Het ontstaan van de Bataafse Republiek. Met hun verklaring van vrijheid, gelijkheid en broederschap eind achttiende eeuw schoten de Franse revolutionairen bij de Hollandse patriotten precies in de roos. Vijftien lange jaren hadden de patriotten zich ingezet voor een meer democratisch bestuur, een eenheidsstaat, een grondwet, een volksvertegenwoordiging en scheiding der machten. Verzet tegen de pro-Engelse politiek van de stadhouder en afkeer van oranje, gevoed door een grote sympathie voor de Amerikaanse revolutie van 1776, groeide met de dag. Een van de belangrijkste patriottenleiders, Joan Derk van der Capellen tot den Pol verspreidde op 26 september 1781 een anoniem pamflet: “Aan het volk van Nederland”. Ondanks het feit dat het binnen 24 uur streng verboden was, werd de tekst door vriend en vijand gretig gelezen. Ontevredenheid over wanbeheer, misbruik, vriendjespolitiek, willekeur en schandelijke vormen van corruptie onder de regentenklasse rond oranje werden helder en duidelijk onder woorden gebracht. Voortaan zou politieke bevoegdheid niet meer mogen berusten op geboorte en afkomst, maar op staatsburgerschap en prestaties. Met een soort nationalistische gedrevenheid verzetten de patriotten zich tegen het machtsverval en de morele verloedering van hun vaderland. Medezeggenschap was het toverwoord, het doel was een gelukkige samenleving. Schermutselingen Bij Goejanverwellesluis arresteerde een patriottische delegatie prinses Wilhelmina van Pruisen, de gemalin van stadhouder Willen V. Voor koning Frederik Willen II van Pruisen, Wilhelmina's broer, was deze vernedering te groot. Met overdonderend militair ingrijpen onderdrukte hij de democratische rebellie van de patriotten en herbevestigde hij het gezag van de stadhouder. Overal in het land braken nu geweldadigheden uit. Veel slachtoffers weken uit naar de Zuidelijke Nederlanden en Frankrijk. In Nederland gingen de schermutselingen tegen de stadhouderlijke macht gewoon door. Overal ontstaan leesgemeenschappen. De meest invloedrijke heren uit deze gezelschappen formeren in januari 1794 een “Comité Revolutionaire”, een raad van opstand. Ze leggen contact met de Fransen en stichten geheime drukkerijen. Op straat kun je voor- en tegenstanders makkelijk herkennen. De patriottisch gezinden hangen een oranje strikje aan een overdreven grote zwarte lus om het oranje strikje belachelijk te maken. Een echte patriot gaat nonchalant gekleed in een bruine boezeroen met een grijze culotte. De orangisten dragen een insigne met het prinsenhoofd en de patriotten onderscheiden zich door een broch met een slapende keeshond. In januari 1795 naderen de fransen onder leiding van generaal Pichegru en bijgestaan door de verbannen patriot Daendels. De ontredderde legers van oranje worden moeiteloos verdreven. Niemand heeft veel fantasie nodig om angstige beelden op te roepen van chaos en anarchie en van burgeroorlog en bloederige slachtingen. 17 januari valt Utrecht onder franse handen. In Woerden, Gorinchem, Loevestijn, woudrichem, gooien soldaten spontaan hun geweren weg. Oranje is krachteloos.Voor de stadhouderlijke familie komt het moment om het land te verlaten. Op zondag 18 januari neemt stadhouder Willem V afscheid van de Staten Generaal en vertrekt met familie en andere stadhouders vanaf het strand van Scheveningen naar Engeland. In Amsterdam belegt het comité revolutionaire een spoedvergadering. De Fransen moeten als vrienden ontvangen worden. Alleen dan is het mogelijk om op voet van gelijkheid met de overheerser te onderhandelen. Bij de herberg Het Wapen Van Emden stroomt een grote volksmassa samen. In de Kalverstraat wordt door Amsterdammers, versierd met de Franse nationale cocarde, uitzinnig feestgevierd. De stadscommandant wordt door het Comité Revolutionaire afgezet. Op maandag 19 januari 1795 is de dam bezet met veel volk waaronder 60 gewapende Bataven, Nederlandse ballingen onder franse vlag. Vanaf de pui van het stadhuis spreekt het Comité Revolutionaire de menigte toe: “Brave stadgenoten! Wij wensen u met deze omwenteling heil en broederschap, thans zijt gij ,door de edelmoedige hulp der Fransen, vrij.” De Bataafse Republiek is geboren. Dat onder de bevrijders een jonge Corsicaan de macht zou nemen en zich zou ontpoppen als een oorlogszuchtige tiran, was nog niet bekend. De achtergevel van de ambassade van de Bataafse Republiek te Parijs in 1801. Schilderij van J.A.Knip (1777-1847). Tekst: Ton Hoovers Tekst: Ton Hoovers Bevrijding door de Fransen. Feestvreugde voor het Paleis op de Dam. (Tekening van Jurriaan Andriessen)