TIJDBALK HOLOCAUST EN ANNE FRANK Deze tijdbalk bevat data van belangrijke gebeurtenissen die te maken hebben met de holocaust. Deze gebeurtenissen geven volgens ons een goed inzicht in het proces dat uiteindelijk tot de genocide van Joden en Roma (Zigeuners) heeft geleid en de moord op miljoenen andere onschuldige slachtoffers als gevolg van hun geloof, etniciteit, fysieke en geestelijke gesteldheid, levensstijl of politieke overtuiging. Ook zijn gebeurtenissen gekozen die een aanzet kunnen geven voor een interessante discussie in de klas over de oorzaken van de holocaust en de rol van de internationale gemeenschap. In deze tijdbalk zijn ook gebeurtenissen rondom het leven van Anne Frank opgenomen. Deze data zijn cursief weergegeven. 1889: Adolf Hitler wordt in Braunau am Inn in Oostenrijk geboren. 1919 (20 april): Na de Eerste Wereldoorlog wordt het verdrag van Versailles ondertekend. 1921 (28 juni): Hitler richt de SA (Sturmabteilung) op. De SA-mannen worden ook wel bruinhemden of stormtroepen genoemd. De organisatie heeft als doel tegenstanders te intimideren. Leden worden gerekruteerd onder voormalige soldaten en onder gefrustreerde jongeren. 1923: Duitsland wordt getroffen door hyperinflatie. Eén Amerikaanse dollar is ongeveer 4 miljard Duitse mark waard. Enkele jaren later is één dollar nog maar 100 mark waard. 1923 (8-11 november): Hitler probeert de macht te grijpen met de zogenaamde "putsch". Hitler wordt echter gearresteerd en komt in de gevangenis terecht. In de gevangenis schrijft hij zijn autobiografie "Mein Kampf". 1925: "Mein Kampf" wordt gepubliceerd. 1926 (16 februari): Margot Frank (Anne's zus) wordt in Frankfurt am Main in Duitsland geboren. 1928: In Duitsland worden Reichstag verkiezingen (= parlementsverkiezingen) gehouden. De naziepartij krijgt weinig stemmen (2,6 %). 1929: De grote depressie slaat in de hele wereld toe. Werkloosheid verdriedubbelt in Duitsland. Meer dan 30% van de Duitse bevolking is werkloos. De naziepartij stijgt in populariteit. 1929 (12 juni): Anne Frank wordt in Frankfurt am Main in Duitsland geboren. 1930 (12 juni): De NSDAP (nazi's) van Hitler wint 18,3% van de stemmen tijdens de Reichstag verkiezingen. De NSDAP wordt daarmee de tweede grootste partij binnen de Reichstag. 1932 (juli): De NSDAP krijgt 37,2% van de stemmen tijdens de Reichstag verkiezingen. De NSDAP wordt daarmee de grootste partij. 1932 (november): Tijdens de nieuwe verkiezingen voor de Reichstag verliest de NSDAP enkele stemmen en krijgt 33,1% van de stemmen. Generaal Kurt von Schleicher wordt aangewezen als kanselier van Duitsland. Hij is echter geen partij voor Hitler. 1933 (28 januari): Kurt von Schleicher treedt af als kanselier. 1933 (30 januari): Hitler wordt door president Paul von Hindenburg als kanselier van Duitsland aangewezen. 1933 (2 februari): Hitler en de NSDAP ondernemen meteen actie. Politieke demonstraties worden verboden in Duitsland. 1933 (27 februari): De Duitse Reichstag (= parlementsgebouw) staat in brand. Hitler geeft de communisten de schuld. 1933 (28 februari): Alle honderd communistische parlementsleden van de Reichstag worden gearresteerd. 1933 (22 maart): Het eerste concentratiekamp (voor Duitse burgers) wordt opgericht in Dachau. Ook worden kampen gebouwd in Oranienburg, Esterwegen en Sachsenhage. Binnen enkele maanden worden tienduizenden mensen gearresteerd en in deze kampen ondergebracht, met name communisten, socialisten en vakbondsleiders. Aan het einde van het jaar 1933 zitten 150.000 politieke tegenstanders in concentratiekampen opgesloten. 1933 (23 maart): De Ermächtigungsgesetz (= machtigingswet) maakt een einde aan de Duitse democratie en geeft Hitler alle macht. 1933 (28 maart): De katholieke bisschoppen van Duitsland verklaren aan Hitler hun loyaliteit. 