Blok 2 Grieken en Romeinen zonder antwoorden

advertisement
Werkblad 9 Ω Grieken en Romeinen Ω Les 1: Grieken: goden en mensen
een zee
van tijd
een zee
van tijd
Naam:
Sparta
Sparta is een stad in Griekenland. Rond 600 voor Christus waren de steden in
Griekenland heel belangrijk. Ze werden stadstaten genoemd. De bewoners woonden
er al in stenen huizen. In ons land woonden de mensen toen nog in houten huizen in
dorpen. Sparta was een stad van soldaten. Elke jongen werd soldaat. Twee koningen
en een raad van oude mannen waren de baas in de stad. De mensen van Sparta
vonden dat ze heel sterk waren. Daarom bouwden ze geen muur om de stad heen.
Athene
Athene was net als Sparta een stadstaat. Maar Athene had geen koning. Een raad
van edelen bestuurde de stad. Iedereen mocht zijn mening geven, net als nu bij ons.
1
Kleur de rondjes bij de goede antwoorden.
Gaat het over Sparta of Athene?
Alle mensen zijn gelijk.
Deze stad heeft een stadsmuur.
Elke jongen wordt soldaat.
Arme mensen mogen hun mening geven. Twee koningen en een raad besturen de stad.
Deze stad heeft een adellijke raad.
Sparta
❍
❍
❍
❍
❍
❍
Athene
❍
❍
❍
❍
❍
❍
Olympus
De Olympus was voor de Grieken een bijzondere berg. Hij was zo hoog dat de top
vaak in de wolken verdween. Daarom geloofden de Grieken dat hun goden op de
Olympus woonden.
Griekse goden
De Grieken geloofden in veel goden. Die deden allemaal wat anders. De baas van
de goden was Zeus. Hij was de god van de hemel. Hera was de vrouw van Zeus.
Zij beschermde de gezinnen. Zeus en Hera hadden een zoon: Ares. Hij was de god
van de oorlog.
Er waren nog veel meer goden. Aphrodite was de godin van de liefde. En er zijn
veel verhalen over de goden.
Een zee van tijd Ω werkbladen Ω groep 6 Ω © Uitgeverij Zwijsen B.V. Ω www.eenzeevantijd.nl
Werkblad 10 Ω Grieken en Romeinen Ω Les 1: Grieken: goden en mensen
Naam:
1
Maak goede zinnen met de volgende woorden:
Olympus, Zeus (3x), Hera (3x), Aphrodite, Ares.
De zoon van
en
heette
was de godin van de liefde.
De baas van de goden,
een zee
van tijd
een zee
van tijd
.
was de god van de oorlog.
, was getrouwd met
.
beschermde de gezinnen.
De god van de hemel heette
De goden woonden op de berg
.
.
Griekse goden en Romeinse goden
De Romeinen gaven de Griekse goden een andere naam. Hieronder kun je lezen
welke naam zij aan de Griekse goden gaven.
Griekse goden
Zeus
Hera Aphrodite Ares
2
Romeinse goden
Jupiter
Juno
Venus
Mars
Welke goden zie je hier? Schrijf de Griekse en de Romeinse naam onder de tekening.
Een zee van tijd Ω werkbladen Ω groep 6 Ω © Uitgeverij Zwijsen B.V. Ω www.eenzeevantijd.nl
Werkblad 11 Ω Grieken en Romeinen Ω Les 2: De Griekse erfenis
Naam:
een zee
van tijd
een zee
van tijd
Olympia
De eerste Olympische Spelen waren in 776 voor Christus. Ze werden in de stad
Olympia gehouden. Zeus, de baas van de goden, beschermde deze stad. De spelen
werden speciaal voor hem gehouden.
Olympische Spelen
Eens in de vier jaar organiseerden de Grieken de Olympische Spelen. In het begin
was hardlopen de enige sport. Later kwamen er andere sporten bij: paardenraces,
vechtsport en atletiek. De sporters droegen geen kleren bij de wedstrijden. Daarom
waren de Olympische Spelen verboden voor vrouwen. Als een vrouw werd betrapt,
werd ze van een berg gegooid.
1
Kleur de rondjes bij de goede antwoorden.
Gaat het over vroeger of nu?
Let op: soms is het antwoord vroeger en nu.
vroeger
❍
Aan de Olympische Spelen doen mannen en vrouwen mee.
De Olympische Spelen worden altijd in de stad Olympia gehouden. ❍
❍
De sporters spelen alleen om de eer.
❍
Iedere sporter draagt zijn eigen kleren.
❍
Eens in de vier jaar zijn er Olympische Spelen.
nu
❍
❍
❍
❍
❍
Odysseus
Odysseus is de held in twee Griekse verhalen. Het zijn de Ilias en de Odyssee.
De Ilias gaat over de verovering van Troje. De Grieken belegerden deze stad al tien
jaar. Odysseus bedacht een slim plan. Hij liet een groot houten paard bouwen. Dat
paard zette hij voor de stadsmuur. De mensen van Troje dachten dat het paard een
geschenk van de goden was. Ze haalden het paard de stad in. Maar in het paard zaten
de mannen van Odysseus. Die kwamen ’s nachts uit het paard en veroverden Troje.
De Odyssee gaat over de avonturen van Odysseus op de terugreis naar Griekenland.
2
Maak de vragen.
Wie is Odysseus?
Waarom bedacht Odysseus een slim plan om Troje in te komen?
Wat dachten de mensen van Troje toen ze het grote houten paard zagen?
