Informatiebrochure: De sociale maribel in de sector van de bicommunautaire gezondheidsinrichtingen en – diensten (kamer 6 : 330.02) 1/13 VOORWOORD Moeilijke dingen eenvoudig uitleggen: het is niet … eenvoudig. U bent vertrouwd met de basisprincipes van de sociale maribel maar stoot in de praktijk nog vaak op onopgeloste vragen? U bent niet alleen, laat dat een geruststelling zijn. Daarom hopen we met deze brochure u een extra hulpmiddel aan te reiken om u het leven gemakkelijker te maken. Voor de basisversie van deze brochure brachten we alle ervaringen samen van de medewerkers voor de sociale maribelfondsen binnen de overkoepelende vzw FE.BI. In onderliggende brochure vindt u de achtergrond en richtlijnen die van toepassing zijn op de sector 'bicommunautaire gezondheidsinrichtingen en – diensten'. Het sociaal maribelfonds 330, meer bepaald kamer bicommunautaire gezondheidsinrichtingen en –diensten (330.02) ondersteunt daarbij het beheerscomité en de instellingen. Hoewel deze brochure heel wat onderwerpen aansnijdt, blijft de informatie die u op de website vindt onontbeerlijk. Bijvoorbeeld om de meest recente versie van formulieren te downloaden, of om informatie over andere maatregelen dan de sociale maribel op te zoeken. De website vindt u op volgend adres: www.gid-ess.org (en daar klikt u op ‘Werk’). Indien u aanvullingen, opmerkingen hebt met betrekking tot deze brochure, aarzel niet ze ons mee te delen, zodat we onze diensten nog verder kunnen verfijnen en afstemmen op uw behoeften. Mail ze naar [email protected], of contacteer rechtstreeks de medewerkers van uw kamer (zie website). Veel lees- en werkplezier, Luc Van Waes Directeur vzw FE.BI Deze informatiebrochure is een uitgave van het Fonds sociale maribel 330 Handelskaai 48, 1000 Brussel - oktober 2010. Laatste bijgewerkte versie op februari 2011 2/13 Inhoudstafel: 1. Wat is de sociale maribel? 1.1. Algemeen 1.2. De sociale maribel in de sector van de bicommunautaire gezondheidsinrichtingen en-diensten 1.3. De Kamer BICO 330.02 2. Wie kan genieten van sociale maribel? 3. Hoe socialemaribelmiddelen verkrijgen? 3.1. Procedure: van aanvraagdossier tot toekenning 3.2. Onderdelen van de toekenning: a) Juridische werkgever b) Tewerkstellingstijd c) Functie en barema 3.3. Aanvraag functie- of baremawijziging 4. Hoe nieuw personeel aanwerven? 4.1. De kandidaten a) Diploma- of werkloosheidsvoorwaarden b) Statuut c) Nieuw aangeworven werknemer of werknemer reeds in dienst 4.2. De invulling van de functie 4.3. Het arbeidscontract 4.4. Vacante functies 4.5. Termijn van aanwerving bij nieuwe toekenningen 5. Welke zijn de in te dienen documenten? 5.1. Arbeidscontract 5.2. Trimestriële prestatiestaat 5.3. Verklaring op eer per werknemer 5.4. Jaarrapport 5.5. Meldingsplicht 6. Hoe gebeurt de financiering? 6.1. Hoeveel bedraagt de financiële tussenkomst vanwege de Kamer? a) Wat wordt beschouwd als loonkost? b) Loonplafond c) Combinatie van de loonkost sociale maribel met andere middelen 6.2. Op welke tijdstippen betaalt de Kamer? a) Voorschotten per kwartaal b) Trimestriële prestatiestaat c) De jaarlijkse afrekening sociale maribel 7. Wat is de doelstelling? Evolutie van de tewerkstelling 7.1. Algemeen principe: bijkomende tewerkstelling 7.2. Het referentiejaar 7.3. Daling van het arbeidsvolume 8. Wat te doen bij herstructurering van de instelling? 9. Wat is de overlegprocedure? 10. Wat gebeurt er indien de procedures niet gerespecteerd worden? 