Les 14 voor 31 december 2016 "We hebben geen reden om aan Gods woord te twijfelen, omdat we de mysteries van Zijn voorzienigheid niet kunnen begrijpen. In de natuurlijke wereld zijn we voortdurend omringd door wonderen buiten ons begrip. Moeten we dan verbaasd te zijn om ook in de geestelijke wereld mysteries te vinden die we niet kunnen doorgronden? De moeilijkheid ligt uitsluitend in de zwakheid en de beperktheid van de menselijke geest. " E.G. White. (Education [=Opvoeding] pg. 170) Het mysterie van… Het onzichtbare. Het kwaad. Genade. Hoop. Jezus en Job. “Wij houden onze ogen immers niet gericht op de dingen die men ziet, maar op de dingen die men niet ziet; want de dingen die men ziet, zijn tijdelijk, maar de dingen die men niet ziet, zijn eeuwig.” (2 Corinthiërs 4:18) Het boek “Job” introduceert de realiteit van een geestelijke wereld die wij niet met onze ogen kunnen waarnemen. Wij zouden niet verbaasd moeten staan, aangezien wij door een onzichtbare wereld zijn omringd die we dagelijks gebruiken: Radiogolven, satellietcommunicatie, mobiele telefoons, Wi-Fi, de zwaartekracht ... Waarom zouden wij niet accepteren dat er “geestelijke machten van het kwaad in de hemelse gewesten” zijn? Efeziërs 6:12) Dat ongrijpbare rijk helpt ons om een nederig leven te leiden, omdat we ons bewust zijn van onze onwetendheid en accepteren dat we van Hem afhankelijk zijn Die voor ons zorgt. “De HEERE zei tegen de satan: Zie, alles wat hij heeft, is in uw hand; alleen naar hemzelf mag u uw hand niet uitsteken. En de satan ging weg van het aangezicht van de HEERE..” (Job 1:12) Job werd op sterke wijze aangevallen door de “geestelijke machten van het kwaad”. Hij leed meer dan de meesten van ons hebben geleden. Satan viel Job aan op twee verschillende manieren. Hij valt ook ons op deze wijze aan. 1. Fysiek kwaad. Rampen, ongelukken… 2. Moreel kwaad. Verzoekingen, twijfels, woorden en daden van de mensen … Het boek Job vermeldt duidelijk wie alle zonde in deze wereld teweegbrengt. De vijand is verantwoordelijk voor al het kwaad om ons heen. “Iets dergelijks heb ik al vaak gehoord, gij zijt allen jammerlijke vertroosters. (Job 16:2 NBG) Jobs vrienden kwamen om hem te troosten, maar uiteindelijk beschuldigden zij hem van een ernstige zonde. Laten we hun houding met die van Jezus vergelijken ten opzichte van 'de overspelige vrouw’ (Johannes 8: 1-11): De vrouw werd beschuldigd van een ernstige zonde. Haar zonde was, in tegenstelling tot die van Job, echt. De vrouw werd niet veroordeeld. Job werd wel veroordeeld. Wat was het verschil? Waarom werd die vrouw niet veroordeeld? Deze twee kostbare gaven die God ons gegeven heeft zijn het antwoord: vergeving en genade. Zouden wij geen vergeving en genade moeten tonen aan degenen die lijden, zonder ooit te oordelen of ze wel of niet hebben gezondigd? “Want hij verwachtte de stad die fundamenten heeft, waarvan God de Bouwer en Ontwerper is.” (Hebreeën 11:10) Job ervoer de realiteit van het kwaad op een heftige wijze. Niettemin, terwijl hij op de as van hopeloosheid zat, verklaarde hij: “Ik weet echter: mijn Verlosser leeft, en Hij zal ten laatste over het stof opstaan.” (Job 19:25) Het boek “Job” leert dat God er is, temidden van het onrecht en het verdriet van dit leven. Hij weet het en Hij heeft beloofd dat niet alles zinloos is. Het Verlossingsplan heeft Gods kinderen op hun weg begeleid vanaf Eden tot heden. We lopen "naar de stad van de levende God, het hemelse Jeruzalem." (Hebreeën 12:22) Hij was rechtvaardig Hij was rechtvaardig (1Johannes 2:1) (Job 1:1) Hij werd door Satan verzocht Hij werd door Satan verzocht (Mattheus 4:1-10) (Job 1:12) Hij werd gesmaad Hij werd gesmaad (Johannes 18:30) (Job 22:5) Hij zondigde niet toen Hij werd beproefd (Hebr. 4:15) Hij zondigde niet toen hij werd beproefd (Job 1:22) Hij werd beloond Hij werd beloond (Mt 4:11) (Job 42:10) Natuurlijk waren Jezus en Job niet hetzelfde. Toch kunnen we zien hoe Job – die een zondaar was zoals wij – de stappen van Jezus volgde en trouw bleef aan God. “En ieder die deze hoop op Hem heeft, reinigt zich, zoals Hij rein is.” (1 Johannes 3:3) "Het is de wil van God dat elke belijdende Christen het karakter naar de goddelijke gelijkenis zal perfectioneren. Door het karakter van Christus te bestuderen, zoals geopenbaard in de Bijbel, door Zijn deugden te beoefenen, zal de gelovige worden veranderd naar dezelfde gelijkenis van goedheid en genade. Christus’ werk van zelfverloochening en zelfopoffering, uitgeoefend in het dagelijks leven, zal het geloof dat door de liefde werkt en de ziel zuivert, ontwikkelen. " E.G. White (Lift Him up, 6 Juni)