concept-reglement-bewonerscommissies

advertisement
Bijlage 3 Samenwerkingsovereenkomst
CONCEPT-REGLEMENT BEWONERSCOMMISSIES
DOEL VAN DIT REGLEMENT
ARTIKEL 1
1.
De bewonerscommissie is een erkende vertegenwoordiging van huurders van een
complex(en) en is lid van de lokale huurdersvereniging.
2.
De Alliantie en Huurdersbelangenvereniging de Alliantie hebben afspraken
vastgelegd in een “Samenwerkingsovereenkomst“ over de rol en positie van
bewonerscommissies.
3.
In die samenwerkingsovereenkomst zijn tevens de kaders voor dit reglement
bewonerscommissies benoemd. Hoe HBV de Alliantie, zowel centraal als lokaal,
haar doelstelling opvat en uitvoert staat beschreven in een beleidsplan en wordt
jaarlijks zowel centraal als lokaal in een werkplan met een bijbehorende begroting
uitgewerkt.
4.
Dit reglement is verder een uitwerking van hetgeen statutair is vastgelegd in
Artikel 7 van de statuten van de Lokale Vereniging en is bindend voor alle
aangesloten bewonerscommissies actief in het werkgebied van de Alliantie.
5.
Het aantal woningen dan wel complexen, dat door een bewonerscommissie
vertegenwoordigd wordt, wordt in overleg met de verhuurder vastgesteld.
DEFINITIES
Artikel 2.
Voor de toepassing van het in dit reglement bepaalde wordt verstaan onder:
a. Verhuurder:
Stichting de Alliantie, gevestigd te Hilversum en in deze statuten
verder aangeduid met “de verhuurder”;
b.
De Regio:
de vestigingen van de verhuurder Amsterdam/Almere, Gooi en
Vechtstreek en Amersfoort en in deze statuten verder aangeduid
met “de Regio”;
c.
HBV de Alliantie: de vereniging van alle huurders en bewonerscommissies van de
Alliantie. De Vereniging heeft tot doel de belangen van alle
zittende en toekomstige huurders van de Alliantie te behartigen.
HBV de Alliantie wordt hier verder aangeduid met ‘de Vereniging’.
d.
Centraal bestuur: het bestuur van de Vereniging dat voldoet aan hetgeen is genoemd
in artikel 10 van de statuten van de Vereniging;
Reglement Bewonerscommissies
Pagina 1
Versie 5 dd. 22 maart 2016
e.
Lokale Vereniging: de vestigingen van de vereniging, zijnde een rechtspersoon, die
voldoen aan hetgeen is genoemd in artikel 15 van de statuten van
de Vereniging.
f.
Lokaal bestuur:
g.
Bewonerscommissie:
de commissie zoals bedoeld in de Overlegwet en op grond
van het Reglement Bewonerscommissies erkend door de
vereniging en verhuurder en verder aangeduid met BC;
h.
Huurder:
degene, die een geldig huurcontract heeft gesloten met
verhuurder;
i.
Medehuurder:
de persoon bedoeld in de artikelen 7:266 en 7:267 van het
Burgerlijk Wetboek;
j.
Commissielid:
diegene, die te kennen heeft gegeven het doel van de Vereniging
te steunen en als zodanig de gezamenlijke belangen van de
huurders in een complex te willen vertegenwoordigen en wordt
verder aangeduid met ‘commissielid”.
k.
Gemengd complex: een complex waar sprake is van een menging van huurwoningen
in het bezit van Verhuurder en individuele eigenaar/bewoners.
Een complex is conform hetgeen in een splitsingsakte is bepaald
eigendom van een VvE.
l.
VvE:
het bestuur van de Lokale Vereniging zoals benoemd in artikel 11
van de statuten van de Lokale Vereniging;
Een vereniging van Eigenaren is het totaal van eigenaren in een
gemengd complex. De woningen in een VvE kunnen als volgt zijn
verdeeld:
- Huurwoningen in bezit van verhuurder;
- Bedrijfsruimten in bezit van verhuurder;
- Koopwoningen in bezit van een eigenaar/bewoner;
- Bedrijfsruimten in bezit van derden.
m. Samenwerkingsovereenkomst:
De overeenkomst waarin de aard en de inhoud van
het overleg en de relatie tussen de Vereniging in al haar geledingen
en de Alliantie op alle niveaus is vastgelegd.
n.
