Analyse van de muziek van het `Toon Talentlied` door componist Harrie Spronken `Toon Talent` is geschreven in een korte liedvorm. Intro: Fragment uit het Limburgs Volkslied, overgang naar een stuwend polkaritme, alles in een strakke 4/4e maat. In combinatie met de stuwende ritmiek ontstaat dan een dansachtig lied waarbij de vitaliteit doet denken aan Hongaarse volksmuziek of een Amerikaans rodeo. Couplet: 1 (A), mineur Wie zingt er mee. Refrein (B) majeur. Toon je talent Tussenspel: fragment uit `De Uil zat in de olmen` Couplet: 2 (A) Zo jij zong mee... variant op het eerste couplet door de 2 stemmigheid, Refrein (B) i.d. Tussenspel: fragment uit `De Uil zat in de olmen` Couplet 3: Talent alleen ... een plotselinge 6/8 om te contrasteren en een Toon Hermans-achtige gemoedelijkheid te ver`Tonen`. Tussenspel: fragment uit `De Uil zat in de olmen` Couplet 4: We hebben nu ... Een majeurvariant op de overige coupletten. Het paard rent naar de stal, alles komt goed, we kunnen bijna niet meer stoppen met zingen. Het kon niet uitblijven dat een bekend Limburgs (volks)lied verwerkt zou worden in deze aanmoediging voor het zangonderwijs. De muziek houdt de tekst nauwlettend in het oog en het is duidelijk dat de psychedelische tekst van Helen Hendriks een gebiedende wijs verlangt.