Abnormaal Vaginaal Bloedverlies Gynaecologie Inleiding Uw huisarts heeft u doorverwezen naar Gynaecologie, omdat u abnormaal vaginaal bloedverlies heeft of heeft gehad. In deze folder worden de verschillende vormen van abnormaal bloedverlies, de onderzoeken en de eventuele behandelingen besproken. Het is belangrijk dat u goed op de hoogte bent van wat uw klacht inhoudt en wat de mogelijkheden zijn betreffende onderzoek en indien nodig behandeling. Het spreekuur bij Gynaecologie is zo georganiseerd, dat zowel de uitleg als het onderzoek (de onderzoeken) en indien nodig ook de behandeling direct achter elkaar kunnen plaatsvinden. Op deze manier kunnen wij u snel helpen, zonder dat u hiervoor meerdere malen naar het ziekenhuis dient te komen. Wanneer het nodig is alle in deze folder beschreven onderzoeken uit te voeren, duurt het consult ongeveer 25 minuten. Wanneer blijkt dat na de onderzoeken een behandeling volgt, dient u er rekening mee te houden dat deze behandeling pas in de middag kan plaatsvinden op de poliklinische operatiekamer (tussen 13.00 uur en 16.00 uur). Wij vragen u dan ook rekening te houden met een verblijfsduur van circa een halve tot hele dag in het ziekenhuis. Tussen het onderzoek en de eventuele behandeling kunt u uw tijd uiteraard vrij besteden. Wat is abnormaal vaginaal bloedverlies? Onder abnormaal vaginaal bloedverlies verstaan we hevig bloedverlies bij de menstruatie, onregelmatig bloedverlies, bloedverlies na de overgang en bloedverlies na de gemeenschap. Hevig bloedverlies betekent voor elke vrouw iets anders. Sommigen vinden bloedverlies hevig als het meer is dan zij gewend zijn. Anderen noemen het hevig omdat zij veel tampons of maandverband nodig hebben, doorlekken en zich zeer vaak moeten verschonen. Een nauwkeurige definitie van hevig bloedverlies is er niet. Verlies van stolsels (dikke brokken) en bloedarmoede beschouwt men meestal als kenmerken van hevig bloedverlies. Of hevig bloedverlies een reden is tot verder onderzoek en eventuele behandeling, hangt af van uw klachten. U bent degene die aangeeft of dit gewenst is. Sommige vrouwen menstrueren al van jongs af aan hevig. Zij weten nauwelijks anders en hebben vaak geleerd ermee te leven. Voor veel vrouwen ontstaat de klacht na hun dertigste of veertigste jaar, soms na het stoppen van de pil. Hevig bloedverlies is vervelend, maar kan meestal geen kwaad. Als er sprake is van bloedarmoede, adviseert de arts vaak een behandeling. Oorzaken van abnormaal vaginaal bloedverlies Hevig bloedverlies kan verschillende oorzaken hebben, die ieder een andere aanpak vragen. Men schat dat zo'n tien tot vijftien procent van de vrouwen er last van heeft en medische hulp zoekt. | patiënteninformatie 2 • De hoeveelheid menstruatiebloed is onder andere afhankelijk van de dikte van het opgebouwde baarmoederslijmvlies. Door de eierstokken gemaakte hormonen verzorgen de opbouw van dit slijmvlies. Bij een daling van de hormoonspiegel stoot de baarmoeder het slijmvlies af. Hierbij ontstaat een bloeding: de menstruatie. Naarmate de overgang nadert, maken de eierstokken onregelmatiger hormonen. Daardoor wordt soms heel veel slijmvlies opgebouwd, dat bij afstoting een sterke bloeding geeft. Bij pilgebruik blijft het slijmvlies vaak dun; het bloedverlies is dan minder dan bij een natuurlijke menstruatie. • Niet alleen hormonen en de opbouw van het slijmvlies beïnvloeden het bloedverlies, ook de baarmoeder zelf speelt een rol. De baarmoeder, die de vorm en grootte van een peer heeft, bestaat uit een spierwand. Aan de binnenzijde is de baarmoederholte. De spierwand is aan de binnenkant bekleed met slijmvlies. De wanden bekleed met het slijmvlies liggen tegen elkaar aan, zodat in wezen geen sprake is van een echte holte. Veranderingen in de vorm van deze 'holte' bijvoorbeeld door de aanwezigheid van een poliep of een myoom (vleesboom) hebben nogal eens overmatig bloedverlies tot gevolg. Ook bij een baarmoeder met veel grote myomen kan er sprake zijn van hevig bloedverlies, evenals bij adenomyose en endometriose. Dit zijn afwijkingen waarbij het slijmvlies dat de baarmoederholte bekleedt, ook in de wand van de baarmoeder of buiten de baarmoeder aanwezig is. Bij endometriose zijn menstruaties vaak pijnlijk. • Een enkele keer veroorzaken afwijkingen in de bloedstolling of medicijnen die de bloedstolling beïnvloeden, hevig bloedverlies. Ook door een spiraaltje kan het bloedverlies toenemen. Bij 60% van de vrouwen vindt de gynaecoloog geen duidelijke verklaring voor het hevige bloedverlies. Oorzaken van bloedverlies na de overgang Als u een jaar lang niet meer menstrueert vanwege de overgang en als er dan na die tijd plotseling weer bloedverlies optreedt, kan dat voor een huisarts een reden zijn om u naar het ziekenhuis te verwijzen. Wij proberen de oorzaak van het bloedverlies op te sporen. De meest voorkomende oorzaken zijn: • Een dun en kwetsbaar slijmvlies van de schede of de binnenkant van de baarmoeder. Dit wordt veroorzaakt door het ontbreken van de vrouwelijke hormonen omdat u in de overgang bent. • Een poliep of vleesboom aan de binnenkant van de baarmoeder. • Een kwaadaardig gezwel aan de binnenkant van de baarmoeder. Al deze verschillende oorzaken laten zich makkelijk opsporen door een klein beetje weefsel van de binnenkant van de baarmoeder op te zuigen. Dat kan door middel van een waterecho of door in de baarmoeder te kijken. | patiënteninformatie 3 Oorzaken van tussentijds / onregelmatig bloedverlies Met onregelmatig bloedverlies bedoelen we het onherkenbaar zijn van een regelmatige cyclus. Tussentijds bloedverlies is het optreden van bloedverlies, vaak midden in de cyclus, terwijl de menstruatie zelf regelmatig komt. De oorzaak van onregelmatig / tussentijds bloedverlies is niet altijd makkelijk op te sporen. Meestal wordt dit veroorzaakt doordat de vrouwelijke hormonen gedurende kortere of langere tijd niet helemaal in balans zijn. Het kan ook komen door de invloed van hormonen die u slikt, zoals bijvoorbeeld de pil. Een andere oorzaak van tussentijds bloedverlies is een poliep of een vleesboompje in de holte van de baarmoeder. Het bloedverlies kan ook afkomstig zijn van de baarmoedermond. In dit geval zal hiervan een uitstrijkje en /of kweek genomen worden. Door een waterecho of een onderzoek met een dun kijkbuisje kan de baarmoederholte goed beoordeeld worden. Afspraak Op de achterzijde van deze folder staat genoteerd wanneer en hoe laat u verwacht wordt bij Gynaecologie. Wanneer u verhinderd bent op het afgesproken tijdstip dient u dit zo spoedig mogelijk, uiterlijk 2 werkdagen van tevoren, door te geven aan de afdeling Gynaecologie (zie voor het telefoonnummer de achterzijde van deze folder). Meenemen naar het ziekenhuis U wordt verzocht bij uw afspraak bij Gynaecologie mee te brengen: • de verwijsbrief van uw huisarts, • de menstruatiescorekaart. Deze kaart is bijgevoegd aan deze folder. Als er voor het bezoek aan de polikliniek nog een menstruatie optreedt, wilt u dan de menstruatiescorekaart invullen? Breng, wanneer u dit prettig vindt, gerust uw partner of een familielid mee. Gang van zaken spreekuur abnormaal vaginaal bloedverlies De gynaecoloog zal starten met een gesprek om uw klacht in beeld te brengen. Probeer uw klacht zo duidelijk mogelijk onder woorden te brengen. Denk vooraf al na over de vragen die u wilt stellen en zet deze zonodig op papier. Het is verstandig uw menstruatiecyclus bij te houden en te noteren wanneer de laatste menstruatie is begonnen of het bloedverlies optrad. Als u tijdens de menstruatie veel bloedverlies heeft, wilt u dan de bijgevoegde menstruatiescorekaart invullen. De gynaecoloog zal u vervolgens vragen naar uw algehele gezondheid, naar