Tijdbalk van het leven van Anne Frank en de holocaust

advertisement
TIJDBALK HOLOCAUST EN ANNE FRANK
Deze tijdbalk bevat data van belangrijke gebeurtenissen die te maken hebben met de
holocaust. Deze gebeurtenissen geven volgens ons een goed inzicht in het proces
dat uiteindelijk tot de genocide van Joden en Roma (Zigeuners) heeft geleid en de
moord op miljoenen andere onschuldige slachtoffers als gevolg van hun geloof,
etniciteit, fysieke en geestelijke gesteldheid, levensstijl of politieke overtuiging. Ook
zijn gebeurtenissen gekozen die een aanzet kunnen geven voor een interessante
discussie in de klas over de oorzaken van de holocaust en de rol van de
internationale gemeenschap.
In deze tijdbalk zijn ook gebeurtenissen rondom het leven van Anne Frank
opgenomen. Deze data zijn cursief weergegeven.
1889:
Adolf Hitler wordt in Braunau am Inn in Oostenrijk geboren.
1919 (20 april):
Na de Eerste Wereldoorlog wordt het verdrag van Versailles
ondertekend.
1921 (28 juni):
Hitler richt de SA (Sturmabteilung) op. De SA-mannen worden
ook wel bruinhemden of stormtroepen genoemd. De organisatie
heeft als doel tegenstanders te intimideren. Leden worden
gerekruteerd onder voormalige soldaten en onder gefrustreerde
jongeren.
1923:
Duitsland wordt getroffen door hyperinflatie. Eén Amerikaanse
dollar is ongeveer 4 miljard Duitse mark waard. Enkele jaren later
is één dollar nog maar 100 mark waard.
1923 (8-11 november): Hitler probeert de macht te grijpen met de zogenaamde
"putsch". Hitler wordt echter gearresteerd en komt in de
gevangenis terecht. In de gevangenis schrijft hij zijn autobiografie
"Mein Kampf".
1925:
"Mein Kampf" wordt gepubliceerd.
1926 (16 februari): Margot Frank (Anne's zus) wordt in Frankfurt am Main in
Duitsland geboren.
1928:
In Duitsland worden Reichstag verkiezingen (=
parlementsverkiezingen) gehouden. De naziepartij krijgt weinig
stemmen (2,6 %).
1929:
De grote depressie slaat in de hele wereld toe. Werkloosheid
verdriedubbelt in Duitsland. Meer dan 30% van de Duitse
bevolking is werkloos. De naziepartij stijgt in populariteit.
1929 (12 juni):
Anne Frank wordt in Frankfurt am Main in Duitsland geboren.
1930 (12 juni):
De NSDAP (nazi's) van Hitler wint 18,3% van de stemmen
tijdens de Reichstag verkiezingen. De NSDAP wordt daarmee de
tweede grootste partij binnen de Reichstag.
1932 (juli):
De NSDAP krijgt 37,2% van de stemmen tijdens de Reichstag
verkiezingen. De NSDAP wordt daarmee de grootste partij.
1932 (november): Tijdens de nieuwe verkiezingen voor de Reichstag verliest de
NSDAP enkele stemmen en krijgt 33,1% van de stemmen.
Generaal Kurt von Schleicher wordt aangewezen als kanselier
van Duitsland. Hij is echter geen partij voor Hitler.
1933 (28 januari):
Kurt von Schleicher treedt af als kanselier.
1933 (30 januari):
Hitler wordt door president Paul von Hindenburg als kanselier
van Duitsland aangewezen.
1933 (2 februari):
Hitler en de NSDAP ondernemen meteen actie. Politieke
demonstraties worden verboden in Duitsland.
1933 (27 februari): De Duitse Reichstag (= parlementsgebouw) staat in brand. Hitler
geeft de communisten de schuld.
1933 (28 februari): Alle honderd communistische parlementsleden van de Reichstag
worden gearresteerd.
