20122013 Hoofdopdracht informatievaardigheden Bavo Derudder 1BaO A3 2012-2013 Contents Stap 1: Onderwerpsverkenning ............................................................................................................... 3 Themabepaling: ................................................................................................................................... 3 Basistekst:............................................................................................................................................ 3 2.1 Bron Basisartikel ........................................................................................................................ 3 2.2 contextkenmerken .................................................................................................................... 3 2.3 auteur ........................................................................................................................................ 3 2.4 structuur .................................................................................................................................... 3 2.5 korte inhoud over het artikel .................................................................................................... 3 2.6 synthese syndroom van horner ................................................................................................. 3 2.7 powerpoint .................................................................................................................................... 7 Stap 2: wiki welkom................................................................................................................................. 9 1. Het maken van de pagina ‘Welkom’. .............................................................................................. 9 2 elk groepslid stelt zichzelf voor ........................................................................................................ 9 3 verdere opdrachten van stap 2: ....................................................................................................... 9 Stap 3: inhoud in lijsten en syntheses ................................................................................................... 10 3 trefwoordenlijst:............................................................................................................................. 10 3 Specialisten:.................................................................................................................................... 10 2 organisaties: ................................................................................................................................... 11 Bronnenlijst: .................................................................................................................................. 11 Stap 4: beschikking en meer zoeken ..................................................................................................... 12 4.1 andere werken van auteur in bereikbare bibliotheken .............................................................. 12 4.2 publicaties aanwezig in de bib? Waar te vinden? ....................................................................... 12 4.3 excel oefening ............................................................................................................................. 12 4.4 krantenartikels ............................................................................................................................ 12 4.5 vaktijdschriften ............................................................................................................................ 13 4.6 internet ........................................................................................................................................ 13 Stap 5 contextualiseren ......................................................................................................................... 13 5.1 organisatie ................................................................................................................................... 13 5.2 statistieken .................................................................................................................................. 14 5.3 juridische context ........................................................................................................................ 14 5.4 politieke context .......................................................................................................................... 14 Stap 6 afwerking .................................................................................................................................... 