1933 (1 april): De eerste officiële boycot van joodse advocaten, doctoren en winkeliers in Duitsland wordt uitgevoerd. Enkele maanden later mogen joden niet langer meer werkzaam zijn binnen het onderwijs, journalistiek, theater, literatuur, kunst en landbouw. 1933 (11 april): Alle ambtenaren met één of meer joodse grootouders worden ontslagen. 1933 (26 april): Hermann Goering richt de Gestapo (Duitse geheime politie) op. 1933 (10 mei): "onzuivere" boeken, met name geschreven door joodse auteurs, worden verbrand in het centrum van Berlijn. 1933 (14 juli): Alle vormen van politiek verzet tegen de NSDAP wordt verboden en bij wet strafbaar gesteld. 1933 (14 juli): Bij wet wordt nageslacht van mensen met erfelijke ziekten verboden. Deze wet leidt tot sterilisaties van ouders die als "ongeschikt" worden gezien (geestelijk gehandicapten, epileptici, blinden en doven) en leidt ook tot gevallen van euthanasie. 1933 (20 juli): Duitsland en Vaticaanstad ondertekenen een verdrag. Dit verdrag geeft het nazi-regime nog meer legitimatie. 1933 (15 september): Als gevolg van de toenemende spanningen in Duitsland besluit Otto Frank het bedrijf Opekta in Amsterdam op te richten. 1933 (1 december): De naziepartij en Duitsland worden één. 1933 (5 december): Edith en Margot Frank verhuizen naar Amsterdam. 1934 (februari): Anne Frank verhuist naar Amsterdam. 1934: Anne Frank gaat naar de kleuterschool in Amsterdam. 1934 (20 april): Himmler wordt als hoofd van de Gestapo aangesteld. 1934 (30 juni): De leiders van de SA worden vermoord en de organisatie wordt overgenomen door het Duitse leger. 1934 (2 augustus): President von Hindenburg sterft en Adolf Hitler roept zichzelf uit tot Führer van Duitsland. Alle legereenheden worden gedwongen een persoonlijke eed aan Hitler af te leggen. 1935 (16 maart): De militaire dienstplicht wordt in Duitsland ingevoerd. Dit is in strijd met het verdrag van Versailles. 1935 (15 september): De Neurenberger wetten worden afgekondigd. Joden worden hun staatsburgerschap afgenomen en vergaande raciale wetten worden aangenomen. Gelijksoortige wetten worden in Polen aangenomen. Dit leidt tot aanvallen op joden door het hele land. 1935 (15 september): De Swastika wordt aan de Duitse vlag toegevoegd. 1935 (26 november): De Neurenberger wetten worden uitgebreid. Gemengde huwelijken tussen Duitsers met Roma (zigeuners) en met Afrikanen worden verboden. 1936 (7 maart): Het Duitse leger bezet het Rijnland. De Europese mogendheden reageren niet. 1936 (12 juli): De eerste Roma (zigeuners) worden gearresteerd. Zij worden naar het concentratiekamp Dachau gestuurd. 1936 (1-16 augustus): De Olympische Zomerspelen worden gehouden in Berlijn. De nazi's willen de superioriteit van het Arische ras tonen. Hoewel de Duitsers het grootste aantal gouden medailles winnen, voelt Duitsland zich vernederd, doordat de zwarte Amerikaanse atleet Jesse Owens vier gouden medailles wint. (Zie voor een tentoonstelling over de Olympische Spelen van 1936: http://www.ushmm.org/olympics/index.html) 1936 (28 augustus): Massa-arrestaties van Jehova's Getuigen. 1937 (7 september): Hitler verklaart dat het Verdrag van Versailles niet langer geldig is. 1937(25 november): Duitsland en Japan ondertekenen een militair pact. 1937: De Gestapo laat 385 zwarte Duitse kinderen steriliseren in universitaire ziekenhuizen. 1938 (21 januari): Het staatsburgerschap van joden in Roemenië wordt ontnomen. 1938 (13 maart): Duitse troepen marcheren zonder verzet Oostenrijk binnen. Oostenrijk wordt een onderdeel van Duitsland ("Anschluss"). 1938 (4 mei): De journalist, pacifist en tegenstander van Hitler Carl von Ossietsky sterft na 5 jaar in een concentratiekamp op een leeftijd van 50 jaar. In 1936 kreeg hij de Nobelprijs voor de Vrede. 