Handboek:
Het document waarin nadere regels en richtlijnen, als aanvulling op
de wet en de statuten, staan omschreven alsmede taken en
bevoegdheden van bestuursleden, procedures en werkwijzen van
de bewonerscommissies.
Reglement Bewonerscommissies
Pagina 2
Versie 5 dd. 22 maart 2016
DOEL VAN EEN BEWONERSCOMMISSIE
ARTIKEL 3:
1.
Een BC is een huurdersvertegenwoordiging met een beperkte rechtsbevoegdheid
en behoeft geen inschrijving in de Kamer van Koophandel.
2.
Het doel van een BC is het behartigen van de belangen van de huurders van het
complex, zoals bedoeld in de Overlegwet Hoofdstuk 1. Artikel 1 lid g, in beheer bij
de Verhuurder;
3.
Het doel van een BC is het vertegenwoordigen van de huurders het complex door
o.a. te onderhandelen met Verhuurder en waar nodig met andere partijen, alsook
met de VvE, waar het de belangen van alle huurders in het complex betreft;
4.
Een BC is, samen met de andere leden van de Lokale Vereniging, verantwoordelijk
voor de controle van de jaarrekening, begroting en werkplan van de Lokale
Vereniging, alsmede het beoordelen van de adviezen die het Lokaal Bestuur
uitbrengt aan de Regio;
5.
Een BC kan desgewenst, kontakten onderhouden met eigenaar/bewoners in een
VvE complex waartoe zij behoort en beleid afstemmen voor zover het de
belangen van alle bewoners in het complex betreft.
6.
Een BC kan kontakten onderhouden met de huurders van bedrijfsruimten in het
complex voor zover het de belangen van alle bewoners in het complex betreft,
zulks eventueel in samenwerking met de VvE van het complex.
7.
Over de in lid 5 en 6 bedoelde kontakten wordt de Regio geïnformeerd.
OPRICHTING EN ERKENNING BEWONERSCOMMISSIE
ARTIKEL 4:
1.
Iedere bewoner, het Lokaal Bestuur dan wel Verhuurder kunnen het initiatief
nemen in een complex een BC op te richten.
2.
Het Lokaal Bestuur ondersteunt ieder initiatief voor het oprichten van een BC in
een complex waar nog geen BC actief is.
3.
De Verhuurder ondersteunt ieder initiatief voor het oprichten van een BC in een
complex waar nog geen BC actief is. Zij doet dit door ieder initiatief tot het
oprichten van een BC ter kennis te brengen van de Lokale Vereniging.
4.
Om een BC op te richten volgen de initiatiefnemers de in Hoofdstuk 2 van het
Handboek genoemde richtlijnen.
5.
Uit erkenning door het Lokaal Bestuur volgt erkenning door de Regio;
6.
De BC aanvaardt met die erkenning de rechten en plichten die aan de Vereniging
verbonden zijn. Ter bevestiging hiervan ondertekent zij een verklaring waarin de
erkenning wordt bevestigd en zij aangeeft op de hoogte te zijn van haar rechten en
plichten;
7.
Per complex wordt slechts één bewonerscommissie erkend.
8.
Deze erkenning blijft in stand ondanks:
a. Wijzigingen in de samenstelling van de BC en/of
Reglement Bewonerscommissies
Pagina 3
Versie 5 dd. 22 maart 2016
9.
10.
11.
b. Verschillen van mening en/of tegenwerpingen van individuele of groepen
bewoners zolang de BC voldoet aan het daarover bepaalde in dit
reglement en in de “Samenwerkingsovereenkomst”.
Indien er een erkende BC in een complex is en er sprake is van ingrijpende plannen
dan zal niet zonder overleg met deze BC een andere bewonersgroep zoals bedoeld
in artikel 13 van dit reglement als gesprekspartner voor dit complex worden
erkend.
Bij de oprichting van een BC wordt met het Lokaal Bestuur afspraken gemaakt over
de eventuele ondersteuning door het Lokaal Bestuur.
De aangesloten en erkende BC komt in aanmerking voor financiële ondersteuning
van de Verhuurder via de Vereniging, conform wat daarover is bepaald in de
Samenwerkingsovereenkomst.
PROCEDURE BIJ NIET GOED FUNKTIONEREN, SCHORSING EN EINDE ERKENNING VAN EEN
BEWONERSCOMMISSIE
ARTIKEL 5
1.
