Spreekbeurt Boekbespreking en Krant van ……… Spreekbeurt Stap 1 Kies een onderwerp Kies een onderwerp dat niet te groot is. Het onderwerp 'dieren' is te groot. Kies dan voor een dier, zoals een paard of een kat. Je kunt hiervoor kijken op websites zoals: www.spreekbeurten.info of www. superspreekbeurt.nl Mijn onderwerp is: ………………………………… Stap 2 Bedenk wat je al weet Probeer in één woord op te schrijven waar jouw spreekbeurt over gaat, dit is het onderwerp. Maak een woordspin over jouw onderwerp. Schrijf in het midden het onderwerp. Daaromheen schrijf je allemaal woorden die te maken hebben met jouw onderwerp. Doe het zo: Vul de woordspin in over jouw onderwerp: Stap 3 Bedenk wat je wilt vertellen Verzin vragen over jouw onderwerp. Gebruik de woorden uit je woordspin. Schrijf de vragen op: ………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………… Stap 4 Maak hoofdstukken Bekijk je woordspin en je vragen. Geef woorden en vragen die bij elkaar horen dezelfde kleur. Deze horen bij hetzelfde hoofdstuk. Als het goed is heb je nu 3 of 4 verschillende kleuren gebruikt. Dit zijn je verschillende hoofdstukken. Heel veel spreekbeurten beginnen met de geschiedenis van het onderwerp. Ook een omschrijving(dier) kan goed. Bedenk titels voor jouw hoofdstukken. Schrijf deze op: ……………………………………… ……………………………………… ……………………………………… ……………………………………… ……………………………………… Stap 5 Zoek informatie Hoe kom je aan goede informatie? je kunt met mensen gaan praten die er meer vanaf weten. leen een informatie boekje van de bibliotheek zoek op het internet. Goede sites zijn bijvoorbeeld: www.wikipedia.nl www.jeugdbieb.nl/inhoud.php www.schoolbieb.nl/basisschool_doelgroep www.google.nl www.youtube.nl voor leuke filmpjes bij de spreekbeurt. Stap 6 Informatie ordenen Kies welke dingen je wilt vertellen. Schrijf deze informatie op, of typ het in Word (wit-blauwe icoontje onder aan het scherm). Je kunt ook delen van de tekst van internet kopiëren, zodat je het niet hoeft over te typen. Belangrijk: Dit is de informatie die je gaat vertellen. Het moet dus wel in jouw woorden zijn geschreven. Gebruik dus niet te moeilijke woorden. Stap 7 Power point Maak een Power Point presentatie (rood-witte icoontje onder aan je scherm) van je spreekbeurt. Je begint met de een blad met het onderwerp van je spreekbeurt. Elk hoofdstuk is een apart blad. Je kunt hier woorden bij schrijven waar je iets over gaat vertellen. Denk erom dat je geen hele teksten op de Power Point laat zien. Dit moet jij vertellen! Je mag ook een apart blad maken voor een leuke foto. Als je iets wilt meenemen om te laten zien, kun je dit ook in de power point schrijven. Als je Power Point klaar is print je hem uit. Deze kun je bij je spreekbeurt erbij houden. Je kunt er ook tips voor jezelf bij schrijven. Als je liever iets anders dan Power point wilt gebruiken kan dit ook! Prezi of glogster.com zijn ook erg leuk! Stap 8 Oefen hardop Oefen eerst een keer hardop voor jezelf. Ga dan voor de spiegel staan en oefen nog een keer hardop. Vraag daarna je vader, moeder, broer, zus, vriend of vriendin om naar jouw spreekbeurt te luisteren. Tip: Oefen ook een keer met een klok. Dan weet je hoelang je spreekbeurt duurt. Probeer wel 10-15 minuten lang te vertellen ... Tips! Aan het eind van jouw spreekbeurt de spulletjes rond laten gaan. Doe dat nooit tijdens de spreekbeurt, want dan letten de kinderen niet op jou, maar op de spulletjes. Als je een dier mee neemt, laat deze aan het begin en aan het eind zien. Niet tijdens jouw verhaal. Dieren maken onverwachte geluiden en bewegingen waardoor de kinderen