3/13 Deze informatiebrochure is gebaseerd op het Koninklijk Besluit van 18 juli 2002 (over de sociale maribel), en de collectieve arbeidsovereenkomst van 8 oktober 2007 (over de sociale maribel in het paritair comité 330), onder voorbehoud van eventuele latere wijzigingen van de regelgeving en/of beslissingen van het beheerscomité van de Kamer. 1. Wat is de sociale maribel? 1.1. Algemeen De sociale maribel is een federale tewerkstellingsmaatregel voor de non-profitsector. De juridische basis is in 2003 gelegd in het Koninklijk Besluit van 18 juli 2002 (verschenen in het Belgisch Staatsblad van 22 augustus 2002). Het systeem sociale maribel kan als volgt samengevat worden: Per werknemer die minimaal halftijds werkt, geniet de sector van een forfaitaire bijdragevermindering van de werkgeversbijdragen in de sociale zekerheid. De globale opbrengst van deze vermindering wordt per subsector gestort aan het desbetreffende socialemaribelfonds. Voor het PC 330 verdeelt het overkoepelend fonds deze middelen over de verschillende subsectoren en hun kamers. De kamer verdeelt de opbrengst volgens vastgelegde criteria onder de werkgevers die een aanvraag indienen, zodanig dat de opbrengst gebruikt wordt voor het creëren van bijkomende tewerkstelling. Op dit moment bedraagt de forfaitaire bijdragevermindering per kwartaal en per werknemer die minimaal halftijds werkt € 384,25. Bij elke verhoging van de socialemaribelbijdrage per kwartaal en per werknemer, spreekt men van een nieuwe “fase” van de sociale maribel. Daarnaast, voorziet de economische herstelwet vanaf 2009 in een bijkomende financieringsbron door een verhoging van de vrijstelling van de bedrijfsvoorheffing. Men noemt dit ‘fiscale maribel’. De middelen worden door de fiscus doorgestort aan de fondsen. Ze worden berekend op basis van de loonmassa en variëren dus maandelijks. Het budget van deze fiscale maribel dient hoofdzakelijk voor het creëren van bijkomende tewerkstelling. Een beperkt gedeelte mag gebruikt worden voor een verhoging van het loonplafond. Deze tewerkstellingen worden op dezelfde manier beheerd als deze via de sociale maribel. Wanneer we het in deze brochure hebben over de sociale maribel bedoelen we ‘sociale’ en ‘fiscale’ maribel. 1.2. De sociale maribel in de sector van de “Gezondheidsinrichtingen en –diensten” Voor de huidige toepassing van de sociale maribel in de sector van de gezondheidsinrichtingen en -diensten, werd bij collectieve arbeidsovereenkomst (cao) op 8 oktober 2007 een fonds opgericht: het Fonds Sociale Maribel 330 (FSM 330) waarbinnen per subsector verschillende kamers zijn opgericht om het beheer van dit fonds mogelijk te maken. Voor de sector “Bicommunautaire Gezondheidsinrichtingen en –diensten” is dit de kamer BICO. Dit fonds ontvangt, controleert, beheert en verdeelt de opbrengst van de sociale maribel voor de sector. De beslissingen van de kamer moeten steeds bekrachtigd worden door het overkoepelend FSM 330. 4/13 1.3. De Kamer BICO 330.02 De kamer BICO 330.02 wordt beheerd door een paritair beheerscomité samengesteld uit 8 effectieve leden. Deze leden worden aangewezen door en onder de leden van het paritair comité 330 van de gezondheidsinrichtingen –en diensten. De helft van deze leden vertegenwoordigt de werkgeversorganisaties en de andere helft de werknemersorganisaties. 2. Wie kan genieten van de socialemaribelmaatregel? Om te kunnen genieten van de socialemaribelmaatregel moet men voldoen aan de volgende voorwaarden: De werkgever moet ressorteren onder het PC 330 voor de gezondheidsinrichtingen en -diensten en het personeel aangeven onder de gezondheidsinrichtingen -en diensten kamer BICO 330.02 zijnde de Bicommunautaire Gezondheidsinrichtingen en -diensten (cao 8/10/2007). Deze werkgevers hebben een rsz-nummer met als kengetal 422 (dit zijn de eerste drie cijfers). 