Praktijkscoringslijst Bepalen gezichtsveld

Praktijkscoringslijst Bepalen gezichtsveld
Huisartsopleider:
Aios:
Datum:
Situatie: consult / visite (omcirkelen)
Vakinhoudelijk handelen
Bepalen centraal gezichtveld
Voorbereiding; Amsler kaart.
Laat patiënt eventueel de leesbril opzetten.
Vraagt de Amsler kaart met één hand op leesafstand te houden.
Vraagt met de handpalm het andere oog af te dekken.
Vraagt te fixeren op het witte puntje in het midden.
Vraagt of de kruisingen en de lijnen scherp worden gezien, alle
de vierkantjes even groot en alle hoeken van de kaart scherp.
Herhaalt deze handelingen en vragen aan andere oog.
Maakt onderscheid tussen (onbekend) astigmatisme en een
aandoening van het centrale gezichtsveld door te laten fixeren
op de rand van de kaart.
Astigmatisme: lijnen blijven onscherp.
Aandoening centraal gezichtsveld: scherpe lijnen, grijze of
zwarte vlekken, of ontbreken van lijnen.
Bepalen perifeer gezichtsveld (confrontatie volgens Donders)
Zit recht tegenover de patiënt, ogen op gelijke hoogte, op een
afstand van ongeveer één meter.
Laat patiënt het linkeroog afdekken met de handpalm.
Dekt zelf het eigen rechteroog af of sluit dit.
Vraagt de patiënt de onderzoeker recht aan te kijken
niet
fout
goed
gedaan
gedaan
gedaan
- Vervolg Vakinhoudelijk handelen, Bepalen perifeer gezichtsveld -
niet
fout
goed
gedaan
gedaan
gedaan
Maakt met beide handen een omtrekkende beweging rond de
begrenzing van het gezichtsveld. Zorgt dat alle kwadranten
worden onderzocht.
Vraagt de patiënt aan te geven van welke hand de vingers
bewogen worden.
Beweegt vervolgens de handen van temporaal onder en nasaal
boven naar centraal.
Herhaalt de gehele procedure voor het andere oog.
Test tenslotte het rechter en linker gezichtsveld met beide
handen tegelijkertijd om een neglect of visuele inattentie aan te
tonen.
Score*
1
2
3
4
5
6
7
Arts-patiënt communicatie en professionaliteit
niet
fout
goed
gedaan
gedaan
gedaan
Bejegent respectvol.
Geeft begrijpelijke uitleg over wat er gaat gebeuren.
Let op reacties van patiënt.
Totaalscore*
1
2
3
4
5
6
* Scoringsinstructie: geef een waarderingscode van 1-7
( 1 = slecht, 2 = zeer zwak, 3 = onvoldoende, 4 = twijfelachtig, 5 = voldoende, 6 = goed, 7 = uitstekend )
7
Algemene indruk
Reflectie aios
Reactie huisartsopleider
Wat ging goed?
Wat ging goed?
Wat kan beter?
Wat kan beter?
Leerplan (specificeer leerpunten, plan van aanpak en wijze van evaluatie)
Literatuur

De Jongh TOH, Buis J, Daelmans HEM, et al, redactie. Fysische diagnostiek. Houten: Bohn Stafleu van
Loghum, 2010: 272-4.

Franssen M, De Brabander J. Vaardigheden in de geneeskunde. Het onderzoek van het zien en het
oog. 3e herziene druk. Maastricht: Mediview, 2007.

In ’t Veld CJ, Goudswaard AN, Dijkstra RF. Handboek diagnostische verrichtingen in de
huisartsenpraktijk. Houten/Utrecht: Prelum Uitgevers, NHG, 2012: 97-100.

Stilma JS, Voorn ThB, redactie. Oogheelkunde. Praktische huisartsgeneeskunde. 2e druk. Houten:
Bohn Stafleu van Loghum, 2008.

Tan H, Van der Pol BAE, Stilma JS, redactie. Leerboek oogheelkunde. Houten: Bohn Stafleu van
Loghum, 2013.
Publicatiedatum
Januari 2014.