Docenteninformatie De storm van William Shakespeare het Nationale Toneel seizoen 2013-2014 1 Inhoud 2.Informatie voorstelling 4.Rolverdeling 5.Regisseur Johan Doesburg over De storm 6.Vertaler Frank Albers over De storm 10.Tom Schenk, decorontwerper, over het decor voor De storm 11.William Shakespeare, zijn leven 15.William Shakespeare, zijn werk 17.Shakespeare, wat gebeurde er tijdens zijn leven in de wereld 20.Het theater van Shakespeare 22.Het portret van Shakespeare 2 De storm van William Shakespeare door het Nationale Toneel 18 februari t/m 20 april 2014 - landelijke tournee Regie Johan Doesburg Met Mark Rietman, Anniek Pheifer, Jaap Spijkers, Pieter van der Sman, Vincent Linthorst, Hannah Hoekstra, Reinout Scholten van Aschat, Bram Suijker, Hajo Bruins, Tibor Lukács, Harry van Rijthoven, Roben Mitchell Tekst William Shakespeare / Vertaling Frank Albers Decor- en kostuumontwerp Tom Schenk Lichtontwerp Stefan Dijkman Muziek (live) Harry de Wit De storm van Shakespeare is een tragikomedie over macht, wraak, vergeving en liefde. Op een eiland, ver van de bewoonde wereld voert de verbannen Prospero een schrikbewind. Twaalf jaar eerder stootte zijn broer Antonio hem van de Milanese troon, omdat hij zijn volk verwaarloosde. Nu beheerst hij het leven van zijn dochter Miranda, de luchtgeest Ariel en Caliban, de oorspronkelijke koning van het eiland. Dan vaart zijn broer Antonio met zijn gevolg langs. Prospero ontketent een storm die het schip doet zinken en de opvarenden op het eiland laat aanspoelen. Aanvankelijk is hij uit op wraak, maar zou vergeving hem niet nog machtiger maken? De storm. De wisselvalligheid van de heersende macht, wraak, zelfbedrog en buitengewone ambitie spelen een belangrijke rol. Het Nationale Toneel brengt dit seizoen stukken op de planken rond het thema publieke en persoonlijke moraal. Prospero zoekt in De storm naar de betekenis van macht en naar een ideale samenleving. Een machthebber die door een misstap van zijn voetstuk valt, is een universeel thema, maar lijkt nu bijzonder actueel te zijn. In De storm geeft Shakespeare een kritische blik op macht in de maatschappij. Het stuk toont de storm in het hoofd van een man van middelbare leeftijd. Tegelijkertijd is De storm het sprookje van de verloren illusies, van de bittere wijsheid, maar ook van de volhardende hoop. Regisseur Johan Doesburg slaat wederom de handen ineen met vertaler Frank Albers, componist en muziekmaker Harry de Wit en vormgever Tom Schenk. Eerder werkten Doesburg, Schenk en De Wit al samen voor onder andere Faust en Tirza. De Wit bracht zijn veelzijdige composities ook live ten gehore bij Het stenen bruidsbed. De gloednieuwe vertaling van De storm is van Frank Albers, die eerder al Romeo & Julia, Hamlet, King Lear en Titus Andronicus voor Doesburg vertaalde. 3 Rolverdeling Alonzo (koning van Napels) Pieter van der Sman Sebastian (broer van Alonzo) Tibor Lukács Prospero (de rechtmatige hertog van Milaan) Mark Rietman Jaap Spijkers Ferdinand (zoon van de koning van Napels) Reinout Scholten van Aschat Gonzalo (eerlijke raadsman) Hajo Bruins Adriano (edelman) Roben Mitchell Caliban (slaaf) Vincent Linthorst Trinculo (nar) Bram Suijker Stefano (hofmeester) Harry van Rijthoven Scheepskapitein Roben Mitchell Bootsman Vincent Linthorst Miranda (dochter van Prospero) Hannah Hoekstra Ariel (luchtgeest) Anniek Pheifer Iris (geest) Bram Suijker Ceres (geest) Anniek Pheifer Juno (geest) Roben Mitchell Zeelieden, nimfen en maaiers Ensemble 4 Regisseur Johan Doesburg over De storm De Storm is een meerduidig toneelstuk dat Shakespeare op latere leeftijd schreef. Vaak wordt het gelezen als een autobiografische zwanenzang, een sprookjesachtig stuk over theater, waarmee de dichter afscheid nam van zijn publiek. Maar die lezing ontneemt de tekst zijn brisante politieke lading. Mannen vechten tegen mannen uit hebzucht en winstbejag, over wie uiteindelijk zeggenschap krijgt in de regering of gewoon als tijdverdrijf. Macht en machteloosheid spelen daarin - zoals vaker in het werk van de grote bard - een zeer grote rol. De machteloosheid van het centrale personage Prospero de verbannen hertog van Milaan - die al 12 jaar in isolement leeft met zijn dochter Miranda, heeft bittere vormen aangenomen. Hij is een diep gekwetst mens, die bevrijding zoekt in een droomwereld, waarin de luchtgeest Ariel zijn bondgenoot is. De Storm is een gedroomde wraakneming op zijn vijanden. Wraak nemen en vergeving schenken, daar draait het om. De storm laat zien wat negatieve energie in een mens bewerkstelligt, hoe iemand zichzelf eerst moet verwonden eer hij tot inzicht komt. De Storm is de storm in het hoofd van Prospero, een dwaaltocht door het labyrint van zijn geest. Het hebben van wraakgevoelens, het wel-of-niet realiseren van wraak en het wel-of-niet kunnen vergeven zijn de piketpaaltjes in de voorstelling. Wat er overblijft zijn vragen. Kun je vergeven zonder dat het emotioneel verankerd is? Kan Prospero zijn oude leven hervatten? Wat gebeurt er met iemand als de accu van de wraak leeg is? Shakespeare geeft geen antwoorden, maar stelt de juiste vragen en doet dat in een taal die afwisselend triviaal en zeer poëtisch is, in een context die de absurditeit van het samen-leven tot uitdrukking brengt. De acteur die Prospero speelt, heeft - als hij het publiek toespreekt- het laatste woord: Johan Doesburg 5 Vertaler Frank Albers over De storm Omtrent De storm Het zal je toch gebeuren: je bent hertog van Milaan, mooie baan, daar niet van, maar eigenlijk interesseer je je meer voor occulte wetenschappen dan voor dagjespolitiek, je houdt meer van boeken dan single father in een tijd waarin dat nog minder gebruikelijk was dan anno 2014, en omdat je het allemaal niet meer kunt of wilt beredderen vertrouw je het dagelijks bestuur over de stad toe aan je broer want je denkt natuurlijk: familie, daar kun je op rekenen, maar niets blijkt minder waar te zijn want die broer van jou vindt het zo fijn om macht uit te oefenen dat hij je hele entourage ompraat en achter je rug samen met je gezworen