1938 (6-15 juli): De conferentie van Evian vindt plaats in Evian-les-Bains in Frankrijk. Tweeëndertig landen discussiëren over of (meer) joodse vluchtelingen uit Duitsland opgenomen moeten worden. De wereld draait haar rug naar deze vluchtelingen toe. Alleen Costa Rica en de Dominicaanse Republiek besluiten meer joodse vluchtelingen op te nemen, maar alleen in ruil voor grote sommen geld (Hoewel de Dominicaanse Republiek had geaccepteerd 100.000 vluchtelingen op te nemen - voor miljoenen dollars- lieten zij uiteindelijk slechts 500 vluchtelingen toe). De weerzin van de internationale gemeenschap om joden op te nemen wordt door de nazi’s voor propaganda doeleinden gebruikt. 1938 (30 juli): De Amerikaanse industrieel Henry Ford ontvangt van het Derde Rijk een medaille. Henry Ford staat bekend om zijn nazisympathieën en antisemitische ideeën. Hij had Hitler gesteund om aan de macht te komen en had antisemitische propaganda in zijn fabrieken verspreid. Hij gaf de "joodse bankiers" de schuld van de oorlog. 1938 (8 augustus): Het eerste Oostenrijkse concentratiekamp wordt opgericht in Mauthausen. 1938 (september): Verschillende nazi tegenstanders in Duitsland, waaronder een aantal belangrijke generaals, verzinnen een plan om Hitler te overmeesteren. Zij willen Hitler in een geestelijke inrichting plaatsen. Als gevolg van een slechte organisatie mislukt het plan. 1938 (29-30 september): De conferentie van München vindt plaats. De Europese leiders worden door Hitler om de tuin geleid. Hitler belooft dat hij zal stoppen als hij Sudetenland van Tsjechië krijgt toegewezen. Sudetenland wordt enkele dagen later bezet. 1938 (5 oktober): In Duitsland wordt in alle joodse paspoorten een "J" gestempeld. Dit wordt gedaan op verzoek van de Zwitserse autoriteiten. Zij kunnen nu beter de illegale migratie van joden naar Zwitserland controleren en voorkomen. 1938 (28 oktober): De eerste deportaties van Poolse joden uit Duitsland. 1938 (7 november): De Duitse diplomaat Ernst von Rath wordt doodgeschoten in Parijs door de Poolse jood Herschel Grynszpan. 1938 (9-11 november): Kristallnacht in Duitsland en Oostenrijk. Joden worden in het gehele Duitse rijk aangevallen. Duizenden winkels van joodse eigenaars en synagogen worden vernield of in brand gestoken. Ongeveer 30.000 joodse mannen en jongens worden opgepakt en afgevoerd naar de concentratiekampen Buchenwald, Dachau en Sachsenhausen. Ook in Bratislava (Slowakije) vindt op 11 november een joodse pogrom plaats. (Zie voor een tentoonstelling over de Kristallnacht: http://www.ushmm.org/kristallnacht/frame.htm) 1938 (15 november): In Duitsland wordt voor alle joodse kinderen de toegang tot openbare scholen ontzegd. De Verenigde Staten haalt haar ambassadeur uit Duitsland terug. 1938 (6 december): Frankrijk en Duitsland ondertekenen een non-agressiepact. 1938: Ongeveer 10.000 kinderen (niet begeleid) krijgen toestemming om met zogenaamde "Kindertransporten" naar Groot-Brittannië te gaan. De meeste kinderen zullen nooit meer hun ouders terug zien. 1939 (30 januari): Tijdens een speech dreigt Hitler het “joodse ras” uit te moorden. 1939 (9 februari): In Italië worden anti-joodse wetten aangenomen. 1939 (15 maart): Het Duitse leger valt Tsjecho-Slowakije binnen. De internationale gemeenschap reageert niet. 1939 (21 maart): Het Duitse leger valt Memel (Litouwen) binnen. De joodse bevolking is gedwongen te vluchten. Niemand reageert. 1939 (1 april): Generaal Franco en zijn fascisten zijn de winnaars van de Spaanse burgeroorlog. 1939 (18 april): Anti-joodse wetten worden in Slowakije aangenomen. 