3. Hoe socialemaribelmiddelen verkrijgen? 3.1. Procedure: van aanvraagdossier tot toekenning - Per fase van de sociale maribel bepaalt de kamer de toekenningscriteria en de te volgen procedures. De kamer doet hierna een oproep naar kandidaten. De geïnteresseerde organisaties uit de sector moeten een aanvraagdossier indienen dat zowel door de werkgever als door de werknemersvertegenwoording ondertekend is (cf. collectieve arbeidsovereenkomst van 27 januari 2003, artikel 11, §2). De kamer bepaalt het model van aanvraagdossier. - De kamer verwerkt alle aanvragen en kent op basis hiervan en op basis van de vastgestelde criteria al dan niet een tewerkstelling toe. Het FSM 330 bekrachtigt de toekenningen. De Kamer brengt schriftelijk alle instellingen op de hoogte van de beslissing. - De toekenning is voor bepaalde duur of onbepaalde duur (dit staat duidelijk in de toekenningbrief vermeld). De kamer kan een einde maken aan de toekenning wanneer de werkgever zich niet houdt aan de vooropgestelde criteria en procedures. Ook de werkgever kan zijn toekenning geheel of gedeeltelijk stopzetten (schriftelijk te melden aan de kamer). 3.2. De onderdelen van de toekenning De goedkeuring van de kamer betreft verschillende aspecten, waaraan men in principe niets kan wijzigen zonder goedkeuring van de kamer (zie 3.3. functie/baremawijziging). Deze onderdelen van de toekenning zijn: a) juridische werkgever b) tewerkstellingstijd c) functie en barema De duur van de financiering staat uitdrukkelijk vermeld in de toekenningsbrief. 5/13 a) Juridische werkgever - De kamer kent de tewerkstelling toe aan één juridische werkgever. De tewerkstelling moet gebeuren met een arbeidscontract bij deze werkgever. Het is niet mogelijk om de socialemaribelmiddelen op eigen initiatief ten dienste te stellen van een andere werkgever. - Herstructureringen van organisaties (zie punt 8), moeten vooraf gemeld worden aan de kamer. b) Tewerkstellingstijd De tewerkstellingstijd per werknemer is het aantal toegekende uren, uitgedrukt in voltijdse equivalenten (vte), zoals vermeld in de toekenningsbrief. Meestal worden halftijdse tewerkstellingen toegekend (19/38u). De toekenning kan opgesplitst worden. c) Functie en barema - In het aanvraagdossier bepaalt de werkgever in overleg met de werknemersvertegenwoordiging hoe de socialemaribelmiddelen besteed zullen worden: in welke diensten en functies wordt aangeworven en met welk barema. - In principe zijn alle functies mogelijk. Artikel 13 van het KB van 18 juli 2002 legt echter de verplichting op om slechts die jobs te financieren die wat hun maximale loonkost betreft op geen enkel ogenblik van de loopbaan het wettelijk plafond van € 64.937,841 overschrijden (pro rata bij deeltijdse tewerkstelling). Uitzondering: voor werknemers in dienst vóór 1 januari 2003 geldt een overgangsmaatregel: de werknemers mogen in dienst blijven maar, wanneer zij uit dienst gaan, kunnen zij enkel vervangen worden door een werknemer met een loonkost van minder dan € 64 937,84 op het einde van de loopbaan. Het maximum toegelaten barema is dat van een verpleegkundige A1 (1.55-1.61-1.77). 3.3. Aanvraag tot functie/baremawijzigingen - Wanneer een instelling niemand kan aanwerven conform de toegekende functie of barema, kan deze een wijziging van de toekenning vragen aan de kamer. Die aanvraag gebeurt schriftelijk, voorafgaandelijk en bevat een korte motivering en het bewijs van overleg (kopie van het verslag en handtekeningen van het syndicaal overlegorgaan of van minstens 50% van het personeel; zie punt 9). - Het beheerscomité oordeelt of de wijziging wordt toegestaan. De instelling wordt schriftelijk op de hoogte gebracht van de beslissing. Pas na akkoord van de kamer kan de nieuwe functie ingevuld worden of het nieuwe barema toegepast worden. Wanneer de werkgever de kamer niet voorafgaandelijk op de hoogte brengt van de wijziging kan de kamer de subsidiëring van de nieuwe functie of barema weigeren. 