vijand, de koning van Napels, een complot smeedt om jou van je hertogentroon te stoten en zich zo de macht definitief toe te eigenen terwijl jij niets in de gaten hebt omdat je met je neus in je boeken zit en groot is dan ook je verbijstering wanneer je op een nacht van je bed wordt gelicht door een handvol complotteurs die jou samen met je dochtertje in een brakke schuit duwen, de zee op, en was je niet op een eiland aangespoeld dan waren jullie vast verdronken en dan had Shakespeares laatste toneelstuk er helemaal anders uit gezien. Maar Prospero en zijn dochter Miranda spoelen dus wel degelijk aan op een eiland dat op het eerste gezicht volstrekt onbewoond lijkt tot zij er godzijdank een raar wezen ontmoeten dat Caliban heet en naar eigen zeggen uit een heks (Sycorax) geboren is, wat Prospero niet zal tegenspreken want Caliban ziet er behoorlijk monsterlijk uit, maar goed, in het begin verschaft dit monsterlijk maankalf vader en dochter in ruil voor wat menselijke warmte en beschaving de kennis en de middelen die nodig zijn om op het eiland te overleven. Het gaat allemaal goed, tot het monster zich aan Miranda probeert te vergrijpen. Dat vindt Prospero er echt over en als straf degradeert hij Caliban tot een slaaf die in een hol moet wonen en voor vader en dochter permanent moet klussen. Bij hun aankomst maakten Prospero en Miranda kennis met nog een ander raar wezen: Ariel. Ariel is geen mens maar een luchtgeest die al twaalf jaar klem zit in een boom, wat voor een luchtgeest de ultieme kwelling is. Ariel heeft destijds geweigerd gore, niet nader genoemde opdrachten uit te voeren die de heks Sycorax hem/haar oplegde. Daar was die heks toen zo chagrijnig van geworden dat ze hem/haar in een gespleten boom opsloot. Vervolgens ging Sycorax dood en werd Ariels situatie nog uitzichtlozer want alleen Sycorax beschikte over de magische kennis die nodig was om hem/haar weer uit die boom te bevrijden. Gelukkig voor Ariel beschikt Prospero over net zoveel of misschien wel meer magische kennis dan Sycorax, en bevrijdt hij Ariel uit de boom op voorwaarde dat de luchtgeest hem een aantal jaren zal dienen alvorens hij zijn vrijheid echt helemaal terugkrijgt. Prospero heeft destijds dankzij een Milanees met een hart (Gonzalo) zijn favoriete boeken meegekregen, zodat hij zich al die jaren verder heeft kunnen verdiepen in magie en alchemie. Op een dag komt hij te weten dat zijn broer, de koning van Napels en hun trawanten net de trouwpartij hebben bijgewoond van Claribel, dochter van de koning van Napels, met de koning van Tunesië. Op de terugweg varen ze zo ongeveer langs het eiland waar Prospero en zijn dochter verblijven. Prospero wendt zijn magische krachten aan om een storm op te wekken waardoor het nobele gezelschap schipbreuk lijdt en aanspoelt op zijn eiland. Hij laat hen echter op verschillende plekken aan land komen, zodat bijvoorbeeld de koning van Napels vermoedt dat zijn zoon Ferdinand in de storm is omgekomen, terwijl die zoon, elders aangespoeld, hetzelfde vreest voor zijn vader. Met de hulp van Ariel laat Prospero het gezelschap over het eiland dwalen, tot ze uiteindelijk allemaal samenkomen bij de kluis waar Prospero met zijn dochter woont. 6 Nu volgt de finale afrekening, zou je denken, maar The Tempest behoort tot die vreemde laatste stukken van Shakespeare die romances worden genoemd. (De andere romances zijn Pericles, Cymbeline en .) Romances zijn tragischer dan komedies en komischer dan tragedies. Het zijn op een heel andere manier aflopen. Zo gaat het in The Tempest overduidelijk ook over macht natuurlijk een van de maar heel anders dan in Hamlet of King Lear of Macbeth of Othello levert die strijd hier niet een berg lijken op. Aan het eind van het stuk blijkt de storm niet één dodelijk slachtoffer te hebben gemaakt, is Prospero bereid zijn ellendige broer Antonio te vergeven, zal Antonio de macht over Milaan teruggeven aan zijn broer en bloeit er iets moois tussen Miranda en Ferdinand, de zoon van de koning van Napels, en schenkt Prospero zowel Ariel als Caliban de vrijheid terug. Had Shakespeare dit verhaal in een tragische vorm gegoten, dan was het eiland aan het eind wellicht veranderd in een brandend knekelhuis. In een tragedie rennen de hoofdpersonages met een onverbiddelijke logica hun noodlot tegemoet. In een romance daarentegen lijken mensen een tweede kans te krijgen, ligt de nadruk veel meer op harmonie en restauratie van verstoorde evenwichten. Het zijn hoopvollere stukken dan tragedies, ze geven hun personages immers de mogelijkheid om hun vergissingen ongedaan te maken. Ze bieden een uitweg, terwijl tragedies altijd een fatale afloop kennen. Shakespeare schreef The Tempest hoogst waarschijnlijk in de winter van 1610-1611. Dat kunnen we afleiden uit het feit dat het stuk refereert aan een destijds druk becommentarieerde schipbreuk die in juli 1609 plaatsvond. Het vlaggeschip van een Engelse vloot die onderweg was naar de Engelse nederzetting in Virginia, de Sea Adventure, werd toen door een storm uit koers geslagen en strandde op een van de Bermuda-eilanden. Terwijl de opvarenden aan boord van de andere schepen verder voeren in waren verdronken, bleven alle schipbreukelingen ongedeerd. Ze (over)leefden negen maanden op een warm en vruchtbaar Bermudaeiland en bouwden in die tijd twee nieuwe schepen waarmee ze alsnog Virginia bereikten, tot niet geringe verbazing allicht van hun eerder gearriveerde medereizigers. Dit weten we allemaal uit een brief van een van de opvarenden van de Sea Adventure, William Strachey, die in september 1610 in Londen arriveerde. Ofschoon de brief pas in 1625 is gepubliceerd, gaan de meeste onderzoekers ervan uit dat Shakespeare hem in het najaar van 1610 in manuscriptvorm heeft die diepe kreek/waar u mij ooit om middernacht vroeg dauw/te halen in de -vexed Bermudas) lijkt daarop te wijzen. Stra a most dreadfull Tempest Uit een ander document weten we dat Shakespeares theatergezelschap op 1 november 1611 Hallomas nyght presented att Whithall before the kinges Majestie a play Called the Tempest. Daardoor kunnen we met vrij grote zekerheid bepalen wanneer Shakespeare dit stuk schreef: 1610-1611. Wat Shakespeare zeker had gelezen toen hij The Tempest Over de kannibalen -92), in de Engelse vertaling van John een volk dat voor de Portugese kolonisering in Brazilië leefde en waarover een van zijn medewerkers hem had verteld. There is nothing in that nation (Brazil) that is either barbarous or savage, unlesse men call that barbarisme, which is not common to them. En verder: no name of magistrate nor of politike superioritie, no use of service, of riches, or of poverty; no contracts, no successions, no dividences, no occupation but idle; no respect of kinred, but common, no apparrell but naturall, no manuring of lands, no use of wine, corne, or mettle. 