1933 (22 maart):
Het eerste concentratiekamp (voor Duitse burgers) wordt
opgericht in Dachau. Ook worden kampen gebouwd in
Oranienburg, Esterwegen en Sachsenhage. Binnen enkele
maanden worden tienduizenden mensen gearresteerd en in deze
kampen ondergebracht, met name communisten, socialisten en
vakbondsleiders. Aan het einde van het jaar 1933 zitten 150.000
politieke tegenstanders in concentratiekampen opgesloten.
1933 (23 maart):
De Ermächtigungsgesetz (= machtigingswet) maakt een einde
aan de Duitse democratie en geeft Hitler alle macht.
1933 (28 maart):
De katholieke bisschoppen van Duitsland verklaren aan Hitler
hun loyaliteit.
1933 (1 april):
De eerste officiële boycot van joodse advocaten, doctoren en
winkeliers in Duitsland wordt uitgevoerd. Enkele maanden later
mogen joden niet langer meer werkzaam zijn binnen het
onderwijs, journalistiek, theater, literatuur, kunst en landbouw.
1933 (11 april):
Alle ambtenaren met één of meer joodse grootouders worden
ontslagen.
1933 (26 april):
Hermann Goering richt de Gestapo (Duitse geheime politie) op.
1933 (10 mei):
"onzuivere" boeken, met name geschreven door joodse auteurs,
worden verbrand in het centrum van Berlijn.
1933 (14 juli):
Alle vormen van politiek verzet tegen de NSDAP wordt verboden
en bij wet strafbaar gesteld.
1933 (14 juli):
Bij wet wordt nageslacht van mensen met erfelijke ziekten
verboden. Deze wet leidt tot sterilisaties van ouders die als
"ongeschikt" worden gezien (geestelijk gehandicapten, epileptici,
blinden en doven) en leidt ook tot gevallen van euthanasie.
1933 (20 juli):
Duitsland en Vaticaanstad ondertekenen een verdrag. Dit
verdrag geeft het nazi-regime nog meer legitimatie.
1933 (15 september): Als gevolg van de toenemende spanningen in Duitsland besluit
Otto Frank het bedrijf Opekta in Amsterdam op te richten.
1933 (1 december): De naziepartij en Duitsland worden één.
1933 (5 december): Edith en Margot Frank verhuizen naar Amsterdam.
1934 (februari):
Anne Frank verhuist naar Amsterdam.
1934:
Anne Frank gaat naar de kleuterschool in Amsterdam.
1934 (20 april):
Himmler wordt als hoofd van de Gestapo aangesteld.
1934 (30 juni):
De leiders van de SA worden vermoord en de organisatie wordt
overgenomen door het Duitse leger.
1934 (2 augustus): President von Hindenburg sterft en Adolf Hitler roept zichzelf uit
tot Führer van Duitsland. Alle legereenheden worden gedwongen
een persoonlijke eed aan Hitler af te leggen.
1935 (16 maart):
De militaire dienstplicht wordt in Duitsland ingevoerd. Dit is in
strijd met het verdrag van Versailles.
1935 (15 september): De Neurenberger wetten worden afgekondigd. Joden worden
hun staatsburgerschap afgenomen en vergaande raciale wetten
worden aangenomen. Gelijksoortige wetten worden in Polen
aangenomen. Dit leidt tot aanvallen op joden door het hele land.
1935 (15 september): De Swastika wordt aan de Duitse vlag toegevoegd.
1935 (26 november): De Neurenberger wetten worden uitgebreid. Gemengde
huwelijken tussen Duitsers met Roma (zigeuners) en met
Afrikanen worden verboden.
1936 (7 maart):
Het Duitse leger bezet het Rijnland. De Europese mogendheden
reageren niet.
1936 (12 juli):
De eerste Roma (zigeuners) worden gearresteerd. Zij worden
naar het concentratiekamp Dachau gestuurd.
