Algemene leerproblemen door ziekte

advertisement
Algemene leerproblemen door ziekte
Jongeren die een ziekte oplopen of een ongeluk krijgen, kunnen hierdoor
veel last ondervinden voor het onderwijs dat ze volgen. Deze problemen
zullen we behandelen in de volgende paragraaf.
In deze paragraaf zullen we ingaan op de overige problemen die een
(chronisch) ziek kind heeft.
 De leerling loopt een sociale achterstand op, doordat ze gedurende een
(langere) tijd uit hun vertrouwde omgeving verblijven.
 Een (chronisch) ziek kind kan ook door fysieke redenen niet meedoen aan
alle activiteiten, die hij/zij normaal gesproken wel kon. Dit verzwakt
nog eens de sociale ontwikkeling van de persoon, omdat hij/zij ‘niet meer
mee kan’ met de rest van de groep.
 Ze missen de afleiding en de houvast die de school hen normaal gesproken
biedt.
 Ze missen het zelfvertrouwen dat de school (of andere instanties) hen
normaal kan geven.
 Door bepaalde medicijnen (bijvoorbeeld een chemokuur) wordt het
afweersysteem zodanig afgebroken zodat de leerlingen nog meer moeten
missen om zo het gevaar op het oplopen van infecties te verminderen.
 Door achteruitgang van het cognitieve vermogen kan het voorkomen dat een
leerling zijn toekomstplannen in de rook ziet opgaan en dat zijn/haar
zelfvertrouwen daardoor ernstig wordt beschadigd.
 De al gecompliceerde levensfase van deze jong-volwassenen wordt nog eens
extra bemoeilijkt wanneer juist dan een ernstige diagnose wordt gesteld
of er zich een ernstig ongeluk voordoet.
Gevolgen van die problemen voor het onderwijs
Onderwijs aan kinderen die door ziekte veel gemist hebben
 Ze hebben door afwezigheid veel stof gemist, dus ze hebben een
achterstand in de cognitieve vaardigheden. Hun klasgenootjes hebben deze
achterstand echter niet opgelopen.
 Door het verbreken van de dagelijkse contacten met de klasgenoten, de
leraar (en andere personen) lopen ze ook nog een achterstand op in de
sociale ontwikkeling.
 Een ander nadeel is dat de leerachterstand vaak niet in hetzelfde jaar te
compenseren is. De verscheidenheid aan docenten en leerstof is een
complicerende factor. Vaak zal de leerling dus het jaar moeten overdoen,
waardoor hij zijn (toch al verslechterde) contacten met zijn klasgenoten
zal verliezen.
 Door bovenstaande factoren kunnen ook nog emotionele problemen ontstaan.
We denken dan bijvoorbeeld aan onzekerheid, faalangst of
concentratiestoornissen.
 Door bijwerkingen van medicijnen, door complicaties bij operaties of
gewoon door de ziekte of het ongeluk zelf, kunnen lichamelijke en
geestelijke handicaps ontstaan. Enkele voorbeelden hiervan zijn:
* een geamputeerde arm levert extra schrijfmoeilijkheden op.
* oogbewegingsstoornissen door hersentumoren kunnen problemen met
bijvoorbeeld bordlezen.
* door beschadiging van de hersenen kan het cognitief functioneren
verminderen en kan het zelfs voorkomen dat een leerling moet worden
overgeplaatst naar een andere school met een lager niveau of naar het
speciaal onderwijs.
 Schoolverzuim blijft in veel gevallen bestaan ook nadat de leerling terug
is gekomen uit het ziekenhuis. Zo moet een leerling nog vaak terug voor
(poliklinische) controle of voor een vervolgbehandeling.
 Een leerling komt met gemengde gevoelens terug naar school en weet niet
goed wat hij/zij daarmee aanmoet. Het is vaak een combinatie van
ertegenop zien en een feestelijke gebeurtenis.
 Bij grote scholengemeenschappen kent de zieke leerling de meeste
leerlingen niet, terwijl zij wel weten wat hij mankeert. Het kind wil
niet graag een uitzonderingspositie innemen omdat het ziek is. Daarbij
komt dat het zich door zijn ervaringen met zijn ziekte emotioneel vaak
met andere dingen bezighoudt dan zijn leeftijdgenoten.
 De betreffende leerling kan gepest worden door uiterlijke veranderingen,
zoals kaal of dik worden.
 Vermoeidheid of coördinatieproblemen kunnen er de oorzaak van zijn, dat
een leerling die wat verder van school woont niet in staat is om naar
school te fietsen of om zijn zware schooltas te dragen.