7 In de voortreffelijke Nederlandse vertaling van Hans van Pinxteren: Bij dit voor magistraat of overheid, geen horigheid, rijkdom of armoe, geen contracten, geen erfenissen of verdelingen, geen andere bezigheden dan ontspannende, men hecht er niet meer belang aan verwanten dan aan andere leden van de gemeenschap, men kent er geen kleding, geen landbouw, geen metaal, geen gebruik van wijn of koren. (Michel de Montaigne, Over de wreedheid (Amsterdam: Atheneum-Polak & Van Gennep) 17). Deze passage, een vroege beschrijving van het leven in een utopische natuurstaat, nam Shakespeare vrijwel letterlijk over in The Tempest. Als ik de baas was op dit eiland, fantaseert de goedhartige Gonzalo in Execute all things, for no kind of traffic Would I admit; no name of magistrate; Letters should not be known; riches, poverty And use of service, none; contract, succession, Bourn, bound of land, tilth, vineyard none; No use of metal, corn, or wine or oil; No occupation, all men idle, all; Had Shakespeare dit vandaag geschreven, hij was door de erven Montaigne zeker gedagvaard wegens plagiaat. Maar in zijn tijd hadden de mensen minder simplistische ideeën over auteurschap en bestonden er nog geen copyrightwetten. Shakespeare was trouwens een onverbeterlijke sampler: hij gapte en parafraseerde alles wat hij in zijn lectuur tegenkwam en bruikbaar vond. Omstreeks 1610/11, na een uiterst succesvolle loopbaan in het Londense theater, keerde Shakespeare terug naar Stratford. Algemeen wordt aangenomen dat The Tempest het laatste stuk is dat hij alleen heeft geschreven. (Daarna heeft hij nog samen met andere toneelschrijvers minstens twee stukken gemaakt: All Is True (Henry VIII) en The Two Noble Kinsmen.) Zo bekeken is het verleidelijk om de epiloog van Prospero ook te interpreteren als Shakespeares afscheidsgroet aan zijn publiek en de wereld van het theater: Een eerdere passage misschien wel de mooiste en bekendste passus uit het hele stuk - verwerft in dit licht ook een andere betekenislaag: Ons spel is nu voorbij. Zoals ik zei, al onze spelers waren geesten die vernevelden tot lucht, tot ijle lucht; zoals het schijnbeeld op dit schouwtoneel, zullen omwolkte torens, droompaleizen, gewijde tempels, deze grootse aarde en alle aardse dingen, oplossen, en, vluchtig als dit ijl spektakel, spoorloos verdwijnen. Wij zijn uit dezelfde stof gemaakt als dromen, en een lange slaap omsluit ons korte leven. 8 Prospero creëerde op zijn eiland wat Shakespeare al die jaren op de bühne had gebracht: een fantasiewereld die weliswaar met vele haakjes en spiegeltjes vasthing aan de werkelijkheid, de actualiteit en de geschiedenis Shakespeares schouwburg heette niet voor niets The Globe - maar die toch in de to please The Tempest beklemtoont. Shakespeare werkte nu eenmaal voor de entertainmentindustrie die het theater was. Maar in The Tempest gebruikte hij theater ook, zoals hij zo vaak in eerdere stukken had gedaan, als een metafoor voor de vluchtigheid, de vergankelijkheid van het menselijk bestaan. In die zin is Prospero familie zowel van, bijvoorbeeld, Macbeth ( player/That struts and frets his hour upon the stage,/And then is heard no more. ) als van Jacques in As You Like It ( ) en van de melancholische Antonio (in The Merchant of Venice): -/A stage where every man De secundaire literatuur over The Tempest is gigantisch dat geldt natuurlijk voor wel meer Shakespearestukken en het heeft dus geen zin er hier op in te gaan. De geïnteresseerde lezer verwijs ik graag naar het voortreffelijk overzicht van de Tempest-literatuur dat David Lindley schreef bij de geactualiseerde heruitgave van dit stuk in The New Cambridge reeks (The Tempest, edited by David Lindley, Cambridge University Press, 2013). Deze vertaling is gebaseerd op de uitgave van The Tempest in de Ardenreeks. Ik heb zowel de tweede editie (bezorgd door Frank Kermode, gepubliceerd in 1954) gebruikt als de derde (bezorgd door Virginia Mason Vaughan en Alden T. Vaughan, gepubliceerd in 1999 en, in een herziene en uitgebreide uitgave, in 2011). Ik heb ook de eerdere vertalingen geraadpleegd van L.A.J. Burgersdijk, Martinus Nijhoff, Willy Courteaux, Gerrit Komrij en H.J. de Roy van Zuydewijn. Elke nieuwe vertaling van een tekst als The Tempest is een palimpsest. Sporen van de geraadpleegde vertalingen zijn in deze tekst dan ook makkelijk te vinden. Frank Albers - Tervuren, januari 2014 9 Tom Schenk, decorontwerper, over het decor voor De storm Naar mijn stellige overtuiging speelt De storm zich niet in één bepaalde ruimte af maar in meerdere ruimtes: Ten eerste, heel prozaïsch, in het theater. Ten tweede in de verbeelding; in de hoofden van het publiek. Ten derde, op een niet bestaand eiland waar alles anders is dan in de werkelijkheid; veel meer een gedroomd eiland met de grillige logica van een nachtmerrie. De mensen die op dat eiland terecht komen wordt als het ware een spiegel voorgehouden waarin zij zichzelf en elkaar (en wij hen) in hun ware gedaante te zien krijgen. Het stuk speelt zich dus ook af in een soort spiegelpaleis. Het decor bestaat uit twee basiselementen: 1. een geschilderd/getekend landschap; vloer en achterdoek als één geheel, verwijzend naar een grote (strand)vlakte en daarboven een dreigende, zuigende lucht. Alles in zwart wit. 