1936 (1-16 augustus): De Olympische Zomerspelen worden gehouden in Berlijn. De
nazi's willen de superioriteit van het Arische ras tonen. Hoewel
de Duitsers het grootste aantal gouden medailles winnen, voelt
Duitsland zich vernederd, doordat de zwarte Amerikaanse atleet
Jesse Owens vier gouden medailles wint. (Zie voor een
tentoonstelling over de Olympische Spelen van 1936:
http://www.ushmm.org/olympics/index.html)
1936 (28 augustus): Massa-arrestaties van Jehova's Getuigen.
1937 (7 september): Hitler verklaart dat het Verdrag van Versailles niet langer geldig
is.
1937(25 november): Duitsland en Japan ondertekenen een militair pact.
1937:
De Gestapo laat 385 zwarte Duitse kinderen steriliseren in
universitaire ziekenhuizen.
1938 (21 januari):
Het staatsburgerschap van joden in Roemenië wordt ontnomen.
1938 (13 maart):
Duitse troepen marcheren zonder verzet Oostenrijk binnen.
Oostenrijk wordt een onderdeel van Duitsland ("Anschluss").
1938 (4 mei):
De journalist, pacifist en tegenstander van Hitler Carl von
Ossietsky sterft na 5 jaar in een concentratiekamp op een leeftijd
van 50 jaar. In 1936 kreeg hij de Nobelprijs voor de Vrede.
1938 (6-15 juli):
De conferentie van Evian vindt plaats in Evian-les-Bains in
Frankrijk. Tweeëndertig landen discussiëren over of (meer)
joodse vluchtelingen uit Duitsland opgenomen moeten worden.
De wereld draait haar rug naar deze vluchtelingen toe. Alleen
Costa Rica en de Dominicaanse Republiek besluiten meer
joodse vluchtelingen op te nemen, maar alleen in ruil voor grote
sommen geld (Hoewel de Dominicaanse Republiek had
geaccepteerd 100.000 vluchtelingen op te nemen - voor
miljoenen dollars- lieten zij uiteindelijk slechts 500 vluchtelingen
toe). De weerzin van de internationale gemeenschap om joden
op te nemen wordt door de nazi’s voor propaganda doeleinden
gebruikt.
1938 (30 juli):
De Amerikaanse industrieel Henry Ford ontvangt van het Derde
Rijk een medaille. Henry Ford staat bekend om zijn nazisympathieën en antisemitische ideeën. Hij had Hitler gesteund
om aan de macht te komen en had antisemitische propaganda in
zijn fabrieken verspreid. Hij gaf de "joodse bankiers" de schuld
van de oorlog.
1938 (8 augustus): Het eerste Oostenrijkse concentratiekamp wordt opgericht in
Mauthausen.
1938 (september): Verschillende nazi tegenstanders in Duitsland, waaronder een
aantal belangrijke generaals, verzinnen een plan om Hitler te
overmeesteren. Zij willen Hitler in een geestelijke inrichting
plaatsen. Als gevolg van een slechte organisatie mislukt het plan.
1938 (29-30 september): De conferentie van München vindt plaats. De Europese
leiders worden door Hitler om de tuin geleid. Hitler belooft dat hij
zal stoppen als hij Sudetenland van Tsjechië krijgt toegewezen.
Sudetenland wordt enkele dagen later bezet.
1938 (5 oktober):
In Duitsland wordt in alle joodse paspoorten een "J" gestempeld.
Dit wordt gedaan op verzoek van de Zwitserse autoriteiten. Zij
kunnen nu beter de illegale migratie van joden naar Zwitserland
controleren en voorkomen.
1938 (28 oktober): De eerste deportaties van Poolse joden uit Duitsland.
1938 (7 november): De Duitse diplomaat Ernst von Rath wordt doodgeschoten in
Parijs door de Poolse jood Herschel Grynszpan.
1938 (9-11 november): Kristallnacht in Duitsland en Oostenrijk. Joden worden in het
gehele Duitse rijk aangevallen. Duizenden winkels van joodse
eigenaars en synagogen worden vernield of in brand gestoken.