Indien het Lokaal Bestuur concludeert dat een BC niet handelt in het belang van de
huurders die zij vertegenwoordigt, hetzij door eigen constatering, hetzij door
signalen van anderen zoals bewoners van het betreffende complex of
medewerkers uit de Regio dan zal zij de in Hoofdstuk 11 van het Handboek
vastgelegde procedure volgen.
2.
In gevallen waarin het Lokaal Bestuur en/of Centraal Bestuur en/of de Algemene
Vergadering het beleid van een BC strijdig acht met statuten of reglementen, of
wanneer dit ernstig afwijkt van beleid van de Vereniging, gaat de procedure uit
Hoofdstuk 12 van het Handboek in werking.
3.
Als de verbetering zoals beoogd in Hoofdstuk 11 van het Handboek - zonder
gegronde reden - niet bereikt is dan zal de bewonerscommissie worden geschorst
en zal de procedure “schorsing en einde erkenning lidmaatschap” volgens de
regels van in het Handboek, Hoofdstuk 12 gestart worden.
4.
De erkenning van een BC kan worden beëindigd:
a. Indien een BC niet voldoet aan de in dit reglement gestelde voorwaarden
en de in Hoofdstuk 11 van het Handboek genoemde procedures niet tot
het gewenste resultaat hebben geleid, dit ter beoordeling van de
Algemene Ledenvergadering van de Lokale Vereniging;
b. Indien de Algemene Vergadering van de Lokale Vereniging van mening is
dat de BC onvoldoende representatief is;
c. Indien twintig procent (20%) of meer van de huurders in het complex of
het gebied dat de BC vertegenwoordigt, schriftelijk bij het Lokaal Bestuur
en/of de Regio aangeeft zich niet langer door de BC vertegenwoordigd te
voelen;
d. Indien aan het beëindigen van de erkenning zoals bedoeld in lid a. b. c. van
dit artikel een schorsing vooraf gegaan is;
Reglement Bewonerscommissies
Pagina 4
Versie 5 dd. 22 maart 2016
5. Van het voornemen om de erkenning in te trekken zoals bedoeld in lid 1 wordt de
betreffende BC schriftelijk in kennis gesteld door het Lokaal Bestuur.
6. Van het voornemen om de erkenning in te trekken zoals bedoeld in lid 1 wordt
zowel het Centraal Bestuur als de Verhuurder geïnformeerd.
7. Over het beëindigen van het lidmaatschap wordt het Centraal Bestuur en de
Verhuurder direct geïnformeerd.
8. Wanneer een BC niet langer wordt erkend, wordt overgegaan tot het oprichten
van een nieuwe BC, conform het gestelde in artikel 4 van dit reglement en
hoofdstuk 2 van het Handboek.
SAMENSTELLING EN WIJZIGING IN DE SAMENSTELLING VAN DE BEWONERSCOMMISSIE
ARTIKEL 6
1.
Alleen (mede)huurders en hun kinderen, vanaf 18 jaar en ouder, behorende tot het
complex of de complexen waar de betreffende BC de belangen van behartigt,
kunnen deel uitmaken van de betreffende BC.
2.
Geen commissielid kunnen zijn:
a. zij die in dienst zijn van de verhuurder
b. zij die deel uit maken van de Raad van Commissarissen van verhuurder
c. zij die verdacht worden dan wel veroordeeld zijn voor fraude en/of een
misdaad
3.
Een commissielid kan te allen tijde aftreden.
4.
De deelname aan een BC eindigt voorts als de persoon in kwestie niet langer in een
woning van de verhuurder in het betreffende complex woont bv. als gevolg van het
opzeggen van de huur van desbetreffende woning.
5.
Een commissielid kan uit de BC worden ontslagen door:
a. Een gezamenlijk besluit van de algemene bewonersvergadering van het
complex of,
b. Een unaniem besluit van de overige leden van de BC, indien en voor zover
die overige commissieleden ten minste tweederde meerderheid uitmaken
van de BC.
6.
Dit ontslag kan op staande voet worden uitgevoerd indien:
a. het commissielid blijk geeft van opvattingen die een discriminatoir karakter
hebben.
b. aantoonbaar blijkt dat het commissielid, zonder toestemming van de BC, een
activiteit uitvoert in de hoedanigheid van commissielid, welke niet in het
teken staat van het doel van de commissie.
7.
