INFOBROCHURE DIENST GERIATRIE Jan Yperman Ziekenhuis Briekestraat 12 – 8900 Ieper T +32 57 35 35 35 F + 32 57 35 36 37 32.025N-120905 Diensthoofd geriatrie E-mail: [email protected] Website: www.yperman.net Veilige toegang : Omwille van de patiëntveiligheid zijn we soms genoodzaakt om de toegang tot de afdeling te beveiligen met als gevolg dat de toegangsdeuren dicht zijn. Bezoekers kunnen evenwel steeds in en uit. Wanneer u de dienst wenst binnen te stappen, openen de deuren zich automatisch. Als u echter de afdeling wenst te verlaten, volgt u de instructies aan het codeslot op om de deuren te openen. Wil alert zijn dat er geen zieken met u mee naar buiten stappen. Als u de persoon niet kent , vraag dan of hij ook een bezoeker is, of spreek eerst een verpleegkundige van de dienst aan. Bezoekuren: elke dag van 14.00u. tot 20.30u. Wij vragen u om deze bezoekuren te respecteren. Uitzonderingen kunnen enkel toegestaan worden in afspraak met de hoofdverpleegkundige. Wij danken u hiervoor. Inleiding Een opname op een dienst geriatrie roept vaak vragen op bij zieke bejaarden en hun familie: Wat is een dienst geriatrie ? Hoe verloopt de werking daar ? Wie helpt de hoogbejaarde zieke ? Is die dienst gespecialiseerd ? Deze folder geeft antwoord op deze vragen. Voor bijkomende info kunt u steeds terecht bij de hoofdverpleegkundige van de afdeling. Er zijn twee diensten geriatrie in ons ziekenhuis. Beide diensten zijn ondergebracht in de nieuwbouw, gelegen achter de inkom van het ziekenhuis. G0 ligt op het gelijkvloers, dit zijn de kamers vanaf 800 tot 850. G1 ligt op de eerste verdieping te bereiken met trap of lift. De kamernummering start vanaf 851 tot 899. 1. Wat is een dienst Geriatrie ? De dienst ‘geriatrie’, ook G-dienst genoemd, is een gespecialiseerde ziekenhuisdienst. Deze afdeling is bestemd voor de verzorging van ouderen, die omwille van meerdere gezondheidsproblemen moeilijkheden ondervinden bij het uitvoeren van dagdagelijkse activiteiten, de mobiliteit, de deelname aan het sociale leven,… In de vertrouwde omgeving blijven wonen kan daardoor een zware opgave zijn en een goed georganiseerde mantel – en thuiszorg vereisen. De G-dienst biedt gespecialiseerde medische, verpleegkundige en paramedische zorg aan, die inspelen op de noden van de bejaarde zieke persoon. Door een goede samenwerking met alle zorgverleners zowel in als buiten het ziekenhuis pogen we een langdurig ziekenhuisverblijf alsook meerdere heropnames te vermijden. 2. Hoe wordt op de dienst geriatrie gewerkt? In de eerste plaats worden de medische problemen aangepakt. De dokter brengt de gezondheidsproblemen van de patiënt in kaart via onderzoeken en testen en vervolgens schrijft de geriater een aangepaste behandeling voor. De verpleegkundigen staan in voor het uitvoeren van de opdrachten van de arts en besteden aandacht aan een goede verzorging. Daarna komt de revalidatie aan bod. Voor het herwinnen van een maximale zelfstandigheid wordt van de opgenomen bejaarde een actieve medewerking en inspanning gevraagd. Daarom moedigen we, in die mate dat de gezondheidstoestand het toelaat, volgende activiteiten aan: Om zelfstandig te eten, al dan niet met hulpmiddelen, alsook wassen, aankleden, stappen…. U mag uiteraard op hulp en ondersteuning rekenen indien dit niet lukt. Om zoveel als mogelijk op te zitten en bij voorkeur dagkledij te dragen, zo voelt men zich minder ‘ziek’. Om het middagmaal in de eetzaal te gebruiken, samen met andere personen. “Zien eten, doet eten” is een wijs gezegde en ondertussen kan gepraat worden met de andere tafelgenoten. Om deel te nemen aan de activiteiten, aangeboden door de kinesist en ergotherapeuten op de revalidatiezaal. 