niet meer naar je luisteren. Zorg dat je op tijd begint Lees de dag voor je spreekbeurt nog even door wat je gaat vertellen. Heel veel succes! Boekbespreking Stappenplan voor een boekbespreking Stap 1 Zet de schrijver en de titel van het boek op het schoolbord. voorbeeld: Henk Koesveld : De kleurvogel. Je kunt je spreekbeurt beginnen met de volgende zin: Mijn spreekbeurt gaat over... en dat is geschreven door... Hou het boek omhoog, zodat iedereen de voorkant kan zien. Stap 2 Als je iets over de schrijver weet, kun je dat nu goed vertellen. Je kunt zeggen waar hij woont en of hij getrouwd is en kinderen heeft. Ook kun je vertellen wat voor soort boeken hij schrijft, en of dit het eerste boek is of niet. Stap 3 Vertel wat voor soort boek het is. Bijvoorbeeld: spannend, vrolijk, geheimzinnig, fantasie. Stap 4 Vertel wie de hoofdpersonen zijn. Hoe heten de hoofdpersonen? Hoe oud zijn ze? Wat voor karakter hebben ze? En wat doen ze? Voorbeeld: Marieke, meisje van 10 jaar, ze denkt heel veel na en is stil maar niet verlegen, ze gaat logeren bij haar nichtje Wilmie, ze is 11 jaar, is vrolijk en kletst veel Stap 5 Vertel in het kort (ongeveer 4 minuten) hoe het verhaal gaat. Als je het einde nog niet wilt verklappen kun je dat ook weglaten. voorbeeld: Marieke ontdekt een geheime deur. Ze komt in een gang die onder het huis loopt en hoort er allemaal aparte geluiden. Dan gaat ze op onderzoek uit en ontdekt een... enz Stap 6 Lees een spannend of belangrijk stukje uit het boek voor. Een halve bladzijde ongeveer. Het is leuk als je af en toe in de klas kijkt en oogcontact maakt met je publiek – dan blijft het superstil in de klas! Stap 7 Als de titel raar was, kun je misschien na het lezen van het boek wel vertellen waarom het boek zo heet. Stap 8 Zeg wat je van het boek vond en vertel waarom je denkt dat de andere kinderen in de klas het boek ook moeten lezen. Stap 9 Vraag of er nog iemand is die iets wil weten. Nou, en dat was het dan! Viel het mee? Of denk je nog steeds dat het heel eng en moeilijk is? Zorg dan dat je een boek kiest wat je zelf heel erg goed vind. Als je dan niet meer weet wat je wilde vertellen, weet je ten minste wel het antwoord op alle vragen! Invulblad boekbespreking: Stap 1: Schrijver: Titel: Stap 2: Leuke informatie over de schrijver: ………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………… Stap 3: Wat voor soort boek is het? Stap 4: Informatie hoofdpersonen: ………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………… Stap 5: Het verhaal in het kort: ………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………… Stap 7: Uitleg titel boek: ………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………… Stap 8: Mening boek: ………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………… Krant Stap 1: Kies een leuk krantenbericht uit. Eén die jij interessant vindt. Denk er wel om dat het niet te moeilijk geschreven is, je moet het wel kunnen voorlezen. Je kunt dit krantenbericht uit een krant knippen, maar ook op internet zoeken en uitprinten. Stap 2: Oefen het voorlezen van het krantenbericht goed. Probeer het ook hardop, misschien voor je ouders, broer(tje), zus(je)? Stap 3: Bedenk een aantal vragen, minimaal 2, over het bericht. Bijvoorbeeld uit welke krant je het hebt gehaald, in welke plaats het afspeelde enz. Stap 4: Presenteer het krantenbericht voor de klas. Vertel eerst waar je het bericht vandaan hebt (uit welke krant of van welke site), de datum van het bericht en waarom je voor dit bericht hebt gekozen. Dan lees je het bericht voor. Ten slotte stel je je vragen aan de klas. Succes!