4. Hoe nieuw personeel aanwerven? 4.1. De kandidaten a) Diploma- of werkloosheidsvoorwaarden - Er zijn geen diploma en werkloosheidsvoorwaarden voor de aan te werven werknemers. b) Statuut - Volgens het Koninklijk Besluit van 18 juli 2002 zijn vanaf 2003 alle statuten ‘mogelijk’ op voorwaarde dat alleen de effectieve loonkost wordt aangerekend aan de Kamer. - De kamer aanvaardt geen interim-contracten en geen studentenovereenkomsten. 1 Niet geïndexeerd bedrag zoals vermeld in het KB van 18 juli 2002 6/13 - Er kan geen dubbele financiering zijn voor de toegekende socialemaribeluren door middel van andere subsidies of verminderingen van bijdragen sociale zekerheid, of andere tewerkstellingsmaatregelen enz. c) Nieuw aangeworven werknemer of werknemer reeds in dienst - Er zijn 3 mogelijkheden : De werknemer wordt nieuw aangeworven in de instelling; De werknemer werkt reeds deeltijds in de instelling en krijgt een verhoging van uren in het kader van de sociale maribel; De werknemer heeft een contract bepaalde duur of een vervangingscontract dat ten einde loopt in de instelling en kan een contract onbepaalde duur tekenen. - Een werknemer die reeds in de instelling werkt kan niet doorgeschoven worden naar de sociale maribel, de sociale maribel moet een verhoging van het arbeidsvolume tot gevolg hebben (zie onder 7.1). - De startdatum in de sociale maribel moet ook de startdatum zijn van het contract. 4.2. De invulling van de toegekende functie - De extra tewerkstelling dient te gebeuren met toepassing van de loon -en arbeidsvoorwaarden van het paritair comité 330 en overeen te stemmen met de cao’s toepasselijk in de sector en de instelling. - De job dient volledig overeen te stemmen met de toekenning. 4.3. Het arbeidscontract - Uit het contract moeten volgende gegevens blijken : naam en voornaam van de werknemer plaats van tewerkstelling naam van de werkgever functie barema statuut (arbeider of bediende) duur van het contract (bepaalde of onbepaalde duur, vervangingscontract) datum in dienst - Meteen na het afsluiten van het contract, dient de kamer een kopie hiervan te ontvangen. - Het contract moet aan alle wettelijke voorwaarden voldoen. - De kamer aanvaardt geen interim contracten of jobstudenten. - In het contract hoeft niet uitdrukkelijk vermeld te staan dat het gaat om een tewerkstelling in het kader van sociale maribel. - De aangeworven werknemer krijgt een schriftelijke arbeidsovereenkomst van onbepaalde duur. - Contracten van bepaalde duur worden enkel aanvaard als het gaat over een toekenning bepaalde duur, dus als dit uitdrukkelijk vermeldt staat op de toekenningsbrief. Vervangingen dienen te gebeuren met een vervangingscontract. De kamer kan voor deze twee laatste gevallen uitzonderlijk afwijkingen toestaan. Deze moeten voorafgaandelijk, gemotiveerd en schriftelijk gevraagd worden. 7/13 4.4. Vacante functies - Bij het beëindigen van een contract, dient de werkgever de kamer onmiddellijk schriftelijk op de hoogte te brengen met vermelding van de laatst betaalde werkdag van de werknemer. -Bij een schorsing van een contract moet de datum van de laatste dag gewaarborgd loon doorgegeven worden. Indien er onmiddellijk voorzien wordt in een vervanging moet de laatst gepresteerde dag opgegeven worden. - In beide gevallen moet de socialemaribelwerknemer zo vlug mogelijk vervangen worden, zodat er voldaan is aan de verplichting met betrekking tot het behoud van het arbeidsvolume. 