(Niels) Katholieken: Geboorterituelen (Tine) Katholieken: Huwelijksrituelen Het burgerlijk huwelijk moet voltrokken zijn voor kerkelijk huwelijk kan plaatsvinden (in België is dit zo) Het kerkelijk huwelijk moet in de parochiekerk van de bruid gebeuren, ten overstaan van een priester en minstens 2 getuigen (= verplicht) Er moet geen heilige mis worden opgedragen, maar is meestal wel zo Huwelijksformulier moet getekend worden, dit is een verklaring dat er niet eerder een kerkelijk huwelijk heeft plaatsgevonden Een burgerlijke echtscheiding maakt het Kerkelijk huwelijk niet ongedaan hier onderzoekt men de periode na het huwelijk Het kerkelijk huwelijk kan ontbonden worden = annulatie / nietig verklaring hier onderzoekt men de periode die aan het huwelijk vooraf is gegaan, of dat ze met de juiste instellingen getrouwd zijn (vb: of men voor het geld getrouwd is,…) als ze nog geen seks hebben gehad na het huwelijk (ook niet voor het huwelijk), is annulatie mogelijk Het kerkelijk huwelijk is een sacrament, niet door de priester, maar door de twee mensen aan elkaar gegeven Symbolen: -Witte bruidsjurk: reinheid van de bruid (nu alleen voor de show, aangezien de bruid meestal niet rein nimeer is) -De ringen: verbondenheid & eeuwigdurende liefde voor elkaar Men kiest zelf de partner liefdeshuwelijk Het is een vereniging van twee personen, niet van twee families Men moet openstaan voor de mogelijkheid kinderen te krijgen, maar het is niet verplicht kinderen te krijgen (Lissens) Katholieken: Uitvaartrituelen Wanneer een christen sterft, wordt in een (kerkelijke) uitvaartplechtigheid afscheid genomen van de dode. In de katholieke kerk wordt er door de nabestaanden doorgaans een (eucharistie)viering georganiseerd waarin het leven van de overledene wordt herdacht om het vervolgens in handen van God te leggen. Op de dienst in de kerk volgt de begrafenis op het kerkhof. Daarna blijft de familie meestal samen om tijdens een maaltijd herinneringen op te halen aan de overledene. De ziekenzalving Wanneer vroeger vermoed werd dat iemand zou sterven, werd hem of haar door een priester het zogenaamde laatste oliesel toegediend. In dat ritueel werd aan de stervende gevraagd zijn zonden te belijden, om vergiffenis van de zonden te verkrijgen vooraleer de reis te maken naar het leven na de dood. Als teken van die tocht werd de stervende gezalfd met chrisma, gewijde olie. Men diende de stervende ook voor het laatst de communie toe, die werd beschouwd als de ‘spijs voor onderweg’. In feite gaat de traditionele praktijk zoals hierboven geschetst, in tegen de oorspronkelijke bedoeling van het sacrament van de ziekenzalving, namelijk door de zalving een zieke persoon weer kracht geven om het leven met hernieuwde moed aan te vatten. In de dienst van de ziekenzalving zoals die nu bij voorkeur wordt uitgevoerd, wordt de zieke uitgenodigd stil te staan bij zijn leven. Als hij dit wenst, kan hij zijn schulden belijden. Na een lezing uit de bijbel, gevolgd door enkele voorbeden, vindt de kern van de ritus plaats waarbij men de zieke de handen oplegt als teken van troost en geborgenheid. Hierop volgt de zalving op het voorhoofd en de handen. Hiermee wordt de Heilige Geest gevraagd de zieke bij te staan in zijn genezingsproces. Tot slot wordt de communie uitgereikt. Een uitvaart regelen In België worden de uitvaarten doorgaans geregeld door begrafenisondernemers. Die helpen de familie met de praktische zaken en doorlopen de verschillende stappen om tot een uitvaartplechtigheid en begrafenis of crematie te komen. 1) Het eerste wat na een overlijden dient te gebeuren, is het lichaam van de overledene naar een funerarium te laten brengen om het te laten opbaren. Het is precies één van de taken van een begrafenisondernemer om het lichaam mooi op te baren. Het lichaam wordt eerst gewassen en behandeld tegen verdere aftakeling. Vervolgens wordt het mooi aangekleed. Dat gebeurt in de kledij van de overledene zelf; de familie beslist hierover. Tot slot wordt het lichaam in een open kist gelegd. Op die manier wordt aan familie en vrienden de kans gegeven om een laatste keer te komen kijken naar de overledene en afscheid te nemen, het zogenaamde groeten. Er zijn geen religieuze rituelen die dat opbaren omgeven. De bezoekers kunnen hun gevoelens neerschrijven in het rouwregister. 2) Een tweede dringende taak is het vastleggen van de datum van de uitvaart. Binnen de tien kalenderdagen (of negen naargelang de gemeente) dient een lichaam begraven te worden. In de praktijk hebben de meeste mensen een voorkeur voor een uitvaartplechtigheid op zaterdag. 3) Nadat de datum van de uitvaart is vastgelegd, kunnen de doodsbrieven opgesteld worden, waarin de dood van de persoon in kwestie wordt aangekondigd. Zij worden opgesteld vanuit het perspectief van het gezin waartoe de overledene behoorde. De gezinsleden nodigen de verdere familieleden en de vrienden uit om deel te nemen aan de afscheidsviering. 4) Naast de doodsbrieven moeten ook herinneringsprentjes gedrukt worden. Die worden in de uitvaartplechtigheid meegegeven aan degenen die de uitvaart hebben bijgewoond. Zij dienen als een aandenken aan de overledene. 5)Tot slot moet er nagedacht worden over de rouwadvertentie die in kranten gepubliceerd wordt om een bredere groep van kennissen op de hoogte te brengen van het overlijden. Dodenwake De avond voor de uitvaartplechtigheid kan een dodenwake gehouden worden. De bedoeling is dat familie en vrienden waken bij het dode lichaam. Tijdens de wake wordt zowel gebeden en gezongen voor het zielenheil van de dode als tot troost van de nabestaanden. Met een onzevader wordt de wake afgesloten. Dergelijke dodenwake kan plaatsvinden in de (parochie)kerk of in een parochiale zaal. Uitvaartliturgie De betekenis van de katholieke uitvaartliturgie is meervoudig. Terwijl gebeden wordt voor de ziel van de overledene, moet de viering ook troost schenken aan de nabestaanden. Tegelijk wordt de hoop uitgedrukt dat het paasmysterie, namelijk dat Jezus na drie dagen uit de doden is opgestaan en is verrezen, ook voor de overledene mag gelden. De actieve deelname van nabestaanden aan de uitvaart en de invulling ervan heeft tot gevolg dat er oneindig veel verschillende uitvaartdiensten zijn. De liturgie van de uitvaart wordt gevierd in aanwezigheid van de overledene. De kist wordt in processie tot voor het altaar gebracht nadat de voorganger de kist aan het kerkportaal heeft begroet. De kist wordt te midden van brandende kaarsen neergezet op een tapijt of een kleine verhoging. Graflegging Na de uitvaartdienst moet de lijkkist verplaatst worden van de kerk naar de begraafplaats. Meestal gebeurt dat met de lijkwagen van de begrafenisonderneming. De lijkwagen wordt gevolgd door de auto’s van de familie en al wie zich geroepen voelt het lichaam te begeleiden naar de laatste rustplaats. Meestal liggen er op de lijkwagen verschillende bloemenkransen van familie en vrienden. Op het kerkhof vindt een kort ritueel plaats waarin bij voorkeur de priester voorgaat, maar ook een gebedsleider de gebeden kan verzorgen. Meestal blijft men op enige afstand van het graf en doen de grafdelvers hun werk nadat iedereen vertrokken is. De grond waarin het graf zijn definitieve rustplaats krijgt, is voordien door de priester gewijd. In het gebed wordt tot uitdrukking gebracht dat het lichaam wordt toevertrouwd aan God. Vervolgens worden zowel de kist als het graf besprenkeld met wijwater, bewierookt en bekruist. De aanwezigen krijgen de kans een bloem op de kist te leggen of een kruisteken te maken over de kist als teken van het laatste afscheid. Protestanten: Geboorterituelen (zie onderste stuk Niels) Men heeft geen meter & peter, de gemeenschap vervult die rol Geen kinderdoop, maar doop op belijdenis Lutheranen (deel van de Protestanten) hebben kinderdoop & volwassenendoop (Yannick) Orthodoxen : geboorterituelen =Kinderdoopsel =Zelfde betekenis als bij de katholieken Op