7. Thailand - CGK Stadskanaal

advertisement
PROJECTEN BUITENLANDSE ZENDING CHRISTELIJKE GEREFORMEERDE KERKEN
7. Thailand
Contactadres:
Projectnaam:
Projectbedrag: Uitgiftedatum
Verantwoordelijk in Nederland:
E-mailadres:
Isaan
Kerknummer:
Projectnr.
Projectbeschrijving
Het hele noordoosten van Thailand (ongeveer ter grootte van Frankrijk)
wordt Isaan genoemd. De noordelijke en oostelijke grenzen met Laos
worden gevormd door de rivier de Mekong. De zuidelijke grens met
Cambodja is een laaggebergte. De zuidelijke en westelijke overgang
naar de rest van Thailand is ook een laaggebergte, de
Petchabunbergen. Een groot gedeelte van Isaan bestaat uit het Khorat
Plateau. Isaan is de armste regio van Thailand. Het gemiddelde
maandsalaris ligt beneden de 3000 baht, (€60,=) per maand. Landbouw
is de belangrijkste economische activiteit in de regio, maar door de
schrale grond en de natuurlijke omstandigheden op het plateau is de
opbrengst van de landbouw lager dan in centraal Thailand. Er wonen in
Isaan meer dan 20 miljoen mensen. Van deze mensen zijn ongeveer 18
miljoen etnisch Isaan. Er zijn in het gebied 32000 protestantse
christenen, 0.16% van de bevolking. Minder dan 100.000 mensen zijn
Rooms-Katholiek. Er zijn in Isaan 725 protestantse kerken met
gemiddeld minder dan 50 leden. In 130 districten met gemiddeld
50.000 inwoners is nog geen protestantse kerk. Daarop richt het
zendingswerk van OMF zich in het bijzonder. Momenteel werken
ongeveer 100 zendelingen in Isaan. De helft daarvan bevindt zich in
een stad met een universiteit. In de meeste van de 19 provincies van Isaan is geen geregistreerde
zendeling.
Thailand is in het algemeen een voor Aziatische begrippen welvarend land met een goede
infrastructuur. Armoede is vooral te vinden in het Isaan-gebied. Er is gelukkig nauwelijks honger.
Thailand heeft een bevolking van ongeveer 64 miljoen mensen, van wie 75% Thais zijn en 14%
Chinees. De 11% Maleisische moslims wonen in Bangkok en in het zuiden. In het noorden wonen
animistische stammen. Zoals in de meeste landen in Zuidoost Azië is er een beweging van het
platteland naar de stad. Thailand heeft een aantal grote problemen zoals drugs, aids en prostitutie.
De samenleving is doortrokken van het Boeddhisme met sterk animistische trekken. Ongeveer 95%
van de bevolking in Thailand is boeddhist, 3% moslim en 0,5% christen. Er is officieel vrijheid van
godsdienst, wat verschillende vormen van zendingswerk mogelijk maakt. Weerstand tegen het
christendom komt vooral aan de oppervlakte waar de bekering tot Christus sociale gevolgen heeft:
men plaatst zich buiten wat gangbaar is in de samenleving. Het zendingswerk van OMF richt zich
erop met lokale mensen en middelen te komen tot kerkplanting. Zendingswerkers werken daarbij
als katalysatoren.
Hulpvraag
De hulpvraag is indertijd bij deputaten
neergelegd door Overseas Mission
Fellowship (OMF) op aandringen van de
mdw’ers Jan en José van Eeken (op de
foto met hun zonen Joas en Jefta), die
al in Thailand werkten. Het is de
strategie van OMF om per
dorp/stad/regio tijdelijk hulp te
bieden. Is er eenmaal een kerk of
huisgemeente ontstaan (d.w.z. een
groep mensen die op zondag
samenkomt voor een eredienst), dan
zullen de werkers van OMF die kerk
ondersteunen totdat zij zelfstandig
verder kan. Er wordt niet op voorhand
gestreefd naar het tot stand brengen
van een kerkgebouw – in ieder geval wordt niet verwacht dat er met middelen vanuit het buitenland
gebouwd wordt. De plaatselijke gemeente wordt ingezet voor evangelisatiewerk in de naaste
omgeving, waarbij de werkers van OMF assistentie verlenen. Er is binnen de werkwijze van OMF
ruimte voor inbreng van de buitenlandse zending van de Christelijke Gereformeerde Kerken. Het
team dat aan het werk is in Isaan bestaat uit leden met een gereformeerde achtergrond en het ligt
in de bedoeling meer werkers met die achtergrond te zoeken. Daarbij wordt in de eerste plaats de
Bijbelgetrouwheid van gereformeerde werkers gewaardeerd. Hoewel ten aanzien van bijvoorbeeld
de doop flexibiliteit noodzakelijk is (in verreweg de meeste Thaise kerken is de doop op belijdenis
van het geloof algemeen gebruik), wordt er momenteel gesproken over de mogelijkheid ook aan de
kinderdoop een plaats te geven. Het verstrekken van literatuur, lectuur en audiovisueel materiaal
wordt op hoge prijs gesteld.