Wanneer het commissielid aftreedt of de deelname om een andere reden wordt
beëindigd voorzien de resterende commissieleden zelf in de eventuele opvolging
van de aftredende commissieleden. Bij voorkeur wordt daarvoor een oproep
verspreid in het complex. Zij kunnen zich daarbij ook laten ondersteunen door het
Lokaal Bestuur.
Reglement Bewonerscommissies
Pagina 5
Versie 5 dd. 22 maart 2016
8.
9.
De BC informeert alle huurders van het betreffende complex, het Lokaal Bestuur
en de Regio over wijzigingen in de samenstelling van de BC alsmede over
wijzigingen in de persoonsgegevens van commissieleden.
In het Handboek worden nadere regels gesteld over de onderlinge functieverdeling
en de wijziging in de samenstelling van de BC.
VERGADERINGEN BEWONERSCOMMISSIE
ARTIKEL 7.
1.
Een BC vergadert zo vaak als zij dit zelf noodzakelijk vindt, doch bij voorkeur vier
keer per jaar.
2.
Van alle vergaderingen worden door de secretaris of een aangewezen notulist een
verslag gemaakt, dat samen met de agenda voor de volgende vergadering minstens
een week voorafgaand aan die vergadering aan alle leden van de BC wordt
toegezonden.
3.
Besluiten in de BC worden met meerderheid van stemmen genomen. Bij het staken
van de stemmen beslist de voorzitter.
4.
De BC is niet bevoegd een beleid vast te stellen, dat strijdig is met het beleid, de
statuten of de reglementen van de Vereniging.
5.
Het beleid van de BC is niet bepalend voor het beleid van de Vereniging.
FINANCIËN BEWONERSCOMMISSIE
ARTIKEL 8:
1.
In dit artikel is bepaald dat elke BC, die erkend is, in aanmerking komt voor
financiële ondersteuning van de Verhuurder via de Vereniging die dit op haar beurt
delegeert aan de Lokale Vereniging.
2.
De verdeling van de financiële middelen geschiedt op basis van de in het Handboek
uitgewerkte afspraken.
3.
Een BC mag een overschot hebben van maximaal 10% van haar jaarlijkse bijdrage.
4.
De BC is niet bevoegd om transacties aan te gaan die groter zijn de inkomsten van
de BC en waarover niet de voltallige BC een besluit heeft genomen;
5.
Commissieleden mogen geen inkomsten hebben ten laste van de BC. Kosten welke
worden gemaakt ten behoeve van de BC moeten worden vergoed;
6.
Als een BC voor 1 juli van een kalenderjaar lid wordt van de Lokale Vereniging dan
heeft zij recht op de gehele jaarlijkse financiële bijdrage. Wordt een BC na 1 juli lid
dan heeft zij recht op de helft van de financiële bijdrage.
7.
In het Handboek worden nadere regels worden gesteld voor wat betreft de
besteding en de verslaglegging en de verantwoording van deze gelden.
GESCHILLEN FINANCIEN BEWONERSCOMMISSIE
ARTIKEL 9
1. Als een BC het niet eens is met een besluit van het Lokaal Bestuur over de
toekenning van extra financiële middelen of de financiële verslaglegging van de
Reglement Bewonerscommissies
Pagina 6
Versie 5 dd. 22 maart 2016
2.
3.
4.
5.
betreffende BC, dan kan zij dit geschil aan een geschillencommissie ter beoordeling
voorleggen.
Op verzoek van het Lokaal Bestuur wordt door de Algemene Vergadering drie
personen in een geschillencommissie benoemd. Daarnaast wordt een reservelid
benoemd voor het geval een BC een geschil aanhangig maakt waarvan een lid van
de geschillencommissie deel uit maakt.
Als de BC aan het lokaal bestuur schriftelijk kenbaar maakt dat zij het niet eens is
met het besluit en het geschil voorlegt aan de geschillencommissie, dan wordt de
uitvoering van het besluit opgeschort.
De geschillencommissie vraagt om een schriftelijke motivering van het Lokaal
Bestuur van haar besluit en de BC van haar bezwaren. Op een zitting worden beide
partijen in de gelegenheid gesteld om hun standpunt mondeling toe te lichten. Op
basis van de schriftelijke en mondelinge verklaringen en het Financieel Statuut
komt de geschillencommissie tot een besluit.
Een besluit van de geschillencommissie is bindend.