bijzonderheden in uw familie, naar uw medicijngebruik en allergieën en naar eventuele eerdere zwangerschappen en bevallingen. Tevens krijgt u tijdens dit | patiënteninformatie 4 gesprek uitgebreide informatie over het onderzoek, de eventuele behandeling en heeft u de mogelijkheid om vragen te stellen. Na dit gesprek zal de gynaecoloog u onderzoeken. Dit kunnen meerdere opeenvolgende onderzoeken zijn. Indien mogelijk en/of noodzakelijk vindt een behandeling dezelfde dag plaats. De onderzoeken Gynaecologisch onderzoek Bij het gynaecologisch onderzoek brengt de arts een spreider (speculum / eendebek) in de schede (vagina) om de schede en baarmoedermond te bekijken. De spreider is verwarmd en om het inbrengen ervan zo makkelijk mogelijk te laten verlopen is het belangrijk dat u licht perst terwijl de spreider wordt ingebracht. Hierdoor opent de schede zich iets. Het inbrengen doet dan geen pijn. Als de spreider geopend wordt drukt deze iets tegen de blaas en de darmen aan. Een volle blaas of darm geeft soms een vervelend gevoel. Het is daarom verstandig voor het onderzoek naar het toilet te gaan. Door het openen van de spreider kan de arts de baarmoedermond beoordelen en zonodig een uitstrijkje maken of een kweek afnemen. Het uitnemen van de spreider verloopt makkelijker als u licht perst en probeert te ontspannen. Inwendig onderzoek Na het gynaecologisch onderzoek volgt vaak een inwendig onderzoek (vaginaal toucher). Voor onderzoek van de inwendige geslachtsorganen worden een of twee vingers in de schede gebracht en wordt er met de andere hand op uw buik gevoeld. Zo kan de gynaecoloog de ligging en de grootte van de baarmoeder en de eierstokken beoordelen en bij klachten de pijnlijke plek onderzoeken. Er kunnen redenen zijn om tegen het onderzoek op te zien, bijvoorbeeld negatieve seksuele ervaringen in het verleden of een eerder pijnlijk gynaecologisch onderzoek. Wat ook de reden is, bespreek het van tevoren met uw gynaecoloog, zodat u samen naar een passende oplossing kunt zoeken. Echoscopie Echoscopie is een techniek waarmee organen in het lichaam zichtbaar worden gemaakt door middel van geluidsgolven. Er zijn twee vormen van echoscopie. Het ene apparaat maakt afbeeldingen via de buikwand (uitwendige echo), het andere apparaatje is dun en langwerpig en wordt in de schede ingebracht (inwendige / vaginale echo). Bij een niet al te grote baarmoeder geeft echoscopisch onderzoek via de vagina de beste informatie over eventuele afwijkingen van de baarmoeder of de eierstokken. | patiënteninformatie 5 Bij uw klacht van abnormaal bloedverlies is het vooral belangrijk om een indruk van de binnenkant van de baarmoeder te krijgen. Voor de inwendige echo neemt u plaats op de gynaecologische stoel. Op het echoapparaatje wordt een glijmiddel gebruikt om het inbrengen in de schede makkelijker te maken. Het inbrengen doet meestal geen pijn, maar bij een ontsteking of een bloeding in de buik kan het onderzoek wel pijnlijk zijn. Bij een uitwendige echo maakt de gynaecoloog / echoscopist een afbeelding van de baarmoeder en de eierstokken via de buikwand. De eileiders, heel dunne orgaantjes tussen de baarmoeder en de eierstokken, zijn meestal niet zichtbaar. U kunt zelf het onderzoek op het beeldscherm volgen. De gynaecoloog bespreekt direct met u de uitslag van de echoscopie en bepaalt vervolgens samen met u of verder onderzoek noodzakelijk is. Watercontrastechoscopie (SIS) Het volgende onderzoek kan watercontrastechoscopie zijn. Watercontrastechoscopie is een manier om poliepen, vleesbomen, vormafwijkingen en andere afwijkingen van de baarmoederholte op te sporen. Het is een inwendig echoscopisch onderzoek waarbij de binnenkant van de baarmoeder zichtbaar wordt gemaakt door water in de baarmoederholte in te brengen. Water is op een echo zwart, weefsel in en rond de baarmoederholte is grijs. Zo