vooravond van het doopsel vinden er 4 duiveluitdrijvingen plaats: De 1ste twee bevelen de duivel om het kind te verlaten; de laatste twee smeken om Gods hulp. Daarna blaast de priester op mond, voorhoofd en borst v/d dopeling, alvorens het kind te vragen satan te verzaken. Dan wordt het kind naar het oosten gekeerd als afkeer van het kwade. Ten slotte worden peter en meter aangesteld. Eigenlijke doopviering: Ceremonie begint reeds aan het portaal v/d kerk waar de priester het kind samen met de peter en de meter opwacht. Priester spreekt dan een formule uit en bevestigt de naamgeving. - In de kerk zelf besteedt men veel aandacht aan het zegenen van water en olie. - Priester heft wijdingsgebed aan en doet kruisteken over het water. - Priester giet de gezegende olie in het water. - De dopeling wordt ontkleed en door peter aan borst en rug (als teken van genezing van ziel en lichaam), oren (om het geloof te verstaan), handen (Gods handen hebben geschapen) en voeten (om te wandelen op Gods wegen) geolied. - Kind wordt dan 3x ondergedompeld (heilige drievuldigheid), daarna krijgt het een nieuw doopkleed en een kruisje dat het hele leven gedragen moet worden. - Dan krijgen de ouders een doopkaars die ze 3x na het doopsel moeten meenemen naar de communie en de laatste keer ze achterlaten in de kerk. Als de dopeling 40 dagen oud is wordt hij de kerk binnengeleid => symbool voor Jezus die waneer hij 40 dagen oud was voor het eerst naar de tempel in Jeruzalem gebracht werd. Vragen Tina: Is het een sacrament? Antw.: Ja Wat is de betekenis van het sacrament? Antw: Lid worden van de kerk. (dana) Orthodoxen: Huwelijksrituelen (=sacrament) Er zijn verschillende strekkingen volgens ethnische indeling. Voorbeelden zijn : de kerk van Griekenland, de kerk van Cyprus, de Russische Orthodoxe kerk, .. Voorbereiding De bruidegom vraagt de hand van de bruid 6 maanden voor het huwelijk. Daarbij werd ook een prijs geregeld, namelijk de bruidschat, die men onderling overeen kwam. Nu nog is deze bruidschat symbolisch zichtbaar als een zakje gouden munten, die aan het bruidsboeket bengelen. Het paar moet het huwelijk voorbereiden bij een priester, die alle symboliek uitlegt Voor het huwelijk moet je gedoopt zijn en tevens biechten, om vrij van alle zonden het huwelijk aan te gaan. De ringen moeten de dag voor het huwelijk al in de kerk aanwezig zijn. Orthodoxen mogen met niet-Orthodoxen huwen maar worden daartoe niet aangemoedigd. Men mag kiezen tussen gearrangeerd huwelijk of liefdeshuwelijk Dienst De ceremonie begint buiten de kerk, waar de ringen gezegend worden en uitgewisseld (3x). De ring wordt aan de rechter hand gedragen.Het verder verloop moet in de kerk gebeuren. De priester vraagt het koppel uitdrukkelijk of ze elkaar gekozen hebben uit liefde en of ze niet ergens anders iemand liefhebben. Het huwelijk is hier de absolute eenwording, je wordt als het ware één persoon, dit kan enkel als beiden elkaar liefhebben. Volgorde Bruid en bruidegom treden binnen en staan op een matje dat slechts éénmaal gebruikt wordt. Achter bruid en bruidegom staan 3 mannelijke getuigen (waarvan 1 de dooppeter is van de bruidegom), met een verwijzing naar de drievuldigheid. Deze houden een zware kroon boven het hoofd van bruid en bruidegom, dit vormt het centrale gebeuren. De kronen zijn het symbool van de nieuwe familievorming, van verbondenheid, maar doet ook denken aan het offer van de martelaars die destijds een kroon van doornen droegen. Het koppel maakt 3 cirkels rond de bijbel voor de heilige drievuldigheid van de Vader, de Zoon en de Heilige Geest, de ringen worden 3 maal gewisseld, als een teken van eenwording.Bij het wisselen van de ring worden de rechter hand van bruid en bruidegom met een lint vastgehouden. Het paar houdt een brandende kaars vast, ze eten geen brood maar drinken uit een beker met wijn en stukjes brood. Op het einde van de dienst verwijdert de priester de kronen en geeft het koppel zijn zegen. Na de viering krijgt het paar een ikoon die door de ouders van de bruid is gekozen Feest Er wordt uitbundig gevierd. De gasten brengen geschenken mee op het feest en het koppel komt die afhalen door betaling met een dans, Dikwijls wordt er geld op de kledij van het jonge paar gespeld. Een ikonostase = de scheidingswand tussen de altaarruimte en het overige deel van de kerk. Oorspronkelijk bestond deze scheiding uit een gordijn. In de Middeleeuwen heeft men er ikonen op aangebracht, en dat is zo gebleven. Bovenop staat een kruis. Daaronder één of twee banden met geloofsgetuigen: aartsvaders (van Adam tot Mozes) en profeten (vanaf Mozes tot Christus). Daaronder een band met feestikonen. Daaronder een deësis: in het midden een tronende Christus geflankeerd door Johannes de Doper en de Moeder Gods, met daarnaast dikwijls engelen, Petrus en Paulus en andere heiligen. Daaronder: in het midden de koninklijke deuren met een voorstelling van de aankondiging van de geboorte van Christus door de engel Michaël, en de vier evangelisten; naast deze deuren dikwijls een aantal staande gestalten: Christus, de Moeder Gods, engelen en heiligen die een bijzondere relatie hebben met de kerk. (Bart) Hindoes : Algemeen Monistische godsdienst ze hebben maar één God, maar die doet zich voor onder verschillende gedaantes, en krijgen allemaal een naam als verschillende Goden 1)De namen van de belangrijkste goden Brahma => vertegenwoordigt het genererende of scheppende effect van god, de universele wereld zien Vishnu =>de onderhoudende aspect van god Shiva=> vernietigende aspect van god Ganesh=>zoon shiva, neemt hindernissen weg Krishna=> god van de devotie Durga=> god van de kracht Parvathi Kali 2) Ontstaan wanneer en door wie? Het is afkomstig uit het Indisch subcontinent. Het is niet door iemand gesticht en heeft dus ook geen vaste organisatie. Er zijn vele verschillende stromingen en verschillende Hindoes vinden niet elke god belangrijk. Het is de oudste nog bestaande wereldgodsdienst, meer dan 3-4000 jaar geleden gesticht. (met belangrijkste teksten= de vedas). 3) Zijn er heilige boeken? De belangrijkste teksten van het Hindoeisme zijn de Vedas. Upanishads en Baghawad Ghita 4) Zijn er priesters? Ja, Brahmanen. 5) Reïncarnatie. Hindoes hebben een cyclisch wereldbeeld. De kosmische orde blijft zich herhalen in een bewging van ontstaan, vernietigng en opnieuw ontstaan. Ook de mensvisie is cyclisch, dus men gelooft in reïncarnatie. Het totaalgedrag van de mens (karma) is bepalend voor een goede of slechte reïncarnatie. Athman (= goddelijke vonk die iedereen in zich heeft) opgelost met wereldziel, vergeving bestaat niet. Het uiteindelijke doel is loskomen uit de herhaling van wedergeboortes en de verlossing (moksa) bereiken = niet meer reïncarneren. 6) Kastensysteem? Elke Hindoe wordt geboren in een bepaalde kaste (varna) en die is bepalend voor je hele leven. In welke kaste je zit, heeft te maken met je verleden. Men kan Brahmaan, ksatriya, vaisva of shudra worden. Hoe hoger je kaste is, hoe meer je als ritueel rein wordt beschouwd. De mensen die kasteloos zijn, staan onderaan in de maatschappelijke ladder en oefenen dus ook de meest onreine beroepen uit. Men kan zich niet bekeren tot een andere religieuze strekking. 7) Kan je een Hindoe worden? Neen…. 8) Wet van de Karma? De wet van oorzaak en gevolg. De status van iemand zijn leven is het gevolg van alle fysische en mentale acties die gebeurd zijn in voorbije incarnaties en de huidige acties kunnen je lot in toekomstige reïncarnaties beïnvloeden. 9) Waarom is Hindoeïsme een monisme? Alles wordt tot 1 wezen of beginsel teruggebracht. 