Ongeveer 30.000 joodse mannen en jongens worden opgepakt
en afgevoerd naar de concentratiekampen Buchenwald, Dachau
en Sachsenhausen. Ook in Bratislava (Slowakije) vindt op 11
november een joodse pogrom plaats. (Zie voor een
tentoonstelling over de Kristallnacht:
http://www.ushmm.org/kristallnacht/frame.htm)
1938 (15 november): In Duitsland wordt voor alle joodse kinderen de toegang tot
openbare scholen ontzegd. De Verenigde Staten haalt haar
ambassadeur uit Duitsland terug.
1938 (6 december): Frankrijk en Duitsland ondertekenen een non-agressiepact.
1938:
Ongeveer 10.000 kinderen (niet begeleid) krijgen toestemming
om met zogenaamde "Kindertransporten" naar Groot-Brittannië
te gaan. De meeste kinderen zullen nooit meer hun ouders terug
zien.
1939 (30 januari):
Tijdens een speech dreigt Hitler het “joodse ras” uit te moorden.
1939 (9 februari):
In Italië worden anti-joodse wetten aangenomen.
1939 (15 maart):
Het Duitse leger valt Tsjecho-Slowakije binnen. De internationale
gemeenschap reageert niet.
1939 (21 maart):
Het Duitse leger valt Memel (Litouwen) binnen. De joodse
bevolking is gedwongen te vluchten. Niemand reageert.
1939 (1 april):
Generaal Franco en zijn fascisten zijn de winnaars van de
Spaanse burgeroorlog.
1939 (18 april):
Anti-joodse wetten worden in Slowakije aangenomen.
1939 (15 mei):
Het Duitse schip St. Louis verlaat de haven van Hamburg met
900 joodse vluchtelingen aan boord met als bestemming Cuba.
Hoewel de passagiers goede papieren hebben, krijgen slechts
een handvol vluchtelingen toestemming het schip in Cuba te
verlaten. De overgebleven passagiers varen verder langs de kust
van de Verenigde Staten in de hoop dat de Verenigde Staten de
vluchtelingen wil accepteren. De media volgt de gebeurtenissen
op de voet. De regering van de Verenigde Staten weigert echter
de vluchtelingen op te vangen en het schip keert terug naar
Europa. België, Nederland, Frankrijk en Engeland besluiten
uiteindelijk de radeloze vluchtelingen op te nemen. De meeste
passagiers vinden alsnog de dood wanneer de nazi's grote delen
van Europa bezetten. (Zie voor een tentoonstelling over de St.
Louis: http://www.ushmm.org/stlouis/search/index.htm#)
1939 (mei):
In Hongarije worden anti-joodse wetten aangenomen.
1939 (22 augustus): Hitler geeft een speech aan zijn generaals over het creëren van
Lebensraum (levensruimte) voor het Duitse volk door de Poolse
bevolking te liquideren.
1939 (23 augustus): Het Hitler-Stalin Pact (ook wel het Ribbentrop-Molotov Pact
genoemd) wordt ondertekend. De Sovjetunie en Duitsland
verdelen Polen onder elkaar.
1939 (1 september): Duitsland valt Polen binnen en de Tweede Wereldoorlog is een
feit. Poolse joden worden gedwongen een ster te dragen. De
sterren hebben in het begin verschillende kleuren (bijvoorbeeld
blauw), maar in de loop der tijd wordt geel de gangbare kleur.
Onmiddellijk na de aanval van de Duitse troepen op Polen
beginnen SS Einsatzgroepen (mobiele moordbrigades) met het
moorden van Poolse joden en katholieke intellectuelen. Op 3
september verklaren Groot-Brittannië en Frankrijk de oorlog aan
Duitsland.
1939 (28 september): Polen geeft zich over aan de binnenvallende troepen. Polen
wordt verdeeld tussen Duitsland en de Sovjetunie.
