Protocol 2c Bodemdichtheid (Keuze)

advertisement
Protocol 2c Bodemdichtheid (Keuze)
Doel
Het meten en bepalen van de (volume)dichtheid van verschillende lagen in een
bodemprofiel.
Voorbereiding in de klas
Benodigde materialen
• Metalen monsterbakjes of pijpen (minimaal 3 per laag) ca 5 cm hoog
• Hamer
• Spijker
• Watervaste viltstift
Werkwijze
Stap 1:
Verzamel al het benodigde materiaal. Je hebt minimaal 3
monsterblikjes nodig voor elke laag die je gaat bemonsteren (3 lagen).
Neem extra blikjes mee als reserve.
Stap 2:
Maak een klein gaatje in de onderkant van elk metalen monsterbakje
met behulp van de spijker en de hamer.
Stap 3:
Dit kan ook met holle pijp (open aan twee kanten) uitgevoerd worden.
In dat geval is stap 2 niet nodig. Wel moet je met een watervaste stift
een streepje zetten op de buitenkant van de pijp, op 5 cm van de
bovenrand.
127 • GLOBE Bodem ~ Protocollen en Werkbladen
Veldgids bodemdichtheid
Benodigde materialen
• Metalen monsterbakjes of pijpen (minimaal 3 per laag) ca 5 cm hoog
• Sterke schaar (bijvoorbeeld graskantschaar)
• Houten blokje
• Hamer
• Schepje
• Pen en/of potlood
• Afsluitbare plastic zakjes of potjes
• Watervaste viltstift
Werkwijze
Stap 1.
Ga naar de locatie van je bodemprofiel
Stap 2.
Maak de grond vrij van takjes en bladeren en knip planten en gras
af op een stuk van ca 30x30 cm.
Stap 3.
Duw het blikje van bovenaf in de grond. Zie
ook de tekeningen. Maak de grond eerst
een beetje nat om het blikje makkelijker
de grond in te krijgen. Stop met duwen
wanneer er grond uit het gaatje aan de
onderkant van het blikje komt.
Stap 4.
Wanneer het erg lastig gaat, gebruik dan
het stuk hout en de hamer. Plaats het hout
tegen het blikje aan en sla voorzichtig met
de hamer tegen het hout. Het hout zorgt
ervoor dat de kracht evenredig over het
blikje verdeeld wordt. Pas hierbij op dat de
zijkanten van het blikje niet verbogen
raken. Pak een nieuw blikje wanneer dit
gebeurt.
De procedure voor een holle pijp is hetzelfde. Stop met duwen wanneer de
pijp met 5 cm grond is gevuld. Dit is aangegeven op de buitenkant van de
pijp.
128 • GLOBE Bodem ~ Protocollen en Werkbladen
Stap 5.
Gebruik een schepje om het blikje los te
scheppen van de grond erom heen. Strijk de
grond aan de bovenkant van het blikje
netjes af zodat het blikje precies gevuld is.
Stap 6.
Sluit het blikje af met een deksel of iets
dergelijks. Schrijf op het blikje waar het
monster vandaan komt (plaats + horizont).
Geef het monster ook een nummer (bijv. 05 cm nr.1). Een holle pijp kan voorzichtig in
een afsluitbare plastic zak verpakt worden.
Stap 7.
Herhaal stap 3 t/m 6 twee keer zodat je 3 monsters hebt van de
laag van 0-5 cm.
Stap 8.
Graaf in het vrijgemaakte stuk (30x30 cm) de bovenste 8 cm van de
grond weg zodat een ondiep kuiltje ontstaat met een vlakke bodem
en neem ook hier drie monsters op dezelfde wijze als van de
bovenste laag. Je hebt dan drie monsters van de laag rond 10 cm.
Stap 9.
Herhaal stap 8 op een diepte van ca. 28 cm Je hebt dan monsters
van de laag rond 30 cm.
Stap 10. Leg de overgebleven grond netjes terug in het kuiltje.
129 • GLOBE Bodem ~ Protocollen en Werkbladen
Labgids bodemdichtheid
Benodigde materialen
• Weegschaal / balans
• Pen en/of potlood
• Droogstoof
• Maatcilinder
• Water (of alcohol indien er twijgjes in het monster aanwezig zijn)
• Zeef # 10 (2mm maas grootte)
• Rubberen handschoenen
• Papier om het gezeefde monster op te vangen
• Vijzel om grote brokken te verkruimelen
• Werkblad ‘volumedichtheid van de bodem’
• Papieren doekje
Werkwijze
Stap 1.