RECHTEN VAN EEN BEWONERSCOMMISSIE VWB HET OVERLEG MET VERHUURDER
ARTIKEL 10:
1. Het overleg van de BC met de Regio betreft die zaken die betrekking hebben op
het betreffende complex en wordt gevoerd conform hetgeen is bepaald in de
Samenwerkingsovereenkomst tussen de Verhuurder en de Vereniging.
2. De verhuurder informeert de BC (op verzoek) zo spoedig mogelijk schriftelijk over
het beleid en beheer dat rechtstreeks van invloed is op de woon- en leefsituatie
en/of voor zover dit beleid rechtstreeks te maken heeft met het betrokken
complex.
3. De Regio wijst een medewerker aan als contactpersoon voor de BC.
4. Eenmaal per kwartaal ontvangt de BC een overzicht van de mutaties van huurders
in het betreffende complex. Daaronder worden ook verstaan: mutaties van
woningen die uit de huur naar de koop gaan, parkeervoorzieningen en
bedrijfsruimten.
5. De Regio informeert nieuwe bewoners van een complex, onder vermelding van de
contactpersoon, over de in dat complex functionerende BC.
6. De Regio informeert de BC vooraf over haar voornemen om ook andere vormen
van overleg of participatie in het betreffende complex te gaan toepassen.
7. Op eerste verzoek van de BC en uiterlijk binnen een maand na dat verzoek, wordt
in aanwezigheid van leden van de BC door een medewerker van de Regio een
schouw van het complex en de directe omgeving gehouden.
8. In het Handboek worden nadere regels gesteld over de rechten van de BC en dan
met name over het overleg met Regio.
PLICHTEN EN TAKEN VAN EEN BEWONERSCOMMISSIE
ARTIKEL 11:
Reglement Bewonerscommissies
Pagina 7
Versie 5 dd. 22 maart 2016
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
8.
9.
De BC dient de gemeenschappelijke belangen van alle huurders van het
complex(en) te behartigen. In geval sprake is van een VvE zullen daarbij de
belangen van alle bewoners van het complex worden meegewogen.
De commissieleden onderschrijven de grondrechten zoals die zijn neergelegd in
artikel 1 van de grondwet.
De BC sluit zich via de Lokale Vereniging aan bij de Verenging en erkent daarmee;
a.
De positie van de Lokale Vereniging als belangenbehartiger namens alle
huurders in de Regio van Verhuurder;
b.
De positie van de Vereniging als de belangenbehartiger en
vertegenwoordiger namens alle huurders van Verhuurder;
De BC bezoekt de Algemene Vergadering van de Lokale Vereniging.
De BC conformeert zich aan hetgeen door de in artikel 11 lid 3 bedoelde organen
van de Vereniging wordt besloten en zal zich noch in woord en geschrift noch in
het overleg met de Regio op een andere wijze uitlaten.
De BC die het oneens is met de door de in artikel 11 lid 3 bedoelde organen van de
Vereniging kan dit in een Algemene Ledenvergadering van de Lokale Vereniging
laten agenderen. Zij legt zich echter neer bij het besluit dat over dit onderwerp
wordt genomen met dien verstande dat dit besluit met een meerderheid van
stemmen door die Algemene Vergadering moet zijn genomen.
De BC overlegt ten minste tweemaal (2x) per jaar met de regio in de zogenaamde
voor- en najaarsoverleggen. Verder kunnen partijen overleggen zo vaak als zij dat
nodig vinden.
De BC informeert minimaal 2x per jaar de bewoners van het complex of
werkgebied over de resultaten van het overleg met verhuurder.
In het Handboek zullen nadere regels worden gesteld met betrekking tot de
plichten en taken van de BC.
ALGEMENE BEWONERSVERGADERING VAN DE BEWONERSCOMMISSIE
ARTIKEL 12
1.
Conform hetgeen in Hoofdstuk 1. Artikel 1 lid f.3 van de overlegwet is omschreven,
wordt door de BC een Algemene Bewonersvergadering in het betrokken complex of
de betrokken complexen gehouden. Een uitnodiging van deze vergadering wordt ter
informatie aan de Lokale Vereniging gezonden.
2.
De Algemene Bewonersvergadering wordt minstens twee (2) weken van tevoren
schriftelijk aan de huurders bekend gemaakt.
3.
Op schriftelijk verzoek van tenminste 20% van de huurders uit het betrokken
complex of complexen is de voorzitter verplicht tot het bijeenroepen van een
buitengewone vergadering.
4.