Onderwijs in ziekenhuizen
Wanneer de jongere is opgenomen in het ziekenhuis, bestaat er meestal een
mogelijkheid om naar school te gaan. In de meeste ziekenhuizen en zeker in
de academische ziekenhuizen is er een ziekenhuisschool. Afhankelijk van
zijn lichamelijke conditie gaat de leerling naar het klaslokaal op de
afdeling, of krijgt hij les aan zijn bed. Het lesmateriaal wordt aangepast
aan wat de jongere kan. De leerkracht van de ziekenhuisschool neemt met
toestemming van de ouders contact op met de thuisschool om in gezamenlijk
overleg een lesprogramma op maat te maken. Veel leerlingen en ouders
ervaren het als plezierig dat er contact is met de eigen thuisschool.
Hulpverlening in remediaal werk
Wat kunnen we doen om de ernstig zieke kinderen (of ernstig ziek geweeste
kinderen) te helpen?
 Roosters aanpassen.
 Beperkte lessen aanbieden, waarbij bijvoorbeeld alleen lessen in de
examenvakken worden gegeven.
 Overige docenten inlichten over de situatie.
 Open en eerlijk zijn en basisvertrouwen hebben in de leerling zijn
uiterst belangrijk (zeker in deze puberperiode).
 Klasgenoten en overige personen voorlichten over de ziekte, zodat de
leerling daar niet continu vragen over krijgt.
 Goede contacten met de ziekenhuisschool onderhouden. Voor de
(thuis)school betekent dit contact een stimulans om aandacht te blijven
besteden aan hun ‘buitenleerling’ en om de jongere in het ziekenhuis te
laten merken dat hij/zij er nog steeds bij hoort.
 Vertrouwen hebben in het kunnen van de jongere. Wanneer ouders, familie,
vrienden en leraren beseffen dat een leerling dat is genezen van
bijvoorbeeld kanker, net als ieder ander kan deelnemen aan het
maatschappelijk leven, zelfs als het een gebrek mocht hebben, en
tegelijkertijd kans zien die positieve toekomstverwachting over te
brengen op de leerling, bieden zij de leerling toekomstperspectieven.
 Nooit stigmatiseren, maar het kind gewoon als iedere andere leerling (met
of zonder een probleem) behandelen.
 Begeleiden in beroepskeuze (die veranderd kan zijn door bepaalde
geestelijke of fysieke veranderingen, ontstaan tijdens de ziekte).
 De begeleiders kunnen eventueel verwijzen naar één van de
thuisonderwijsorganisaties.
 Ze kunnen ook de leerlingen in het ziekenhuis of langdurig thuis helpen
door aantekeningen, uitwerkingen van opgaven of ander materiaal toe te
sturen of te brengen.
 Als de laatste stap naar genezing gezet is, bijv. een chemokuur of
operatie, dan duurt het nog enige tijd voordat de leerling weer volledig
is hersteld. De docent moet er rekening mee houden dat de leerling nog
erg vatbaar blijft voor infecties en nog snel vermoeid is.
 Ook na de behandelingen moet de leerling nog vaak terug voor controles,
deze kunnen veel spanning opleveren bij de leerling. Laat de leerling
merken dat u en de klas op zo’n moment meeleven. Verstandig is om contact
te houden met de ouders, zo weet je als leraar wanneer er een controle
komt en kun je rekening houden met lichamelijke of psychische
veranderingen bij de leerling.
Een goede leerkracht op de thuisschool.....(zeggen ouders)
 onderhoudt regelmatig contact met de ziekenhuisschool.
 belt regelmatig met de ouders om te horen hoe het met hun kind gaat en
weet dat de ouders ook een beetje aandacht nodig hebben. Hij/zij komt ook
regelmatig op bezoek.
 is actief betrokken bij het regelen van het thuisonderwijs.
 verdiept zich in de ziekte en behandeling van de leerling.
 stimuleert mede klasgenoten om contact te houden met de leerling.
 bereidt de klas voor op de veranderingen in uiterlijk en gedrag van de
leerling.
 heeft begrip voor de angsten en zorgen van de ouders.
 blijft geloven in de mogelijkheden van de leerling en probeert hem/haar
aan te moedigen om te bereiken wat op dat moment binnen zijn
mogelijkheden ligt.
 probeert soms vervelende bijwerkingen van de behandeling te accepteren.
 probeert de leerling zo gewoon mogelijk te behandelen, rekening houdend
met zijn beperkingen, en laat zich niet leiden door gevoelens van
medelijden.
 weet wanneer hij een situatie niet aankan en zoekt dan adequate hulp.
 realiseert zich dat met het einde van de behandeling nog niet het einde
van de zorgen is aangebroken.
 leeft mee bij controles en geeft de leerling de ruimte om daarover te
praten.
 blijft samen met de ouders alert op lichamelijke veranderingen en
gedragsveranderingen bij de leerling.