3. Welke zorgverleners werken op de G-dienst? Wij stellen ze graag één voor één aan u voor. Ze werken echter niet ‘alleen’. Ze werken als een ‘groep’ samen, om de gezondheidstoestand van de patiënt op de G-dienst te verbeteren. Wekelijks zitten ze rond de tafel om de algemene evolutie van de gezondheidstoestand te bespreken. Wanneer het gewenste resultaat niet bereikt wordt, worden bijkomende raadgevingen voorgesteld. Dit overleg wordt ‘de wekelijkse teamvergadering’ genoemd. 1. De geneesheer-specialist van de G-dienst, ook de geriater genoemd, volgt de gezondheidsevolutie nauwgezet op. Hij geeft opdracht om alle noodzakelijke medische onderzoeken en testen te laten uitvoeren. Zo krijgt iedereen een aangepaste behandeling. 2. Een groep van verpleegkundigen, zorgkundigen en logistieke assistenten staan, onder begeleiding van de hoofdverpleegkundige, in voor de verzorging, alsook voor de uitvoering van de behandelingsvoorschriften van de arts. Ze hebben een belangrijke rol als contactpersoon tussen de verschillende hulpverleners, de patiënt en zijn familie. Door hun dag en nachtaanwezigheid zijn ze goed op de hoogte van de noden en vragen van de zieken en hun omgeving. Zo kunnen ze dagelijks heel wat informatie doorgeven aan de geriater, alsook de nodige info geven aan de andere zorgverleners. 3. De ergotherapeute wil de oudere zieke een zo groot mogelijke zelfstandigheid laten terugwinnen. Zij maakt de gehospitaliseerde terug vertrouwd met de Activiteiten van het Dagelijks Leven zoals wassen, aankleden, eten maken, nemen van maaltijd, huishoudelijke taken. Dit wordt ADL-training genoemd. Via deze training kan ingeschat worden of de patiënt naar huis kan of niet, kunnen de verschillende ADL-activiteiten geoefend worden en zo nodig het gebruik van hulpmiddelen aangeleerd. De ergotherapeute kan ook testen uitvoeren, bijvoorbeeld om het valrisico in te schatten. Aan de hand van de uitslagen wordt dan een persoonlijk oefenprogramma opgesteld in overleg met de geriater, een revalidatiearts en kinesitherapeuten. Andere testen brengen de mentale toestand in kaart. Dit kan door eenvoudige opdrachten als bijvoorbeeld ‘kloklezen’, vragen om het geheugen in te schatten... Tot slot kan de ergotherapeute de zieke uitnodigen om deel te nemen aan sociale groepsactiviteiten zoals kaarten, spelen van een quiz of een gezelschapsspel,… Ter gelegenheid van Kerstmis en Pasen wordt een feest of een gezellig samenzijn georganiseerd. 4. De kinesitherapeut probeert de patiënt terug op de been te helpen door verschillende behandelingen en spierversterkende oefeningen aan te bieden in de daarvoor voorziene revalidatiezalen. In de voormiddag kan na of tussen de oefeningen in de zaal iets gedronken worden. De oefeningen kunnen op de kamer of aan bed gegeven worden, maar dit is enkel als de patiënt een infuus heeft of algemene bedrust voorgeschreven werd. 5. De sociaal verpleegkundige richt zich vooral op de begeleiding van de bejaarde en zijn familie naar ontslag toe. Na een grondige bespreking op de wekelijkse teamvergadering, worden individueel de mogelijkheden en/of vereisten voor een terugkeer naar huis nagegaan. Welke hulp is er wenselijk ? Kunnen bepaalde taken opgevangen worden door familie, buren, kennissen ? Is er behoefte aan het inschakelen van professionele thuiszorg zoals thuisverpleging, bejaardenhulp, warme maaltijden… ? Om de hulpverlening aan huis goed op mekaar af te stemmen, nodigt de sociaal verpleegkundige zo nodig de verschillende hulpverleners van de thuiszorg uit voor een zorgoverleg. Ook de patiënt, zijn familie en zijn huisarts worden uitgenodigd om aanwezig zijn. Soms blijkt de thuisopvang – omwille van gezondheidsredenen of sociale omstandigheden – niet continu meer haalbaar. Om de hoogbejaarde partner en/of de mantelzorgers even te ontlasten, kan een dagcentrum of een centrum met nachtopvang of een kortverblijf in een woonzorgcentrum voorgesteld worden. Blijkt de terugkeer naar huis helemaal niet meer haalbaar, dan wordt er uitgekeken naar een andere oplossing. Bijvoorbeeld een intrek in een serviceflat, een opname in een rusthuis of een rust- en