2. twee immense verrijdbare spiegels en daarboven een bewegend spiegelplafond die afwisselend het landschap en de mensen daarin telkens anders weerspiegelen. We zien ook de achterkant via de spiegels de zaal, het theater, de toeschouwers zelf weerspiegeld. Er zijn een paar kleinere, verrijdbare of draagbare objecten die een surrealistische touch geven: een hoge strandstoel (als die van een badmeester of scheidsrechter), een palmboom (geen onbewoond eiland is immers compleet zonder palmboom), een ijskast (altijd handig om te hebben) en twee rijdende tafels die voor verschillende dingen inzetbaar zijn. 10 William Shakespeare Er zijn over Shakespeare veel meer feiten bekend dan over enige ander toneelschrijver uit zijn tijd, maar ondanks dat hebben we maar heel weinig informatie die ons helpt de toneelstukken te begrijpen. William Shakespeare was acteur, schreef gedichten en toneelstukken. Er zijn 38 toneelstukken van zijn hand verschenen in 24 jaar tijd, waarvan de toneelstukken Hamlet, Romeo en Juliet, King Lear en Macbeth wereldwijd bekend zijn. Stratford-on-Avon William Shakespeare, één van de bekendste toneelschrijvers uit de Renaissance, werd gedoopt in de Parochiekerk van Stratford-on-Avon, op 26 april 1564. Waarschijnlijk werd hij daar op 23 april 1564 geboren. Stratford-on-Avon ligt, geografisch gezien, precies in het midden van Engeland. In de tijd dat Shakespeare leefde, was Stratford een belangrijk agrarische handelsplaats. Zijn vader, John Shakespeare was een welgestelde koopman, een handelaar in hout en leer, een prominent burger in Stratford-on-Avon. Hij zat in de stadsraad en in 1568 werd hij 'town mayor' van Stratford. John Shakespeare trouwde Mary Arden, die uit een familie kwam die wat land bezat in de omgeving. Samen kregen Mary en John, naast William nog zeven kinderen, waarvan er drie op vroege leeftijd stierven. William was hun derde kind; de eerste zoon voor John en Mary. Hij ging als kind naar de Grammarschool, waar hij Latijn leerde schrijven en spreken. Anne Hathaway Op 27 november 1582 trouwde William Shakespeare met Anne Hathaway, de dochter van een plaatselijke vrijboer. William was 18 toen hij de 26-jarige en zwangere Anne trouwde. Zes maanden later, op 26 mei, werd hun dochter, Susannah, geboren. Aangezien de echtgenote acht jaar ouder was dan haar man zou het onverstandig zijn te speculeren wie de schuld van dit 'moetje' was. Twee jaar later kregen ze een tweeling: Hamnet en Judith. Hamnet stierf in 1596 op elfjarige leeftijd. In datzelfde jaar verkreeg William Shakespeare na de dood van zijn vader officieel vergunning om een familiewapen te voeren - het doorslaggevende bewijs van bourgeois respectabiliteit was niet zozeer het met officiële toestemming voeren van een familiewapen maar het erven van zo'n wapen van je vader. Van de periode tussen 1585 en 1592, d.w.z. tussen zijn eenentwintigste en zijn achtentwintigste, weten we niets af. Waarschijnlijk zaten zijn kinderen op school en werd hij langzamerhand steeds bekender als toneelschrijver en acteur. Reputatie En dan wordt Shakespeare plotseling in september 1592 beschuldigd van plagiaat door de Londense toneelschrijver Greene. In een op zijn sterfbed geschreven pamflet, karakteriseert Greene Shakespeare als 'een met andermans veren getooide parvenu-kraai, die, van alle markten thuis, zichzelf met zijn in-eentoneelspelershuid-gehulde tijgerhart een even daverende "blanke verzen"-producent waant als de beste, en in eigen ogen de enige "Shake-scene" is in het land'. Met andere woorden, hij was toen dus een pas begonnen, actieve, jonge toneelschrijver die beschuldigd werd van plagiaat. De woordspeling op Shakespeares naam is even onmiskenbaar als de geparodieerde aanhaling uit 'Henry VI' en de hele tirade - vooral ook door de kort daarna blijkbaar op hoog gezag gepubliceerde verontschuldiging van Chettle, Greenses literaire executeur - veelzeggend voor de reputatie die de dan 28-jarige Shakespeare zich inmiddels in de hoofdstad had verworven. 11 Gedichten In dezelfde tijd kreeg Shakespeare ook bekendheid als lyrisch dichter: in 1593 publiceerde hij 'Venus and Adonis' en in 1594 'The Rape of Lucrese' (De Verkrachting van Lucretia); beide gedichten waren opgedragen aan Henry Wriothesley, de derde graaf van Southampton, een jonge edelman die bekend stond als een maecenas (= begunstiger van geleerden en kunstenaars, genoemd naar de Rom. ridder Gaius Cilnius Maecenas, 65 v. Chr. - 8 v. Chr., raadsman van keizer Augustus). The Lord Chamberlain's Men In 1594 vestigde een groep toneelspelers zich in Londen onder de naam 'The Lord Chamberlain's Men' (d.w.z. dat ze de bescherming en begunstiging genoten van de kamerheer van de koning), en dat was het toneelgezelschap waartoe Shakespeare gedurende de rest van zijn werkzame leven zou behoren: hij schreef ervoor, acteerde ervoor en was voor een aanzienlijk bedrag aandeelhouder van het gezelschap. Laatste jaren In 1609 werden zijn 'Sonnetten' uitgegeven: schijnbaar intens persoonlijke, maar tegelijkertijd even intens raadselachtige gedichten. Er zijn veel gegevens over de verblijfplaatsen van Shakespeare in Londen, meestal dicht bij de theaters waar hij werkte, en er zijn ook talrijke archiefstukken aangaande onroerend goed-transacties in Stratford en Londen die laten zien dat het hem financieel steeds meer voor de wind ging. Waarschijnlijk rond 1612 hield hij met zijn werk voor het theater op om stil te gaan leven. Op 24 maart 1616 maakte hij zijn testament en op 23 april (de feestdag van St. Joris) stierf hij in Stratford in het grootste huis van de stad. Hij liet legaten na aan zijn twee getrouwde dochters, zijn zuster en aan verscheidene vrienden en collega's. Aan zijn vrouw vermaakte hij zijn op één na beste bed - het is aan de lezer om daaruit zijn eigen conclusies te trekken. Afbeeldingen Er bestaan van hem twee afbeeldingen, allebei postuum vervaardigd en allebei van de hand van een Nederlandse kunstenaar. De meest bekende is de titelplaat in zijn verzamelde werk (1623), een ets van Martin Droeshout die, ook