1939 (oktober):
Hitler geeft bevel voor een “euthanasie campagne”. De SS begint
op grote schaal zogenaamde “geestelijk gestoorden” in Polen te
vermoorden. Tussen 1939 en 1941 worden meer dan 70.000
“gehandicapte” mensen vermoord door injectie met een dodelijke
stof of vergassing. Hoewel de campagne officieel stopt in 1941,
gaat het doden van gehandicapten ook na deze datum door,
maar minder openlijk. Tegen het einde van de oorlog zijn tussen
de 200.000 en 250.000 gehandicapten vermoord. De meeste
moorden vonden in Duitsland plaats. De euthanasiecampagne
heeft als model gediend voor latere massamoorden van de
nazi’s.
1939 (8 november): Duitse generaals verzinnen een plan om Hitler in de buurt van
München te vermoorden. De poging slaagt bijna.
1939 (29 november): SS hoofd Himmler roept de doodstraf uit voor alle joden die
zich niet melden voor deportatie.
1940 (12-13 februari): De eerste deportaties van joden vanuit Duitsland vinden
plaats. Ongeveer tegelijkertijd worden ook de eerste Roma uit
Duitsland gedeporteerd.
1940 (1 april):
Duizenden joden (hoofdzakelijk uit Oostenrijk) ontsnappen naar
Shanghai in China. Een bepaald gedeelte van Shanghai krijgt
zelfs de naam “Klein Wenen”.
1940 (9 april):
Duitsland valt Denemarken binnen. Kort daarop worden ook
Nederland, België Luxemburg en Frankrijk door de Duitse
oorlogsmachine binnen gevallen. Nadat de Duitsers deze landen
bezetten nemen zij stap voor stap de rechten van joodse burgers
af.
1940 (27 april):
Himmler geeft Rudolf Höss het bevel om de Poolse
legerbarakken in Auschwitz te verbouwen tot een
vernietigingskamp. De eerste slachtoffers arriveren in juni. Zij
komen voornamelijk uit Polen. Veel van de eerste
kampgevangenen zijn leraren, priesters en niet-joodse Polen.
Snel worden ook andere vernietigingskampen in Polen
(Chelmno, Belzec, Treblinka, Sobibor en Madjanek) opgericht,
zodat het moorden op grote schaal kan beginnen.
1940 (10 juni):
Italië sluit zich aan bij Duitsland.
1940 (10 augustus): In Roemenië breken in het hele land bloedige opstanden tegen
joden uit en de regering besluit een anti-joodse wetgeving in te
voeren.
1940 (1 september): De Japanse consul Chiune Sugihara wordt gedwongen de
plaats Kovno in Litouwen te verlaten. Hij heeft meer dan 3500
visa’s aan joden uitgegeven tegen de instructies van zijn regering
in. Hij ging door met het ondertekenen van documenten, terwijl
zijn trein aan het vertrekken was. (Zie voor een tentoonstelling
over deze consul:
http://motlc.wiesenthal.com/exhibits/index.html)
1940 (27 september): De Berlijn – Rome – Tokyo as wordt gevormd. Roemenië en
Slowakije zullen zich hierbij aansluiten.
1940 (3 oktober):
De Vichy regering in Frankrijk collaboreert met de nazi’s en voert
anti-joodse wetten in. Deze wetten lijken op de Duitse
Neurenberger wetten.
1940 (12 oktober): Alle joden in Warschau zijn verplicht naar het getto van de stad
te verhuizen. Op 15 –16 november wordt het getto van de rest
van de stad afgesloten.
1940 (december): Otto Frank verhuist zijn Opteka specerijenhandel naar de
Prinsengracht 263.
1941 (winter/ lente): Meer dan 400.000 joden zitten opgepakt in het getto van
Warschau. De ondergrondse verzetsbeweging groeit. Duizenden
sterven van de honger.
1941 (22 juni):
De nazi’s vallen de Sovjetunie binnen. Deze inval krijgt de naam
“Operatie Barbarossa”. Einsatzgruppen beginnen snel met het op
grote schaal vermoorden van Russische joden, Roma en
communistische leiders.
1941 (september 3): De eerste experimentele vergassingen vinden in Auschwitz
plaats op 600 Russische krijgsgevangenen en 300 joden.