is het mogelijk de vorm en de inhoud van de baarmoederholte goed te onderzoeken. Bij een watercontrastecho neemt u plaats op de gynaecologische stoel met uw benen in de beensteunen. De gynaecoloog brengt een spreider in de schede, waarna een dunne katheter door de baarmoederhals in de baarmoederholte wordt gebracht. Vervolgens maakt men opnieuw een vaginale echo, terwijl via de katheter steriel water in de baarmoeder gespoten wordt. Op de monitor is zichtbaar hoe de baarmoederholte zich met water vult. U kunt zelf meekijken. U hoeft voor dit onderzoek geen volle blaas te hebben. Wat voelt u van dit onderzoek? Soms is het inbrengen van de katheter kortdurend gevoelig, maar de meeste vrouwen voelen dit nauwelijks. Het inspuiten van het water veroorzaakt soms een lichte menstruatieachtige pijn. Tijdens het onderzoek loopt soms water langs de katheter via de vagina weg. Ook na afloop kunt u nog wat water verliezen dat bloederig kan zijn. Dat kan geen kwaad. Een maandverband is voldoende om het op te vangen. Wanneer is het verstandig om het onderzoek uit te stellen? Het onderzoek wordt niet gedaan als er een kans bestaat dat u zwanger bent. Het beste moment voor dit onderzoek is binnen twee weken na het begin van de | patiënteninformatie 6 menstruatie. Gebruikt u de pil of bent u gesteriliseerd, dan kan het onderzoek tijdens de hele cyclus plaatsvinden, echter niet gedurende de menstruatie. Na een pas genezen eileiderontsteking is het doorgaans verstandig enige maanden met het onderzoek te wachten. Mogelijke complicaties De kans op complicaties bij dit onderzoek is zeer klein. Wel kan een ontsteking optreden als u besmet bent met een seksueel overdraagbare aandoening (bijvoorbeeld een chlamydia infectie). Bent u bang na onveilig seksueel contact een infectie te hebben opgelopen dan is het verstandig dit te melden. De gynaecoloog neemt dan eerst een kweek af om een infectie uit te sluiten. Soms wordt uit voorzorg een korte antibioticakuur gegeven tijdens de ingreep. Hysteroscopie Indien in de baarmoeder poliepen of vleesbomen zichtbaar zijn, kan het nodig zijn om een hysteroscopie te verrichten. Bij een hysteroscopie neemt u plaats op een gynaecologische stoel en kijkt de gynaecoloog met een dun kijkbuisje via de schede en de baarmoedermond naar de binnenkant van de baarmoeder. Het passeren van de overgang naar de binnenkant van de baarmoeder kan even gevoelig zijn (alsof u menstrueert), maar over het algemeen kan het onderzoek zonder plaatselijke verdoving plaatsvinden. Tijdens dit onderzoek zijn kleine en soms iets grotere ingrepen mogelijk. Een poliepje, of een spiraaltje waarvan de touwtjes niet meer zichtbaar zijn kunnen verwijderd worden, evenals het opheffen van een verkleving. Ook het wegnemen van een stukje weefsel (biopt) is mogelijk. Vaak sluit men de hysteroscoop aan op een camera, zodat het beeld op een televisiescherm te zien is en u dus kunt meekijken. Dit onderzoek vindt plaats op de operatiekamer en kan meestal dezelfde middag plaatsvinden. U hoeft voor dit onderzoek niet nuchter te zijn. Een hysteroscopie duurt gemiddeld tussen de 15 en 30 minuten. Na het (de) onderzoek(en) bespreekt de gynaecoloog zijn / haar bevindingen en mogelijke behandelopties. Wel of geen behandeling? Na het (de) onderzoek(en) zijn er meerdere mogelijkheden: • De oorzaak van uw klacht is duidelijk en behoeft geen verdere behandeling. • De oorzaak van uw klacht is nog onduidelijk en hangt af van uitslagen van bijvoorbeeld een uitstrijkje of andere uitgevoerde onderzoeken. | patiënteninformatie 7 • De oorzaak van uw klacht is duidelijk en een behandeling met medicijnen wordt geadviseerd. Hierbij wordt een onderscheid gemaakt in een behandeling met hormonen en een behandeling met andere medicatie. • Een vervolgonderzoek of een behandeling op de operatiekamer is noodzakelijk. • Als de gynaecoloog