al is hij met weinig zorg en vaardigheid gemaakt, duidelijk laat zien dat Shakespeare een hoog gewelfd voorhoofd had. Een indrukwekkender afbeelding is de buste die ter nagedachtenis van hem in de kerk van Stratford werd geplaatst. Het beeld werd vervaardigd door Gheerart Janssen, die een atelier had in Southwark, dicht bij het Globe Theater waar Shakespeare werkte. Janssen moet ongetwijfeld geweten hebben hoe Shakespeare eruit zag. Het borstbeeld toont een welvarend uitziende man met een hoog gewelfd, kaal hoofd, een klein, net snorretje en puntbaardje, lege ogen, en een stevige, gezette nek. Het is het portret van een man die zich zelf niet blootgeeft. Alle overige details die men in de levensbeschrijvingen van Shakespeare aantreft, moeten als 'mythe' bestempeld worden. Wat er werkelijk toe doet, is dat hij in de tweeëntwintig jaar die hij als acteur en als leider van een theatergezelschap werkzaam was achtendertig stukken scheef, en dat hij in hetzelfde jaar waarin hij zijn meest persoonlijke tragedie, 'Hamlet', schreef, ook zijn meest frivole komedie, 'The Merry Wives of Windsor', op papier zette - en ook dat is een raadsel. Authenticiteit Wat de authenticiteit van de stukken betreft was het onder literaire critici een tijd lang gewoonte om bij elk kwalitatief wat minder gedeelte van een toneelstuk van Shakespeare argumenten aan te voeren waarom Shakespeare het zelf niet geschreven kon hebben. Tegenwoordig is men in deze zaak weer een wat meer behoudend standpunt toegedaan: alle stukken in de lijst worden volledig aan Shakespeare toegeschreven, met uitzondering van twee vroege werken ('Henry VI, deel 1' en 'Titus Andronicus') en drie latere werken ('Pericles', 'Henry VIII' en 'Two Noble Kinsmen'). 12 First Folio Geen van de stukken van Shakespeare is bewaard gebleven in een contemporain (gelijktijdig) manuscript en tijdens zijn leven is er geen uitgave van het verzamelde werk verschenen. Om deze reden kan de chronologische volgorde waarin Shakespeare zijn stukken heeft geschreven niet met absolute zekerheid worden vastgesteld, In 1623 produceerden een paar collega's van Shakespeare een editie van het verzamelde werk (36 stukken) in de vorm van een lijvig boekwerk in folioformaat, de zgn. 'First Folio'. In het voorwoord aan de lezer beweerden de samenstellers dat hun uitgave de eerste was die de authentieke tekst bevatte: "Terwijl U voorheen werd opgelicht met verschillende gestolen en stiekem verkregen teksten die zo verminkt en misvormd waren ten gevolge van de frauduleuze en achterbakse manier waarop de verwerpelijke bedriegers die ze publiceerden ermee omsprongen, worden deze zelfde toneelstukken U nu, fris en gezond van lijf en leden, ter lezing aangeboden, samen met alle andere, precies zoals hij ze heeft geschapen". Nu was het inderdaad waar dat een aantal toneelstukken al op verschillende momenten waren verschenen in kwartoformaat - ze zagen eruit als dikke pamfletten van zo'n vijftig bladzijden lang. Maar het was niet waar dat al deze stukken in kwarto 'gestolen en stiekem verkregen teksten' waren. Auteursrecht In Shakespeares tijd kende men geen auteursrecht. De enige manier waarop het toneelgezelschap van Shakespeare kon voorkomen dat een stuk gestolen en door een ander gezelschap opgevoerd werd, was om het gewoon niet te laten drukken. Maar sommige teksten werden toch gestolen en uiteindelijk gedrukt; dat waren de 'gestolen en stiekem verkregen teksten' waar het voorwoord het over heeft: ze werden òf overgeschreven in steno tijdens de voorstelling òf anders door een overgelopen acteur uit het gezelschap van Shakespeare gereconstrueerd op basis van zijn herinnering. De volgende kwarto's zijn duidelijk gestolen en kunnen daarom als 'slechte' kwarto's worden aangemerkt: Henry VI, deel 2 (1594) en deel 3 (1595), Romeo and Juliet (1597), Richard III (1597), Henry V (1600), Merry Wives (1602), Hamlet (1603), King Lear (1608), Pericles (1609). Maar een aantal andere stukken werd in kwarto uitgegeven met toestemming van het gezelschap. Soms moest zo'n uitgave dienen als 'tegengif' voor een roofdruk die al was verschenen; soms was het oogmerk een roofdruk te voorkomen; en soms was het er om te doen een beetje geld te verdienen als het toneelgezelschap op zwart zaad zat, bv. wanneer de schouwburgen in Londen gesloten waren ten gevolge van een pestepidemie. De tekst van deze stukken kan iets van die in de 'First Folio' afwijken, maar hij is authentiek ook al is de bron een ander manuscript. De 'goede' kwarto's zijn: Titus Andronicus (1594), Richard II (1597), Love's Labour's lost (1598), Henry IV, deel 1 (1598), Romeo and Juliet (1599), Midsummer Night's Dream (1600), Merchant of Venice (1600), Henry IV, deel 2 (1600), Much Ado About Nothing (1600), Hamlet (1604), Troilus and Cressida (1609) en Othello (1622). Er blijven achttien stukken over die voor het eerst in 1623 in druk verschenen en waarvoor we, wat de tekst betreft, de 'First Folio' als eerste bron hebben. In het algemeen blijft de 'First Folio' daarom de basis van elk moderne teksteditie, al moet er aan de varianten in de 'goede' kwarto's de nodige aandacht worden besteed en kunnen de 'slechte' kwarto's zo nu en dan wat licht werpen op de manier waarop een stuk ten tijde van Elizabeth op de planken werd gebracht. 