verzorgingstehuis (RVT), ... De sociaal verpleegkundige geeft ook desgewenst advies over financiële tegemoetkomingen, het gebruik van dienstencheques, het huren of aankopen van materialen en hulpmiddelen bij de thuiszorgwinkels… De psychologe kan op vraag van de arts persoonlijke gespreksbegeleiding aan de patiënt(e) en/of familie aanbieden. Dit kan omwille van verschillende redenen zijn, zoals het leren omgaan met verlieservaringen, leren uiten van belevingen, bijbrengen van ziekteinzicht, herstellen van zelfvertrouwen, bemiddelen in situaties van familiale onenigheid… De psychologe kan ook neuropsychologische testen uitvoeren, ondermeer om de diagnose te stellen van dementie en/of depressie. Dit kan ook in functie zijn voor terugbetaling van medicatie… De diëtiste komt bijna dagelijks op de G-dienst. Aangezien voeding een belangrijke rol speelt in het genezingsproces van de patiënt, wordt voeding strikt opgevolgd. De diëtiste zal persoonlijke voorkeuren en gewoontes aangaande voeding en drank bevragen. Indien nodig kan ze eveneens de dikte van de voeding en grootte van de portie aanpassen. Op die manier wordt nagegaan of voldoende voedingsstoffen ingenomen worden of bijvoeding noodzakelijk is. Niet alleen in het ziekenhuis maar ook in de thuisomgeving is voeding belangrijk. Bij het ontslag krijgt u daarom voedingsinformatie mee zoals een kookbrochure, een persoonlijk dagschema, productinformatie… Dit kan afgegeven worden aan familie, het rust- en verzorgingstehuis of de mantelzorg. De logopediste onderzoekt en behandelt personen met spraak-, taalen slikproblemen. Bij spraakproblemen leert de zieke om traag, luid en duidelijk te spreken zodat hij voldoende verstaanbaar is voor de omgeving. Bij taalproblemen geeft de logopediste oefeningen om de communicatie, het lezen en schrijven te stimuleren. Indien spreken niet lukt, zoekt de logopediste naar een andere manier van communiceren, bijvoorbeeld via lichaamstaal, gebaren, kaart met afbeeldingen, geschreven woorden, computer enzovoort. Bij slikproblemen is het belangrijk dat voedsel en vocht veilig en efficiënt van de mond naar de maag getransporteerd worden. De logopediste onderzoekt welke aanpassingen nodig zijn, zoals houding, tempo, hoeveelheid en dikte van de voeding. Ze leert technieken en/of slikmanoeuvres aan om verslikken en een longontsteking te voorkomen. Naast deze vaste medewerkers kunnen ook nog andere diensten ingeschakeld worden, zoals de pastorale dienst, het palliatief zorgteam, de ombudsdienst, vrijwilligers… 4 Wat kan u gevraagd worden om mee te brengen naar de G-dienst ? gemakkelijke dagkledij, zelfs een trainingspak kan handig zijn bij actieve revalidatie stevig gesloten schoeisel de hulpmiddelen waarvan de patiënt thuis gebruikt maakt, bijvoorbeeld rolstoel, loopkader, hulpmiddel om zich aan te kleden, leesbril, prothesemateriaal… hobbymateriaal zoals leesboek, breiwerk, puzzel, dagblad of tijdschrift, kruiswoordraadsel… een grote badhanddoek; voor wie gebruik maakt van het hoog-laag bad op de G-dienst. enkele foto’s van familie, of huisdieren… deze kunnen uitnodigen tot een praatje enkele namen en telefoonnummers bij de zieke op de kamer Nog een tip voor wie graag leest : U kunt gratis boeken lenen uit de ziekenhuisbibliotheek. Aan de vrijwilligers die op donderdag op de dienst komen, kan aan de hand van een lijst uw keuze kenbaar maken. Er zijn ook kaarten, gezelschapsspelen en DVD’s verkrijgbaar. Wij hopen dat deze brochure uw eventuele vragen beantwoordt, en u een overzicht geeft op wie er instaat voor de zorgverlening tijdens het verblijf op de G-dienst. Voor bijkomende informatie kunt u steeds terecht bij de hoofdverpleegkundige van de afdeling. We geven u graag de namen en telefoonnummers van de hoofdverpleegkundige van de afdeling : G0 - Mevr. Ellen Detavernier : 057/ 35 64 71 G1 - Dhr. Hendrik Vandaele : 057 / 35 64 61 G2 - Mevr. Karen Christiaens: 057/ 35 62 81