1941 (19 september): Duitse joden worden verplicht een gele ster te dragen.
1941 (29 – 30 september): Een van de ergste massamoorden van de Tweede
Wereldoorlog vindt in Babi Yar (Oekraïne) plaats. In twee dagen
tijd worden meer dan 30.000 joden uit Kiev vermoord. Veel
kinderen bevinden zich onder de doden. Met deze massamoord
namen de Duitsers wraak op een aanslag op 1000 Duitse
soldaten door Sovjet troepen.
1941:
Anne Frank en haar zus Margo gaan naar de Joods Lyceum in
Amsterdam. De maatregelen tegen joden worden steeds
strenger.
1942 (20 januari):
Tijdens de Wannsee conferentie, gehouden in de buitenwijk
Wannsee van Berlijn, besluiten de nazi’s de overgebleven elf
miljoen joden van Europa te vermoorden. Dit wordt de Endlösung
(Eindoplossing) genoemd. Deze bijeenkomst duurt slechts 90
minuten.
1942 (29 april):
De familie Frank moet, zoals de rest van de joden in Nederland,
een gele ster gaan dragen.
1942 (12 juni):
Anne krijgt voor haar verjaardag een dagboek. In haar dagboek
schrijft zij aan “Kitty”. Zij zal de twee jaar daarna de
gebeurtenissen om haar heen, haar gedachtes en haar
gevoelens in haar dagboek opschrijven.
1942 (5 juli):
Margot, Anne’s zus, krijgt een oproepbericht (zij moet zich
melden bij de nazi’s). De familie Frank besluit onder te duiken in
het Achterhuis op de prinsengracht 263.
1942 (13 juli):
De familie Pels duikt bij de familie Frank onder.
1942 (16 november):Meneer Pfeffer voegt zich bij de onderduikers van het
Achterhuis toe.
1943 (19 april – 16 mei): Het getto van Warschau komt in opstand. Nog 40.000
inwoners zijn in het getto overgebleven. Ongeveer 700 komen in
opstand tegen het Duitse leger. De gevechten houden bijna een
maand aan, maar aan het einde worden alle inwoners vermoord.
(Zie voor een overzicht over het getto van Warschau:
http://motlc.wiesenthal.org/exhibits/dignitydefiance)
1943 (14 oktober): De gevangenen van het vernietigingskamp Sobibor komen in
opstand. Driehonderd gevangenen weten te ontsnappen.
1943 (16 oktober): De staatssecretaris Maglione van Vaticaanstad doet de uitspraak
dat het Vaticaan de Duitse politiek ten opzichte van de joden in
Italië niet veroordeelt.
1944 (10 april):
Twee Slowaakse joden die ontsnapt zijn uit Auschwitz geven
gedetailleerde informatie over de massamoorden uit dit
vernietigingskamp. Dit nieuws bereikt “de vrije wereld” in juni.
1944 (6 juni):
D-day in Europa. De geallieerde troepen landen in Frankrijk en
beginnen aan de bevrijding van Europa.
1944 (9 juli):
De Zweedse diplomaat Raoul Wallenberg arriveert in Boedapest.
Op 19 maart 1944 is Hitler Hongarije binnengevallen en zijn de
joden in Hongarije niet meer veilig. Onder leiding van Wallenberg
worden Zweedse documenten uitgegeven die joden tegen
deportatie beschermen. Hij redt uiteindelijk tienduizenden joden
van hun dood.
1944 (20 juli):
Opnieuw mislukt een aanslag op Hitler.
1944:
Anne Frank schrijft voor de laatste keer in haar dagboek.
1944 (1 augustus): De onderduikers van het Achterhuis worden door de Grüne
Polizei gearresteerd.
1944 (4 augustus): Miep Gies vindt Anne’s dagboek en verstopt het in een la om het
na de oorlog aan Anne terug te geven.
1944 (5 augustus): Miep Gies probeert de onderduikers van het Achterhuis vrij te
krijgen door de nazi’s om te kopen. Zij slaagt hier echter niet in.
