volgens het woning­ bestand staat het pand leeg wegens verbouwing. En dan blijken er twintig matrassen op de grond te liggen. Ineens gaat het om veel meer dan die ene aangifte. Een geheime vluchtelingenroute, gedwongen prostitutie, niets­ ontziende loverboys. Mensenhandel lijkt van alle tijden. Terwijl traditionele slavernij in geschiedenisboeken verdwijnt, duiken nieuwe vormen op. De samenleving vraagt om een pasklare aanpak. Een landelijke Taskforce mensenhandel identificeert sinds een goed jaar problemen en reikt oplossingen aan. Rotterdam legt nu met een eigen Con­venant Mensenhandel de samenwerking tussen tien partijen vast. Digitale gegevensuitwisseling, intensieve dossiervorming en gemeen­schappelijk optrekken moet de misdadigers het vuur aan de schenen leggen. ‘Het College van Procureurs-generaal heeft mensenhandel aange­wezen als een delict waaraan politie en justitie prioriteit moeten geven.’ Justitiële verkenningen, WODC, 2007 reclassering nederland Mei 2009 | 18 Zoektocht naar verbanden. De georganiseerde misdaad is een wereld vol mist en rookgordijnen. Ondoorgrondelijk, en toch nauw verbonden: sjoemelen met vastgoed, drugs en mensenhandel. Over­ goten met een saus van uitbuiting en dwang. Het in kaart brengen van spelers en verbindingen vormt het begin van de oplossing. Corine Duitman, ketenregisseur mensenhandel: ‘De bewijslast is vaak een struikelblok. En alleen met genoeg informatie is het mogelijk gericht op te treden. Dus moet je de juiste kennis bij de juiste mensen vandaan halen. Politie, hulpverleners, reclassering. Allemaal hebben ze hun eigen bronnen, ervaringen en dossiers. Dat moeten we samenbrengen. Het is dé manier om boven- en onderwereld te ontrafelen, om hoofdfiguren te ontmaskeren. Bestrijd een netwerk met een netwerk. Door de complexe problematiek is dat niet zo simpel als het lijkt, maar wel veelbelovend.’ Voorkomen of genezen. Mensenhandel, gedwongen prostitutie, uitbuiting van illegale werkers. Het hakt er bij de slachtoffers diep in. Het convenant koerst op het voorkomen van nieuw leed. Vroegtijdig optreden. En niet pas de put dempen als het kalf verdronken is. Henk van Rijssel, recherchechef bij politie Rotterdam-Rijnmond: ‘Vroeger handelden we reactief. Misdaad? Opsporen! Die afwachtende houding is verleden tijd. Mensenhandel is voor ons inmiddels een zogeheten haal­delict. We richten ons op mogelijke daders. We weten dat uiteen­ lopende criminele acties met elkaar verband houden. Dus houden we het hele speelveld in de gaten. We hebben zelfs onze organisatie aan­ gepast. Met een centraal loket, speciaal voor aangiftes, tips en vragen over mensen­handel. We willen uiteindelijk zoveel mogelijk weten. Van zowel daders als slachtoffers. Onze doelstellingen zijn helder. Wij geven naar buiten - maar ook naar onszelf - een duidelijke waarschuwing af: iedereen komt aan de beurt.’ Linksom of rechtsom. Slachtoffers zijn vaak ook daders van mis­ drijven. En andersom. Van dezelfde delicten, of andere. Ze hollen mee in de tredmolen van angst, geweld en misbruik. De reclassering kent de wereld van daders en verdachten. Ze weet welke wetten daar gelden, vaak ook hoe de hazen er lopen. Soraya Beumer, regiomanager Reclassering Nederland te Rotterdam: ‘Wij kennen de mensen. En daarmee ook het antwoord op allerlei vragen. We helpen daders om zich aan de spelregels van hun toezicht te houden. En merken dan vaak waar de schoen wringt. Een dame uit de illegale pros­titutie blijkt een stevig zakcentje bij te verdienen. Vermoedelijk met het knippen van toppen van wiet. Achter de schermen zouden wel eens dezelfde figuren de baas kunnen zijn. Die signalen moet je zien. En wegen. De informatie doorspelen? Of zwijgen om de relatie met die dame niet op het spel te zetten? Zoiets maakt ons werk extra uitdagend. Daarbij moet je altijd durven vertrouwen op je eigen professionaliteit. In alle gevallen draait het om indammen van maatschappelijke schade, om terugdringen van recidive. Linksom of rechtsom.’ Resultaten 2008 ■ ■ ■ 246 signalen van mensenhandel gecontroleerd en aangepakt 139 voorheen niet bekende potentiële slachtoffers getraceerd 45 verdachten naar voren gekomen Bron: jaarrapportage Maatschappelijke Integriteit 10 minuten Even tijd voor de reclassering Onderwijs | 19 Hulpverleners Onderwijsinstellingen Gevangeniswezen Onderwijs als interventie Weerbaar de nazorg in ‘Ik herinner me nog een jongeman. Onverwacht kwam hij op vrijdag vrij, omdat in het weekeinde de cel beschikbaar moest zijn. Alle instanties dicht. Geen geld, geen huis, geen zicht op werk. Dan moeten we niet verbaasd zijn als zo iemand aanklopt bij oude bekenden en weer de fout ingaat.’ Martine Visser, wethouder van onderwijs, werk en bijstand in Almere, hecht aan goede nazorg. Sterker: al binnen de gevangenismuren laat haar gemeente die beginnen. Met speciale scholingstrajecten. ‘Bij hun vertrek zijn ze dan weerbaarder. Hebben meer geloof in zichzelf en hun kansen. Misschien is er zelfs het perspectief van werk.’ Kortgestraften zijn relatief kansrijk. Sinds eind februari loopt in de Almeerse gevangenis de proef ‘Educatie tijdens detentie’. Regionaal Opleidingen Centrum Flevoland tekent voor de lessen. Reclassering Nederland ziet het als een eerste stap naar goede nazorg. De wethouder juicht toekomstige betrokkenheid van de reclassering toe. ‘Logisch eigenlijk.’ ‘Wat beeldhouwwerk is voor een stuk marmer, dat is onderwijs voor de menselijke ziel.’ Joseph Addison, Engels politicus, schrijver en dichter (1672-1719) reclassering nederland Mei 2009 | 20 De reclassering: ‘Voor zwaargestraften zijn er speciale programma’s om terugval te voorkomen. Het grootste deel zit echter kort vast. Voor hen is er bij het uitlopen van de poort enkel de spreekwoordelijke blauwe zak. Een wereld vol valkuilen ligt voor hen open. Voor hoog­ opgeleide Nederlanders is de bureaucratie rond wonen, werk en uitkeringen al een martelgang. Wat dan te denken van de groep zonder administratieve ervaring of van buitenlandse afkomst. Een cursus Nederlands helpt al. Dan leggen ze misschien de brief niet ongelezen opzij en komen ze niet wéér met justitie in contact door achterstallige rekeningen en schuldproblemen. Arbeidstoeleiding is een goed streven, maar dat begint met simpele vaardigheden. Ook is het belangrijk om hen de eerste dagen na detentie te begeleiden. Als reclassering kennen we hun behoeftes, gedragingen en kansen. Wij staan klaar voor gemeenten die daar gebruik van willen maken.’ Mardjan Seighali, unitmanager Lelystad-Zwolle bij Reclassering Nederland De school: ‘Ook wij leren ervan. We zijn gewoon begonnen en passen ons aan de praktijkwensen aan. De gevangenis heeft haar eigen regels en mores. Gedetineerden kunnen werken om hun zakgeld aan te vullen wel eens interessanter vinden dan vrijwillig lessen volgen. Dat vraagt om afstemming. Wat aanbieden? Op welk moment? We richten ons in eerste instantie op het vergroten van de sociale redzaamheid. Basisvaar­digheden dus. Maar er zijn signalen dat ook beroepsgerichte oplei­ dingen interesse hebben. Ik heb het woord baangarantie al horen vallen. Dat zou mooi zijn, met onze modules als basis. Voor langer gestraften zie ik ook wel mogelijkheden voor echte beroeps­oplei­dingen. Met certificaten en gebruik makend van elders verworven competenties.’ Jan Timmer, projectleider ‘Educatie tijdens detentie’ van ROC Flevoland De gemeente: ‘Verhalen komen makkelijk in omloop. Over de gevange­ nis als hotel. Over het in de watten leggen van gedetineerden door hen dure opleidingen aan te bieden. Maar bij dit project is geen sprake van goed geld naar kwaad geld brengen. We zijn niet bezig met het dempen van een bodemloze put. Reken maar eens uit wat je bespaart als je één proces-verbaal, één rechtszaak of één gevangenis­ straf weet te voorkomen. Bij een misdaad hoort straf. Maar iedereen heeft recht op een tweede kans. Als samenleving moeten we daar de juiste voor­waarden voor scheppen. Positief, maar ook kritisch. Ik vind zo’n scholings­project spannend. Het leent zich voor verbreding of verdieping. Het kan ook mislukken. Maar ik denk dat het een goede eerste stap kan zijn op weg naar maatwerk in de nazorg. Een traject waarin de reclassering thuishoort.’ Martine Visser, wethouder van onderwijs, werk en bijstand van Almere Project ‘Educatie tijdens detentie’ ■ ■ ■ ■ productovereenkomst van een jaar tussen gemeente en ROC eerste lichting: 10 man sterk, 1 docent, 5 modules budgetteren, communiceren, solliciteren, digitale vaardigheden, Nederlands voorbehouden aan gedetineerden uit gemeente Almere, Lelystad of Dronten www.almere.nl www.roc.nl 10 minuten Even tijd voor de reclassering | 21 Ouders in detentie Gevangeniswezen Politiek Maatschappelijk dienstverleners Medewerkers reclassering Contact van harte aanbevolen Het kind als medicijn Papa is lief. Papa is een boef. Kans op kortsluiting in een kinderhoofdje. Omgaan met gevangenisstraf komt een kind niet aanwaaien. Dan is er zeker geen verhaaltje voor het slapen gaan, na school geen kopje thee met mama op de bank. Uiteindelijk hakken de gevolgen er hard en diep in. Herhaalde criminaliteit van ouders, afglijden van kinderen. Ouders, Kinderen en Detentie (OKD) heet het project dat risico’s wil indammen. Door kinderen en ouders samen te brengen binnen de muren van de gevangenis. Reclassering Nederland is de aanpak ooit gestart. Inmiddels is de uitvoering grotendeels in handen van Exodus Nederland. De Limburgse reclasserings­ werker Frans Vermeulen is al tien jaar betrokken bij het project en blijft dat ook. Als professional én vrijwilliger. ‘Het gaat niet alleen om een leuke middag. Het is een kans om echt iets te veranderen in het sociale systeem van het gezin.’ ‘Personeel en vrijwilligers zien dat de kinderen en hun gedetineerde ouders genieten. Machomannen blijken, althans voor twee uurtjes, zorgzame papa’s. Twister, een knuffel of samen huiswerk maken, het kan allemaal.’ Winie Hanekamp, landelijk coördinator OKD, Exodus Nederland reclassering nederland Mei 2009 | 22 Dwingen helpt niet. De confrontatie vaak wel. Kinderen in de gevangenis laten spelen en praten met hun ouders blijkt een succes. Het is confronterend. Ouders voelen zich daar ongemakkelijk met een kind op schoot. Dat wilden ze de kleine toch niet aandoen. Het samen­ zijn zorgt bovendien voor het in stand houden van de band. Voor versteviging zelfs. Ouders zetten vrijwillig de deur open voor bijvoor­ beeld opvoedings­onder­steuning. Het gevoel van verantwoorde­lijk­heid groeit. Dat is de theorie. En dat is de praktijk. Winst voor iedereen. Minder recidive. En een kleinere kans dat het kind zelf met justitie in aanraking komt. Echt betrouwbare cijfers zijn er niet. Wel schokkende schattingen: vijftig procent van de kinderen met gedetineerde ouders belandt uiteindelijk in de bajes. Het project kan dat tij helpen keren. Veel draagvlak. Niet alleen Reclassering Nederland ziet het belang. Ook staatssecretaris Albayrak vraagt inrichtingen om gedetineerden meer gelegenheid te geven aan de band met hun kinderen te werken. Het wiel opnieuw uitvinden is niet nodig. ‘Voor moeders gebeurt landelijk al veel. Waarom die ervaringen niet gebruiken en omzetten in een aanbod voor vaders?’, vraagt Ley Hamers, beleidsmedewerker bij Reclassering Nederland in Limburg, zich af. ‘Dit is een kans om de nazorg te optimaliseren. Door een betere inzet van alle ketenpartners. Door niet alleen te kijken naar de gedetineerde, maar ook naar de sociale omgeving. Dat geldt voor mannen en vrouwen, al hebben kinderen van gedetineerde moeders de meeste problemen. Beide groepen kunnen wel wat hulp gebruiken. In de gevangenis en bij de terugkeer naar hun gezin. Het is het begin van goede nazorg.’ Er is meer mogelijk. Reclasseringswerker Frans Vermeulen wil graag vaderhuizen. Zoals er voor gedetineerden ook moederhuizen zijn. Daar komen kinderen logeren, soms zelfs wonen. Frans Vermeulen: ‘We moeten onze blik verruimen. Nu kijken we bij onze nazorg vooral naar werk, huisvesting en scholing. De positieve kracht van een gezin vergeten we soms. De ouders in het project zijn vaak heel openhartig. Ze leggen ziel en zaligheid op tafel. Dat biedt aanknopingspunten voor andere manieren van begeleiding. Denk aan relatietherapie bij huwelijksproblemen. Of hulp bij de opvoeding van een lastige puber. Want hoe minder stress, hoe kleiner de kans dat het misgaat. Voor ouders én voor het kind.’ Ouders, Kinderen en Detentie ■ ■ ■ ■ ■ ■ geboren op de universiteit, opgepakt door Reclassering Nederland draait sinds 1994 één keer per maand twee uur op bezoek voor kinderen van 3 tot en met 16 jaar exclusieve aandacht en een ontspannen sfeer altijd begeleiding van vrijwilligers 10 minuten Even tijd voor de reclassering 10 minuten nummer 6, mei 2009 commentaar en suggesties: [email protected] Concept en tekst: Het Kantoor, Utrecht Fotografie: Jan Willem Groen, Peter Oey, Ari Versluis, Jorrit ’t Hoen Vormgeving: Studio MM, Eck en Wiel Druk: Avant-GPC, Werkendam Begeleiding: afdeling Media & Communicatie issn: 1877-0150 Naar een veiliger samenleving Aan de slag met daders en verdachten Postbus 8215 ■ 3503 RE Utrecht ■ www.reclassering.nl