13 Londen London is een snel groeiende stad als Shakespeare zich er - naar alle waarschijnlijkheid in 1587 - vestigt. In het laatste kwart van de 16e eeuw neemt de bevolking er met 20.000 mensen toe tot een totaal van 200.000, en dat terwijl het regelmatig uitbreken van de pest tot enorme sterfte leidt (14% van de bevolking overleeft de epidemie van 1592 niet). Het theaterleven in London verslindt stukken. Toneel is in. Een jaar of tien voor Shakespeares aankomst in de hoofdstad zijn daar de eerste schouwburgen verrezen. Het ene na het andere gezelschap wordt opgericht. In goede tijden - als er geen pest heerst en de stedelijke autoriteiten de theaters niet om redenen van openbare orde sluiten - speelt een groep elke middag, behalve op zondag en tijdens de Vasten. En elke middag brengt men een ander stuk. Sommige stukken worden gedurende een paar weken herhaald, maar intussen wordt voortdurend gewerkt aan nieuw repertoire. Een gezelschap heeft zo'n vijftien tot twintig nieuwe teksten per jaar nodig. Er is markt voor schrijvers; er zijn schrijvers. Achtenswaardige heren met universitaire opleiding, de 'University Wits', onophoudelijk op zoek naar materiaal, dat ze vaak ontlenen aan bestaande bronnen. Nu het Engels geëmancipeerd is en het Latijn uit de kerk en van het hof verdrongen heeft, maken zij graag gebruik van de mogelijkheden die de volkstaal op het toneel te bieden heeft. Shakespeare Shakespeare is geen achtenswaardig heer met universitaire opleiding. Hij is acteur en hij zal het zijn hele schrijvende leven, tot 1613, blijven - eerst in loondienst, later, als zijn succes hem fortuin heeft gebracht, als aandeelhouder van de gezelschappen waarvoor hij werkt. In zijn laatste jaren behoort hij tot 'The King's Men', het gezelschap van koning James I: hij heeft het tot lid van de koninklijke hofhouding gebracht. Zijn familie heeft hij in zijn geboorteplaats Stratford-on-Avon, twee dagreizen van London, achtergelaten. Zijn vader, van huis uit een ongeletterde handschoenmaker, klimt er tot enig aanzien op, maar ziet die positie later verloren gaan. Zijn vrouw blijft er met hun kinderen wonen. In 1613, drie jaar voor zijn dood, keert Shakespeare er terug, naar het royale huis dat hij in 1597 gekocht heeft. Een levensverhaal van sociale mobiliteit en migratie. Chronicles In Engeland heeft een besef van nationale identiteit en trots postgevat. Een stroom aan boeken over de eigen geschiedenis ziet het licht. Zo ook Holinsheds 'Chronicles of England, Scotland, and Ireland', waarvan na een eerste editie in 1577 een uitgebreide uitgave in 1587 verschijnt. Het zal voor Shakespeare de bron vormen voor tenminste 13 van zijn stukken. Op 3 maart 1592 noteert Philip Henslowe, eigenaar van het theater 'The Rose' een record recette voor het stuk 'harey vj'. Aangenomen mag worden dat hier het eerste deel bedoeld wordt van Shakespeares Henry VI trilogie. De populariteit van thema's uit de Britse geschiedenis laat zich te gelde maken, Shakespeare heeft zijn eerste kaskraker geschreven. 14 Het werk van William Shakespeare Er zijn over Shakespeare veel meer feiten bekend dan over enige andere toneelschrijver uit zijn tijd, maar ondanks dat hebben we maar heel weinig informatie die ons helpt de toneelstukken te begrijpen. William Shakespeare was acteur, schreef gedichten en toneelstukken. Er zijn 38 toneelstukken van zijn hand verschenen in 24 jaar tijd, waarvan de toneelstukken zoals Hamlet, Romeo and Juliet, King Lear, Othello en Macbeth wereldwijd bekend zijn. De toneelstukken die Shakespeare geschreven heeft zijn: 1589: Henry VI deel 1 1590: Henry VI deel 2 Henry VI deel 3 1592: Richard III Comedy of Errors (De Komedie der Vergissingen) 1593: Gedicht 'Venus en Adonis' Titus Andronicus Taming of the Shrew (De Getemde Feeks) 1594: Gedicht: 'The Rape of Lucrese' Two Gentlemen of Verona (Twee Heren uit Verona) Love's Labours Lost (Liefdes Loze Lessen) King John 1595: Richard II Romeo and Juliet Midsummer Night's Dream (Midzomernachtsdroom) 1596: Merchant of Venice (De Koopman van Venetië) Henry IV deel 1 1597: The Merry Wives of Windsor (De Vrolijke Vrouwtjes van Windsor) 1598: Henry IV deel 2 Much Ado About Nothing (Veel drukte om Niets) 15 1599: Henry V Julius Caesar As You Like It (Naar Het U Lijkt) 1600-1601: Hamlet 1601: Twelfth Night (Driekoningenavond) Troilus and Cressida 1602-1603: All's Well That Ends Well (Eind Goed, Al Goed) 1604: Measure for Measure (Maat voor Maat) Othello King Lear 1606: Macbeth 1607: Antony and Cleopatra 1608: Coriolanus Timon of Athens Pericles 1609: Cymbeline 1610: Winter's Tale (Het Wintersprookje) 1611: The Tempest (De storm) 1612: Henry VIII Two Nobel Kinsmen (Twee Edele Verwanten) 16 Shakespeare, wat gebeurde er tijdens zijn leven in de wereld Shakespeare leefde van 1564 tot 1616 in Engeland. Hij is geboren in Stratford-on-Avon waar hij ook precies 52 jaar later stierf. Een groot deel van zijn leven heeft hij gewerkt en gewoond in London. In 24 jaar tijd heeft Shakespeare 38 stukken geschreven. Er is nooit vastgelegd wanneer precies hij de werken schreef. In de onderstaande tijdsbalk is globaal aangegeven wanneer zijn stukken geschreven zijn. Ook over de authenticiteit van de stukken zijn veel vragen geweest. Er bestond in die tijd nog geen auteursrecht en was het moeilijk om na te gaan wat er zelf geschreven is en wat van anderen ontleend is. Zeker is wel dat Shakespeare een aantal van zijn werken baseerde op historische gegevens en volksvertellingen die de ronde deden. 1564: In Stratford-on-Avon wordt Shakespeare geboren (waarschijnlijk op 23 april). Op 26 april wordt hij in de parochiekerk gedoopt. Dood van Michelangelo. 1566: In Nederland vindt de Beeldenstorm plaats 1568: Begin van de Tachtigjarige oorlog 1576: Shakespeare volgt onderwijs aan de Latijnse School. James Burbage bouwt in Londen de eerste vaste schouwburg: The Theatre 1582: Op 27 november trouwt Shakespeare met de inmiddels zwangere Anne Hathaway. Zes maanden later wordt hun eerste dochter Susannah geboren. 1585: De tweeling Hamnet en Judith wordt geboren. Niet lang hierna vertrekt Shakespeare naar Londen. Hij gaat zich daar manifesteren als acteur en als toneelschrijver. In Nederland wordt Leicester landvoogd. 1587: In Keulen wordt Joost van den Vondel geboren. 1589: Shakespeare schrijft het toneelstuk Henry VI deel 1. Er gaan geruchten over het bestaan van een wraaktragedie, getiteld Hamlet, vol 'tragical speeches'. De vermoedelijke auteur van dit verloren gegane stuk was Thomas Kyd, bekend van zijn in 1586 voor het eerst opgevoerde toneelstuk 'Spanish Tragedy'. 1590-1591: Shakespeare schrijft Henry VI deel 2, Henry VI deel 3. 