Deputaten willen door werkers uit te zenden (zeer) jonge kerken ondersteunen in hun opbouw en
ontwikkeling. Dat gebeurt in relatief arme gebieden, maar er staat beslist geen financiële hulpvraag
voorop. Wel is er in Isaan duidelijk sprake van een ‘witte vlek’ in Thailand.
Feestelijke dienst in het extra volle kerkje van de woonplaats van de fam. Van Eeken, Nong Song Hong, waarin een
doopsbediening plaatsvindt (april 2013)
Kerken
Het kader van de jonge kerken in Isaan wordt vooralsnog gevormd door de zendingswerkers ter
plaatse. Er wordt naar gestreefd zo snel mogelijk lokale mensen in te zetten voor het kerkenwerk.
Waar gemeenten gevormd zijn, wordt de leiding in handen gelegd van mannen en vrouwen die op
een eenvoudig niveau in staat zijn een eredienst op te zetten en te leiden. Mannen gaan voor in de
dienst die soms door vrouwen ‘geregisseerd’ worden, d.w.z. dat zij de gemeente aanwijzingen
geven voor de gang van zaken. Ook in de evangelisatie in de dorpen wordt gebruik gemaakt van
lokale krachten, bijvoorbeeld wanneer de evangelisatiebus wordt gebruikt. Voor de opbouw van het
kerkelijke leven is het uitgangspunt van OMF en het Isaanteam, dat er geen buitenlandse gelden
worden aangewend. De mensen moeten vanaf het begin hun eigen kerkelijke leven dragen en
uitbouwen.
Nieuwe werkers
Vanaf september 2013 bereidden zich in
Engeland (Redcliffe College, Gloucester) br.
en zr. Wilke en Marlies den Hertog-Koolen voor
op uitzending naar Thailand. Zij reageerden op
een uitnodiging van zendingsdeputaten om
zich aan te melden voor het werk in Isaan.
Voorheen was Wilke predikant van de CGK van
Rozenburg. In januari 2013 werd een
oriënterend bezoek aan Thailand gebracht.
Eind oktober 2014 is het echtpaar vertrokken
naar Singapore voor een introductiecursus in
het werk van OMF. Daarna volgt een intensieve
taalcursus van ongeveer een jaar. Vervolgens
zal de fam. Den Hertog zich, net zoals de
andere werkers van OMF, vestigen in een dorp
in Isaan om daar een christelijke gemeente te
helpen stichten.
27 oktober 2014: de fam. Den Hertog vertrekt vanaf Schiphol naar Singapore. Emigreren voor de zending!
Projecten
Aan alle kerken in het kerkverband van de Christelijke Gereformeerde Kerken delen deputaten
buitenlandse zending graag een project toe. Daarmee wordt beoogd de betrokkenheid van de
plaatselijke gemeente bij het zendingswerk te vergroten. In het verleden was het gebruikelijk te
volstaan met de constatering dat een gemeente de jaarlijkse afdracht had voldaan – maar het wordt
steeds meer duidelijk dat gemeenten het op prijs stellen wanneer zij concreet weten aan welk
zendingsproject het bijeengebrachte geld wordt besteed.
Deputaten zijn er voorzichtig mee meer geld voor een project over te maken dan tevoren is
afgesproken. Projectpartners in het buitenland worden in verlegenheid gebracht wanneer zij gelden
ontvangen die hun jaarlijkse budgetten te boven gaan. Daarom wordt er vanuit gegaan dat in de
zendingsbegroting voor een bepaald project vastgesteld geldbedrag inderdaad wordt overgemaakt.
Komt er veel meer geld voor dat project binnen, dan wordt het surplus vooralsnog gereserveerd
voor het geheel van de zendingsbegroting en zo nodig besteed aan een aanverwant project.
Projectbedrag
De steun die van de kerken van ………. wordt gevraagd is (gebaseerd op) de jaarlijkse landelijke
omslag die de synode van de christelijke gereformeerde kerken vraagt voor het zendingswerk,
uitgaand van het bedrag dat de synode van 2010 heeft vastgesteld (€ 8,00 per lid of dooplid),
afgerond naar boven. Dit bedrag wijkt aanzienlijk af van de omslag die zending tot 2010 mocht
vragen: € 11,20. Er zijn kerken die zending hebben laten weten van het ‘oude’ bedrag te blijven
uitgaan.
In dit bedrag zijn ook begrepen de kosten die in Nederland gemaakt moeten worden om het
zendingswerk te kunnen behartigen (uitvoeringskosten) en die ongeveer 18-20% bedragen. De
jaarlijkse omslag is dus omgezet in een aansprekend project.
Gemeenten die méér dan het gewone willen en kunnen doen, kunnen een Plusproject aanvragen ter
hoogte van een aan te geven bedrag. Een dergelijk Plusproject zou bijvoorbeeld kunnen dienen als
doel voor een bazar of een bijzondere actie.
Download