Het profiel van de snelheidsovertreder

advertisement
Het profiel van de snelheidsovertreder
1. Lees het artikel ‘Snel rijden is mannenzaak’.
De krant publiceerde achteraf een aantal reacties van deskundigen en ontving reacties van lezers op het
forum op de website: deskundigen en lezers gaven hun mening over 4×4-wagens, het verschillende gedrag
van mannen en vrouwen m.b.t. auto’s, ... Eén van de reacties was echter van een heel andere aard en stelde
fundamentele vragen bij de interpretatie van de cijfers. Hieronder vind je een stukje uit deze reactie:
Het verbaast mij dat nauwelijks een lezer of lezeres bedenkingen uit bij de manier
waarop de Kortrijkse politie en Filip Verhoest omgaan met cijfers. Laten we hun
stellingen eens de revue passeren.
“Twee overtreders op de drie zijn mannen (64 procent, tegen 36 procent
vrouwen). [...]”
Deze cijfers kunnen maar tot een conclusie leiden als ...
2. Vul aan! Wat ontbreekt er volgens jou in het krantenartikel opdat je zinnige conclusies zou kunnen
trekken?
3. Kun je gelijkaardige opmerkingen maken ten aanzien van andere conclusies die in het artikel
getrokken worden?
4. Lees het onderstaande fragment uit de studie ‘Profiel van de snelheidsovertreder’ van de Kortrijkse
lokale politie. Dat is de studie waarop het krantenartikel gebaseerd is. Beantwoord daarna de vragen 2
en 3 opnieuw.
Er werden een aantal wegingsfactoren ingevoerd op de variabelen om de
resultaten te kunnen interpreteren:
•
Geslacht: werd niet gewogen - daarbij wordt verondersteld dat er evenveel
mannen als vrouwen op de weg zijn.
•
Leeftijdsklasse: de leeftijdsklassen die gebruikt werden zijn 18-24, 25-39, 4054, 55-69 en +70. Omdat de klasse 18-24 slechts 7 jaar beslaat, terwijl de
andere klassen 15 jaar beslaan, moest deze variabele gewogen worden. Er
wordt wel verondersteld dat de verdeling van de (rijdende) bevolking over de
leeftijdsklassen gelijk is, wat niet helemaal klopt.
•
Merk van de auto: van bepaalde automerken (en -types) rijden veel meer
auto’s rond dan van andere. Om hiermee rekening te houden werd deze
variabele gewogen volgens het aantal ingeschreven voertuigen van elk merk
en type in het arrondissement Kortrijk de laatste 20 jaar (bekomen bij Febiac).
•
Segmentgroep van de auto: Febiac deelt de verschillende merken en types in
18 segmentgroepen in, wij hebben die nog verder samengenomen tot 6
segmentgroepen. Zoals bij het merk van de auto moest ook hier herwogen
worden.
•
•
Km/u te snel: werd niet herwogen - de klassen zijn even groot.
•
Firmawagen: werd niet herwogen omdat hierover geen gegevens beschikbaar
waren, het zou nochtans interessant geweest zijn.
Tijdstip: er werden uurblokken opgesteld en bovendien uitgesplitst in
week/weekend. Maar omdat het aantal uren per uurblok niet gelijk is en
omdat het aantal weekdagen niet gelijk is aan het aantal weekenddagen
moest hierop al gewogen worden. Bovendien was het aantal controles op elk
tijdstip niet gelijk, ook hiermee werd rekening gehouden met een
wegingsfactor.
We blijven nog even hangen bij het gebruik van de wegingsfactoren.
1
5. Lees de tekst hieronder, die ook uit de studie van de Kortrijkse politie komt.
Het invoeren van de wegingsfactoren heeft tot gevolg dat de bekomen frequenties
voor de gewogen variabelen niet meer de absolute frequenties zijn. Om alle
verwarring hieromtrent uit te sluiten werd in de grafieken die volgen alles
procentueel uitgedrukt, dat laat zich bovendien gemakkelijker interpreteren.
Om voeling te krijgen met de percentages die in de studie gebruikt worden voeren we de berekeningen die
de onderzoekers maakten uit voor een fictief voorbeeld. Veronderstel dat de politie 4200 overtredigingen
vaststelde en dat die gelijk gespreid waren over elke leeftijdsklasse. Zonder wegingsfactor zou ze dan
uitkomen op 20% overtreders voor elke leeftijdsklasse.
6. Bereken welke percentages je krijgt als je corrigeert voor de ongelijke breedte van de leeftijdsklassen.
Neem aan dat de laatste leeftijdsklasse loopt van 70 tot 84 jaar en dus even breed is als de voorgaande.
Er gaan nog wel wat dingen mis bij de berichtgeving in de krant. Zo lezen we bij het tweede item in de
lijst uit het tweede artikel: ‘Tijdens de week reed 41 procent van de bestuurders te hard, tijdens het
weekeinde 59 procent.’ Het feit dat de som van de twee percentages precies 100 procent is, doet
vermoeden dat de journalist iets anders bedoelt dan hij hier schrijft.
7. Corrigeer deze zin.
8. Vergelijk de uitspraken over het gedrag van vrouwen tussen 16 en 19 uur met het volgende fragment
uit de studie van de Kortrijkse politie.
Interactie plot: Geslacht x Tijdstip
Geslacht Mannelijk
Geslacht Vrouwelijk
7%
6%
5%
4%
3%
2%
Week 19-22
Week 16-19
Week 14-16
Week 11-14
Week 09-11
Week 06-09
Week 04-06
WE 22-24
WE 19-22
WE 16-19
WE 14-16
WE 11-14
0%
WE 09-11
1%
WE 00-04
Frequenties - procentueel t.o.v. totaal overtreders
8%
Tijdstip
Het patroon in de week is zowel voor mannen als voor vrouwen veel minder grillig,
ze volgen trouwens hetzelfde patroon.
Dat er globaal gezien sneller gereden wordt in het weekend dan in de week is bijna
volledig voor rekening van de mannen.
Bij de vrouwen is er in het weekend slechts één uitschieter in het uurblok 16-19,
waarvoor niet direct een verklaring kan gevonden worden. Voor het overige wordt
er door de vrouwen niet sneller gereden dan in de week.
2
9. Het artikel dat je gelezen hebt, stond in de binnenbladzijden van de krant. Op de voorpagina stond er
ook een artikeltje over hetzelfde onderwerp, dat als volgt begon.
Bent u een man, tussen de 25 en 40 jaar, en rijdt u met een terreinwagen? Dan
bent u hoogstwaarschijnlijk een snelheidsduivel. Deze robotfoto van de
snelheidsovertreder maakte de Kortrijkse politie, op grond van een analyse van
ruim 4.600 processen-verbaal.
3
Download