geen duidelijke verklaring voor de hevige menstruaties vindt, zijn verschillende behandelingen mogelijk: - behandelingen met medicijnen - een spiraal met progesteron (Mirena) die in de baarmoeder wordt ingebracht - operatieve behandelingen van het baarmoederslijmvlies (Novasure) - verwijdering van de baarmoeder Bij de meeste behandelingen worden de menstruaties minder hevig en soms is er helemaal geen bloedverlies meer. Het effect van de behandeling op langere termijn is niet altijd blijvend. Het is niet altijd te voorspellen welke behandeling voor u het meest geschikt is. Doorgaans adviseert de gynaecoloog met de minst ingrijpende behandeling te beginnen. Verwijdering van de baarmoeder komt meestal pas als laatste mogelijkheid ter sprake. U kunt de voor- en nadelen van de verschillende behandelingen met de gynaecoloog bespreken. Behandelingen Behandeling met medicijnen: niet-hormonen Prostaglandine-synthetase-remmers (o.a. diclofenac, ibuprofen, indometacine, naproxen). Deze medicijnen schrijft men vaak voor om menstruatiepijn te verminderen. Minder bekend is dat ook het bloedverlies bij de menstruatie met gemiddeld 30% afneemt. Meer dan de helft van de vrouwen ervaart dat de menstruaties minder hevig worden. In de bijsluiters staan veel mogelijke bijwerkingen beschreven, maar in de praktijk komen ze relatief zelden voor. Tranexaminezuur (Cyklokapron®). Dit middel beïnvloedt de bloedstolling en u neemt het alleen in tijdens de dagen van hevig bloedverlies. Bij de menstruatie ontstaat door het afstoten van het slijmvlies aan de binnenzijde van de baarmoeder een wondgebied. Naarmate het bloed hier sneller stolt, verliest u minder bloed. Gemiddeld neemt het bloedverlies met de helft af en vier van de vijf vrouwen blijken tevreden. Weinig gegevens zijn bekend over tevredenheid op langere termijn. Vrouwen die ooit trombose gehad hebben, mogen dit middel niet gebruiken. | patiënteninformatie 8 Behandeling met medicijnen: hormonen De pil Veel vrouwen weten uit ervaring dat de menstruatie minder hevig is bij gebruik van de anticonceptiepil. De pil is dan vaak ook een geschikt medicijn bij klachten van hevig bloedverlies. Over het algemeen is het resultaat goed, maar de pil biedt niet altijd uitkomst. Sommige vrouwen ervaren bijwerkingen, andere hebben emotionele tegenzin om (weer) de pil te gebruiken, vooral vrouwen die gesteriliseerd zijn, of van wie de partner zich heeft laten steriliseren. Anders dan men een aantal jaren geleden dacht, zijn er tegenwoordig doorgaans weinig bezwaren tegen pilgebruik boven de 35 jaar. Voor vrouwen die de overgang naderen is er een pil met een iets andere samenstelling. Bij hoge bloeddruk of roken wordt de pil soms ontraden, hoewel stoppen met roken dan verstandiger is voor uw gezondheid. De prikpil Dit is een driemaandelijkse injectie met een relatief grote hoeveelheid progestageen hormoon. De prikpil schrijft men meestal voor als anticonceptie, maar kan ook gebruikt worden ter behandeling van hevige menstruaties. Het is de bedoeling dat de menstruaties uiteindelijk helemaal wegblijven. Vaak zijn er de eerste maanden en soms het eerste half jaar of nog langer, klachten over langdurig, onregelmatig bloedverlies. Niet bij elke vrouw die de prikpil gebruikt blijven de menstruaties helemaal weg. Na het stoppen met de prikpil duurt het bovendien vaak één of zelfs twee jaar voordat de cyclus zich weer herstelt. De prikpil schrijft men daarom relatief zelden voor als behandeling voor hevige menstruaties. Progesteronpreparaten Langdurig gebruik van een progesteronpreparaat zoals bijvoorbeeld Orgametril® of Provera® zorgt ervoor dat er geen eisprong optreedt. Daardoor blijft ook de menstruatie achterwege. Deze medicijnen moet u dagelijks innemen. Niet altijd lukt het ervoor te zorgen dat de menstruaties wegblijven. Soms treedt tussentijds bloedverlies