Over op de agenda staande voorstellen kunnen tijdens de Algemene
Bewonersvergadering tegenvoorstellen of aanvullingen worden ingediend of
aangebracht.
Reglement Bewonerscommissies
Pagina 8
Versie 5 dd. 22 maart 2016
5.
6.
7.
Alle besluiten in de bewonersvergadering worden met meerderheid van stemmen
genomen. Als de stemmen staken beslist de voorzitter of het voorstel alsnog wordt
aangenomen dan wel verworpen.
Per woning kan één stem worden uitgebracht.
In het Handboek worden nadere regels gesteld met betrekking tot de Algemene
Bewonersvergadering.
BIJZONDERE OMSTANDIGHEDEN
ARTIKEL 13:
1.
Wanneer Verhuurder in het kader van investeringsplannen ingrijpende wijzigingen
wil aanbrengen aan het complex of delen daarvan, zoals bijvoorbeeld ingrijpende
renovatie of sloop/nieuwbouw, wordt door de Regio vooraf met de BC overleg
gevoerd over de wijze waarop de Regio informatie aan, inspraak van en
participatie door de bewoners wil gaan vormgeven.
2.
Het staat de Regio vrij om aan het begin van een proces rondom
investeringsplannen, zoals bedoeld in dit artikel, de representativiteit van een
BC gemotiveerd ter discussie te stellen.
3.
De Regio informeert de BC schriftelijk hoe zij de participatie van bewoners in het
proces vorm wil geven en vraagt daarover het advies van de BC, met inachtneming
van wat dienaangaande is bepaald in Hoofdstuk 10 van het Handboek.
4.
De Regio vraagt de BC om advies op het uiteindelijke resultaat van het
planvormingsproces en de definitieve plannen, met inachtneming van wat
dienaangaande is bepaald in Hoofdstuk 10 van het Handboek.
5.
Tijdens een veranderingsproces in een complex of een gebied wordt door het
Lokaal Bestuur ondersteuning geboden aan de BC in de afgesproken
participatieprocessen van de bewoners. De Verhuurder geeft hier ruimte voor
(zowel financieel als in de planning).
6.
In het Handboek zal het proces bij ingrijpende plannen nader worden uitgewerkt.
SAMENWERKING MET ANDERE PARTIJEN
ARTIKEL 14:
1.
Indien het complex deelt uitmaakt van een VvE dan staat het de BC vrij om ten
aanzien van het beheer van het complex samenwerking te zoeken met de VvE.
2.
Hoe en in welke mate deze samenwerking wordt vorm gegeven maakt deel uit van
afspraken die de BC samen met de Regio en de VvE maakt.
3.
Indien in de gemeente waar de BC actief is op enigerlei wijze
samenwerkingsverbanden met andere huurdersorganisaties zijn dan wel ontstaan,
dan is de BC vrij om hier aan deel te nemen. Zulks met inachtneming van hetgeen
binnen de Vereniging als beleid is vastgesteld.
4.
Als aan de in lid 3 genoemde deelname kosten zijn verbonden dan kan de BC dit
betalen uit de eigen bijdrage die zij ontvangt.
Reglement Bewonerscommissies
Pagina 9
Versie 5 dd. 22 maart 2016
ONDERSTEUNING VAN BEWONERSCOMMISSIES
ARTIKEL 15:
1.
Voor inhoudelijke, technische, organisatorische of extra financiële ondersteuning
kan een BC een beroep doen op het Lokaal Bestuur. Een dergelijk verzoek wordt
schriftelijk ingediend.
2.
In een overleg, dat volgt op de aanvraag, geeft de BC aan wat zij daarbij van het
Lokaal Bestuur verwacht. Op basis van dit gesprek besluit het Lokaal Bestuur of en
zo ja op welke wijze de betreffende BC wordt ondersteund, zulks met
inachtneming van datgene wat daarover in de statuten en de
samenwerkingsovereenkomst is afgesproken. De ondersteuning kan door het
Lokaal Bestuur aan derden worden uitbesteed.
3.
De Vereniging organiseert op basis van gebleken behoefte zo mogelijk gratis
scholing of training voor leden van de vereniging. Zij kan die taak ook delegeren
aan een van de Lokale Verenigingen.
PROCEDURE BIJ EVENTUEEL VERSCHIL VAN INZICHT TUSSEN BEWONERS, GROEPEN
BEWONERS EN BEWONERSCOMMISSIE
ARTIKEL 16:
1.
