IP/99/917 Brussel, 1 december 1999 De Commissie stelt een strategie dopingbestrijding in de sport voor voor de De Europese Commissie heeft vandaag haar goedkeuring gegeven aan een mededeling van de commissaris voor onderwijs en cultuur, mevrouw Viviane Reding waarin een plan voor de bijdrage van de Gemeenschap aan de dopingbestrijding in de sport opgenomen is. De werkzaamheden van de Gemeenschap die door mevrouw Reding in overleg met de commissaris voor gezondheid, de heer David Byrne worden voorgesteld, vormen een aanvulling op de maatregelen van de lidstaten en de sportbonden. Het zal voornamelijk om werkzaamheden gaan waarbij versterkt gebruik wordt gemaakt van het instrumentarium van de Gemeenschap (onderzoek, onderwijs/scholing, jeugdzaken, samenwerking op het gebied van politie en justitie, volksgezondheid). De werkzaamheden zullen gepaard gaan met méér samenwerking in Europa, en in het bijzonder met de Raad van Europa en het nieuwe Internationale Agentschap voor de bestrijding van doping. In dit verband heeft de Commissie mevrouw Reding toestemming gegeven om formeel aan de voorzitter van het Internationaal Olympisch Comité (IOC) mee te delen dat de Commissie als waarnemer zal deelnemen aan het Internationaal Agentschap voor de bestrijding van doping. Plan voor de bijdrage van de Gemeenschap aan de dopingbestrijding in de sport In de landen van de Europese Unie vindt ieder jaar een groot aantal sportevenementen plaats: in 1999 zijn in Europa 77 wereldkampioenschappen en 102 Europese kampioenschappen gehouden. Veel van die evenementen krijgen een steeds commerciëler karakter (uitzendrechten, sponsors), wat ertoe leidt dat de sporters en hun begeleiders onder enorme druk komen te staan. Dit is een van de hoofdoorzaken van het dopinggebruik in de sport geworden. Het dopinggebruik in de sport in Europa is een vraagstuk voor de volksgezondheid geworden en heeft niet langer alleen maar iets met de ethiek in de sport te doen. Tegen deze achtergrond hebben de Europese Raad, de ministers voor sportzaken, het Europees Parlement en het Comité van de Regio's de Commissie gevraagd om een strategie te ontwikkelen waarmee de Europese Unie de strijd tegen deze plaag kan aanbinden. De Commissie heeft voor een driesporenbenadering gekozen: - een diepgaande analyse maken van de oorzaken van de explosieve toename van het dopinggebruik. In dit verband heeft de Commissie de Europese Werkgroep voor de Ethiek (EWE) om een eerste advies gevraagd. In dit advies van de EWE, dat op 11 november 1999 is uitgebracht, worden een aantal maatregelen voorgesteld, zoals een richtlijn ter bescherming van jonge sporters die beroepssporter willen worden, het beschermen van sporters als werknemers die bijzondere risico's lopen, de opname in de contracten met sporters van de duidelijke bepaling dat het verboden is om doping te gebruiken, enz. De Commissie zal bij haar toekomstige werkzaamheden rekening houden met een aantal van deze EWE-voorstellen; - medewerking verlenen aan de oprichting van het Internationale Agentschap voor de bestrijding van doping (zie hieronder) en de coördinatie met de Raad van Europa versterken. De Commissie is voornemens om de Raad een aanbeveling voor te leggen voor de toetreding van de Gemeenschap tot het Verdrag van de Raad van Europa tegen doping; - inschakelen van de instrumenten van de Gemeenschap met het doel om de werkzaamheden van de lidstaten, de internationale organisaties en de sportbonden aan te vullen. In het kader van de beleidsterreinen van de Gemeenschap kan met ingang vanaf nu het volgende tegen doping worden gedaan : - intensiveren van het onderzoek naar dopingmiddelen, opsporingsmethoden en de gevolgen van doping voor de gezondheid; - gebruik maken van de programma's op het gebied van onderwijs, scholing en jongeren om voorlichtings-, scholings-, bewustmakings- en preventiewerkzaamheden op dopinggebied te verrichten; - gebruik maken van alle mogelijkheden die de programma's voor samenwerking op het gebied van politie en justitie bieden; - intensiveren van de voorlichting over geneesmiddelen. De Commissie brengt iedere twee jaar een verslag uit over de resultaten van de communautaire en nationale werkzaamheden ter bestrijding van het dopinggebruik en over de ontwikkelingen in de dopingpraktijken. De Commissie zal tevens bestuderen of er mogelijkheden zijn om bij de bestrijding van het dopinggebruik tot een betere coördinatie van de wettelijke maatregelen te komen. Deelname van de Europese Unie aan het Internationale Agentschap voor de bestrijding van doping (IABD) In internationaal verband willen de Commissie en de Europese Unie een voortrekkersrol spelen bij de dopingbestrijding. Nadat het IOC garanties - met name wat betreft de onafhankelijkheid en de bevoegdheden van het Agentschap had gegeven (zie nota BIO/99/414 van 3 november 1999), hebben ze besloten om zich daadkrachtig voor het IABD in te zetten. Mevrouw Reding zal dan ook tezamen met de Finse minister van cultuur, mevrouw Suvi Linden een brief naar de heer Samaranch sturen om te bevestigen dat de Commissie als waarnemer aan het Agentschap zal deelnemen en de Europese Unie twee vertegenwoordigers voor de Raad van Bestuur van het Agentschap zal benoemen. 2 Deze twee vertegenwoordigers zullen ad personam benoemd worden door het huidige en komende voorzitterschap van de Europese Unie. Het voorzitterschap en de Commissie hebben er nota van genomen dat de financiering van het Agentschap tot ultimo 2001 in zijn geheel verzorgd wordt door het IOC. Voor deze datum zal er door de Gemeenschap een definitieve beslissing worden genomen over de wettelijke en financiële voorwaarden waaronder de Gemeenschap aan het Agentschap zal meewerken. In de komende maanden zal de Raad van Bestuur van het IABD met eenparigheid van stemmen beslissen over de definitieve vestigingsplaats van het Agentschap. Een aantal steden in Europa hebben zich hiervoor kandidaat gesteld. 3