op. Een vaak voorkomende bijwerking is vocht vasthouden en daarmee gewichtstoename. Andere mogelijke bijwerkingen zijn een vettige huid en soms depressiviteit of minder zin in vrijen. Niet elke vrouw heeft last van deze bijwerkingen. LH/RH-agonisten Dit zijn medicijnen die de situatie in de postmenopauze (de periode na de laatste menstruatie) nabootsen. De eierstokken maken dan nauwelijks hormonen, zodat het baarmoederslijmvlies niet meer wordt opgebouwd en afgestoten. In verband met ongunstige effecten voor de botopbouw schrijven de meeste artsen dit medicijn liever niet langer dan een half jaar voor. Voor jongere vrouwen is deze behandeling dan meestal ook niet geschikt. Voor vrouwen rond de vijftig jaar betekenen deze medicijnen nogal eens een tijdelijke oplossing; wellicht komen zij na deze periode spontaan in de overgang. | patiënteninformatie 9 Deze middelen kunnen overgangsklachten als opvliegers en nachtzweten versterken. Zo nodig kan de gynaecoloog andere hormonen voorschrijven om deze bijwerkingen te verminderen. Progesteronspiraaltje (Mirena) De arts brengt het progesteronspiraaltje via de vagina in de baarmoeder. Op het ogenblik is alleen het Mirena-spiraaltje op de markt. Mogelijk komen er nog andere merken. De capsule geeft gedurende vijf jaar een progestageenhormoon af. Het baarmoederslijmvlies wordt zo minder gevoelig voor de hormonen die de eierstokken maken. Het slijmvlies blijft dun en het bloedverlies bij de menstruatie vermindert over het algemeen sterk. Het spiraaltje is in Nederland meer dan 10 jaar op de markt. Uit onderzoek blijkt dat driekwart van de vrouwen met een Mirena-spiraaltje minder hevig vloeit dan eerst en sommige vrouwen menstrueren na langere tijd helemaal niet meer. Wel zijn er de eerste maanden na het inbrengen nogal eens buikpijnklachten en ook moet u rekening houden met drie tot zes maanden ‘spotting’: tussentijds bloedverlies op onvoorspelbare ogenblikken. Het Mirena-spiraaltje is niet voor elke vrouw geschikt. Vooral vrouwen die vroeger een spiraaltje spontaan zijn verloren, hebben waarschijnlijk ook meer kans dit spiraaltje te verliezen. Klachten in het verleden over abnormaal bloedverlies bij een gewoon spiraaltje hoeven bij een Mirena-spiraaltje niet terug te keren. Vervolgonderzoek / behandeling op de operatiekamer Een vervolgonderzoek of een behandeling op de operatiekamer is noodzakelijk. Als de gynaecoloog afwijkingen vindt die het hevige vloeien kunnen verklaren, zoals poliepen of vleesbomen in de baarmoederholte, bespreekt hij of zij met u of het mogelijk is ze te verwijderen en hoe dit kan gebeuren. Vaak adviseert de gynaecoloog een hysteroscopische operatie. Hierbij wordt via een kijkbuis in de baarmoeder gekeken en met een hulpinstrument de poliep of vleesboom verwijderd. Als er in de loop van de middag een hysteroscopie behandeling volgt op de poliklinische operatiekamer krijgt u een recept voor pijnstilling van uw arts. Hierbij moet u aangeven of u eerder problemen heeft gehad met bepaalde pijnstillers bijvoorbeeld vanwege maagproblemen. • Naproxen 500 mg: 2 uur voor de behandeling • Naproxen 500 mg: 6 uur na de behandeling U mag gewoon eten voor de hysteroscopie behandeling. Het is beter niet te veel te drinken. Blijkt echter bij de hysteroscopie dat de afwijkingen iets te groot zijn om meteen weg te halen, dan komt u in aanmerking voor een uitgebreide hysteroscopie behandeling op de operatiekamer (via narcose of ruggenprik). Deze behandeling kan niet dezelfde dag plaatsvinden. | patiënteninformatie 10 U krijgt dan informatie over de pre-operatieve screening (in verband met de narcosevorm) en er wordt een opnamedatum voor u gepland. Operatieve behandelingen van het baarmoederslijmvlies Behandelingen van het baarmoederslijmvlies hebben als doel het verwijderen of vernietigen van dit slijmvlies. Immers, als van dit