Het staat iedere bewoner of bewonersgroep te allen tijde vrij door middel
van een zelf georganiseerde verkiezing te toetsen of een bestaande
BC nog voldoende representatief is en of een alternatieve kandidatuur een groter
deel van de betreffende bewoners vertegenwoordigt dan een vigerende
bewonerscommissie.
2.
Het Lokaal Bestuur noch Verhuurder hoeven een toets zoals bedoeld in artikel 16
lid 1 op welke wijze dan ook te ondersteunen of te bevorderen.
3.
Zowel de Lokale Vereniging als Verhuurder erkennen die BC die blijkens in lid 1
bedoelde verkiezingen aantoonbaar en met inachtneming van de procedure zoals
vastgelegd in Hoofdstuk 2 van het Handboek, over het grootste draagvlak bij de
bewoners in het betreffende complex beschikt.
GESCHILLENREGELING BIJ ONVOLDOENDE FUNCTIONEREN BEWONERSCOMMISSIE
ARTIKEL 17:
1.
Indien er tussen
a. leden van de BC onderling of
b. de BC en andere huurders uit het complex of
c. de BC en het Lokaal Bestuur of
d. de BC en Verhuurder, een verschil van mening bestaat, dat door partijen
zelf niet kan worden opgelost en of dat ertoe leidt dat de BC niet optimaal
kan functioneren - dit ter beoordeling van de Regio en het Lokaal Bestuur
gezamenlijk - kan het Lokaal Bestuur overgaan tot bemiddeling door of
namens het Lokaal Bestuur.
Reglement Bewonerscommissies
Pagina
10
Versie 5 dd. 22 maart 2016
2.
3.
4.
In geval van een geschil over de het niet nakomen van afspraken en/of uitvoeren
van het beleid tussen Verhuurder en één of meer BC’s, is de algemene
klachtenprocedure van Verhuurder van toepassing.
Over een geschil dat niet naar tevredenheid van partijen wordt opgelost, wordt het
Centraal Bestuur en de Alliantie geïnformeerd.
Partijen brengen het besluit van de Algemene Ledenvergadering onverkort ten
uitvoer.
BIJZONDERE BEPALING
ARTIKEL 18
1.
In gevallen waarin dit Reglement Bewonerscommissie dan wel het Handboek niet
voorziet, beslist het Centraal bestuur van de Vereniging.
AARD, DUUR EN WIJZIGING VAN DE OVEREENKOMST
ARTIKEL 19:
1.
Dit reglement wordt beschouwd als een nadere uitwerking in het kader van
overleg tussen huurder en verhuurder, zoals bedoeld in Hoofdstuk 1 artikel 1 lid g
van de overlegwet en is onlosmakelijk verbonden met de
“Samenwerkingsovereenkomst de Alliantie en Huurdersbelangenvereniging de
Alliantie”.
In geval van (vermeende) tegenstrijdigheden tussen dit reglement en bedoelde
Samenwerkingsovereenkomst prevaleert het bepaalde in de
Samenwerkingsovereenkomst.
2.
Bij wijziging van wetgeving of inwerkingtreding van enige andere wetgeving
betreffende het overleg tussen Huurder en Verhuurder en/of de
Samenwerkingsovereenkomst, zal dit reglement worden aangepast, indien en voor
zover dat nodig is. Het Centraal bestuur van de Vereniging is verantwoordelijk voor
de uitvoering hiervan.
3.
De duur en geldigheid van deze overeenkomst komt overeen met die van de
“Samenwerkingsovereenkomst de Alliantie en Huurdersbelangenvereniging de
Alliantie”.
4.
Met uitzondering van de Samenwerkingsovereenkomst en de statuten van de
Vereniging en de Lokale Vereniging vervangt dit reglement alle voorgaande
overeenkomsten en reglementen en wat dies meer zij, die betrekking hebben op
de relatie tussen de Verhuurder en de Vereniging en de Verhuurder en de BC’s.
5.
In afwijking van het bepaalde in lid 6 kan de Vereniging met instemming van de
Lokale Vereniging nadere bepalingen opnemen met betrekking tot de relatie
tussen BC’s onderling en de relatie tussen BC’s en de Vereniging.
6.
Dit reglement kan worden gewijzigd met wederzijdse instemming van de
Vereniging en de Verhuurder.
Reglement Bewonerscommissies
Pagina
11
Versie 5 dd. 22 maart 2016
Download