Grote verschillen in het bijhouden van kennis over de integratie van

advertisement
Parnassusplein 5
Postbus 16164
2500 BD Den Haag
T 070 340 70 00
F 070 340 70 44
www.scp.nl
Inlichtingen bij
Dr. R.V. Bijl
[email protected]
T 070 340 7141
7 maart 2012
Den Haag, 13 maart 2012
Grote verschillen in het bijhouden
van kennis over de integratie van
immigranten in Europa
33 miljoen van de totale EU-bevolking van 501 miljoen personen heeft niet de
nationaliteit van het land waarin zij verblijven. Bijna tweederde van hen (21
miljoen) heeft een niet-EU nationaliteit.
Integratie is in veel Europese landen een belangrijk maatschappelijk
vraagstuk. Toch ontbreekt in veel landen feitelijke informatie over de
maatschappelijke participatie van immigranten.
De informatievoorziening is het best op orde in de Noord- en West-Europese
landen, dus ook in Nederland.
Hoewel de Europese Unie al ruim tien jaar bezig is om meer eenheid te krijgen
in het integratiebeleid van de lidstaten, is er nog een lange weg te gaan
voordat zelfs maar een gestandaardiseerd en samenhangend overzicht van de
integratie van migranten in Europa beschikbaar is.
Nationaal beleid staat steeds vaker op gespannen voet met Europese
afspraken en de Europese Agenda voor Integratie uit 2011. Daarin staat
centraal dat integratie een tweezijdig proces is van rechten en plichten van
zowel de immigranten als de ontvangende samenleving.
In veel Europese landen is pas rond de laatste eeuwwisseling gericht aandacht
gekomen voor integratiebeleid. In de nieuwe lidstaten in Midden- en OostEuropa is integratiebeleid – en daarmee ook de informatievoorziening op dat
terrein – grotendeels nog afwezig.
Er zijn grote verschillen tussen Europese landen in de migratie- en
integratiegeschiedenis. Vooral Oost-Europese landen zijn nog steeds vooral
emigratielanden. Voor hen is integratie geen belangrijk thema.
Pagina 1 van 4
Het belang dat gehecht wordt aan een gelijkwaardige positie en participatie
van immigranten is bepalend voor de mate waarin landen bereid zijn de
informatievoorziening over de maatschappelijke positie van migranten op orde
te brengen.
Persbericht
Dit zijn de conclusies uit het rapport Measuring and monitoring immigrant
integration in Europe dat op 13 maart 2012 is verschenen. Het SCP-rapport, onder
redactie van dr. Rob Bijl (SCP) en drs. Arjen Verweij, is opgesteld met bijdragen
van deskundigen uit 17 Europese landen (Oostenrijk, België, Tsjechië,
Denemarken, Estland, Duitsland, Ierland, Italië, Letland, Litouwen, Nederland,
Noorwegen, Polen, Portugal, Zweden, Zwitserland en het Verenigd Koninkrijk). Dit
rapport geeft een beeld van de opvattingen over integratie in politiek en beleid.
De centrale vragen in het boek zijn: Wat zijn de specifieke omstandigheden en
problemen rondom migratie en integratie? Hoe spannen de landen zich in om de
integratieprocessen van de migranten in kaart te brengen en door de tijd heen te
volgen? In 17 landenhoofdstukken wordt beschreven in welke mate migranten
participeren in hun ‘nieuwe’ land en wat dan wel precies verstaan wordt onder
‘participatie’. Want hoewel het streven is het integratiebeleid in Europa meer te
stroomlijnen en te baseren op gezamenlijke uitgangspunten, blijft integratie
primair de verantwoordelijkheid van de afzonderlijke Europese landen.
Europa een gewilde bestemming
Europa is een gewilde bestemming voor veel migranten. De economische
welvaart, de relatief grote politieke stabiliteit en de democratische
grondbeginselen vormen voor veel migranten een wenkend perspectief. Ongeveer
7% van de jaarlijks bijna 4 miljoen immigranten in de EU zijn asielaanvragers.