1939 (15 mei): Het Duitse schip St. Louis verlaat de haven van Hamburg met 900 joodse vluchtelingen aan boord met als bestemming Cuba. Hoewel de passagiers goede papieren hebben, krijgen slechts een handvol vluchtelingen toestemming het schip in Cuba te verlaten. De overgebleven passagiers varen verder langs de kust van de Verenigde Staten in de hoop dat de Verenigde Staten de vluchtelingen wil accepteren. De media volgt de gebeurtenissen op de voet. De regering van de Verenigde Staten weigert echter de vluchtelingen op te vangen en het schip keert terug naar Europa. België, Nederland, Frankrijk en Engeland besluiten uiteindelijk de radeloze vluchtelingen op te nemen. De meeste passagiers vinden alsnog de dood wanneer de nazi's grote delen van Europa bezetten. (Zie voor een tentoonstelling over de St. Louis: http://www.ushmm.org/stlouis/search/index.htm#) 1939 (mei): In Hongarije worden anti-joodse wetten aangenomen. 1939 (22 augustus): Hitler geeft een speech aan zijn generaals over het creëren van Lebensraum (levensruimte) voor het Duitse volk door de Poolse bevolking te liquideren. 1939 (23 augustus): Het Hitler-Stalin Pact (ook wel het Ribbentrop-Molotov Pact genoemd) wordt ondertekend. De Sovjetunie en Duitsland verdelen Polen onder elkaar. 1939 (1 september): Duitsland valt Polen binnen en de Tweede Wereldoorlog is een feit. Poolse joden worden gedwongen een ster te dragen. De sterren hebben in het begin verschillende kleuren (bijvoorbeeld blauw), maar in de loop der tijd wordt geel de gangbare kleur. Onmiddellijk na de aanval van de Duitse troepen op Polen beginnen SS Einsatzgroepen (mobiele moordbrigades) met het moorden van Poolse joden en katholieke intellectuelen. Op 3 september verklaren Groot-Brittannië en Frankrijk de oorlog aan Duitsland. 1939 (28 september): Polen geeft zich over aan de binnenvallende troepen. Polen wordt verdeeld tussen Duitsland en de Sovjetunie. 1939 (oktober): Hitler geeft bevel voor een “euthanasie campagne”. De SS begint op grote schaal zogenaamde “geestelijk gestoorden” in Polen te vermoorden. Tussen 1939 en 1941 worden meer dan 70.000 “gehandicapte” mensen vermoord door injectie met een dodelijke stof of vergassing. Hoewel de campagne officieel stopt in 1941, gaat het doden van gehandicapten ook na deze datum door, maar minder openlijk. Tegen het einde van de oorlog zijn tussen de 200.000 en 250.000 gehandicapten vermoord. De meeste moorden vonden in Duitsland plaats. De euthanasiecampagne heeft als model gediend voor latere massamoorden van de nazi’s. 1939 (8 november): Duitse generaals verzinnen een plan om Hitler in de buurt van München te vermoorden. De poging slaagt bijna. 1939 (29 november): SS hoofd Himmler roept de doodstraf uit voor alle joden die zich niet melden voor deportatie. 1940 (12-13 februari): De eerste deportaties van joden vanuit Duitsland vinden plaats. Ongeveer tegelijkertijd worden ook de eerste Roma uit Duitsland gedeporteerd. 1940 (1 april): Duizenden joden (hoofdzakelijk uit Oostenrijk) ontsnappen naar Shanghai in China. Een bepaald gedeelte van Shanghai krijgt zelfs de naam “Klein Wenen”. 1940 (9 april): Duitsland valt Denemarken binnen. Kort daarop worden ook Nederland, België Luxemburg en Frankrijk door de Duitse oorlogsmachine binnen gevallen. Nadat de Duitsers deze landen bezetten nemen zij stap voor stap de rechten van joodse burgers af. 1940 (27 april): Himmler geeft Rudolf Höss het bevel om de Poolse legerbarakken in Auschwitz te verbouwen tot een vernietigingskamp. De eerste slachtoffers arriveren in juni. Zij komen voornamelijk uit Polen. Veel van de eerste kampgevangenen zijn leraren, priesters en niet-joodse Polen. Snel worden ook andere vernietigingskampen in Polen (Chelmno, Belzec, Treblinka, Sobibor en Madjanek) opgericht, zodat het moorden op grote schaal kan beginnen. 1940 (10 juni): Italië sluit zich aan bij Duitsland. 1940 (10 augustus): In Roemenië breken in het hele land bloedige opstanden tegen joden uit en de regering besluit een anti-joodse wetgeving in te voeren. 