Mogelijke interventies door de leerkracht
Ouders
informeren
school over de
aard van de
ziekte van hun
kind.
informeren
school over
ontslag.
Leerkrac
ht
 leerkracht
informeert
regelmatig
bij ouders
hoe het gaat.
 licht
klasgenoten
in volgens
wens van de
ouders.
 onderhoudt
contact met
zieke kind.
 evt. overleg
met
ziekenhuissch
ool.
 leerkracht
bespreekt met
ouders:
 heeft kind
ziekenhuissch
ool bezocht,
zo ja,
contact met
collegae
overwegen.
 contact met
andere
ziekenhuismed
ewerkers
overwegen.
 is kind in
staat eigen
school
binnenkort te
bezoeken.
Fase van
het
ziekenproces
Diagnose en
eerste
behandeling
ontslag naar
huis:
informeren
school , indien
nodig i.s.m.
ziekenhuismedew
erkers, over
toestand van
het kind,
beperkingen
enz.
 leerkracht
informeert
klasgenoten:
 eventuele
uiterlijke
veranderingen
van de zieke
leerling.
 eventuele
beperkingen
of
gedragsverand
eringen
 eventueel
infectierisic
o.
 eventueel
waarom het
zieke kind
voorlopig of
definitief
niet
terugkeert op
school.
 zorgt i.s.m.
ouders en
eventueel
ziekenhuis
voor
aanpassingen.
geen speciale
voorzieningen
nodig.
terug naar
eigen school
wel speciale
voorzieningen
nodig.
eventuele
aanpassingen:
 rooster
 lesmateriaal
blijven school
informeren over
nieuwe
ontwikkelingen.
 houdt contact
met ouders
gedurende
hele
behandeling
en daarna
over gedrag
en
prestaties.
 intensiteit
contact
afhankelijk
van toestand
kind,
beperkingen
enz.
 zonodig
overleg met
andere
hulpverlenend
e instanties
of het
ziekenhuis.
gaat goed
ziekenhuisopnam
e 
zie kolom 3
toch problemen
zie andere
situaties
gaat goed
ziekenhuisopnam
e 
zie kolom 3
gaat niet goed:
Kind is
opgenomen in
het ziekenhuis.
poliklinische
behandeling
en inhoud
 vervoer
 lokaal/rustpl
ek
 alternatieve
pauze of
gymnastiek
 overleg met
diensten als:
SABD, VISIO
en Gemeente.
voorlopig of
tijdelijk
 thuisonderwij
s aanvragen
of zelf
boeken/schrif
ten halen of
brengen; met
behulp van
klasgenoten
contact
onderhouden.
 uitnodigen
voor leuke
activiteiten
(bijv.
Sinterklaas).
aanpassingen en
veranderingen
in verder
overleg.
terug naar
eigen klas
ziekenhuisopnam
e 
zie kolom 3
definitief naar
andere school.
niet terug naar
eigen school.
definitief.
 meewerken aan
overdracht
naar speciaal
onderwijs.
SABD = Schooladvies/Begeleidingsdienst
VISIO = onder andere ambulante hulp aan slechtziende kinderen.
Eventuele oorzaken
Dit is bij dit onderwerp niet van toepassing.
Belangrijke adressen van hulpverlenende instanties en literatuur
Wij willen het volgende boek van harte aanbevelen, omdat er zeer
interessante dingen in staan over kinderen met ziekte in het onderwijs. Het
gaat eigenlijk over kinderen met kanker, zoals de titel al aangeeft, maar
het is ook goed toepasbaar op andere chronische ziekten:
titel
door
van
ISBN
:
:
:
:
Kinderen met kanker, school en toekomst.
Marianne C. Naafs-Wilstra
vereniging ‘Ouders, kinderen en kanker’
90 75281 10 2
Verdere boeken/brochures zijn
Ziekenhuisonderwijs in de toekomst.
Onderwijs aan langdurig zieke kinderen.
Ernstig ziek zijn en toch onderwijs.
Een klas met een ziek kind.
Deze zijn allemaal te bestellen bij: Vereniging ‘Ouders, kinderen en
kanker’ ,
Spoolderbergweg 7, 8019 BB Zwolle.
Enkele ziekenhuisscholen zijn
Ziekenhuisschool Amsterdam, A.D. Holterman
Radboudschool te Nijmegen
Ziekenhuisschool Rotterdam e.o.
Enkele organisaties voor thuisonderwijs zijn
Den Haag e.o.
Huisonderwijs Zieke Leerlingen regio Den Haag
Overbrugkade 30
2275 XV Voorburg
Oost-Nederland
Stichting Variant
Stationsweg 4
7061 CT Terborg
tel. 0315 - 325091
Overige organisaties
Nationele Commissie Chronisch Zieken
Postbus 7100
2701 AC Zoetermeer
Download