10) De belangrijkste manieren om tot moksa te komen. Moksa = de verlossing Men kan dit bereiken door onder andere aan alle rituelen (samskaras) mee te doen. Er zijn 16 rituelen en 9 daarvan zijn in verband met de geboorte, die de Hindoes dus heel belangrijk blijken te vinden. Andere hebben te maken met leerling zijn, de volwassenheid en de dood. Belangrijke elementen die bij elke samskara (= oneindige cirkel van leven en dood) voorkomen, zijn het heilige huisvuur, spirituele reiniging met water en het uitvoeren van puja, een ritueel offer. Offers zijn meestal wierook, vruchten, bloemenkransen, rijst… (Anneleen) Hindoes: Geboorterituelen Overgangsrituelen= SAMSKARA’S Stap in leven begeleiden met rituelen => kwade afweren. 16 rituelen in leven: 9 daarvan geboorterituelen dus belangrijke gebeurtenis! 1) Rituelen voor de geboorte 2) Rituelen na de geboorte Uitvoering daar vader (soms + brahmaan (= lid van de hoogste kaste vd Indische samenleving, de geestelijke adel)) 1) rituelen VOOR de geboorte rituelen van conceptie (nix meer van weten) Het verlangen naar een zoon meedelen Haarscheiding bij de vrouw (man brengt middenscheiding in het haar vd vrouw aan, dit tegen kwade geesten) 2) rituelen NA de geboorte geboorteceremonie (0-10 na geboorte) * man kijkt baby aan => intelligentie peilen * 1e bad + mantra’s (= spreuken) * kind honing geven * Ohmteken op tong getekend => ‘aum’ is geluid vh ontstaan vd wereld en geluid voor meditatie * Mantra’s uitgesproken ter hoogte van de NAVEL (* adem van brahmaan over kind geblazen) => <adem => <sterk Naamgevingsritueel (12e dag na de geboorte door familiepriester) * baby krijgt relatieve astrologische naam (= nt de naam die ouders hebben gegeven) * familiepriester stelt horoscoop op en schrijft geboortebrief met astrologische gegevens * astrologische (op basis van horoscoop) naam wordt ingefluisterd tegen de navel * mantra’s uitgesproken Andere rituelen Kind verlaat 1e keer huis: Mantra’s + feest voor familie en vrienden 1e keer vast voedsel: Mantra’s + voedsel geofferd + grootvader geeft kind zoete rijst met gouden lepeltje 1e verjaardag: haar kind afscheren in familiepatroon + mengsel van water en geklaarde boter op hoofd kindje + gaatjes in oren voor oorringen, das tegen ziektes en om heilige woorden beter te begrijpen. (Esther) Hindoes: Huwelijksrituelen Gearrangeerde huwelijken gebaseerd op: streek gemeenschap kaste opvoeding taal religieuze overtuiging voor een evenwichtig en langdurig huwelijk Nu: meer en meer vrije keuze Verloving = vagdanam (= schenking van het woord) Astrologisch onderzoek: karakters passend? indien negatief: huwelijk afgelast Rituele handelingen op de huwelijksdag = samskara vd vivaha: 7 stappen 1 voedsel 2 kracht 3 voorspoed 4 geluk 5 kinderen 6 genieten van genoegens 7 levenslange vriendschap Afscheid nemen van het leven als kind => thuis een rijstmaaltijd delen met kinderen Bruidegom: gebaad door vrouwen gekleed in tuniek met broek door mannen (meestal in geel = kleur van de vruchtbaarheid) afscheid nemen van moeder: rituele scène: moeder verdrinkt zich uit verdriet met familie en vrienden naar huis vd bruid trekken Bruid: speciale sierraden rode zijden sari Bruidstoet met tromgeroffel en vuurwerk: boze geesten afweren Schenking bruid door vader: Bruid krijgt in rechterhand een stuk deeg/schelp met rijst, geld of bloemen in. Bruidegom ondersteunt rechterhand, ouders houden elleboog vast. Broer vd bruid druppelt water over het stuk deeg/schelp = verantwoordelijkheid bevestigen Vader begeleidt bruid tot bij bruidegom, citeert uit Ramayana. Bevestiging weggeven bruid: ouders wassen dochter’s voeten en geven geschenken: - voedingswaren (kokosnoot = teken vruchtbaarheid, hoop op gezonde kinderen) - ringen - kledij Centraal = eenwording van man en vrouw tot nieuwe eenheid. vastgebonden door sjaals samen rond heilig vuur/boek lopen Huwelijk symboliseren: gasten gooien rijst in heilig vuur, lopen er 7x rond Slot: pandit (= hindoepriester) verklaart wederzijdse plichten en verantwoordelijkheden, trouw beloven voor 7 levens (thomas) Hindoes: Uitvaartrituelen Overtuigingen Hindoes geloven dat de dood een deel is van de voortdurende cyclus van geboorte, leven, dood, en wedergeboorte. De ziel van de overledene gaat een ander lichaam binnen na de dood om weer opnieuw geboren te worden. Begrafenisgebruiken Over het algemeen cremeren Hindoes hun doden. Ter voorbereiding van de crematie wordt het lichaam gewassen, in een kist gelegd, versierd met sandelhoutpasta en bloemenkransen om daarna gewikkeld te worden in een wit doek. Tijdens de crematie ceremonie wordt het lichaam driemaal, in tegen wijzerzin, rond de brandstapel gedragen en daarna er boven op geplaatst. De belangrijkste rouwende ontsteekt het vuur. Rouwrituelen De dagen van rouw worden beschouwd als een tijd van rituele onreinheid. Rouwenden bedekken alle religieuze afbeeldingen in het huis en nemen niet deel aan festivals, huwelijksceremonies en mogen geen swamis (=spirituele leider?) bezoeken. De rouwperiode varieert in lengte, maar de Hindoe geschriften waarschuwen tegen overdreven rouwen Overgangsriten: De Hindoe stervensrituelen volgen in alle tradities een redelijk gelijk patroon, afkomstig uit de Vedas (= teksten die gaan over de zin van het leven en de relatie van mens en kosmos, heilige boeken van de Hindoes), met variaties afhankelijk van de sekte, regio, kaste en familietraditie. De meeste riten worden uitgevoerd door de familie van wie iedereen deelneemt inclusief de kinderen, die niet beschermd hoeven te worden tegen de dood. Sommige riten worden traditioneel uitgevoerd door een priester maar kunnen ook de familie zelf uitgevoerd worden als er geen priester aanwezig kan zijn. Hieronder een eenvoudige uitleg van de riten. Als de dood nadert Traditioneel sterft een Hindoe thuis. Tegenwoordig worden de stervenden echter steeds vaker in een ziekenhuis gehouden, zelfs als eventueel herstel niet meer mogelijk is. De Hindoes, de voordelen van het thuis sterven kennende, brengen de zieken naar huis, omringd door hun dierbaren. Als de dood nadert worden de nabestaanden op de hoogte gebracht. De persoon wordt geplaatst in diens kamer of bij de ingang van het huis met hoofd naar het oosten gericht. Een lamp wordt aangestoken naast het hoofd, en de stervende wordt aangeraden om zich op zijn of haar mantra (= gewijde teksten, een combinatie van heilige lettergrepen die samen een kern van geestelijke energie vormen, "het denken dat bevrijdt en beschermt") te concentreren. Familieleden houden de wacht tot aan het grote vertrek, hymnen zingend, biddend en voorlezend uit de geschriften. Als de stervende niet thuis kan komen, gebeurt dit alles in het ziekenhuis, ongeacht eventuele bezwaren van het instituut. Het moment van sterven Als de stervende buiten bewustzijn is bij diens vertrek, reciteert een familielid de mantra zachtjes in het rechteroor. Als er geen bekend is, wordt er 'Aum Namo Narayana' of 'Aum Nama Sivaya' gebruikt (dit wordt ook gedaan van slachtoffers van een plotselinge dood zoals verkeersongevallen of op het slagveld). Heilige as of sandelhoutpasta wordt aangebracht op het voorhoofd, Vedische (komt van de Veda’s) verzen worden opgezegd, en een paar druppels melk, Ganga of heilig water wordt in de mond gedruppeld. Na het overlijden wordt het lichaam bij de ingang van het huis gelegd met het hoofd naar het zuiden, op een stretcher of op de grond, symbolisch voor het terugkeren in de schoot van Moeder Aarde. De lamp blijft aan vlakbij het hoofd en wierook wordt gebrand. Een doek wordt onder de kin en over het hoofd gebonden. De duimen worden aan elkaar vastgebonden, net als de grote tenen. In een ziekenhuis ontvangt de familie gelijk een getekende overlijdensakte en transporteren het lichaam naar huis. Onder geen enkele voorwaarde mag het lichaam gebalsemd worden of mogen er organen verwijderd worden ter gebruik door anderen. Religieuze afbeeldingen worden omgedraaid naar de muur en in sommige tradities worden spiegels bedekt. Familieleden worden gevraagd om afscheid te nemen en zingen heilige liederen aan de zij van het lichaam. Het Homa (= vuur ritueel) Indien mogelijk wordt er een speciale begrafenispriester geroepen. Op een beschutte plek gebouwd door de familie, wordt een vuur