30 opgaven, leerlingvel en antwoordenvel, JvdC.3.4a

advertisement
HOOFDREKENEN
Code: JC 3.4.a
22 − 5 =
24 − 2 =
36 − 3 =
68 − 7 =
40 − 9 =
99 − 9 =
27 − 5 =
70 − 7 =
21 − 9 =
44 − 8 =
80 − 2 =
98 − 8 =
69 − 9 =
29 − 4 =
72 − 8 =
33 − 7 =
50 − 4 =
41 − 5 =
91 − 8 =
63 − 9 =
59 − 5 =
33 − 9 =
35 − 8 =
69 − 6 =
92 − 5 =
55 − 7 =
74 − 2 =
37 − 6 =
18 − 8 =
83 − 7 =
Onderwerp: aftrekken van een getal van één cijfer van een getal van twee cijfers
Bestemd voor: groep 4 en hoger
Code: JC 3.4.a
HOOFDREKENEN
Antwoorden:
22 − 5 = 17
24 − 2 = 22
36 − 3 = 33
68 − 7 = 61
40 − 9 = 31
99 − 9 = 90
27 − 5 = 22
70 − 7 = 63
21 − 9 = 12
44 − 8 = 36
80 − 2 = 78
98 − 8 = 90
69 − 9 = 60
29 − 4 = 25
72 − 8 = 64
33 − 7 = 26
50 − 4 = 46
41 − 5 = 36
91 − 8 = 83
63 − 9 = 54
59 − 5 = 54
33 − 9 = 24
35 − 8 = 27
69 − 6 = 63
92 − 5 = 87
55 − 7 = 48
74 − 2 = 72
37 − 6 = 31
18 − 8 = 10
83 − 7 = 76
Didactische toelichting: Zulke sommen zijn makkelijk in gevallen als 57 − 3 = 54.
Je hoeft dan niet ‘onder een tiental door te duiken’ en kunt je alleen bezighouden met het laatste cijfer: 7 − 3 = 4, de 5 blijft staan.
Maar bij 57 − 9 = ? lukt dat niet, want 7 is kleiner dan 9. Bedenk dan dat
57 = 40 + 17 en gebruik dat 17 − 9 = 8 (dat weet je uit je hoofd), dus
57 − 9 = 40 + 17 − 9 = 40 + 8 = 48
Onderwerp: aftrekken van een getal van één cijfer van een getal van twee cijfers
Bestemd voor: groep 4 en hoger
Download