Werk, studie en gezinshereniging zijn overigens belangrijkere motieven om te
vertrekken uit het land van herkomst.
Het totale aantal personen dat niet de nationaliteit heeft van het land waar zij
verblijven (‘non-nationals’) was in 2010 rond 33 miljoen, ofwel 6,5% van de totale
EU-bevolking van 501 miljoen personen. Bijna tweederde van hen (21 miljoen)
waren mensen met een niet-EU nationaliteit, de resterende 12 miljoen waren
burgers afkomstig uit andere EU-lidstaten. Ook tussen Europese landen onderling
bestaan grote migratiestromen.
Strengere toelatingseisen in Europa
Migratiebeleid krijgt in Europa meer aandacht dan integratiebeleid ten behoeve
van migranten die een verblijfsvergunning hebben.
Veel Europese landen ontwikkelden de afgelopen jaren een steeds strenger
wordende wet- en regelgeving om de instroom van migranten te ontmoedigen.
Daarnaast worden hogere eisen gesteld aan migranten met een
verblijfsvergunning. Dwang en sancties worden vaker gehanteerd om migranten
aan te zetten tot aanpassing en assimilatie. Verplichte inburgeringscursussen voor
immigranten om zich de taal en de cultuur van het ontvangende land eigen te
maken, zijn in Europa (zoals onder meer in Oostenrijk, Nederland, Denemarken)
een vanzelfsprekend onderdeel van het integratiebeleid geworden. Ook striktere
minimumtoelatingseisen voor wat betreft arbeidsvaardigheden of financiële positie
zijn meer gangbaar geworden.
In sommige landen is de instroom van migranten gedefinieerd als een openbare
orde probleem. In Italië bijvoorbeeld wordt immigratie benaderd als een nationaal
veiligheidsthema.
Pagina 2 van 4
In landen zoals Nederland is huwelijksmigratie moeilijker geworden door hogere
financiële eisen te stellen aan de ontvangende partner. Ook worden er een hogere
leeftijdseis en hogere taalvaardigheids- en andere inburgeringseisen gesteld aan
de potentiële partner in het land van herkomst.
Persbericht
Nationaal beleid op gespannen voet met Europese afspraken over
integratie
Nationaal beleid staat steeds vaker op gespannen voet met Europese afspraken en
principes en de Europese Agenda voor Integratie uit 2011. Daarin staat centraal
dat integratie een tweezijdig proces is van rechten en plichten van zowel de
immigranten als de ontvangende samenleving. En ook de uitspraak dat ‘Europe
needs a positive attitude towards diversity and strong guaranties for fundamental
rights and equal treatment, building on the mutual respect of different cultures
and traditions’ lijkt nog ver af te staan van de huidige beleidspraktijk in menig EU
land.
Integratiebeleid vaak een recent verschijnsel
In veel Europese landen wordt pas sinds kort serieus nagedacht over het
vormgeven van een integratiebeleid. Dat gebeurt als reactie op maatschappelijke
problemen, of als het besef doordringt dat veel migranten helemaal niet tijdelijk
aanwezig zijn, maar zich permanent hebben gevestigd. Dit besef dringt pas in een
laat stadium door. Duitsland bijvoorbeeld beschouwde zichzelf tot tien jaar
geleden niet als een immigratieland, terwijl Duitsland vele jaren na de Verenigde
Staten het land met de in absolute aantallen grootste instroom van immigranten is
geweest. Ook in andere Europese landen, zoals Nederland en België, werd heel
lang de mythe van de terugkeer naar het herkomstland in stand gehouden. Lange
tijd is er daarom weinig aandacht voor integratie geweest.