ritueel uitgevoerd om negen koperen kumbhas (= waterpotten) en één aardewerken pot te zegenen. Als er geen beschutte plaats aanwezig is, mag het vuur in huis worden gemaakt. De "hoofd rouwende" leidt de riten. Het is de oudste zoon indien de overledene de vader is, of de jongste zoon indien de moeder is overleden. In sommige tradities leidt de oudste zoon in beide gevallen, of de echtgenote, schoonzoon, of dichtstbijzijnde mannelijke verwant. Klaarmaken van het lichaam De hoofd rouwende voert het arati (= met een olielamp over de stoffelijke resten gaan) uit en offert daarna bloemen. De mannelijke -of vrouwelijke, afhankelijk van het geslacht van de overledenefamilieleden dragen het lichaam naar de achterkant van het huis, verwijderen de kleren, wassen het lichaam en kleden het in een witte doek. Elk doet sesamolie op het hoofd, en het lichaam wordt gewassen met water uit de negen kumbhas, gekleed, geplaatst in de kist -of op een draagstoel- en wordt vervolgens gedragen naar het homa vuur. De jonge kinderen die kleine brandende stokjes vasthouden, omringen het lichaam en zingen hymnen. De vrouwen lopen daarna rond het lichaam en offeren gepofte rijst in de mond om de overledene te voeden op de komende reis. Een weduwe zal haar tali (= huwelijkshanger) om de hals van haar echtgenoot doen, symbolisch voor haar voortdurende band met hem. De kist wordt dan gesloten. Indien het onmogelijk is om het lichaam naar thuis te halen, regelt de familie om het in het mortuarium te wassen en aan te kleden i.p.v. deze taken aan vreemden over te laten. Het rituele homa vuur kan dan thuis of in het crematorium worden gemaakt. Crematie Alleen de mannen wonen de crematie bij, aangevoerd door de hoofdrouwende. Twee potten worden gedragen: de aardewerken kumbha, en een andere waarin gloeiende kolen zijn geplaatst uit het homa vuur. Het lichaam wordt driemaal tegen wijzerzin rond de brandstapel gedragen om er vervolgens bovenop geplaatst te worden. Alle rondgangen, en sommige arati, zijn altijd in tegen wijzerzinsrichting. Als er een kist wordt gebruikt, wordt het deksel nu verwijderd. De mannen offeren nu gepofte rijst net als de vrouwen al eerder deden, bedekken het lichaam met hout en offeren vervolgens wierook en ghee (= ongeklaarde boter). Met de aardewerken kruik op zijn linkerschouder, gaat de hoofd rouwende rond de brandstapel, een brandende fakkel achter zijn rug houdend. Bij elke bocht rond de brandstapel, slaat een verwant een gat in de aardewerken pot met een mes, waardoor het water eruit kan stromen wat symbolisch is voor het leven dat het omhulsel verlaat. Na drie rondgangen, laat de hoofdrouwende de pot vallen. Dan, zonder zich om te draaien naar het lichaam, steekt hij de brandstapel aan en verlaat de plek. De anderen volgen. In een crematorium wordt er heilig hout en ghee in de kist geplaatst. Waar het toegestaan is, wordt het lichaam rond de ruimte gedragen en een klein vuur aangestoken in de kist net voordat het aan de vlammen wordt geschoven. De knop van de crematieoven wordt bedient door de hoofd rouwende. Thuiskomst: rituele onzuiverheid Bij terugkomst in het huis, baden allen zich en reinigen het huis gezamenlijk. Een lamp en een waterpot worden daar neergezet waar het lichaam heeft gelegen. Het water wordt dagelijks verschoont en afbeeldingen blijven omgedraaid hangen aan de muur. De schrijnruimte wordt gesloten en alle iconen bedekt met witte doek. Tijdens deze dagen van rituele onzuiverheid bezoeken de familie en naaste verwanten niemand, ofschoon buren en verwanten hen dagelijks maaltijden komen brengen om de lasten tijdens het rouwen te verlichten. Ze wonen ook geen festivals bij, bezoeken geen tempels en swamis, en nemen niet deel aan huwelijksvoorbereidingen. Sommige houden zich hier één jaar aan. Voor de dood van vrienden, leraren of studenten zijn de regels optioneel. Hoewel het rouwen nooit onderdrukt of ontkend wordt, waarschuwen de geschriften tegen overdadig geklaag en stimuleren een vreugdevolle uiting. De vertrokken ziel is zich zeer bewust van de emotionele krachten die aan hem of haar zijn gericht. Langdurig verdriet kan de ziel in het aardse bewustzijn houden waardoor de volledige overgang naar de hemelse werelden wordt tegengehouden. In Hindoeïstisch Bali is het een schande om te huilen voor de doden. Bottenverzamelingsceremonie Ongeveer twaalf uur na de crematie, keert de familie terug om de overblijfselen te verzamelen. Water wordt gesprenkeld over de as; de resten worden verzameld op een grote schaal. In crematoria kan de familie regelen om zelf de overblijfselen te verzamelen: as en kleine stukjes wit bot worden 'bloemen' genoemd. In crematoria worden deze gemalen tot stof, en het moet geregeld worden om ze te bewaren. As wordt gedragen of verstuurd naar India om gestrooid te worden in de rivier Ganges of in een gunstige rivier of de oceaan, samen met kransen en bloemen. Eerste herdenking Op de 3e, 5e, 7e of 9e dag verzamelen de verwanten zich om een maaltijd gebruiken van het favoriete voedsel van de overledene. Een portie wordt geofferd voor diens foto en later ceremonieel achtergelaten op een verlaten plek, samen met wat aangestoken kamfer (= etherische olie die doorbloeding stimuleert en heilzaam bij kneuzingen, verstuikingen, spierpijn en reumatische pijn is). De gebruiken voor deze periode zijn variabel. Sommige offeren pinda (= rijstballen) dagelijks gedurende negen dagen. Anderen combineren al deze offeringen met de volgende sapindikarana rituelen gedurende enige dagen of één dag van ceremonies. 31e dag-herdenking Op de 31e dag wordt er een herdenkingsdienst gehouden. In sommige tradities is dit een herhaling van de begrafenisriten. Thuis maken allen het huis grondig schoon. Een priester reinigt het huis en voert sapindikarana uit, en maakt één grote pinda (representatief voor de overledene) en drie kleine (de vader, grootvader en overgrootvader representerend) klaar. De grote bal wordt in drie stukken gesneden en elk stuk wordt toegevoegd aan een kleinere; dit stelt de vereniging van de ziel met diens voorouders voor in de volgende wereld. De pindas worden gevoerd aan de kraaien, aan een koe, of in een rivier gegooid voor de vissen. Sommigen voeren deze rite uit op de 11e dag na de crematie. Anderen doen het tweemaal: op de 31e dag -of op de 11e, 15e, etc.- en na één jaar. Nadat de eerste sapindikarana is uitgevoerd, eindigt de rituele onzuiverheid. Maandelijkse herhaling gedurende een jaar is ook gebruikelijk. Eén jaar-herdenking Op de jaarlijkse sterfdag van de overledene -volgens de maankalender- voert een priester de shraddha (= geloof en vertrouwen, eerbied) riten uit in het huis, waarbij pinda aan de voorouders wordt geofferd. Deze ceremonie wordt jaarlijks uitgevoerd zo lang als de zonen van de overledene in leven zijn (of gedurende een specifieke periode). Tegenwoordig is het gebruikelijk in India om shraddha te doen voor de voorouders net vóór het jaarlijkse Navaratri (= negendaagse vieringen gewijd aan de Goddelijke Moeder) festival. Deze tijd is ook geschikt voor de gevallen waarin de juiste dag van overlijden niet bekend is. Hindoe begrafenisrituelen kunnen eenvoudig of erg complex zijn. Deze tien stappen, uitgevoerd met toewijding volgens de gebruiken, middelen en mogelijkheden van de familie, vormen een geschikt einde aan het aardse bestaan van elke Hindoe ziel. (Anke) Islam: Geboorterituelen Islamitische leer = gebaseerd op de Koran en de Scenna kent geen centrale instelling veel verspreid gesticht in de 7e eeuw door Mohammed in Saoedi-Arabië Rituelen: amulet: - beschermen van de pasgeboren baby tegen kwade, jaloerse krachten - wordt gegeven door de moeder - het boze oog met inscriptie “zo god het wil” - de hand van fatima (: ook een symbool) - stukje stof met opschrijft (vers uit palm) dat opgerold is influisteren: oproep tot gebed influisteren bij het pasgeboren kind, samen met het influisteren vd Shahada (= geloofsbelijdenis= ook Maladay) door de man naamgeving: meestal een naam uit de Koran, wordt na de Koranvers ingefluisterd, allesbehalve Allah 7e dag na geboorte: - hoofdje kaalscheren: het haar wordt gewogen en die hoeveelheid wordt omgezet in geld en aan de armen geschonken - dier slachten: vlees wordt ook aan de armen geschonken symbool van de Moslim die Allah dankt. De naam vh kindje wordt tijdens de slachting uitgesproken besnijdenis: wordt aanzien als islamitische identiteit voorhuid wordt weggesneden zodat de eikel onbedekt blijft in nauw verband met de rituele reinheid verplicht tussen 3 en 8 jaar: bij Marokkanen vroeger dan bij Turken niet besneden op de sabbat in België in een ziekenhuis in een speciaal kleed: broek met vest of cape groot feest erna 5 pijlers van de Islam: shahada = geloofsbelijdenis: er is maar 1 god Allah, en Mohammed is zijn profeet zakaat = aalmoes, belasting (soort sociale zekerheid) salaat = bidden 5x per dag richting Mekka hadj = 1x in je leven: bedevaart naar Mekka in wit kleed (waarin ge later begraven wordt) gaan en 7x rond tempel (Kahaba) lopen, verplicht, tenzij je arm/ziek bent. ramadan = 9e maand is de vastenmaand (let wel: zij werken met het maanjaar=> langer dan 31dagen) (Wim) - Islam: Huwelijksrituelen bruidspaar naar moskee om voor Allah te trouwen. Turkije: burgerlijk huwelijk ≠ religieus huwelijk geen Imam verplicht voor religieus huwelijk Marokko: burgerlijk huwelijk = religieus huwelijk geen religieuze autoriteit of formulieren verplicht De Islamitische wet 2getuigen verplicht + een wali (=vriend). Deze zijn beschermer die de bruid en haar rechten moeten beschermen. - Partnerkeuze gebeurt vrijwel altijd door de ouders en familie. De moeder legt de eerste contacten. Partnerkeuze wordt besproken onder de vrouwen uit beide families: vrouwen uit familie jongen gaan op bezoek bij toekomstige familie met ‘het goede nieuws’. - Na huwelijk: versierde auto (pop op motorkap), papiergeld wordt op de trouwkledij van het bruidspaar gespeld. - Marokko: SOMS verlovingsfeest waar verlovingsringen worden uitgewisseld. Onderscheid tussen gemengd en apart feest Gemengd: koppel heel de avond samen Apart: de jongen gaat ’s avonds heel even naar het feest van de vrouwen, eet een dadel en drinkt melk (symbolen voor geluk en vruchtbaarheid) Familielid van het meisje versiert rechterhand van het meisje en jongen met henna. Deze tekst is nog niet goedgekeurd door mevrouw Tina Blommaert en kan dus mogelijk nog foutieve informatie bevatten. Dank (Sven en Ils) Sikhs: Geboorterituelen Rituelen vormen een heikel punt binnen het sikhisme. Goeroe Nanak reageerde immers tegen het ritualisme van hindoeïsme en islam. Hij vatte het sikhisme op als een religie van de dagelijkse praktijk, de eerste taak van een sikh is een goede huisvader/moeder te zijn. Nanak ging echter voorbij aan de behoefte die de meeste mensen hebben om hun band met het goddelijke feestelijk uit te drukken. Ook belangrijke momenten in het leven verdienen volgens deze mensen een ritueel. Daarom bleven vele sikhs de rituelen van het hindoeïsme trouw. De Goeroes konden het natuurlijk niet laten gebeuren dat hun religie terug in het hindoeïsme, waar ze zich net tegen afzetten, zou afglijden. Ze moesten daarom toch enkele toegevingen doen aan het algemeen menselijke verlangen naar rituelen. Daarom componeerde Goeroe Ram Das een sikh huwelijkshymne. De zoektocht naar een eigen sikhidentiteit op ritueel vlak was echter nog niet voltooid. Begin twintigste eeuw ijverde de Sing Sabhabeweging nog steeds voor eigen rituelen. Zij zorgden er bijvoorbeeld voor dat het huwelijkspaar in plaats van driemaal rond een vuur te draaien, nu driemaal rond de Goeroe Granth Sahib (= heilig boek van de Sikhs, het boek heeft de taak van de spirituele leraar die u van duister(goeroe) naar licht(granth) brengt, overgepakt) moet draaien. In feite is de aanwezigheid van de Goeroe Granth Sahib het enige element dat sikh-rituelen van hindoeïstische rituelen onderscheidt. Ook in de naamgevingceremonie speelt de schrift een belangrijke rol. De Sikhs aanzien kinderen als een geschenk van god. Hoewel Goeroe Nanak de gelijkheid tussen mannen en vrouwen verkondigde, kunnen we onder Sikhs toch nog een voorkeur voor mannen onderscheiden. Mannen zetten immers de familie verder en zullen de begrafenisriten van hun ouders verzorgen. Vrouwen vertrekken echter na hun huwelijk naar een andere familie en worden daarom meer als buitenstaanders gezien. Op dit vlak weegt de Indiase cultuur blijkbaar zwaarder door dan de leer van de goeroes. Het is belangrijk dat het kind zo snel mogelijk na de geboorte de mool mantra (geloofsbelijdenis) wordt ingefluisterd. De amritdharis, Sikhs die in de khalsa zijn ingeleid, verlangen ook dat hun kind een beetje amrit te drinken krijgt. Meestal leest men de eerste vijf verzen van het ochtendgebed waarna de voorganger de in amrit gedoopte kirpan (het zwaard) neemt en enkele druppels op de tong van de baby legt terwijl hij een zegen uitspreekt: I present this child, and with thy grace, I administer to him/her amrit. May he/she be a true Sikh May he/she devote himself/herself to the service of his/her fellows and motherland. KEENE , Truth, p.153. De rest van de amrit wordt opgedronken door de moeder en de vader. Na de periode van rituele onreinheid, neemt de vrouw een ritueel bad en trekt ze nieuwe kleren aan om met haar kind naar de gurdwara te gaan. Daar voltrekt zich de naamgevinsceremonie of de nam karan. Eerst betuigt het gezin echter zijn dank voor de behouden bevalling door een geschenk aan te bieden aan de Goeroe Granth Sahib. Meestal gaat het om karah prasad, een zoetigheid die bij elke dienst in de gurdwara (=tempel van de Sikhs) wordt uitgedeeld. Maar men kan ook bijvoorbeeld een stuk brokaat of zijde schenken om de Goeroe Granth Sahib mee te bedekken (= een romalla). Uit de schrift worden dan enkele hymnen gelezen rond het thema dankbaarheid of sommige families laten een volledige lezing van de schrift plaats vinden. Daarna kan de eigenlijke ceremonie beginnen. De voorganger begint met enkele gebeden om vervolgens aan te kondigen dat een familie onder hen gezegend is met een kind en dat zij "een letter" zoeken. Dan wordt de Goeroe Granth Sahib op een willekeurige pagina geopend en het eerste woord van die bladzijde luidop gelezen. De naam van het kind moet de zelfde beginletter hebben als dat woord en de naam zelf moet ook in de schrift voorkomen. Dit heeft tot gevolg dat er geen verschil is tussen jongens en meisjesnamen .Om dit aan te duiden wordt aan een jongensnaam Singh, dat leeuw betekent, toegevoegd en aan een meisjesnaam Kaur, dat prinses betekent. De gemeenschap moet zijn goedkeuring uitspreken over de naamkeuze vooraleer men de ceremonie eindigt met enkele gebeden. Deze naamgevingceremonie lijkt nogal sober in vergelijking met de geboorterituelen van andere religies. De sikhs beschouwen de nam karan echter als ondergeschikt aan de inwijding in de khalsa, die op een latere leeftijd plaatsvindt. Vraag een sikh naar hun 'doopritueel' en zij zullen verwijzen naar deze initiatierite, genaamd de amrit sanskar. (Marijke) Sikhs: Huwelijksrituelen Het huwelijk heeft bij de sikhs een sterke sociale functie. Het brengt immers twee families bij elkaar. Vandaar dat huwelijken bij de sikhs meestal gearrangeerd worden, al spreken sikhs zelf liever van 'geassisteerde' huwelijken. Het idee erachter is dat ouders hun kinderen het beste kennen en daarom de uitgelezen personen zijn om een goede en passende partij te kiezen. Aangezien de vrouw na haar huwelijk komt inwonen bij de familie van haar man, moet zij ook met haar schoonfamilie overeenkomen. Verliefdheid is zeker geen voorwaarde. Men gaat ervan uit dat de liefde komt met de jaren. Er zijn liefdeshuwelijken, maar die zijn in de minderheid. Net als gemengde huwelijken houden zij niet lang stand, zeggen de sikhs. Aangezien het merendeel van de sikhs in