17 1592: Shakespeare wordt door Greene beschuldigd van plagiaat. Later biedt de literaire executeur van Greene zijn verontschuldiging aan Shakespeare aan. In Londen worden theaters gesloten als gevolg van een heersende pestepidemie. Richard III, Comedy of Errors (De Komedie der Vergissingen) 1593: Publicatie van het op Ovidius geïnspireerde gedicht 'Venus en Adonis'. Titus Andronicus, Taming of the Shrew (De Getemde Feeks) Dood van Christopher Marlowe 1594: Publicatie van het gedicht The Rape of Lucrese. In Londen worden de theaters, die vanwege de pestepidemie twee jaar gesloten waren geweest, weer geopend. Two Gentlemen of Verona (Twee Heren uit Verona), Love's Labours Lost (Liefdes Loze Lessen), King John. In Londen vestigt zich een groep toneelspelers: The Lord Chamberlain's Men, waar Shakespeare zich bij aansluit. 1595: Het gaat Shakespeare financieel voor de wind. Naast acteur en vast auteur van het gezelschap is hij inmiddels ook aandeelhouder geworden, waardoor hij direct van zijn successen de financiële vruchten plukt. In dit jaar schrijft hij Richard II, Romeo and Juliet, Midsummer Night's Dream (Midzomernachtdroom) 1596: In dit jaar sterft Shakespeare's enige zoon Hamnet op elfjarige leeftijd. Shakespeare verhuist naar de zuidelijke oever van de Thames, waar zijn gezelschap het theater The Swan bespeelt. Juist buiten de jurisdictie van de puriteinse stadsregering wordt dit stadsdeel rond de eeuwwisseling een uniek theatercentrum. Merchant of Venice (De Koopman van Venetië) en Henry IV deel 1. 1597: Shakespeare koopt in zijn geboorteplaats Stratford-on-Avon een groot herenhuis: New Place. Toneelschrijver Ben Johnson belandt in de gevangenis wegens het doden van een acteur tijdens een duel. Merry Wives of Windsor (De Vrolijke Vrouwtjes van Windsor). 1598: Shakespeare en enkele mede-acteurs bouwen een nieuw theater: The Globe. Op de vlag die aangaf wanneer er een voorstelling werd gespeeld, stond het motto 'De wereld is een schouwtoneel'. Henry IV deel 2, Much Ado About Nothing (Veel drukte om Niets) 1599: Feestelijke opening van het Globe Theatre. De komiek William Kempe neemt afscheid van het gezelschap. Zijn plaats wordt ingenomen door Robert Armin, voor wie Shakespeare rollen als tragische clown schreef. Henry V, Julius Caesar, As You Like It (Naar Het U Lijkt). 1600-1601: Shakespeare's vader sterft. Shakespeare schrijft één van zijn bekendste werken: Hamlet. Troilus and Cressida, Twelfth Night (Driekoningenavond) 1602-1603: All's Well That Ends Well (Eind Goed, Al Goed). Oprichting van de V.O.C. 18 1603: Koningin Elizabeth sterft. Shakespeare's gezelschap komt nu direct onder bescherming van Jacobus 1 1604: Measure for Measure (Maat voor Maat), Othello, King Lear 1605: In Nederland schrijft Hooft 'Granida , in Spanje Cervantes 'Don Quichotte' en in Engeland Ben Johnson 'Volpone'. 1606: Shakespeare schrijft Macbeth Rembrandt en Corneille geboren. 1606: De moeder van Shakespeare sterft. Shakespeare's dochter Susannah trouwt in Stratford. Antony and Cleopatra 1608: Coriolanus, Timon of Athens, Pericles 1609: De 'Sonnetten' van Shakespeare worden uitgegeven; een verzameling van persoonlijke, maar ook raadselachtige gedichten. Begin van Twaalfjarig Bestand. Hugo de Groot schrijft 'Mare Liberum'. Shakespeare schrijft Cymbeline 1610: Winter's Tale (Het Wintersprookje) 1611: The Tempest (De storm) 1612: Henry VIII, Two Nobel Kinsmen (Twee Edele Verwanten) 1613: Tijdens de première van Henry VIII brandt het Globe Theatre af. Shakespeare verlaat Londen en vestigt zich in zijn landhuis in Stratford. Hij kan zich permitteren van zijn renten te leven. 1616: William Shakespeare sterft op 23 april. 1622: Molière geboren 19 1623: Herming en Condell, oude vrienden van Shakespeare uit diens Londense tijd en mede-acteurs, verzorgen de eerste uitgave van zijn complete verzamelde werken: 'First Folio'. Op het titelblad bevindt zich de enige betrouwbare afbeelding van Shakespeare, een gravure gemaakt door de Nederlander Martin Droeshout. 1642: De puriteinen sluiten alle theaters. Dit maakt een einde aan een uitzonderlijke bloeiperiode in de geschiedenis van het theater. In Frankrijk sticht Molière zijn 'Illustre Théâtre'. Het theater van Shakespeare Shakespeare werkte voor één bepaald gezelschap, de Lord Chamberlain's Men, dat bij de troonsbestijging van koning Jacobus I in 1603 omgedoopt werd tot de King's Men. Het oprichten van goed georganiseerde gezelschappen had in 1572 een belangrijke stimulans gekregen door een koninklijk decreet, een 'Wet ter bestraffing van landlopers', die bepaalde dat alle toneelspelers die niet de bescherming genoten van het koninklijk huis of de adel aangemerkt moesten worden als schurken en landlopers en dien overeenkomstig moesten worden bestraft. Als uitvloeisel hiervan werd het eerste officiële gezelschap van acteurs gevormd in 1574 en het eerste permanente theater in 1576 in Londen gebouwd. De Lord Chamberlain's Men kwam in 1594 tot stand na verscheidene keren van samenstelling te hebben gewisseld. Hun eerste schouwburg was in Shoreditch, buiten de muren van de 'City', want de bestuurders van de 'City' waren toneelspelers niet erg goed gezind. Later in 1599 bouwden de Lord Chamberlain's Men het Globe Theater op de zuidoever van de Theems, tegenover London Bridge. De zuidoever zou plaats bieden aan veel theaters, berekuilen en andere amusementsgelegenheden. In 1608 kreeg het gezelschap van Shakespeare ook het Blackfriars Theater in handen dat iets ten zuiden van St. Paul's Cathedral lag. Het Globe Theater brandde in 1613 af. Gedurende het grootste deel van zijn werkzame leven was Shakespeare dus bezig met toneelstukken schrijven die bestemd waren om in het Globe Theater te worden opgevoerd. Dat was een veelhoekig, houten gebouw met drie balkons, dat grote gelijkenis vertoonde met de berekuilen. Het toneel stak naar voren uit tot in de centrale arena en besloeg een ruimte van ruwweg 13 bij 8 meter. Boven de balkons was een dak en boven het toneel was een soort verhemelte, maar in het middengedeelte hadden zon en regen vrij spel. De voornaamste eigenschappen van zo'n soort schouwburg liggen voor de hand: 1. er zijn geen voorgordijnen en geen decor, en derhalve geen afwisseling van