Kalibreer de weegschaal / balans op 0,01 gram
nauwkeurig.
Stap 2.
Neem één van je monsters en haal de grond uit het
blikje of de pijp en doe deze in de bakjes voor de
droogstoof. Weeg de massa van het monster in het
bakje; dit is het nat-gewicht. Noteer de gegevens op
het werkblad bodemdichtheid bij A.
Stap 3.
Herhaal dit voor al je monsters.
Stap 4.
Droog de monsters in the droogstoof. Gebruik het Protocol ‘Bodemorganische
stof en bodemvocht’ voor instructies aangaande het drogen van
bodemmonsters.
Stap 5.
Bepaal opnieuw de massa van de monsters wanneer
ze uit de droogstoof komen. Dit is het droog-gewicht.
Noteer de gegevens op het werkblad bij B.
130 • GLOBE Bodem ~ Protocollen en Werkbladen
Stap 6.
Plaats een zeef (#10) op een stuk papier. Doe je
monster in de zeef.
Stap 7.
Maak het bakje schoon met een papieren doekje en
bepaal daarna het gewicht van het lege bakje.
Noteer de gegevens op het werkblad bij D.
Stap 8.
Bepaal het volume van het blikje of de holle pijp met
de volgende formule:
Volume = π x r2 x h (ml / cm3)
π = 3.141592654
r = straal in cm
h = hoogte in cm
Noteer dit op het werkblad bij C.
Stap 9.
Doe de rubberen handschoenen aan. Hiermee wordt
voorkomen dat je het monster verontreinigt met
zuren van je huid. Pak de zeef (#10) met je 1e
monster.
Stap 10. Wrijf zorgvuldig de grond over de zeef op de papieren ondergrond. Verpulver
grote brokjes grond voorzichtig eventueel met behulp van een vijzel.
Steentjes en twijgjes zullen op de zeef blijven liggen.
Stap 11. Wanneer er steentjes (of
twijgjes) in het monster
aanwezig zijn, bepaal dan de
massa en het volume hiervan
op de volgende manier:
•
Weeg de steentje en bepaal de
massa. Noteer deze gegevens op
het werkblad bij E.
•
Vul een 100 ml maatcilinder met
30 ml water. Voeg hier de
steentjes aan toe. Lees het
aantal ml water af. Het verschil
131 • GLOBE Bodem ~ Protocollen en Werkbladen
is het volume van de
toegevoegde steentjes. Noteer
dit op het werkblad bij F en G.
Let op: Als er ook organisch materiaal aanwezig is, gebruik dan alcohol in plaats van
water voor stap 11.
Stap 12. Giet het zand (zonder de steentjes ed.) vanaf het papier voorzichtig in een
afsluitbaar plastic zakje. Schrijf hierop datum, plaats van het profiel en
diepte van het monster.
Stap 13. Herhaal stap 1 t/m 12 voor al je monsters. Bewaar
de monsters na afloop op een veilige en droge plek.
Stap 14. Gebruik de tabel op het werkblad om de bodemdichtheid van elke laag te
bepalen. Neem hiervoor het gemiddelde van de drie monsters per laag.
132 • GLOBE Bodem ~ Protocollen en Werkbladen
Werkblad 2c Bodemdichtheid
Alle metingen worden gedaan zonder deksel!
School
:
Datum
:
Tijd
:
Meetlocatie
:
Horizont nummer
:
Horizont diepte
: boven
cm
onder
cm
Monsternummer:
1
A
Nat gewicht grond en bakje (gram)
B
Droog gewicht grond en bakje (gram)
C
Volume blikje of pijp (ml)
D
Gewicht bakje (gram)
E
Gewicht steentjes (gram)
F
Volume water zonder steentjes (ml)
G
Volume water met steentjes (ml)
H
Gewicht droge grond (gram) = B – D
I
Volume steentjes (ml) = G – F
J
Volume dichtheid (gram/ml) = (H – E) /
(C – I)
133 • GLOBE Bodem ~ Protocollen en Werkbladen
2
3
Download