1944 (8 augustus): De onderduikers uit het Achterhuis komen aan in het
doorgangskamp Westerbork.
1944 (9 augustus): De Amerikaanse staatssecretaris van Defensie krijgt van de
Tsjechische regering in ballingschap het verzoek om de
spoorwegen die naar Auschwitz leiden, te bombarderen. Dit
verzoek wordt afgewezen (dit is meerdere malen gebeurd),
omdat men in de strijd tegen Duitsland het bombarderen van
Auschwitz niet belangrijk genoeg vindt.
1944 (3 september): De onderduikers van het Achterhuis worden op transport gezet
naar het vernietigingskamp Auschwitz. Dit is de laatste trein die
vanuit Westerbork naar Auschwitz vertrekt.
1944 (ong. 6 september): Meneer Pels sterft in Auschwitz.
1944 (6/7 oktober): Gevangenen in Auschwitz vallen de bewakers aan en blazen één
van de vier crematoria op met gesmokkelde explosieven.
1944 (november): Anne, Margot en Mevrouw Pels worden naar Bergen-Belsen
gebracht.
1944 (ong. 20 december): Meneer Pfeffer sterft in het concentratiekamp
Neuengamme.
1945 (ong. 6 januari): Mevrouw Frank sterft van uitputting in Auschwitz.
1945 (27 januari): Auschwitz wordt bevrijd.
1945 (27 januari):
Meneer Frank wordt door het Russische leger bevrijd uit
Auschwitz. Later blijkt dat hij de enige overlevende is van het
Achterhuis. Na Auschwitz worden de vele andere kampen
bevrijd. Duizenden sterven na de bevrijding alsnog aan ziekte en
ondervoeding. Voor hen komt de bevrijding te laat.
1945 (maart):
Anne en Margot Frank sterven in Bergen Belsen aan tyfus en
uitputting enkele dagen na elkaar. Zij sterven een maand voordat
het kamp bevrijd wordt door de Britten op 15 april.
1945 (29 april):
Japanse Amerikanen bevrijden het concentratiekamp Dachau.
Terwijl deze Japans-Amerikaanse soldaten het kamp bevrijden
worden vele van hun familieleden in de Verenigde Staten in
interneringskampen gevangen gehouden.
1945 (30 april):
Adolf Hitler pleegt zelfmoord in Berlijn.
1945 (ong. 5 mei): Mevrouw Pels sterft in Theresienstadt en Peter Pels in
Mauthausen.
1945 (7 mei):
Nazi Duitsland geeft zich over.
1945 (juni/ juli):
Otto Frank keert terug naar Amsterdam en wacht op antwoord
over het lot van zijn dochters. Hij hoort dat zij zijn gestorven en
Miep Gies geeft hem Anne’s dagboek.
1945 – 1946:
De Neurenberger rechtszaken vinden plaats in Neurenberg in
Duitsland. De nazi oorlogsmisdadigers worden daar
terechtgesteld. De volgende aanklachten worden de verdachten
ten lasten gelegd: 1) misdaden tegen de vrede; 2)
oorlogsmisdaden; 3) misdaden tegen de mensheid; 4)
medewerking aan een van de hiervoor genoemde misdaden.
Twaalf nazi’s worden geëxecuteerd voor hun misdaden. In
december 1946 worden de doctoren van nazi Duitsland terecht
gesteld in de Verenigde Staten. (Zie voor een overzicht:
http://www.ushmm.org/research/doctors/index.html)
1947:
Anne Frank’s dagboek (verkorte versie) wordt voor de eerste
keer gepubliceerd.
1948 (10 december): De Universele Verklaring van de Rechten van de Mens wordt
ondertekend.
1960 (mei):
Het Achterhuis wordt geopend als museum om begrip te
promoten en intolerantie te bestrijden.
1980 (20 augustus): Otto Frank sterft in Basel in Zwitserland op een leeftijd van 91
jaar.
Download