Participatie, core business voor patiënten van Lentis Van sociale contacten tot betaald werk Mensen met psychische kwetsbaarheden komen bij Lentis in zorg om hulp te krijgen bij hun herstelproces. Hierbij is het belangrijk dat de zorg aansluit bij hun individueel herstelproces en dat alle drie dimensies van herstel aan bod komen: 1. terugdringen van symptomen; 2. verbetering van functioneren (maatschappelijk); 3. herstel van identiteit (persoonlijk). De mate waarin mensen in staat zijn maatschappelijk te participeren en betekenisvolle relaties en rollen te vervullen, staat voor de meeste patiënten in het centrum van de door hen ervaren problemen. Wij weten uit onderzoek dat de kwaliteit van leven en zelfs mortaliteit sterk worden beïnvloed door de mate waarin mensen in contact zijn met andere mensen. Patiënten met ernstige psychische aandoeningen denken bij hun problemen niet zozeer aan pathologie, maar aan verlies van betekenisvolle relaties, eenzaamheid en mislukte carrières. Herstel is dus nauw verbonden met sociale inclusie en mogelijkheden om zinvolle sociale rollen in de gewone samenleving te vervullen. Om mee te kunnen doen in de samenleving is het voor patiënten van belang iets zinvols om handen te hebben oftewel activiteiten die hun zelfvertrouwen versterken en hen met andere burgers in contact brengen. Participatie heeft voor vele van onze patiënten de hoogste prioriteit en moet dus ook in ons hulpaanbod centraal staan. Werken aan stappen op de participatieladder is dus niet alleen iets voor een aparte instelling, afdeling of functionaris; het hoort voor alle medewerkers van Lentis in het centrum van hun professionele werkzaamheden te staan. Aangezien de verschillende dimensies van herstel elkaar beïnvloeden, is het van belang fragmentatie en discontinuïteit van herstelondersteunende activiteiten te voorkomen. Dit vraagt van ons continue aandacht voor interne en externe samenwerking om een geïntegreerde voor de persoon passende aanpak mogelijk te maken. Als grote werkgever en maatschappelijk verantwoorde onderneming kan Lentis daarnaast een belangrijke bijdrage leveren aan de mate van social return in de regio en aan het vergroten van de arbeidsparticipatie van mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Externe verbindingen (WMO, gemeenten, andere aanbieders): Een maatschappelijke businesscase A&R is gebaseerd op drie criteria: - Meerwaarde cliënt/patiënt - Leefbaarheid wijk/regio - Toekomstbestendige exploitatie De WMO leunt op de gedachte van (maatschappelijke) participatie. Niet alleen vanuit de overtuiging dat elke burger recht heeft op het kunnen participeren in onze samenleving en mee moet kunnen doen. Maar ook vanuit het idee dat elke burger de plicht heeft om te participeren naar vermogen. Van elke burger wordt verwacht dat hij naar vermogen bijdraagt aan de maatschappij. Maatschappelijke participatie heeft in elke levensfase een andere inhoud en wordt gestimuleerd door de eigen interesses, vaardigheden, sociale omgeving en de verwachtingen die de samenleving stelt aan iemand van een bepaalde leeftijd. Maatschappelijke participatie vraagt om een stimulerende, uitdagende en toegankelijke samenleving, maar vereist ook individuele inspanning. Het individu zal moeite moeten doen om zich toegang te verwerven en de samenleving zal zich collectief moeten inspannen om toegang te verschaffen. De participatieladder is daarin een bruikbaar (en breed toegepast) instrument als het gaat om het individuele perspectief. Van organisaties als de onze wordt verwacht dat zij bijdragen aan participatie, leefbaarheid en kostenreductie. Zorgorganisaties, welzijnspartijen, ISD en sociale werkvoorzieningen worden gevraagd samen te werken om voor elke levensfase de beschutte dagbesteding, bemiddeling en toeleiding naar betaalde arbeid, de wijkgerichte arbeid (al dan niet tegen vergoeding) in te richten en waar mogelijk te verbinden aan meerwaarde voor de samenleving. Gemeenten verwachten dat aanbieders hun diensten zodanig transformeren dat de regie steeds meer bij de cliënt komt te liggen. Hieronder is de beweging die gemeenten voor ogen