onze streken ongetrouwde mannen zijn, keren velen naar Punjab terug om een vrouw te vinden. Dat gebeurt doorgaans op de leeftijd van 27 of 28 jaar. Een sikh zegt dan dat 'zijn tijd gekomen is'. In Punjab schakelt hij zijn familie en op de eerste plaats zijn moeder in om hem te helpen bij zijn zoektocht naar een geschikte partner. Soms wordt vertrouwd op een bichola, een verwant die optreedt als koppelaar. Er wordt nagegaan of het meisje een onbesproken reputatie heeft, de familie een zekere status geniet en de karakters van man en vrouw bij elkaar passen. Daarnaast is het belangrijk dat beide partijen uit dezelfde kaste komen, terwijl zij niet uit dezelfde voorouder mogen stammen en niet uit hetzelfde dorp mogen komen. Overtredingen op de laatste twee bepalingen worden beschouwd als incest. Een geschikte huwelijkskandidate is doorgaans vijf of zes jaar jonger dan de man. Wanneer een mogelijke bruid gevonden is, wordt een ontmoeting tussen beide families georganiseerd. Hierbij krijgen de beide partijen de kans elkaar, weliswaar kort, te zien en te spreken. De twee families onderzoeken de geschiktheid van de kandidaat of kandidate. Als de vrouw de man bevalt en ook zijn familie haar geschikt vindt, vraagt hij haar ten huwelijk. De vrouw kan weigeren. In dat geval begint de zoektocht van voor af aan. Wanneer de vrouw instemt, worden de voorbereidingen getroffen voor het huwelijk en wordt onmiddellijk een datum vastgelegd. Het eigenlijke huwelijk gaat als volgt: De vader van de bruid komt naar voren om het gewaad van zijn dochter vast te binden aan de felgekleurde sjaal van de bruidegom, de palla . Met dat gebaar geeft hij zijn dochter uit handen en plaatst haar onder de hoede van haar toekomstige echtgenoot. Het is dus een zeer symbolisch gebaar. Op dat moment wordt volgende toepasselijke hymne gereciteerd (hymne 963): Ik verzaak zowel aan lofprijzingen als aan verwijten. Ik houd me vast aan de zoom van jouw sjaal. Al het andere laat ik voorbijgaan. Ik heb alle relaties als vals ervaren. Ik houd me vast aan u, mijn heer. Daarna wordt overgegaan tot de bezegeling van het huwelijk. De getuigen spelen hier ook een belangrijke rol. De broer langs moederzijde helpt traditioneel bij de opvoeding van de zogenaamde zusterkroost. Bij het huwelijk bevestigt hij zijn verantwoordelijkheid. Na de huwelijksceremonie wordt iedereen uitgenodigd om deel te nemen aan de langar, de gemeenschappelijke maaltijd. Ook die vindt plaats in de tempel. In de namiddag leidt de kersverse echtgenoot zijn vrouw naar zijn huis. Eerst trekt hij samen met zijn vader en andere mannelijke familieleden naar het ouderlijke huis van de bruid. Daar ontvangt hij eventueel zijn bruidsschat. De bruid kleedt zich om en trekt voor het eerst kleren aan van de familie van haar man. Haar familie doet haar uitgeleide, terwijl zij liederen zingen over de scheiding tussen een dochter en haar ouders. Het is een heel emotioneel moment. Het koppel wordt opgewacht bij de bruidegom thuis door de moeder van de man. Zij laat hen wachten voor de deur. Vervolgens giet zij een aantal keer een mengsel van melk en water uit over hun hoofden. Daarna stopt ook zij wat van de typische zoetigheden in de monden van de echtgenoten. Het is haar manier om haar nieuwe status van schoonmoeder te vieren. Pas na die gebeurtenis mag het bruidspaar het huis betreden. (Bram) Sikhs: Uitvaartrituelen Hoe zien zij de dood? Hoe komt dat? Voor de sikhs is de dood een vanzelfsprekend en natuurlijk gegeven dat deel uitmaakt van de cirkel van het leven. Het dode lichaam wordt beschouwd als het omhulsel waarin de ziel huist, de eeuwige essentie van de mens. Wat gebeurt er voor de dood? Tijdens de laatste levensuren wordt een stervende omgeven door zijn familie. Om steun te bieden wordt geciteerd uit de zogenaamde hymne voor de vrede. Daarin wordt opgeroepen zich over te geven aan God. Een houding van overgave brengt de stervende tot rust. Wat na de dood? Dat geloof in reïncarnatie heeft gevolgen voor de manier waarop sikhs omgaan met het dode lichaam: het wordt met relatief weinig zorg omringd.. De gedachte dat de dood behoort tot de normale gang van zaken heeft ook haar weerslag op de wijze waarop het verlies wordt verwerkt. Nabestaanden worden eerder gefeliciteerd dan gecondoleerd. De ziel van de overleden persoon is immers een stap dichter bij de ultieme vereniging met God. De rouwstoet wordt dan gevolg door een muziekband en na de crematie volgt een feest waarbij de kleinkinderen cadeaus ontvangen. Zichtbare tekenen van rouw, zoals huilen of luid jammeren worden in het algemeen niet aangemoedigd. Wat doen ze met het lichaam? Nadat de dood is vastgesteld, wordt het lichaam door de familie gewassen. Het moet immers ritueel rein zijn vooraleer het aan het vuur geschonken kan worden. Begraven of cremeren? Sikhs cremeren hun doden. Wanneer er geen andere mogelijkheid is, kan het ook gebeuren dat het lichaam begraven wordt of aan de zee wordt toevertrouwd. De brandstapel wordt aangestoken door de hoofdrouwende. Ondertussen worden door de gemeenschap hymne gereciteerd. Die drukken gevoelens van onthechting uit. Op het eigenste moment van de verbranding wordt het zogenaamde avondgebed gereciteerd. De sikh-rituelen bij een overlijdenlijken op het eerste gezicht sterk op de hindoeïstische gebruiken. De dag na het overlijden wordt het lochaam van de overledene gecremeerd op een brandstapel die aangestoken wordt door de oudste zoon. In België is een soortgelijke crematie weliswaar onmogelijk, maar ook hier vallen de overeenkomsten op met het hindoeïstische dodenritueel. Terwijl bij de Hindoes de rituelen echt er uitvoerig uitgesponnen worden, is de crematie voor de sikhs eerder een sobere aangelegenheid. (Timothy) Sikhs: Algemeen denkek *sikh=discipel *1 god *stichtter=>Guru Nanak Patshah. Hij werd in 1469 geboren in 'Nankana Dahib' ( in pakistan ) *gesticht in pakistan *khalsa: betekent ‘puur’…dit zijn sikhs die de heilige Amrit Ceremonie ondergaan hebben * verbod op buitenhuwelijkse seksuele relaties. Een Sikh kan altijd zijn / haar partner kiezen. (gearrangeerde huwelijken =>NIEMAND trouwt tegen eigen wil) *dragen tulband=>respect + vrede medemens *lange haren=>compleet man..( god geeft baard….) *Guru Nanak Sahib ji's drievoudige openbaring voor de mensheid: 1)Naam Japna – mediteer op Godsnaam 2)Kirat Karni – op eerlijke wijze je kost verdienen 3) Wand Chakna - deel met anderen, naastenliefde primaire doel : God vereren door samenleving te dienen wat is am ritsar => Amritsar is de hoofdstad van de provincie Punjab en het thuis van de Sikhs wat zijn de 5 kenmerken van een echte sik => Kesha (haar) Kangha (kam) Kada (armband) Kirpan (dolk) Kachha (ondergoed). Zijn man en vrouw gelijk? Ideologisch wel, maar de realiteit is anders Zijn er priesters? Ja Hebben ze heiligen? Ja, Bidhu, Kabir, Mardana, Mianmir Wat is voor hen de heiligste plaats? Am ritsar (stijn) Boeddhisme: Algemeen Individuele godsdienst Ze hebben geen god, en geen schepper Goeroe = spirituele leider die je van goe naar roe leidt (van duister naar licht) Wat is de wet van de Karma? (of de wet van oorzaak en gevolg) De Boeddha onderwees het principe van karma: goede acties leiden tot goede resultaten, en slechte acties hebben slechte gevolgen. Boeddha zei dat karma intentie is. Het gaat bij karma dus om de intentie die de actie motiveert. Stichter waar? Wanneer? Sidharta Goutama. Hij werd geboren 560 v.C., als zoon van een rijk stamhoofd, huwde een weduwe en had bij haar een zoon. Op 29-jarige leeftijd kwam hij in een ernstige religieuze crisis, verliet huis en haard en probeerde eerst door een strenge ascese en zelfkastijding een oplossing te bereiken. Na zes jaar aldus geleefd te hebben en na een periode van 49 dagen van eenzame meditatie kwam de verlossing in de vorm van de verlichting. Gautama werd tot Boeddha (= dé Verlichte) en daarmee tot het centrum van de mensheid en zijn geschiedenis. Boeddha verzamelde een groep monniken om zich heen aan wie hij zijn (mondeling) leer doorgaf Wat is reïncarnatie? -wedergeboorte van de zielDe manier waarop hergeboorte plaatsvindt heeft veel te maken met hoe een persoon in het verleden gehandeld heeft. Goede acties brengen een hergeboorte als een hogere of lagere god, of als een mens in een comfortabele situatie. Slechte acties veroorzaken een wedergeboorte in een hel, als een geest of dier, of als mens in een slechte situatie. Ook een leven in een hemel is echter slechts tijdelijk. Als het leven daar voorbij is, volgt een geboorte in misschien een lagere hemel, een mens, dier of in een hel. Het hangt af van het karakter van je vroegere acties. 