Heel verschillende migratie- en integratiegeschiedenissen, uiteenlopende
betrokkenheid
In landen als Portugal en Spanje spelen van oudsher de koloniale banden met de
herkomstlanden van veel migranten een rol. Een zeer groot deel van de migranten
in Spanje komt uit Zuid- en Midden-Amerika, in Portugal uit de voormalige
koloniën in Afrika. Ook Nederland heeft een koloniaal verleden dat weerspiegeld
wordt in een deel van de migrantenpopulatie. Scandinavische landen kennen
daarentegen weer relatief veel vluchtelingen onder hun migranten. Sinds de jaren
80 wordt in Zweden de immigratie door deze categorie gedomineerd, gevolgd
door immigratie van hun directe familie vooral uit voormalig Joegoslavië, het
Midden Oosten en Somalië.
In Ierland, Polen en Letland zien we weer een andere geschiedenis. Ierland was
heel lang een emigratieland, Polen en Letland zijn dat nog steeds. De politieke
interesse voor het ontwikkelen van een specifiek integratiebeleid is daar dan ook
niet erg groot.
In de Oost-Europese landen bestaat een moeizame verhouding met die
bevolkingsgroepen die in vroegere tijden als ‘bezetter’ werden gezien. De
voormalige Sovjet burgers die permanent in Estland en Letland wonen, kunnen
geen burgerschap verkrijgen, maar beschouwen zichzelf niet als migranten.
Pagina 3 van 4
Mogelijkheden en kwaliteit van informatievoorziening integratie lopen
sterk uiteen
In de 17 landenhoofdstukken gaan de auteurs in op de vraag of en hoe in hun
land gegevens over integratie van migranten worden verzameld. Wie heeft het
initiatief genomen, wie is daarvoor verantwoordelijk, wie voert de
dataverzameling feitelijk uit, en wie bewaakt de kwaliteit van de data
verzameling? De antwoorden op deze vragen zijn van belang om te kunnen
bepalen of monitoring een serieuze en beleid beïnvloedende zaak is in een land, of
slechts een initiatief is van academici.
Het ontbreekt in veel landen nog aan infrastructuur om op een betrouwbare en
regelmatige wijze integratieprocessen te volgen via registraties en onderzoek.
Lang niet altijd is er een verantwoordelijk ministerie dat coördineert en
voorschrijft aan welke informatie behoefte is. Soms is de verantwoordelijkheid
verspreid over regio’s of steden. Dit levert weer problemen op door het ontbreken
van een eenheid van definitie.
Persbericht
Belang dat gehecht wordt aan gelijkwaardige positie en participatie
bepalend voor mate van kennisopbouw
Het boek biedt een caleidoscopisch overzicht van de opvattingen in 17 Europese
landen over integratie en over de inspanningen om integratie concreet meetbaar
te maken. Van een harmonisatie van het monitoren van de integratie van
immigranten is in Europa nog geen sprake. De aantallen migranten in de
Europese landen variëren ook enorm. Waarom zou een land investeren in het
ontwikkelen van een integratiemonitor als de aantallen migranten miniem zijn?
Daar waar de samenleving sterk hecht aan gelijkwaardige positie en participatie
van migranten in de maatschappij, zijn activiteiten om die deelname door te tijd
heen te volgen óók bij relatief kleine aantallen migranten in de bevolking vaak wel
aanwezig. In landen waar deze opvatting niet diep geworteld is, bestaat
doorgaans weinig bereidheid om te investeren in kennis op het gebied van
integratie.
SCP-publicatie 2012/8, Measuring and monitoring immigrant integration in
Europe, Den Haag, Sociaal en Cultureel Planbureau, 2012,
ISBN 978 90 377 0569 0, prijs € 28,90.
De publicatie is verkrijgbaar bij de (internet-)boekhandel, te bestellen of te
downloaden via de website: www.scp.nl
Voor meer informatie over de inhoud van de publicatie: SCP: dr. Rob Bijl, tel.: 070
340 7141, e-mail: [email protected].
Voor algemene vragen: Irma Schenk, tel. 070-340 5605, e-mail : [email protected]
Pagina 4 van 4
Download