hebben schematisch weergegeven. Regionaal transformatiemodel: Keten van activiteiten met aansluiting op de participatieladder: Momenteel is er een grote verscheidenheid aan manieren waarop activering wordt aangeboden. Dit varieert van interne activiteitenruimtes tot aan professioneel uitgeruste winkels en werkplaatsen. Het aanbod is even divers en varieert van 'er mogen zijn' tot aan erkende leer-/werkplekken. Voor cliënten is een diversiteit aan voorzieningen nodig om in hun herstelproces passend te worden uitgedaagd. Hiervoor is het essentieel dat er een aanbod bestaat dat bij de competenties van de individuele cliënt aansluit en tegelijkertijd rekening houdt met diens plek op de participatieladder. De samenhang van de verschillende activiteiten met de plek op de participatieladder wordt in het volgende schillenmodel beschreven: IPS Vrijwilligerswerk voor cliënten buiten Lentis Betaald werk Participatieladder De cliënt staat centraal en daarmee ook de plek waar deze verblijft. Hoe meer begeleiding hoe dichterbij de voorziening, die dan oploopt van Activiteiten Centrum, Werkproject, Werkervaringsplaats, Werk (betaald en/of vrijwillig). Om te komen tot een aanbod op maat en een effectieve matching tussen vraag en aanbod (de juiste cliënt bij de juiste voorziening) en doelen te kunnen stellen, is de participatieladder zoals gehanteerd door de gemeenten een bruikbaar instrument. Cliënten die reeds in zorg zijn of cliënten die nieuw instromen, kunnen door middel van een indeling op de participatieladder ingeschaald worden. Door samen met de cliënt doelen te stellen die aanvaardbaar, realistisch en uitvoerbaar zijn voor alle betrokken ketenpartners worden middels periodieke evaluaties resultaten van zorg en groei inzichtelijk gemaakt. Het is goed de ambitie om op een zo hoog mogelijke trede van de ladder te komen erin te houden. Tegelijkertijd zijn er mensen voor wie de hoogste kwaliteit van leven eerder op een lagere trede bereikt kan worden of bij wie het vanwege hun hogere leeftijd niet meer gaat om betaald werk maar vooral om maatschappelijke participatie en invulling geven aan het burger zijn. Lentis als organisatie (in de rol van maatschappelijk verantwoord ondernemer): Gezien het belang van participatie voor het herstelproces van patiënten is het noodzakelijk dat dit ook door alle medewerkers van Lentis als core business wordt ervaren en in alle behandel- en begeleidingsprocessen een centrale plek heeft. Dit geldt eveneens voor medewerkers die niet direct in de zorg werkzaam zijn. Als organisatie hebben wij een verantwoordelijkheid om ook zelf mogelijkheden voor participatie te creëren die aansluiten bij trede 5 en 6. Hierdoor kunnen wij meer betekenen voor cliënten die al bij ons in zorg zijn, maar ook voor bijvoorbeeld gemeenten en eventueel andere instellingen in het kader van participatie en re-integratie. Positief bijeffect zou kunnen zijn dat we op sommige plekken een stevige brug kunnen slaan tussen binnen en buiten. Ook van bedrijven met wie wij samenwerken verwachten wij bij te dragen aan social return. Hiermee wordt in de inkoop rekening gehouden. Op dit moment biedt Lentis op alle treden van de participatieladder interventies aan voor mensen met afstand tot de arbeidsmarkt vanwege psychische problemen. De vraag is en blijft wat wij hierin zelf organiseren en wat we in samenwerking met anderen vorm kunnen geven. Het inhoudelijk wenselijke moet daarbij hand in hand gaan met een duurzame financiering van het aanbod. Dit stelt ons in tijden van krappe financieringskaders voor forse uitdagingen. Daar wij niet in staat zijn om te komen tot een duurzame maatschappelijke businesscase zullen wij ter wille van de toegang en de continuïteit van de voorzieningen, activiteiten overdragen aan maatschappelijke partners en anderen ondersteunen nieuwe activiteiten op te zetten. Uitgangspunt hierin blijft dat wij er voor onze cliënten naar streven in alle regio’s in samenwerking met andere partijen een keten van activiteiten te realiseren die doorontwikkeling op de participatieladder mogelijk maakt. Directie Volwassenenpsychiatrie Lentis maart 2016