korte scènes en geen externe aanduidingen van de plaats van handeling: rekwisieten en decors moeten voor de ogen van het publiek op toneel gezet en weer weggehaald worden en worden daarom tot het minimum beperkt; 2. de acteurs kunnen niet van de zijkant opkomen: ze komen allemaal van achter; 3. elke toeschouwer in de zaal is, relatief gesproken, heel dicht bij de acteurs; de toneelspelers bevinden zich a.h.w. tussen het publiek, en de mensen in de zaal voelen zich meer medespelers dan toeschouwers: zelfs als bood de Globe volgens berekeningen plaats aan 2000 mensen, toch was het een intiem theater. Anders dan de Globe was het Blackfriars Theater een geheel overdekt gebouw waarvan de vorm eerder langwerpig dan veelhoekig was. Maar desondanks was er niet zo erg veel verschil. Gordijnen en decors ontbraken en alle acteurs kwamen op via de achterkant van het toneel. In feite moet het Blackfriars Theater veel geleken hebben op de eetzalen van de particuliere gebouwen waarin het gezelschap van 20 Shakespeare ook gespeeld heeft: omdat het publiek in de overdekte en particuliere theaters kleiner was maakten zij ook dezelfde intieme indruk. Het essentiële verschil in het geval van het Blackfriars Theater was dat de toegangsprijzen hoger lagen en dat er een grotere hoeveelheid machinerieën werd gebruikt om toneeleffecten te creëren.(...) Shakespeare was zich bewust van de mogelijkheden die het klassiek (d.w.z. het Latijnse) schooltoneel van de Renaissance bood, maar zijn kunst bleef geworteld in het volkse, zelf toen tijdens het bewind van koning Jacobus I de toegangsprijzen voor de schouwburg omhooggingen en andere toneelschrijvers zich meer en meer gingen richten op het welgestelde deel van het publiek. Shakespeare was altijd in staat om tegelijkertijd de hovelingen en het volk aan te spreken. Het voornaamste verschil tussen de Elizabethaanse acteer-trant en de huidige moet 'vaart' geweest zijn. In eerste plaats de vaart waarmee het stuk werd opgevoerd: er hoefde geen doek op of neer te gaan en er waren geen uitgebreide decorwisselingen - de overgang van de ene scène naar de andere werd eenvoudigweg aangeduid doordat er een moment lang geen acteurs op het toneel waren. In de tweede plaats de vaart waarmee men zich over het toneel bewoog: als een toneelspeler van achteren op moest komen om ogenblikkelijk een monoloog vóór op het toneel te houden, moest hij een afstand van 13 meter zó snel overbruggen dat niemand daar erg in had; de acteur ontwikkelde de kunst van het 'voortglijden', het zich zeer snel bewegen zonder te rennen. In de derde plaats de vaart waarmee de tekst werd gesproken: in een intiem theater zonder een strakke afscheiding tussen acteur en publiek was het 'declameren' van tekst taboe. Evenals een andere acteertrant moet er ook een andere stijl gehanteerd zijn bij de regie en de productie. Men deed geen enkele poging tot fotografisch realisme te komen en er werd veel geëist van de fantasie van het publiek. Het kwam voor dat de kostuums volledig anachronistisch waren - met Grieken en Romeinen die er als Elizabethanen uitzagen - maar er werd druk gebruik gemaakt van de mogelijkheid om kostuums een symbolische betekenis mee te geven. Rivaliserende legers of families gingen gekleed in duidelijk van elkaar verschillende kleuren. Behalve het gebruik van kleurrijke kostuums werd ook de symbolische werking, die kan uitgaan van het groeperen van sommige acteurs of het op toneel tegenover elkaar plaatsen van anderen, volledig uitgebuit. (...) (uit: Shakespeare, stuk voor stuk; T.A. Birrell) 21 Portret Shakespeare gevonden Zelfs mensen die nog nooit iets van Shakespeare hebben gelezen of gezien, kunnen zich wel iets voorstellen bij hoe de man eruit zag. De beeltenis van de kalende, wat streng kijkende man met het haar over de oren siert menig boekomslag of toneelaffiche. Toch moeten we dat beeld sinds 9 maart bijstellen: en we weten nu hoe dat eruit moet hebben gezien. Professor Stanley Wells, vooraanstaande Shakespeare-kenner en voorzitter van de Shakespeare meteen het enige portret zijn dat gemaakt is tijdens het leven van de schrijver. wie we ons kunnen voorstellen dat hij al die briljante toneelstukken heeft http://link.brightcove.com/services/link/bcpid1184614595/bctid15148763001 Toch is er alleen maar indirect bewijs: de man op het schilderij lijkt heel erg op de andere afbeeldingen die we van Shakespeare hebben. Vooral de beroemde gravure van Martin Droeshout, een Vlaming, vertoont opvallende overeenkomsten. De eelstukken. Het is zeer waarschijnlijk dat deze afbeelding gemaakt is op basis van het Cobbe-portret, zoals het schilderij is gaan heten (naar de familie die het bezit). Droeshout heeft hem alleen wat aangepast: hij is kaal geworden, en hij kijkt een beetje uitgeblust. Het belangrijkste argument voor het Cobbe-portret is misschien wel, dat het doek afkomstig is uit de rheid hebben we niet. Het liefst vinden we in een archief een opmerking van Southampton dat hij iemand de opdracht heeft gegeven een portret van zijn vriend Elke keer als er iets nieuws over of van Shakespeare wordt gevonden, laait de discussie over zijn auteurschap weer op. Ton Hoenselaars, Shakespeare-kenner en voorzitter van het Shakespeare bij wat we lezen, alsof we ons willen kunnen identificeren met de schrijver. Taalkundigen hebben in de Met de regelmaat van de klok duikt de theorie op dat Shakespeare niet al zijn werk zelf geschreven zou hebben sommige fantasierijke deskundigen vragen zich zelfs af of de schrijver zelfs wel heeft bestaan. Tijdgenoot-schrijver Christopher Marlowe gooit bij sommigen hoge ogen als mogelijke auteur, maar ook Francis Bacon en zelfs Queen Elizabeth worden genoemd als schrijvende buiksprekers van de grote er zelf van overtuigd dat Shakespeare niet alles in zijn eentje heeft geschreven. Hij had helpers, zoals dat ook ging in het atelier van Rembrandt. Of vergelijk het met een huidige serie als GTST: het is een heel team dat daaraan meeschrijft. Het idee van die ene briljante geest stamt uit de Romantiek en dat klopt gewoon 22