14 6.1 besluit .......................................................................................................................................... 14 Stap 1: Onderwerpsverkenning Themabepaling: We hebben beslist met de groep om over het thema “syndromen” te werken. Basistekst: 2.1 Bron Basisartikel 2.2 contextkenmerken Het document komt uit 2.3 auteur 2.4 structuur 2.5 korte inhoud over het artikel 2.6 synthese syndroom van horner Syndroom Van Horner Inhoud - Inleiding Voorkomen Verschillende verschijnselen bij syndroom van Horner Oorzaak Diagnose Behandeling Besluit Inleiding Het syndroom van Horner ook wel syndroom van Claude Bernard genoemd is een neurologisch syndroom veroorzaakt door uitval van de sympathische innervatie van in de meeste gevallen één oog. Het syndroom van Horner is een stoornis van het sympathische zenuwstelsel (= autonome zenuwstelsel). Deze kan aangeboren of aangeworven zijn. Voorkomen Het syndroom van Horner kan bij de volgende aandoeningen voorkomen: Een ernstige episode van clusterhoofdpijn Afsluiting of verwijding van één van de halsslagaders Neurofibromatose type I (= ziekte van Recklinghausen) Schildklier- of longcarcinoom, meestal in de longtop Afwijkingen aan een sinus cavernosus Syringomyelie Multiple Sclerose (MS) Syndroom van Kawasaki Aangeboren heterochromie Glomustumor in het middenoor Na een blokkade van het ganglion stellatum Verschillende verschijnselen bij Syndroom van Horner Hangend ooglid (= ptosis) Het ooglid van het aangedane oog hangt wat naar beneden Kleine pupil (= miosis) de pupil is kleiner (miosis) en reageert minder goed op licht Vermindert zweten (= anhydrosis) De huid rondom het oog en van voorhoofd en wang kan niet meer zweten waardoor deze droog aanvoelt. Halfzijdige rode verkleuring gelaat (= Harlekijn symptoom) Soms kan de aangedane helft van het gelaat niet rood kleuren, bijvoorbeeld bij persen, dit wordt het harlekijnsymptoom genoemd. Oog ligt dieper (= enophtalmus) lijkt vaak alsof het aangedane oog wat dieper in de oogkas ligt Verschillende kleur iris Ten slotte kan er een verschil in kleur van de iris (het regenboogvlies) zijn wanneer het syndroom van Horner vóór de leeftijd van twee jaar ontstaat. De iris van het aangedane oog blijft dan vaak de rest van het leven blauw door het ontbreken van pigment. Oorzaak Zenuw functioneert niet Er kunnen verschijnselen ontstaan omdat de sympathische zenuwen naar de pupil, het bovenste ooglid, de zweetklieren en bloedvaten aan één zijde van het gezicht onvoldoende functioneren. Verschillende oorzaken Het syndroom van Horner kan door verschillende oorzaken ontstaan. Voorbeelden hiervan is bijvoorbeeld een infectie van een ongeboren kind tijdens de zwangerschap (bijvoorbeeld door het virus dat de waterpokken veroorzaakt). Ook kan het syndroom gepaard gaan met een beroerte en bepaalde vormen van hoofdpijn. Knellingingen in de hersenen, hals of gebied achter het oog Zenuwen kunnen in verdrukking komen door verwondingen, ontstekingen of gezwellen in de hersenen, ruggenmerg of perifere zenuwstelsel. Ook kan dit ontstaan als complicatie van bepaalde oogmedicijnen, bepaalde operaties of een moeizame bevalling waarbij de zenuw in de hals van het kind wordt beschadigd. Aangeboren vorm of erfelijke vorm Diagnose Oogdruppels Men kan door de reacties op verschillende oogdruppels zien of er sprake is van het Syndroom van Horner. Hier kan men ook soms zien welk stukje zenuw beschadigd is. MRI-/CT- scan Men maakt vaak een MRI scan van de hals en kaakgebied. Men kan zo zien of er een afwijking is bij de sympathische zenuw waardoor de zenuw niet meer goed functioneert. Ook wordt het bovenste gedeelte van de longen in beeld gebracht. Andere onderzoeken Er kunnen andere onderzoeken nodig zijn afhankelijk van wat men waarneemt op de scan. Een voorbeeld hiervan is het voorkomen van een neuroblastoom onderzoeken wanneer de oorzaak van het syndroom van Horner onbekend is. Behandeling Tijdens de behandeling probeert men de onderliggende oorzaak op te sporen en te genezen. Dit is belangrijk omdat het verbeteren of verdwijnen van de symptomen van Horner afhankelijk zijn van de onderliggende oorzaak en de mogelijkheid om deze op te heffen. Er bestaat niet voor iedere oorzaak een behandeling, ook kan het soms vele maanden duren voor de symptomen van het syndroom van Horner verbeteren (vb. als de zenuw een lange tijd gekneld heeft gezeten). Bij ernstige beschadiging verdwijnen de symptomen niet. Bij een ongeval of moeizame bevalling (Erbse parese) kan het zijn de de zenuw beschadigt wordt is er geen behandeling mogelijk. De zenuw moet zichzelf herstellen als dit mogelijk is. Als kinderen het syndroom van Horner hebben bestaat de kans dat het oog met de symptomen