slijmvlies weinig of niets meer over is, kan het ook niet worden opgebouwd en bij de menstruatie worden afgestoten. Verschillende methoden zijn mogelijk. In dit ziekenhuis is gekozen voor de Novasure methode. Gedurende enkele seconden wordt een instrumentje in de baarmoeder ingebracht dat wordt verhit. Het baarmoederslijmvlies wordt op deze wijze inactief gemaakt, zodat het bloedverlies sterk of geheel afneemt. Meestal verricht de gynaecoloog deze behandeling in dagbehandeling, doorgaans onder narcose of met een ruggenprik. Soms is plaatselijke verdoving mogelijk. Na afloop van deze behandeling moet u rekenen op een aantal weken vieze, soms stinkende afscheiding. Pijn is er meestal alleen de eerste dag na de operatie. Een zwangerschap raadt men na een dergelijke ingreep ten sterkste af. Voor de Novasure behandeling geldt dat globaal vier van de vijf vrouwen er baat bij vinden. Zij menstrueren duidelijk minder en bij een deel (30%) houdt de menstruatie helemaal op. Op langere termijn kan het baarmoederslijmvlies weer aangroeien. Herhaling van de behandeling na een aantal jaren kan dan nodig zijn. Operatieve verwijdering van de baarmoeder (hysterectomie of uterusextirpatie) Verwijdering van de baarmoeder adviseert de gynaecoloog doorgaans pas als andere behandelingen niet het gewenste resultaat opleveren. Soms wordt een dergelijk advies eerder gegeven, bijvoorbeeld in het geval van een baarmoeder met zeer veel vleesbomen (myomen) die de hevige menstruaties veroorzaken. Afsluiting Na het onderzoek / de onderzoeken en de eventuele behandeling kunt u, indien nodig, even op de afdeling blijven om uit te rusten. U krijgt hier informatie mee voor thuis. Als u nog vragen hebt, kunt u die gerust stellen. De secretaresse maakt voor u een controleafspraak. Afhankelijk van het advies van de gynaecoloog wordt dit een telefonisch consult of een vervolgafspraak. Hoewel u gewoon mag lopen, fietsen en autorijden is het prettig als er iemand met u mee komt, zodat u wordt thuisgebracht. Richtlijnen voor thuis • Bij thuiskomst is het verstandig nog even rust te nemen. De dag na het onderzoek kunt u uw normale werkzaamheden weer hervatten. U mag lopen, fietsen en autorijden. | patiënteninformatie 11 • Na de behandeling kan de onderbuik wat gevoelig zijn. Er wordt met u afgesproken welke pijnstilling u het beste hiervoor kunt gebruiken. • Ook kunt u nog meerdere dagen bloedverlies of bruine afscheiding hebben, dit is normaal. • Zolang er nog bloedverlies is, wordt afgeraden te zwemmen of in bad te gaan. • Gemeenschap is toegestaan zodra het bloedverlies is gestopt, dit kan echter wel nog wat gevoelig zijn. Als u erg veel buikklachten, koorts of zeer veel bloedverlies heeft kunt u van 08.30 uur tot 16.30 uur contact opnemen met Gynaecologie (zie achterpagina voor het telefoonnummer). Buiten deze tijdstippen kunt u het algemene nummer van het ziekenhuis draaien en aan de centrale vragen u door te verbinden met de artsassistent Gynaecologie. Tot slot Mocht u na het lezen van deze folder nog vragen hebben of mochten er nog onduidelijkheden bestaan, aarzel dan niet en neem contact op met Gynaecologie. Het telefoonnummer vindt u op de achterzijde van deze folder. | patiënteninformatie 12 Geef uw mening! Deel uw ervaring over Zuyderland Medisch Centrum op www.ZorgkaartNederland.nl, een onafhankelijk kwaliteitsplatform voor de zorg. Op basis van uw ervaring kunnen wij onze zorgverlening verder verbeteren. Naam: __________________________________________ U heeft een afspraak op: ___________________________ om ______________uur Gynaecologie Meldpunt Oost 11 Afsprakennummer: 088 - 459 7785 Werkdagen: 9.00 - 12.00 en 14.00 - 16.00 uur Informatienummer: 088 - 459 5580 Werkdagen: 8.30 - 12.00 en 13.30 - 16.30 uur © 08-2015 Internet www.zuyderland.nl 663 Verpleegafdeling Meldpunt Oost 43 Telefoon 088 – 459 4500