Een zee van tijd Ω werkbladen Ω groep 6 Ω © Uitgeverij Zwijsen B.V. Ω www.eenzeevantijd.nl
Werkblad 12 Ω Grieken en Romeinen Ω Les 3: Het rijk en de stad
een zee
van tijd
een zee
van tijd
Naam:
Caesar en Augustus
In 753 voor Christus werd Rome gesticht. De Romeinen breidden hun gebied
steeds verder uit tot in Noord-Afrika en Spanje. We spreken dan van het Romeinse
Rijk. Een bekende keizer was Julius Ceasar. Er woonden toen veel volkeren in het
Romeinse Rijk: Grieken, Egyptenaren, Joden, Noord-Afrikanen, Helvetiërs, Friezen,
Romeinen en Galliërs. In 44 voor Christus werd Caesar vermoord. Zijn pleegzoon
volgde hem op. Hij noemde zichzelf Augustus.
1
Hier zie je een kaart van het Romeinse Rijk.
Zet de namen van de verschillende volkeren op de juiste plaats.
1
2
3
5
4
8
6
7
1
5
2
6
3
7
4
8
Een zee van tijd Ω werkbladen Ω groep 6 Ω © Uitgeverij Zwijsen B.V. Ω www.eenzeevantijd.nl
Werkblad 13 Ω Grieken en Romeinen Ω Les 3: Het rijk en de stad
een zee
van tijd
een zee
van tijd
Naam:
Een Romeinse stad
De Romeinen bouwden hun steden volgens een vast plan. De stad was altijd
vierkant. De hoofdstraat en een kruisstraat deelden de stad in vier stukken. In het
midden van de stad lag het belangrijkste plein. Dat plein noemden de Romeinen
het forum. Ze bouwden ook altijd een amfitheater (arena) en thermen (badhuizen).
Het water kwam over een aquaduct naar de stad. Dat was de waterleiding.
1
Je ziet hier een Romeinse stad.
Zet de volgende woorden op de goede plaats:
thermen, kruisstraat, hoofdstraat, amfitheater, forum, stadsmuur, aquaduct.
4
2
1
3
1
2
3
4
5
Een zee van tijd Ω werkbladen Ω groep 6 Ω © Uitgeverij Zwijsen B.V. Ω www.eenzeevantijd.nl
5
Werkblad 14 Ω Grieken en Romeinen Ω Les 4: Vrij en onvrij
een zee
van tijd
een zee
van tijd
Naam:
Slaven
In het Romeinse Rijk woonden vrije en onvrije mensen. Onvrije mensen waren
slaven. Zij waren eigendom van hun meester. Slaven werkten in het huis van hun
meester, op zijn land of in de mijnen. Het maakte veel uit waar slaven werkten en
wie hun meester was. Slaven in de mijnen hadden meestal een slecht leven.
Huisslaven hadden een redelijk goed leven. Slaven werden op een markt gekocht of
als oorlogsbuit meegenomen.
1
Kijk goed naar de drie tekeningen.
Maak de vragen.
Wie zijn de slaven? Kleur ze blauw op de drie tekeningen.
1
2
3
Een zee van tijd Ω werkbladen Ω groep 6 Ω © Uitgeverij Zwijsen B.V. Ω www.eenzeevantijd.nl
Werkblad 15 Ω Grieken en Romeinen Ω Les 4: Vrij en onvrij
Naam:
Wat voor werk deden de slaven op de drie tekeningen?
Tekening 1:
Tekening 2:
een zee
van tijd
een zee
van tijd
Tekening 3:
Welke slaven hadden het slechtste werk?
Welke slaven hadden het beste werk?
Senator of consul
In het Romeinse Rijk waren de oude adellijke families heel belangrijk. Zij kregen
de beste banen. Bijvoorbeeld in de senaat. De mensen in de senaat waren de baas
in het Romeinse Rijk. Alleen mensen uit de oude families werden in de senaat
gekozen. Iemand die in de senaat zat, noemen we senator of consul. Andere beroepen
van de adel waren jurist of legerofficier.
1
Zet de woorden op de goede plaats.
Kies uit: adellijke, slaven, senaat, consul, legerofficier, jurist.
De
was de baas in het Romeinse Rijk.
Alleen als je uit een oude
of
familie kwam, kon je senator
worden.
De rijke families hadden personeel. Sommige mensen waren hun eigendom.
Dat waren
.
De zoon van een rijke vader kon
of
worden.
Een zee van tijd Ω werkbladen Ω groep 6 Ω © Uitgeverij Zwijsen B.V. Ω www.eenzeevantijd.nl
een zee
van tijd
Werkblad 16 Ω Grieken en Romeinen Ω Les 5: School en vrije tijd
een zee
van tijd
Naam:
Abacus en andere schoolspullen
Alleen kinderen van rijke Romeinen gingen naar school. Kinderen van heel rijke
ouders kregen thuis les.
De kinderen gebruikten andere dingen in de les dan wij.
Ω Een abacus: een telraam om te leren rekenen.
Ω Een stylus: een stift om mee te schrijven.
Ω Een wasplank: een bord met een waslaag. De kinderen schreven met hun stylus
woorden in de waslaag.
Ω Papyrus: een soort papier dat is gemaakt van papyrusriet.
Ω Inkt.
1
Je ziet hier een Romeins leslokaal.
Zet de volgende woorden op de goede plaats:
papyrus, abacus, stylus, leraar, leerling, wasplank, inkt.
5
7
1
3
4
6
2
1
5
2
6
3
7
4
Een zee van tijd Ω werkbladen Ω groep 6 Ω © Uitgeverij Zwijsen B.V. Ω www.eenzeevantijd.nl
Download