een lui oog gaat worden. Men kan hierop een behandeling gebruiken om lui oog te voorkomen. Zo zal het kind met beide ogen goed kunnen zien. Besluit Er zijn veel oorzaken die voor het syndroom kunnen zorgen. Het is daarom belangrijk dat men de onderliggende oorzaak zoekt. Zonder dit weten ze niet of het genezen kan worden ofdat de symptomen al dan niet kunnen ingeperkt worden. Men kan dit syndroom aan verschillende zaken herkennen zoals bijvoorbeeld het oog dat schijnbaar dieper in de oogkas ligt. Het syndroom kan men oplopen in de loopt van het leven maar kan oog aangeboren of erfelijk zijn. 2.7 powerpoint Hieronder zijn mijn dia’s zichtbaar. Stap 2: wiki welkom 1. Het maken van de pagina ‘Welkom’. Er is in de groep afgesproken welke structuur deze zou hebben. 2 elk groepslid stelt zichzelf voor Onder de pagina “Wie zijn wij?” moest men een kort tekstje schrijven waarin men zich voorstelt in het kort. Ook moest men hierin vermelden welk syndroom men besprak en waarom je voor deze richting gekozen hebt. Dit is mijn tekst: Hallo, Ik ben Bavo Derudder en ik ben afkomstig uit Aalbeke. In het middelbaar studeerde ik 4 jaar moderne wetenschappen en 2 jaar informaticatbeheer. Ik heb voor Bachelor Orthopedagogie gekozen omdat graag sociaal bezig ben en zeker geen bureaujob wil. Ook zou ik graag met jongeren samenwerken. Mijn onderwerp op deze wiki is het Syndroom van Horner (het syndroom van Horner) 3 verdere opdrachten van stap 2: Deze zijn terug te vinden op onze website Stap 3: inhoud in lijsten en syntheses 3 trefwoordenlijst: innervatie voorziening met zenuwen zenuwwerking sympathisch Tot het autonome zenuwstelsel behorend. Het sympathisch zenuwstelsel brengt het lichaam in een toestand van activiteit. De functie van het sympathische zenuwstelsel is antagonistisch aan die van het parasympathisch zenuwstelsel. Toestand van het autonome zenuwstelsel, waarbij hogere bloeddruk, wijde pupillen en verhoogde activiteit horen perifere zenuwstelsel betreft de zenuwen die naar de ledematen verlopen sinus cavernosus bloedboezem in het hoofd waarin de aderen van het oog uitmonden syringomyelie Synoniem: syringo hydromyelie, syringohydromyelie Uitleg: abnormale holtevorming in het ruggenmerg 3 Specialisten: Claude Bernard (1813-1878) De beroemde Franse fysioloog. Hij was een specialist in het ontleden en onderzocht de werking van het zenuwstelsel. In 1848 toonde hij het belang van de alvleesklier en de dunne darm voor de spijsvertering. Ook wat het zenuwstelsel betreft deed Bernard belangrijke ontdekkingen waaronder een beschrijving van de gehoorzenuw. In 1867 ontving hij het Légion d'Honneur en in 1869 werd hij toegelaten tot de Académie Française. In 1876 kreeg hij de Copley Medal. Toen hij stierf kreeg hij als eerste Franse wetenschapper een staatsbegrafenis. Hij ligt begraven op Père-Lachaise. Hoe kwam ik dit persoon op het spoor? Door het synoniem van mijn syndroom op te zoeken. Een andere benaming voor het syndroom van Horner is het syndroom van Claude Bernard. Johann Friedrich Horner Johann Friedrich Horner (27 maart 1831 in Zürich - 20 december 1886) was een oogarts gebaseerd op de Universiteit van Zürich , Zwitserland . Horner werd een hoogleraar oogheelkunde in 1873. Hij was de auteur van talrijke artikelen over oogheelkundige medicijnen, gepubliceerd in Carl Wilhelm von Zehender 's Clinical Monatsblatt für Augenheilkunde. Hoe kwam ik dit persoon op het spoor? Zijn naam komt voor in de naam van het syndroom. Algemene vragen voor de specialisten: Hoeveel jaar heeft u moeten studeren om uw diploma te behalen? Waarom heeft u gekozen om u voor dit onderwerp te specialiseren? Wat vindt u intressant aan dit onderwerp? Zijn er bepaalde zaken die kunnen helpen om het syndroom te voorkomen? Is er hoop op genezing bij dit syndroom? 2 organisaties: National Organisation for Rare Disorders: National Organisation for Rare Disorders WAT IS NORD? De Nationale Organisatie voor Rare Disorders is gewijd aan het helpen van de bijna 30 miljoen Amerikanen met zeldzame ziekten, en de organisaties die hen te dienen, door middel van programma's van onderwijs, promotie, onderzoek en patiëntenzorg diensten. organisatie voor neurologische rehabilitatie: Organisatie voor neurologische rehabilitatie Bronnenlijst: Hijdra, A., Koudstaal, P.J. and Roos, R.A.C. (2003), Neurologie, 3rd ed, Elsevier Gezondheidszorg, Maarssen. (Engels) National Organization for Rare Disorders, Inc. (2005), Horner’s Syndrome. Available [Online 2005, Mar 18] (USA) Allen, C.M.C. and Lueck, C.J. (1999), Diseases of the Nervous System, in: Haslett, C., Chilvers, E.R., Hunter, J.A.A. and Boon, N.A. (eds.), Davidson’s Principles and Practice of Medicine, 18th edn, Churchill