3 juwelen? Een centraal begrip in het boeddhisme is het Drie-voudig Juweel (pali: tiratana). Dit Drie-voudig Juweel bestaat uit de Boeddha, Dhamma (= de leer hoe je in het leven staat) en Sangha. De Boeddha is de ontdekker van het principe van de Dhamma. De Dhamma wordt beschreven als doodloos, en bestaat onafhankelijk van de Boeddha. De Dhamma is altijd aanwezig, of er nu een Boeddha is of niet. De Boeddha is ontwaakt aan de Dhamma, verlicht door de superieure kennis van de realiteit in het hier en nu. Dit Dhamma is wat de Boeddha zijn discipelen onderwijst. Als de discipelen de instructies van de Boeddha begrijpen en er naar handelen en het uitvoeren, kunnen zij zelf ook de Dhamma zien. Dan zijn zij ook verlicht, en bereiken hetzelfde einde aan lijden en ontevredenheid dat de Boeddha bereikte. De Sangha is de gemeenschap van personen die deze staat van verlichting bereikt hebben. Boeddha verwijst zowel naar de historische Boeddha in de persoon van Boeddha Gotama, als naar het ‘Boeddhaschap’. Het Boeddhaschap is een titel die gegeven wordt aan personen die door hun eigen inspanning en zonder leraar de Dhamma hebben gezien. Vier waarheden (1) Leven is lijden (De uitspraak "alles is lijden" wijst op het inzicht dat alles vergankelijk, tijdelijk is) (2) De oorzaak van het lijden is het verlangen of de begeerte. We lijden omdat we zonder ophouden verlangen. We lijden omdat we hechten aan van alles en nog wat en het moeilijk vinden veranderingen toe te laten. (3) Verlossing van de hunkering is de verlossing van het leiden (4) Het achtvoudige pad leidt tot verlossing van het leiden. Achtvoudige pad Een leidraad voor het leven: (1) het juiste pad, inzichten: overeenkomst met de vier waarheden (2) de juiste doelstelling, bedoelingen (geen bezitsdrang, wreedheid of boosheid) (3) het juiste woord (geen leugens, laster of ruwe taal) (4) het juiste gedrag (niet stelen, niet doden), (5) het juiste middel voor het levensonderhoud: een eerlijk en heilzaam beroep (6) de juiste inspanning (om het heilzame te bevorderen door wilskracht, training), (7) het juiste bewustzijn (kennen van de drijfveren, alert zijn voor het hier en nu (8) de juiste meditatie. Nirwana,Waar? Toestand van harmonie en rust, bereikt na de laatste wedergeboorte. Is de staat waarbij de vlam van de levensdorst geheel gedoofd is. Het is het hoogste goed in het boeddhisme. Nirvana en de waarneembare wereld zijn niet twee verschillende werkelijkheden of twee verschillende toestanden van de werkelijkheid. Nirvana is de waarneembare wereld te beleven sub specie aeternitatis, d.w.z. vanuit het gezichtpunt der eeuwigheid. Het is, met andere woorden, de ene werkelijkheid ontdaan van al onze denkbeelden, met inbegrip van deze. Zijn er heilig boeken? Het Boeddhisme is een 'godsdienst' zonder heilige geopenbaarde boeken. Wel zijn de leringen van de Boeddha in later tijd vastgelegd. In de loop van de tijd is aan de overlevering over het leven en de leer van Boeddha veel toegevoegd. De teksten werden alleen in de kloosters bewaard en zijn in de meeste gevallen met de invallen van de Islam verloren gegaan. Een reconstructie van de leer in zijn meest oorspronkelijke vorm is daarom echter niet goed mogelijk. Is er een god? Is er een schepper? Voor een boeddhist is er geen noodzaak om in een god of schepper te geloven, in tegenstelling tot de drie monotheïstische wereldreligies. In het boeddhisme is nergens sprake van een almachtige god. De bevrijding is op eigen kracht te bereiken. Toch kennen de tibetaans boeddhisten een veelheid aan goden en geesten die heel echt voor hen zijn. Het zijn geen persoonlijke goden in die zin dat ze er contact mee hebben. Men vereert de Boeddha, zijn onderwijs en het monnikkendom. Er is geen concept van een god aan wie ze verantwoording af moeten leggen en die zich uitstrekt naar gewonen mensen. Doopsel Boeddhisten Geen specifiek doopritueel, maar wel zegening in de tempel koordje met knoop erin wordt rond de pols van het kind gedaan voor bescherming Boeddhisten hebben meestal geen specifieke rituelen (Sofie) Boeddhisme: Uitvaartrituelen Dood: belangrijke rol -bewijs van vergankelijkheid van alle dingen -schept mogelijkheid te ontsnappen uit de kring van de wedergeboorten en het nirvana bereiken. -is niet gezien als vanzelfsprekend en natuurlijk gegeven, het is een relatief hoopvol gebeuren. (gevoelens van verdriet en wanhoop niet tonen, zij zouden de dode vasthouden in het aardse bestaan en goede wedergeboorte verhinderen) Bij naderen van levenseinde: nabestaanden goede omgeving creëren gemoedstoestand waarin iemand sterft heeft nl. gevolgen voor de aard van zijn/haar wedergeboorte. Boeddhisten geloven dat op het moment dat de dood intreedt, de ziel het lichaam verlaat en ze op zoek gaat naar een nieuw lichaam om in herboren te worden. Belangrijk! Tocht van de geest: Overledene met weinig egard behandeld lijk = leeg omhulsel fysieke lichaam:slechts deel van voortdurend proces van reïncarnatie totdat men verlichting bereikt.(na dood ondergaat overledene transformatie waarin zij de dood ontdekken en zich klaarmaken voor volgende incarnatie) eerste dagen bewustzijn nog aanwezig aanraking vermijden mediteren ten gunste van goede wedergeboorte van de gestorvene Dag van uitvaart: lichaam in processie naar vuurstapel geleid oudste zoon : steekt brandstapel aan na crematie: gemeenschappelijke maaltijd Rouwrituelen speciale rituelen op latere tijd: na 7 dagen, na 3 maanden en na 1 jaar verdiensten verzamelen en die overbrengen op de gestorvene voor positieve beïnvloeding tussenstadium dood en volgend leven. Wekelijks worden er gebeden opgezegd gedurende een 49 dagen durende begrafenisperiode. Ze kennen geen specifieke herdenkingsdag voor alle gestorvenen. (Kelly) Joden: Huwelijksrituelen Bij de azjkenazische orthodoxe joden wordt de bruidegom op de laatste sjabbat vóór het huwelijk in de synagoge opgeroepen de zegen uit te spreken. Dat gebruik wordt de oifriefen genoemd. (niet zo belangrijk) Om een joods huwelijk te hebben, moeten zowel bruid als bruidegom jood zijn. Het huwelijk is een contract dat beiden afsluiten met elkaar en waarin zij beiden moeten toestemmen. De ceremonie kan zowel thuis als in de synagoge gebeuren. Dit laatste is geen verplichting. Het koppel plaatst zich onder een baldakijn en doorgaans is het de rabbijn die hen de zegeningen geeft. Vermits het huwelijk een contract is tussen man en vrouw, kan het ook verbroken worden. De echtscheiding verloopt volgens een religieuze procedure en moet met de vrijwillige toestemming van beiden gebeuren. (lezen) Bij de joden verbeeldt het baldakijn het samen wonen onder één dak." Het joodse huwelijk "Vervolgens breekt het moment van de eroesin aan: de schenking van de ring in aanwezigheid van de getuigen. Tijdens de eroesin komt het voor een rechtsgeldig huwelijk noodzakelijke element van overdracht aan bod: de man schenkt in het bijzijn van de twee getuigen aan zijn toekomstige vrouw een geschenk van waarde. (Traditioneel kon dat een klomp goud zijn of een sieraad; in de praktijk is het al vele eeuwen een ring. Bij de liberale joden geeft ook de vrouw aan de man een ring. ) geen details: enkel weten dat ring soort bruidsschat is Joodse Viering De persoon die