1940 (1 september): De Japanse consul Chiune Sugihara wordt gedwongen de plaats Kovno in Litouwen te verlaten. Hij heeft meer dan 3500 visa’s aan joden uitgegeven tegen de instructies van zijn regering in. Hij ging door met het ondertekenen van documenten, terwijl zijn trein aan het vertrekken was. (Zie voor een tentoonstelling over deze consul: http://motlc.wiesenthal.com/exhibits/index.html) 1940 (27 september): De Berlijn – Rome – Tokyo as wordt gevormd. Roemenië en Slowakije zullen zich hierbij aansluiten. 1940 (3 oktober): De Vichy regering in Frankrijk collaboreert met de nazi’s en voert anti-joodse wetten in. Deze wetten lijken op de Duitse Neurenberger wetten. 1940 (12 oktober): Alle joden in Warschau zijn verplicht naar het getto van de stad te verhuizen. Op 15 –16 november wordt het getto van de rest van de stad afgesloten. 1940 (december): Otto Frank verhuist zijn Opteka specerijenhandel naar de Prinsengracht 263. 1941 (winter/ lente): Meer dan 400.000 joden zitten opgepakt in het getto van Warschau. De ondergrondse verzetsbeweging groeit. Duizenden sterven van de honger. 1941 (22 juni): De nazi’s vallen de Sovjetunie binnen. Deze inval krijgt de naam “Operatie Barbarossa”. Einsatzgruppen beginnen snel met het op grote schaal vermoorden van Russische joden, Roma en communistische leiders. 1941 (september 3): De eerste experimentele vergassingen vinden in Auschwitz plaats op 600 Russische krijgsgevangenen en 300 joden. 1941 (19 september): Duitse joden worden verplicht een gele ster te dragen. 1941 (29 – 30 september): Een van de ergste massamoorden van de Tweede Wereldoorlog vindt in Babi Yar (Oekraïne) plaats. In twee dagen tijd worden meer dan 30.000 joden uit Kiev vermoord. Veel kinderen bevinden zich onder de doden. Met deze massamoord namen de Duitsers wraak op een aanslag op 1000 Duitse soldaten door Sovjet troepen. 1941: Anne Frank en haar zus Margo gaan naar de Joods Lyceum in Amsterdam. De maatregelen tegen joden worden steeds strenger. 1942 (20 januari): Tijdens de Wannsee conferentie, gehouden in de buitenwijk Wannsee van Berlijn, besluiten de nazi’s de overgebleven elf miljoen joden van Europa te vermoorden. Dit wordt de Endlösung (Eindoplossing) genoemd. Deze bijeenkomst duurt slechts 90 minuten. 1942 (29 april): De familie Frank moet, zoals de rest van de joden in Nederland, een gele ster gaan dragen. 1942 (12 juni): Anne krijgt voor haar verjaardag een dagboek. In haar dagboek schrijft zij aan “Kitty”. Zij zal de twee jaar daarna de gebeurtenissen om haar heen, haar gedachtes en haar gevoelens in haar dagboek opschrijven. 1942 (5 juli): Margot, Anne’s zus, krijgt een oproepbericht (zij moet zich melden bij de nazi’s). De familie Frank besluit onder te duiken in het Achterhuis op de prinsengracht 263. 1942 (13 juli): De familie Pels duikt bij de familie Frank onder. 1942 (16 november):Meneer Pfeffer voegt zich bij de onderduikers van het Achterhuis toe. 1943 (19 april – 16 mei): Het getto van Warschau komt in opstand. Nog 40.000 inwoners zijn in het getto overgebleven. Ongeveer 700 komen in opstand tegen het Duitse leger. De gevechten houden bijna een maand aan, maar aan het einde worden alle inwoners vermoord. (Zie voor een overzicht over het getto van Warschau: http://motlc.wiesenthal.org/exhibits/dignitydefiance) 1943 (14 oktober): De gevangenen van het vernietigingskamp Sobibor komen in opstand. Driehonderd gevangenen weten te ontsnappen. 1943 (16 oktober): De staatssecretaris Maglione van Vaticaanstad doet de uitspraak dat het Vaticaan de Duitse politiek ten opzichte van de joden in Italië niet veroordeelt. 1944 (10 april): Twee Slowaakse joden die ontsnapt zijn uit Auschwitz geven gedetailleerde informatie over de massamoorden uit dit vernietigingskamp. Dit nieuws bereikt “de vrije wereld” in juni. 1944 (6 juni): D-day in Europa. De geallieerde troepen landen in Frankrijk en beginnen aan de bevrijding van Europa. 