De zwangerschap Berekening uitgerekende datum • 9 maanden en 1 week na begin L.M • Vb. L.M 1 januari - à terme 8 oktober Innesteling eicel • Een bevruchte eicel zal na ongeveer een week innestelen in het dikker geworden baarmoederslijmvlies • De hechtvlokken groeien later uit tot de placenta De eerste 3 maanden • Het bevruchte eitje deelt zich en ontwikkelt zich in hoog tempo. Het groeit in deze periode uit tot minimensje, vruchtwater en placenta. Model van embryo van 1 tot 8 weken Eerste 3 maanden • Belangrijkste maanden wat aanleg betreft • Groei van 2 mm in week 4 naar 9 cm. in week 12, dan 60 gram • Alle belangrijke organen worden aangelegd • Hartje klopt na 6 weken (hoorbaar vanaf week 12) • Hersenen, wervelkolom en zenuwen ontwikkelen zich bijna geheel tussen 5e en 7e week • Armpjes, beentjes, oren en ogen ontstaan en ontwikkelen zich tussen 6e en 8e week Na 6 weken Na 9 weken Na 12 weken Na 7 weken Na 8 weken Na 10 weken Na 11 weken Middelste 3 maanden • Voor het eerst kun je beweging voelen • Van 3 naar 6 maanden: 60 gram 1 kg en 35 cm. lang • Buik begint te groeien • Rond week 17 ontstaan kleine nageltjes, lijfje bedekt met donshaartjes, licht en donker kunnen onderscheiden worden, geluiden van buitenaf worden gehoord, baby kan schrikken van lawaai Laatste 3 maanden • De baby kan vanaf nu levensvatbaar zijn, wat nog wel veel medische inspanning kost • De laatste maanden staan in teken van groei en volledige ontwikkeling organen • Op de huid ontstaat een witachtige, vettige laag (huidsmeer) en rond week 27 gaan de oogjes open Verloskundige, huisarts, gynaecoloog • wanneer naar verloskundige (VK) / huisarts (HA) • geen pathologie • onder 36 jaar • vaak bij 10 – 12 wk zwangerschap • gynaecoloog: • eerste zwangerschap / bevalling problematisch (kunstverlossing) • Leeftijdsindicatie: 36 jaar en ouder – Veel grotere kans op chromosomale afwijkingen zoals bijv. syndroom van Down • Moeder 20 jr 1: 1528 • Moeder 4 0 jr: 1: 112 • Moeder 45 jr: 1: 28 – onderzoeken zie verderop (vruchtwaterpunctie / vlokkentest / echo welke vragen worden gesteld bij eerste controle • algemene anamnese • gegevens / geb datum / verzek. • alg med. Geschiedenis • medicijnen • evt operaties (rug) • ongelukken (bekken) • verloskundige anamnese • G1P0 • verloop evt vorige zw.sch. / bevallingen • verloop evt vorige zw.sch. / bevallingen • L.M. • - uitgerekende datum G=gravida(zwangerschap) P=para(bevalling) controles • • • • • • • Bloeddruk Urine Gewicht Bloedonderzoek Bloedgroep/resusfactor Indaling baby Hartslag baby Controles Bloeddruk • normale bloeddruk zwangere 110/70 mm HG. Wordt bij iedere controle gedaan • daalt halverwege de zw.schap door vergrote circulatie/ • bloedhoeveelheid neemt toe van 5 naar 6 liter / vergroot gebied (baarmoeder / borsten) • hoge bloeddruk is gevaarlijk: -als onderdruk hoger wordt kan placenta belast worden zodat er minder zuurstof en voedingsstoffen naar de kind gaan -druk in vaten hoog: beschadigen in hersenen, lever, nieren (afwijkende bloedwaarden) -naar gynaecoloog nadat aanvangstensie 20 mm HG is gestegen -Bij mensen met chronische hypertensie is 90 mm als onderdruk normaal controles • • • • Urine sticken Wordt bij iedere controle gedaan Op glucose diab of zwangerschapsdiab. Op eiwit: eiwitverlies is vaak in combinatie met hoge bloeddruk controles Gewicht: • Wordt niet meer standaard door zorgverleners gedaan: iedere (vrijwel) zwangere heeft eigen weegschaal thuis. • Normaal 10 – 12 kilo groei in zw.schap • Meer als 500 gram per week is teveel: oedemen (met name in laatste gedeelte van zw.schap). oedemen bevinden zich op voeten / vingers / gezicht • Niet eten voor twee!! controles • bloedonderzoek: • Hb: aan het begin, halverwege en aan het einde van de zw.schap. • Daalt door: vergroting bloedcirculatie • Actie: staaltabletten (ferofumeraat (bruin), of floradix (drank / homeopathisch) controles Bloedgroep/ rhesus • Bij iedere bevalling is er kans op uitwisseling van moeder en kinderlijk bloed • in placenta soort koffiefilter waardoor moederlijk en kinderlijk bloed gescheiden zijn. Bij bevalling, ongeluk (stomp buiktrauma) mogelijk uitwisseling bloed • Rhesus positief is dominant over rhesus negatief Moeder rh-, partner rh+, kind rh+ Moeder zal bij volgende zw.schap antistoffen maken tegen rh+ Wat wordt er verder gecontroleerd • indaling van de baby • hartactie van de baby (vanaf 12 wk zwangerschap) Tijdstip controles • • • • Tot 24e week: Van 24e tot 30e wk Van 30 tot 36e wk Vanaf 36e wk à 4 wk à 3 wk à 2 wk à 1 wk echografie • geluidsgolven • Bij 5-6 wk kun je al een kloppend hartje zien • De echografie wordt gebruikt om • de duur van de zwangerschap vast te stellen, (op de dag betrouwbaar tot 16 wk), • 1 of meerdere kinderen • Problemen (ligging, groei, placentaligging) vlokkentest • alleen op indicatie (familiair voorkomen of 36 jaar en ouder) • Tussen de 10e en 12e wk • Chromosoomafwijkingen (syndroom van Down) • erfelijke stofwisselingsstoornissen (hemofilie), ziekte van Duchenne (spierziekte) • spina bifida (open ruggetje) • eerste zwangerschapscontroles vaak pas bij 12 weken zwangerschap. Risicozwangeren eerder voor controle. Anders is het termijn voor het kunnen afnemen van deze test voorbij. vruchtwaterpunctie • alleen op indicatie (familiair voorkomen of 36 jaar en ouder) • rond de 15e week