4.5. Termijn van de aanwerving bij nieuwe toekenningen - Bij een nieuwe toekenning moet de aanwerving gebeuren binnen de termijn vastgesteld door de reglementering, het fonds of de kamer (cfr. toekenningsbrief). - Bij een uitdiensttreding of vervanging is de termijn één maand. 5. Welke zijn de in te dienen documenten? 5.1. Arbeidscontract/bijlagen aan arbeidscontract/beëindiging arbeidscontract - Zodra een werknemer aangeworven wordt in het kader van de sociale maribel, dient een kopie van de arbeidsovereenkomst zo spoedig mogelijk aan de kamer bezorgd te worden. - Wanneer de tewerkstelling – op welke manier ook – gewijzigd wordt, moet de kamer hiervan zo vlug mogelijk op de hoogte worden gesteld. Enkele voorbeelden van wijzigingen: wijziging van het aantal uren ten laste van de sociale maribel, wijziging barema, vervanging werknemer wegens ziekte of zwangerschap, … 5.2. Verklaring op eer per werknemer Per werknemer dient er een verklaring op eer te worden ingevuld en bezorgd aan de kamer. Hierbij geeft de werkgever de nodige gegevens door ivm de nieuwe werknemer en bevestigt hij dat het loon wat betreft het maximumbedrag vermeld in punt 3.2.c, is gerespecteerd. Het hiervoor bedoelde document is beschikbaar op de website van de kamer. 5.3. Trimestriële prestatiestaat Zie onder 6.2.b 5.4. Jaarrapport Jaarlijks dient de werkgever een rapport in te vullen, volgens het door de kamer opgesteld model. Indien nodig kan de kamer bijkomende informatie opvragen bij de werkgever. Het dient geattesteerd te zijn door de werkgever en door de ondernemingsraad, bij ontstentenis door de leden van het comité preventie en bescherming op het werk, of bij ontstentenis door de syndicale afvaardiging, of bij ontstentenis verzonden worden naar drie regionale secretarissen (zie punt 9). 8/13 Binnen het eerste kwartaal van het volgende jaar ontvangen de organisaties die een socialemaribeltoekenning hebben, een blanco-exemplaar van dit rapport. Het rapport moet uiterlijk op de data meegedeeld in de begeleidende brief, aan de kamer correct ingevuld bezorgd worden 5.5. Meldingsplicht Vanaf 2003 geldt een meldingsplicht voor de socialemaribelwerknemers. Jaarlijks, in april-mei ontvangt de werkgever een lijst van alle werknemers die gedurende het voorgaande kalenderjaar in dienst waren in het kader van de sociale maribel. De werkgever kijkt de lijst na, verbetert indien nodig en bezorgt deze aan de kamer. 6. Hoe gebeurt de financiering? 6.1. Hoeveel bedraagt de financiële tussenkomst vanwege de Kamer? De tussenkomst van de kamer in de jaarloonkost van de bijkomend aangeworven tewerkstelling bedraagt momenteel maximaal op het niveau van de voorziening € 35.700 per bijkomend voltijds arbeidsvolume, of de toepasselijke pro rata daarvan (situatie op 1 januari 2010). a) Wat wordt beschouwd als loonkost? Het brutoloon van de werknemer (overeenkomstig de sectorale baremieke loonschalen en de loonvoorwaarden voor de uitgeoefende functies) De werkgeversbijdrage voor de sociale zekerheid Alle vergoedingen en voordelen aan de werknemer verschuldigd door of krachtens de wettelijke of reglementaire bepalingen, alsook de vergoedingen en voordelen overeengekomen in de collectieve arbeidsovereenkomst binnen het paritair comité waarvan de werkgever deel uitmaakt. - De tussenkomst is beperkt tot de bezoldigde prestaties, effectieve of ermee gelijkgestelde prestaties. - Kosten die