Programma OvRAN Symposium Toekomst Accountant

advertisement
Presentatie Louis Delahaije Symposium 14-12-2016
Juridische Argumenten
Verenigingsdwang:
– Art. 11 lid 2: In een democratische samenleving noodzakelijk?
– NBA geïntegreerd in de structuren van de Staat?
– Horizontale werking grondrechten tussen personen
Discriminatie:
– Omgekeerde discriminatie?
Concurrentievervalsing:
– Omgekeerde bewijslast dat NBA de concurrentie niet vervalst
Presentatie Louis Delahaije Symposium 14-12-2016
Verenigingsdwang uitgewerkt:
– Art. 11 lid 2: In een democratische samenleving noodzakelijk?
Chassagnou maakt duidelijk dat, ook al dwingt een nationale wet tot een afwijking, die
afwijking noodzakelijk moet zijn in een democratische samenleving. (Uit ro 113
Chassagnou blijkt: “It is a different matter where restrictions are imposed on a right or
freedom guaranteed by the Convention in order to protect “rights and freedoms” not, as such,
enunciated therein. In such a case only indisputable imperatives can justify interference with
enjoyment of a Convention right.” ). Die “indisputable imperatives ” ontbreken bij
accountants. Een goede beroeps uitoefening door accountants is niet als een zoda nig
legitiem doel voor die afwijking te beschouwen want die regelgeving beoogt helemaal niet
“rechten en vrijheden” van anderen te beschermen. De wet BIG laat ook zien dat het
beoogde doel in een democratische maatschappij ook zonder verenigingsdwang kan
worden bereikt.
- Geïntegreerd in de structuren van de Staat?
De NBA heeft geen enkele wettelijke bevoegdheid voor haar leden die een willekeurige
privaatrechtelijk vereniging niet zou hebben.
– Horizontale werking grondrechten tussen personen
Sinds kort (Dansk Industri v Erven Eigil Rasmussen) heeft het HvJ de directe werking
van artikel 11 EVRM uitgebreid tot horizontaal. Daarom kan het beroep van de Staat op
het publiekrechtelijke karakter van de NBA daarom niet meer baten.
Presentatie Louis Delahaije Symposium 14-12-2016
Discriminatie uitgewerkt:
– art. 14 EVRM: Omgekeerde discriminatie?
Wettelijke auditors uit een andere lidstaat kunnen als externe accountants onder voorwaarden
worden ingeschreven in het register van de AFM zonder te zijn ingeschreven in het register van de
NBA. Waarom kunnen OvRAN-leden die volledig kwalificeren dat niet? Het is alleen om principiële
en praktische redenen dat die OvRAN-leden weigeren zich bij de NBA te laten inschrijven.
Het EHRM betrekt via immers uitdrukkelijk vrijheid van gedachte en geweten in art. 9 EVRM
hetgeen ook in onderhavige casus speelt (Uit ro 114 Chassagnou blijkt: “The applicants are opposed
to hunting on ethical grounds and the Court considers that their “convictions” in this respect attain a
certain level of cogency, cohesion and importance and are therefore worthy of respect in a democratic
society. Accordingly, the Court considers that the obligation for persons opposed to hunting to join a
hunters’ association may appear, prima facie, to be incompatible with Article 11. Moreover, an
individual does not enjoy the right to freedom of association if in reality the freedom of action or choice
which remains available to him is either non-existent or so reduced as to be of no practical value”)
Presentatie Louis Delahaije Symposium 14-12-2016
Concurrentievervalsing uitgewerkt:
– Omgekeerde bewijslast dat NBA de concurrentie niet vervalst
. Collega Bas Braeken spreekt uitvoerig over "ondernemingsverenigingen" zoals de
NBA die "verdacht" zijn waardoor de normale bewijslast voor concurrentievervalsing
verschuift naar de "ondernemingsvereniging". Dit in afwijking van de algemene
bewijsregel bij concurrentie. Otoc is daarvan een mooi voorbeeld.
. Nu grote kantoren feitelijk vrijgesteld zijn van alle regelgeving rond “assurance”
(behoudend de wettelijke controle) en “assurance verwant” en kleinere
accountants(kantoren) niet , lijkt het vrijwel onmogelijk aan te tonen dat zo de
concurrentie niet wordt vervalst.
Presentatie Louis Delahaije Symposium 14-12-2016
CONCLUSIE:
De hamvraag is of de rechter ingaat op de aangevoerde
argumenten of gebruik maakt van onduidelijkheden in de
jurisprudentie om zonder nadere argumentatie de Staat gelijk te
blijven geven zoals tot nu toe bleek (CBB/Hof Leeuwarden).
Het is echter een dwingende verplichting van de HR om vragen
te stellen bij het HvJ EU over dergelijke onduidelijkheden in
Europese regelgeving.
Download