B&W-nr.: 05.0573 d.d. 29 april 2005 Onderwerp Antwoord schriftelijke vragen van het raadslid P. Van Meenen (D66) inzake ambtelijke procedure beantwoording schriftelijke raadsvragen. BESLUITEN Behoudens advies van de commi ssie Burg. 1. 2. 3. de beantwoording van de schriftelijke vragen van het raadslid P. van Meenen (D66) d.d. 18 maart 2005 met betrekking tot de ambtelijke procedure beantwoording schriftelijke raadsvragen vast te stellen; dit besluit te zenden aan de vragensteller en de overige leden van de Gemeenteraad; mandaat te verlenen aan de Burgemeester voor tekstuele wijzigingen. Samenvatting Op 18 maart 20045 heeft het raadslid P. van Meenen (D66) schriftelijke vragen gesteld over de ambtelijke procedure m.b.t. de beantwoording van schriftelijke raadsvragen. In bijgaande concept-beantwoording geeft het college hierop een reactie. 31. Schriftelijke vragen aan het College van Burgemeester en Wethouders van het raadslid P. VAN MEENEN (D66) inzake ambtelijke procedure beantwoording schriftelijke raadsvragen (ingekomen 18 maart 2005). Op grond van artikel 43 van het reglement van orde voor de vergaderingen van de gemeenteraad wil de fractie van D66 uw College schriftelijke vragen stellen naar aanleiding van aan u gestelde schriftelijke vragen. Het is de waarneming van de fractie van D66 dat ook recent weer vragen aan uw College zijn gesteld die voortkomen uit publicaties, onderzoeken en berichten in de media die niet specifiek over Leidse aangelegenheden gaan. Deze vragen komen voort uit een rechtstreekse en ongecontroleerde vertaling van een landelijk of elders lokaal gesignaleerd (mogelijk) probleem. Zo doende wordt door diverse fracties regelmatig de suggestie gewekt dat zo een probleem zich mogelijk ook in Leiden voordoet. Op basis van deze suggestie wordt vervolgens uw College gevraagd dat na te gaan en zonodig passende beleidsmaatregelen te nemen. Enerzijds krijgt de fractie van D66 bij deze wijze van politiek handelen sterke associaties met dat van de fractie van Leefbaar Den Haag gedurende de eerste maanden van deze raadsperiode. Zij stelde het Haagse College dagelijks vragen in de trant van: “Heeft het College de Haagsche Courant van vandaag gelezen? Zo ja, heeft het College kennisgenomen van de problemen die daarin gesignaleerd worden? Zo ja, wat denkt het College aan die problemen te gaan doen?” of vragen zoals: “Is het College met de fractie van LDH van mening dat het consumeren van drie glazen melk per dag gezond is? Zo ja, op welke wijze is het College van plan te zorgen dat elke Hagenaar dagelijks zijn drie glazen melk nuttigt?” Anderzijds neemt de fractie van D66 waar dat het stellen van zulke algemene vragen weliswaar niet ontleend is aan kwesties die de Leidse burgers bij de politiek aan de orde stellen of door de fracties d.m.v. eigen onderzoek of waarneming zijn vastgesteld, maar dat de vragen wel tot een interessante hoeveelheid gratis publiciteit voor de vragenstellende partij leiden. Omdat ook D66 een partij is die graag in het nieuws komt (we zijn tenslotte minder dan een jaar verwijderd van de volgende verkiezingen) heeft de fractie de moeite genomen om een tweetal kranten van hedenmorgen te lezen en legt u graag op basis van die berichtgeving de volgende vragen voor: Antwoord van Burgemeester en Wethouders (ingezonden 29 april 2005). 1. Heeft het College kennis genomen van de navolgende berichten in het Leidsch Dagblad van 18 maart 2005? “Anti-terreurbrigade geen uitzendbureau politie” “Kinderen van asielzoekers ten onrechte vast” “Nog dit jaar einde mediwiet” “Man niet gekort wegens handdruk” “Zeker 18.000 verpleeghuisbewoners ondervoed” “Minder leerlingen volgen openbaar onderwijs” “Groningen schrapt banen” “Vaker gebeld over geweld” “Spreiding allochtonen werkt niet” “Vrouw snakt naar vrolijkheid” De leden van het College lezen iedere ochtend het Leidsch Dagblad. 2. Heeft het College kennis genomen van de navolgende berichten uit de Volkskrant van 18 maart 2005? “Bibliotheken in actie tegen gespioneer” “Artsen verzwegen uitbraak van ziekte” “CPB: ontkoppel loon en uitkering” “VS zien af van motie tegen China” Uiteraard lezen ook enkele leden van het College dagelijks de Volkskrant. 3. Doen de in deze artikelen aan de orde gestelde kwesties zich in Leiden voor, dan wel hebben zij consequenties voor het gemeentelijk beleid, en zo ja op welke wijze is het College voornemens dit beleid te herformuleren? Voldoende marginaal, om niet aan beleidsaanpassingen te hoeven denken. De fractie van D66 kan zich voorstellen dat de beantwoording van deze vragen enige tijd en ambtelijke capaciteit in beslag neemt. Vandaar dat zij u in de gelegenheid wil stellen in plaats daarvan de volgende vragen te beantwoorden, die wellicht iets minder inspanning vergen. 1. Wat kost globaal de beantwoording van een gemiddelde set vragen vanuit de Raad aan ambtelijke capaciteit (graag in euro’s)? Hierover zijn geen gegevens bekend. Om onnodige kosten te voorkomen vinden wij het niet opportuun een door u bedoelde calculatie op te laten stellen. Duidelijk is wel dat het beantwoorden van vragen meer tijd kost dan het stellen ervan. 2. Deelt het College de mening van D66 dat geregeld vragen gesteld worden die niet of zeer zijdelings met actuele Leidse kwesties en problemen samenhangen? De Gemeentewet (artikel 155) en de Toelichting op het Reglement van Orde voor de gemeenteraad (artikel 43) stellen dat het vragenrecht de leden van de Raad het recht geeft om informatie te vragen over aangelegenheden die tot de bevoegdheid van het College of de Burgemeester behoren. Wij zijn het dan ook met u eens dat deze vragen primair en direct betrekking dienen te hebben op (actuele) Leidse kwesties en problemen. In het algemeen, maar niet altijd, is dat ook het geval. Overigens lijken vele vragen ook vooral te worden gesteld omwille van politieke profilering. 3. Is het College met de D66-fractie van mening dat de middelen die besteed worden aan zulke algemene vragen, beter besteed kunnen worden aan vragen en kwesties die de Leidse burger werkelijk bezighouden? Het College beantwoordt slechts de vragen die hem door de Raad worden gesteld, conform artikel 43 Reglement van Orde voor de vergaderingen van de Gemeenteraad. Wij zijn dan ook van mening dat u deze vraag dient voor te leggen aan uw collegaraadsleden. 4. Is het College bereid in het kader van de evaluatie van het dualisme en van de door D66 Leiden ingezette lokale bestuurlijke vernieuwing met de Raad van gedachten te wisselen over een aantal criteria waaraan schriftelijke vragen zouden moeten voldoen alvorens u tot beantwoording genoodzaakt wordt? Het College is te allen tijde bereid met de Raad te overleggen.