niet vermeld mogen worden, zijn: kosten voor groepsverzekering; kosten voor arbeidsongevallenverzekering of de arbeidsgeneeskundige dienst; kosten voor het sociaal secretariaat; onkostenvergoedingen; voordelen voorzien door cao’s op instellingsniveau, zoals hospitalisatieverzekering, groepsverzekering, ...; een eventuele ontslagvergoeding; b) Loonplafond: maximaal € 35.700 per voltijdse per jaar (situatie op 1 januari 2010) - Dit bedrag wordt niet automatisch aangepast aan de indexering van de lonen - Dit bedrag wordt niet automatisch aangepast aan anciënniteitverhogingen - Dit plafond kan verhoogd worden bij unanieme beslissing door het beheerscomité en indien de budgettaire toestand dit toelaat. In dit geval zullen de werkgevers hiervan op de hoogte worden gesteld. c) Combinatie van de loonkost sociale maribel met andere middelen 9/13 - Algemene regel: de loonkost voor de werknemers aangeworven in het kader van de sociale maribel mag uitsluitend gedragen worden door de middelen sociale maribel. - Uitzondering: Loonkosten die door derden vergoed (kunnen) worden, zoals: - tussenkomst educatief verlof - loonkosten gedekt door de premie in het kader van CAO 26 - gewaarborgd loon bij een arbeids(weg)ongeval - …. moeten in mindering gebracht worden op de trimestriële prestatiestaat (zie onder 4.1.b). - In bepaalde situaties is het mogelijk dat de sociale maribel slechts voor een gedeelte van de loonkosten tussenkomt bijvoorbeeld: de werknemer kost méér dan het loonplafond, de werknemer presteert bijkomende uren naast zijn socialemaribeluren, … 6.2. Op welke tijdstippen betaalt de kamer? a) Voorschotten per trimester Op het einde van de eerste maand van het lopende trimester wordt een voorschot gestort voor het lopende trimester: ste Voorschot van het 1 trimester Voorschot van het 2de trimester Voorschot van het 3de trimester Voorschot van het 4de trimester Wordt betaald : eind januari eind april eind juli eind oktober - De voorschotten worden betaald op basis van de contracten in het bezit van de kamer, en de invulling van de toekenningen tijdens het voorbije kwartaal, op voorwaarde dat al de nodige documenten tijdig aan de kamer bezorgd werden. - De voorschotten worden berekend op basis van € 8.000 per voltijdse tewerkstelling per trimester (situatie op 1 januari 2010), in functie van begin en einddatum van het contract. b) Trimestriële prestatiestaat - De reële loonkost van de socialemaribelwerknemers moet per trimester aan de kamer worden doorgegeven via de door de kamer ontworpen trimestriële prestatiestaten. De loonkostopgave wordt op eer van de werkgever of van zijn sociaal secretariaat aanvaard. - Dit document wordt ten laatste op volgende data aan de kamer bezorgd: ste 1 trimester 2de trimester 3de trimester 4de trimester zonder sociaal secretariaat 15 mei 15 augustus 15 november 15 februari met sociaal secretariaat 15 juni 15 september 15 december eind februari c) De jaarlijkse afrekening sociale maribel - Op basis van de trimestriële prestatiestaten van het volledige kalenderjaar wordt de eindafrekening gemaakt. De kamer controleert het aantal effectief gepresteerde en gelijkgestelde uren. Een voltijds equivalent komt overeen met minstens 1983,6 uren per jaar (maximaal aantal te presteren uren in 2010). De kamer bepaalt per socialemaribelwerknemer de gesubsidieerde uren en de gesubsidieerde loonkost. 