Livingstone, Philadelphia. (Engels) Clarke, C.R.A. (2002), Neurological Disease, in: Kumar, P. and Clark, M. (eds.), Kumar and Clark Clinical Medicine, 5th edn, W.B. Saunders Company, Edinburgh. (Engels) Biousse, V., Guevara, R.A. and Newman, N.J. (1998), “Transient Horner's syndrome after lumbar epidural anesthesia”, Neurology, vol. 51, no. 5, November, pp. 1473-1475. (Engels) Mathias, C.J. (2000), Disorders of the Autonomic Nervous System, in: Bradley, W.G., Daroff, R.B., Fenichel, G.M. and Marsden, C.D. (eds.), Neurology in Clinical Practice, 3rd edn, vol. 2, ButterworthHeinemann, Boston. (Engels) Patel, S. and Ilsen, P.F. (2003), “Acquired Horner's syndrome: clinical review”, Optometry, vol. 74, no. 4, April, pp. 245-256. (Engels) Walton K.A. and Buono, L.M. (2003), “Horner syndrome”, Curr Opin Ophthalmol, vol.14, no. 6, December, pp. 357-63. (Engels) Stap 4: beschikking en meer zoeken 4.1 andere werken van auteur in bereikbare bibliotheken In de Bibliotheek van Aalbeke en Rollegem was er niets terug te vinden. 4.2 publicaties aanwezig in de bib? Waar te vinden? Ook hiervan heb ik helaas niets kunnen vinden. 4.3 excel oefening 4.4 krantenartikels Geen krantenartikel gevonden. 4.5 vaktijdschriften A.F.H. Smelt, B.J. Thio, G. Hageman. Bron: Tijdschrift voor Kindergeneeskunde, 2006 (74), nummer 03 Een zuigeling met het syndroom van Horner http://www.vakbibliotheek.nl/psuser/disphitlist.asp informatiebrochure van kinderneurologie.eu 4.6 internet Online werk niet vindbaar op Google of Limo. Stap 5 contextualiseren 5.1 organisatie National Organisation for Rare Disorders: National Organisation for Rare Disorders WAT IS NORD? De Nationale Organisatie voor Rare Disorders is gewijd aan het helpen van de bijna 30 miljoen Amerikanen met zeldzame ziekten, en de organisaties die hen te dienen, door middel van programma's van onderwijs, promotie, onderzoek en patiëntenzorg diensten. organisatie voor neurologische rehabilitatie: Organisatie voor neurologische rehabilitatie De CNR in Morton, Pennsylvania is een behandeling en diagnostische faciliteiten waar gezinnen komen om te leren hoe en wat ze kunnen doen om hun gehandicapte kind te helpen. Het begon in 1964 als gevolg van onderzoek dat een ernstige behoefte om beter te vinden aangegeven manieren om gehandicapte kinderen te helpen. De resultaten toonden ook waren er vrijwel geen beschikbare diensten die hulp aangeboden aan de families die hard nodig ondersteuning, begeleiding en kennis. Onder leiding van de oprichter John F. Unruh, Ph.D., heeft de CNR ontwikkelde diensten in vele landen over de hele wereld waar gespecialiseerde blijven zoeken en zorgen voor effectieve, uitgebreide en geïndividualiseerde saneringsplannen voor gehandicapte kinderen. Onze programma's worden gegeven aan de familie en worden uitgevoerd in het huis. Gezinnen zijn gemachtigd en mogelijk gemaakt door informatie en door de onze vaste overtuiging dat het gezin de meest invloedrijke effect op het vermogen van hun kind om zijn of haar potentieel te bereiken is. Het is een belangrijke verantwoordelijkheid die vaak zonder hulp of ondersteuning. 5.2 statistieken Ik heb een document gevonden die de statistieken van de Significantie van het verschil in zessecondediameter tussen de Hornerpupil en de gezonde pupil 5.3 juridische context Vonnis van 12 december 2012 De deskundigen achten dit een belangrijke inconsistentie omdat uit dit nieuwe feit volgt dat de vernauwing van de pupil, passend bij het syndroom van Horner, al direct na de inspuiting is opgetreden. Het optreden van het syndroom van Horner kan dus niet het gevolg zijn geweest van tractieletsel, zoals prof. Booij stelt, omdat de operatie met de vermeende tractie op dat moment nog moest gaan plaatsvinden. De rechtbank stelt vast dat [gedaagde 1] in zijn verslag van 5 februari 2003 inderdaad niet heeft vermeld dat hij dit pupilverschil heeft gesignaleerd. 5.4 politieke context Ik heb hier niet echt iets over teruggevonden. Stap 6 afwerking 6.1 besluit Ik heb de opdracht onderschat. Ik ben veel te laat begonnen met hieraan te werken. Het was een grote opdracht die ook wel intressant was. Ik vond de opgaves soms wat verwarrend en wist soms niet wat ik moest doen of hoe ik er aan moest beginnen. We hebben hier veel tijd voor gekregen en daarmee heb ik hierdoor te laat begonnen. Het opzoekwerk liep voor mij zeer moeilijk. Het was moeilijk om iets over het onderwerp “syndroom van Horner” te vinden. Ik vond vooral zaken over andere syndromen en was hier dus helaas niets mee. Ik vond het wel goed dat er excell, word, ppt,… in zaten, zo kon je nog eens op alles oefenen voor het examen. Het was ook vooral een tijdrovend werk die langzaam vooruit ging. Ik ben niet helemaal klaar, maar het meeste is toch gedaan.