1944 (9 juli): De Zweedse diplomaat Raoul Wallenberg arriveert in Boedapest. Op 19 maart 1944 is Hitler Hongarije binnengevallen en zijn de joden in Hongarije niet meer veilig. Onder leiding van Wallenberg worden Zweedse documenten uitgegeven die joden tegen deportatie beschermen. Hij redt uiteindelijk tienduizenden joden van hun dood. 1944 (20 juli): Opnieuw mislukt een aanslag op Hitler. 1944: Anne Frank schrijft voor de laatste keer in haar dagboek. 1944 (1 augustus): De onderduikers van het Achterhuis worden door de Grüne Polizei gearresteerd. 1944 (4 augustus): Miep Gies vindt Anne’s dagboek en verstopt het in een la om het na de oorlog aan Anne terug te geven. 1944 (5 augustus): Miep Gies probeert de onderduikers van het Achterhuis vrij te krijgen door de nazi’s om te kopen. Zij slaagt hier echter niet in. 1944 (8 augustus): De onderduikers uit het Achterhuis komen aan in het doorgangskamp Westerbork. 1944 (9 augustus): De Amerikaanse staatssecretaris van Defensie krijgt van de Tsjechische regering in ballingschap het verzoek om de spoorwegen die naar Auschwitz leiden, te bombarderen. Dit verzoek wordt afgewezen (dit is meerdere malen gebeurd), omdat men in de strijd tegen Duitsland het bombarderen van Auschwitz niet belangrijk genoeg vindt. 1944 (3 september): De onderduikers van het Achterhuis worden op transport gezet naar het vernietigingskamp Auschwitz. Dit is de laatste trein die vanuit Westerbork naar Auschwitz vertrekt. 1944 (ong. 6 september): Meneer Pels sterft in Auschwitz. 1944 (6/7 oktober): Gevangenen in Auschwitz vallen de bewakers aan en blazen één van de vier crematoria op met gesmokkelde explosieven. 1944 (november): Anne, Margot en Mevrouw Pels worden naar Bergen-Belsen gebracht. 1944 (ong. 20 december): Meneer Pfeffer sterft in het concentratiekamp Neuengamme. 1945 (ong. 6 januari): Mevrouw Frank sterft van uitputting in Auschwitz. 1945 (27 januari): Auschwitz wordt bevrijd. 1945 (27 januari): Meneer Frank wordt door het Russische leger bevrijd uit Auschwitz. Later blijkt dat hij de enige overlevende is van het Achterhuis. Na Auschwitz worden de vele andere kampen bevrijd. Duizenden sterven na de bevrijding alsnog aan ziekte en ondervoeding. Voor hen komt de bevrijding te laat. 1945 (maart): Anne en Margot Frank sterven in Bergen Belsen aan tyfus en uitputting enkele dagen na elkaar. Zij sterven een maand voordat het kamp bevrijd wordt door de Britten op 15 april. 1945 (29 april): Japanse Amerikanen bevrijden het concentratiekamp Dachau. Terwijl deze Japans-Amerikaanse soldaten het kamp bevrijden worden vele van hun familieleden in de Verenigde Staten in interneringskampen gevangen gehouden. 1945 (30 april): Adolf Hitler pleegt zelfmoord in Berlijn. 1945 (ong. 5 mei): Mevrouw Pels sterft in Theresienstadt en Peter Pels in Mauthausen. 1945 (7 mei): Nazi Duitsland geeft zich over. 1945 (juni/ juli): Otto Frank keert terug naar Amsterdam en wacht op antwoord over het lot van zijn dochters. Hij hoort dat zij zijn gestorven en Miep Gies geeft hem Anne’s dagboek. 1945 – 1946: De Neurenberger rechtszaken vinden plaats in Neurenberg in Duitsland. De nazi oorlogsmisdadigers worden daar terechtgesteld. De volgende aanklachten worden de verdachten ten lasten gelegd: 1) misdaden tegen de vrede; 2) oorlogsmisdaden; 3) misdaden tegen de mensheid; 4) medewerking aan een van de hiervoor genoemde misdaden. Twaalf nazi’s worden geëxecuteerd voor hun misdaden. In december 1946 worden de doctoren van nazi Duitsland terecht gesteld in de Verenigde Staten. (Zie voor een overzicht: http://www.ushmm.org/research/doctors/index.html) 1947: Anne Frank’s dagboek (verkorte versie) wordt voor de eerste keer gepubliceerd. 1948 (10 december): De Universele Verklaring van de Rechten van de Mens wordt ondertekend. 1960 (mei): Het Achterhuis wordt geopend als museum om begrip te promoten en intolerantie te bestrijden. 1980 (20 augustus): Otto Frank sterft in Basel in Zwitserland op een leeftijd van 91 jaar.