10/13 De kamer zal de tussenkomst beperken tot het maximale loonplafond. Vervolgens wordt nagekeken hoeveel reeds aan voorschotten betaald werd en wordt het saldo berekend. - Het document “afrekening sociale maribel” wordt door de kamer eind maart begin april aan de instelling bezorgd. - De jaarlijkse afrekening dient ter informatie voorgelegd te worden aan het overlegorgaan in de instelling. - Van zodra de eindafrekening voor akkoord ondertekend is, kunnen geen correcties meer gevraagd worden. - Een positief saldo wordt na ondertekening van de afrekening uitbetaald aan de instelling, een negatief saldo moet teruggestort worden aan de kamer. 7. Wat is de doelstelling? Evolutie van de tewerkstelling 7.1. Algemeen principe: bijkomende tewerkstelling - Wie geniet van de sociale maribel, onderschrijft het principe dat de toegekende socialemaribelmiddelen worden aangewend voor bijkomende tewerkstelling, bovenop het bestaande personeelsbestand. - De werkgever engageert zich dan ook tot een evenredige groei van zijn werknemersaantal en het arbeidsvolume, in vergelijking met het aantal jobs en het totaal arbeidsvolume van de toekenning sociale maribel. Bijvoorbeeld: een halftijdse toekenning betekent één persoon extra in dienst en 0,5 voltijds equivalent meer arbeidsvolume. Wanneer een deeltijdse werknemer die reeds in dienst was bij de werkgever, extra uren presteert via sociale maribel met een bijkomend contract of een bijlage aan het contract met verhoging van uren, zal er geen extra persoon aangeworven worden. Enkel de toename van het arbeidsvolume zal aantoonbaar zijn. Opmerking: een werknemer reeds tewerkgesteld bij de werkgever, kan vanaf de toekenning sociale maribel voor dezelfde uren niet worden ten laste genomen in het kader van de sociale maribel. De werkgever mag de loonkost van deze werkgever niet doorschuiven naar de maribel. Aangezien het hier niet om extra tewerkstelling gaat, zal de kamer deze loonkost niet subsidiëren. - De bijkomende tewerkstelling en de groei van het arbeidsvolume moet verwezenlijkt worden op het niveau van: de sector elke instelling die via financiële middelen van de kamer tewerkstelling realiseert. Indien de werkgever een afwijking dient toe te passen, moet hij voldoen aan de daarvoor gestelde voorwaarden en voorafgaandelijk het akkoord van de kamer bekomen. 7.2. Het referentiejaar - De groei van de tewerkstelling wordt gemeten ten opzichte van het gemiddelde arbeidsvolume in het referentiejaar. - Vanaf 2006 is het referentiejaar voor alle werkgevers 2005, ongeacht wanneer ze voor het eerst een socialemaribeltoekenning kregen. De bevoegde ministers bepalen het gemiddelde arbeidsvolume van 2005 op basis van tewerkstellingsgegevens van de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid en gegevens overgemaakt door het Fonds Sociale Maribel. 11/13 7.3. Daling van arbeidsvolume Werkgevers die te maken hebben met arbeidsvolumedaling moeten de kamer voorafgaandelijk verwittigen en een akkoord verkrijgen. Zoniet, handelt de werkgever in strijd met de sociale maribel. Hij kan de toekenning verliezen en moet eventueel reeds ontvangen subsidies terugstorten. Werkgevers die hun arbeidsvolume van 2005, niet (kunnen) handhaven, dienen de kamer hiervan voorafgaandelijk en schriftelijk op de hoogte te stellen per aangetekende brief. Zij moeten een dossier samenstellen dat minstens volgende elementen moet bevatten: de vermindering van het arbeidsvolume uitgedrukt in voltijdse equivalenten gedurende een volledig kalenderjaar; de datum vanaf dewelke de vermindering ingang vindt; de fases van deze vermindering; de redenen die de vermindering van het arbeidsvolume veroorzaken; De leden van het beheerscomité beoordelen het dossier, nemen een beslissing en brengen de werkgever op de hoogte. 8. Wat te doen bij herstructurering van de instelling? - Het kan gebeuren dat een werkgever zelf beslist of verplicht wordt om personeel over te dragen aan een andere organisatie, personeel over te nemen, te fuseren, te splitsen, de vzw te ontbinden en te vervangen door een nieuwe vzw, enz. Meestal hebben deze operaties invloed op het socialemaribeldossier. - Indien de herstructurering een arbeidsvolumedaling tot gevolg heeft, moet de werkgever de procedure beschreven onder 7.3 volgen. - Werkgevers die herstructureren, moeten dat vooraf en schriftelijk melden aan de kamer. Zij moeten in overleg met de administratief verantwoordelijke van de kamer, een dossier samenstellen. Naargelang de situatie, kan het dossier de volgende elementen bevatten: een duidelijke formulering van de probleemstelling overzicht van de werknemers voor en na de herstructurering (in VTE en aantal hoofden) … - De leden van het beheerscomité beoordelen het dossier, nemen een beslissing en brengen de werkgever op de hoogte. 9. Wat is de overlegprocedure? De instelling beschikt over een overlegorgaan De kandidatuurstelling / het jaarrapport / de melding van een arbeidsvolumedaling / de aanvraag voor een functiewijziging, moet vergezeld zijn van het unaniem akkoord van de ondernemingsraad of, bij ontstentenis van het comité preventie en bescherming op het werk of, bij ontstentenis, van de syndicale afvaardiging. Opgelet: deze respectieve documenten en een kopie van het verslag waarin deze aanvraag wordt besproken moet aan de kamer worden bezorgd. 12/13 De instelling beschikt NIET over een overlegorgaan Kandidatuurstelling: De kandidatuurstelling moet worden uitgehangen gedurende een periode van 14 dagen op een voor alle personeelsleden toegankelijke plaats en voor akkoord worden getekend door minstens 50% van de personeelsleden zoals vermeld op de dmfa-aangifte van het kwartaal voorafgaand aan dit van de indiening van de kandidatuurstelling. Het personeel kan eventuele bezwaren desgevallend kenbaar maken via een gewestelijke vakbondssecretaris van een representatieve werknemersorganisatie die in het paritair comité is vertegenwoordigd. De kandidatuurstelling wordt, in voorkomend geval samen met de opmerkingen van de werknemers, aangetekend of via e-mail verstuurd naar drie regionale secretarissen van de erkende vakbonden (één per representatieve vakbond). Opgelet: de kamer dient het bewijs van de aangetekende zendingen te ontvangen. Na verloop van de periode van uithangen van 14 dagen en bij ontstentenis van geformuleerde bezwaren wordt de kandidatuurstelling aan de kamer sociale maribel doorgestuurd. Jaarrapport / melding arbeidsvolumedaling / aanvraag functiewijziging: Het rapport / de melding / de aanvraag wordt, in voorkomend geval samen met de opmerkingen van de werknemers, aangetekend of via e-mail verstuurd naar drie regionale secretarissen van de erkende vakbonden (één per representatieve vakbond). Opgelet: het bewijs van de aangetekende zendingen moet aan het rapport / de melding / de aanvraag worden toegevoegd. 10. Wat gebeurt er indien de procedures niet gerespecteerd worden? Het niet tijdig voldoen aan de verplichtingen, procedures en termijnen opgelegd door de kamer kan de opschorting van verdere betalingen tot gevolg hebben en eventueel het terugvorderen van reeds uitbetaalde bedragen. 11. Bijlagen Nog vragen over de sociale maribel? U kunt steeds terecht op onze website www.gid-ess.org Kamer bicommunautaire gezondheidsinrichtingen en –diensten Handelskaai 48 1000 Brussel Tel: 02/229.32.49 Fax: 02/227.59.75 Anne-Marie Engelen, administratief verantwoordelijke [email protected] Linda Diallo, administratief medewerkster [email protected] 13/13