een huwelijk voorzit kan een rabbi, een cantor, een leider van de gemeenschap of een geleerde zijn. Joden worden echter niet gehuwd door iemand, Joden trouwen elkaar. Rabbi De godsgeleerde die de viering meestal leidt Sabat De vrijdag zonsondergang tot de zaterdag zonsondergang is de sabat en op deze dag is werken, reizen maar ook een huwelijk verboden, je kan immers geen 2 feestdagen combineren. Chuppah! Een joods huwelijksbaldakijn,. Symboliek hiervan is het huis waarin de bruidegom zijn bruid onderbrengt, de openheid wijst op de gastvrijheid, de afwezigheid van een dak wijst ernaar dat het koppel hoopt zoveel kinderen als sterren te kunnen krijgen. Ketubah! Een document dat door twee mannen, die noch familie van elkaar , noch familie van bruid of bruidegom zijn, als getuigen moet ondertekend worden. Ceremonie De mate van toepassen van de ceremonie is afhankelijk van de graad van geloof. De bruidegom vergezelt vooaleer in de chuppah te stappen zijn bruid. - de rabbi verwelkomt en vraagt Gods zegen - zegening van de wijn - bruid en bruidegom drinken wijn - de sluier wordt afgenomen door haar moeder of een vriend - de bruidegom schuift een steenloze ring over de rechter wijsvinger - de rabbi leest de ketubah - de bruidegom geeft deze aan de bruid, die het aan de ouders doorgeeft ter bewaring - nieuwe wijnzegening en drinken van de wijn uit 2 kiddush bekers als symbool van verleden en toekomst - 7 zegens - de rabbi roept het wettelijk huwelijk uit - glas wordt gebroken : symbool voor de vernietiging van de tempel, de breekbaarheid van het huwelijk en een perfecte seksuele vereniging - muziek bij het verlaten van de chuppah ( nieuwe volgorde van processie : paar, bruid’s ouders, bruidegom’s ouders, getuigen, ceremoniemeesters, bruidsmeisjes - Yichud : een korte rustpauze voor het paar) Noot : om te hertrouwen moet men eerst religieus gescheiden worden Sacrament? Eigen partnerkeuze? Belang vh huwelijk? Wat? Belang huwelijkscontract? In synagoge? Rabbi? Waar?? Waarom daar? Speciale kledij? Belang vd beker met wijn? Wat is een shuppa? Belang/betekenis gebroken glas? Samen/apart feesten? Wat na huwelijkssluiting? Wanneer zijn 2 mensen echt gehuwd? vragen van haar maar die zijn niet allemaal beantwoord (Steven) Joden: Uitvaartrituelen Joodse afscheidsrituelen Joden maken een strikt onderscheid tussen de wereld van het leven en de wereld van de dood. Zolang een mens ademt, is hij in leven en moet hij behandeld worden als een levende. Dat is vooral een richtlijn voor de omringende familieleden. Het is hen dan ook verboden om, wanneer ze de indruk krijgen dat het einde nadert, regelingen te treffen voor de begrafenis. Het is immers altijd mogelijk dat het leven alsnog de overhand haalt op de dood. De joden stellen zich de doodsstrijd voor als een gevecht tussen de stervende en de doodsengel. Door gebeden of daden van liefdadigheid probeert men de doodsengel ervan te weerhouden de ziel mee te nemen. De jood die het levenseinde voelt naderen, wordt vrijgesteld van zijn religieuze verplichtingen: hij hoeft de sjabbat niet meer te vieren, evenmin moet hij zich houden aan de geboden. Een jood met de dood voor ogen dient zich slechts op één doel te concentreren en dat is beter worden. De stervende Men spreekt pas van een stervende, een goses, wanneer het nagenoeg vaststaat dat de persoon in kwestie zal overlijden. Maar zelfs die goses wordt beschouwd als een levende en beschikt over al zijn rechten. Een goses laat men niet meer alleen. Nu bereidt men de stervende voor op zijn heengaan en vraagt men hem of hij zijn zonden wil belijden. Dit geeft de stervende de mogelijkheid om zich te zuiveren van onreinheden. Wanneer men vermoedt dat de stervende zijn laatste adem zal uitblazen, zeggen de aanwezige familieleden de geloofsbelijdenis op. Het is ideaal wanneer de ziel het lichaam verlaat in herinnering aan de eenheid van jhwh (God). De doodsengel, die staat te wachten aan het voeteinde van het bed tot de onsterfelijke ziel zich losmaakt uit het omhulsel van het lichaam, brengt de ziel dan voor de troon van jhwh. Over wat er met de overledene gebeurt na de dood, circuleren verschillende voorstellingen. Twee belangrijke punten zijn in elk geval: het geloof in het voortbestaan van de unieke ziel na de dood en het geloof dat de mens na zijn dood verantwoording moet afleggen voor zijn daden. Joden geloven in de komst van de Messias (Jezus was of is voor hen dus de Messias niet), in een toekomstige, nieuwe wereld en in de (lichamelijke) wederopstanding van de doden. De joodse begrafenisonderneming De familieleden worden in hun zorg voor de dode bijgestaan door een speciaal voor dat doel opgerichte organisatie, 'de heilige vereniging’ (de chewra kadiesja) . Deze mensen nemen de belangrijke mitswa (het gebod) van het bezoeken van de zieken en het verzorgen van de doden op zich. Mannen ontfermen zich hierbij over mannen, vrouwen over vrouwen. Het gaat hier over vrijwilligers die vaak ook nog een eigen job hebben. Deze moeten zij laten vallen zodra ze bij een sterfgeval geroepen worden. Uit liefdadigheid voltrekken zij de vereiste rituelen en nemen de praktische zaken uit handen van de familie. Hun zorg laat de nabestaanden toe zich te concentreren op hun verdriet en het afscheid van hun geliefde. Zij regelen ook de begrafenis. Daarom wordt de chewra kadiesja soms vergeleken met een begrafenisonderneming. Het bestaan van die organisatie toont in elk geval het belangrijke gemeenschapsaspect van de joodse religie. Na het overlijden Zodra een familielid sterft, wordt men volgens de joodse wet een rouwende. In de praktijk zijn alle verwanten van de eerste graad rouwenden: de vader, de moeder, de broer, de zus, de zoon, de dochter, de echtgenoot/echtgenote. Zij vasten en onthouden zich van vlees en wijn. Verder zijn zij ook vrijgesteld van de religieuze geboden (niet de verboden). Zij hoeven dus hun dagelijkse gebeden niet uit te spreken. Nadat men heeft vastgesteld dat de dood is ingetreden, sluiten de leden van de 'heilige vereniging’ de ogen en de mond van de overledene. Het lichaam wordt op de grond gelegd en bedekt met een witte doek. De rouwenden raken het lichaam niet meer aan en bekijken het zelfs niet meer. Dat gebeurt uit diep respect voor de dode. Om de dode toe te laten zijn integriteit te bewaren, schermt men hem af van de buitenwereld. Voor de jood is de overledene niet meer mens te noemen. Het dode lichaam is voor hen immers louter omhulsel, louter stof. In herinnering aan de ziel die het lichaam heeft verlaten, steekt men een kaars of een lichtje aan ter hoogte van het hoofd. Op die manier blijft de ziel symbolisch aanwezig. Soms bedekt men alle spiegels in huis en verwijdert men het stilstaande water. Tot aan de begrafenis laat men het overdekte lichaam niet alleen. In orthodoxe kringen wordt er dag en nacht gewaakt terwijl er zoveel mogelijk wordt voorgelezen uit religieuze literatuur. Dit gebeurt in de kamer van de overledene, maar buiten zijn gezichtsveld. De rituele reiniging Vlak vóór de begrafenis wordt het lichaam ritueel gereinigd door de leden van de begrafenisonderneming. De idee hierachter is dat het lichaam aan jhwh wordt teruggegeven zoals het ontvangen is: puur en zuiver. Traditioneel gebeurde dit in een specifiek huis, namelijk het metaheer-huis, maar tegenwoordig gebeurt de rituele wassing in het mortuarium. Nadat het lichaam ontdaan is van kledij en de nagels geknipt zijn, wordt het zorgvuldig gewassen. Dat gebeurt in respectvolle stilte. Pas hierna vindt de eigenlijke reiniging plaats waarbij een vastgestelde hoeveelheid water in verschillende beurten ceremonieel over het lichaam uitgegoten wordt. Gedurende heel dat ritueel blijft het lichaam bedekt met een wit laken. Nadat het lichaam afgedroogd is, krijgt het eenvoudige witte kleren aan. Het doodsgewaad wordt met strikjes rond het lichaam geknoopt. Nabestaanden worden doorgaans niet toegelaten. Het lichaam wordt vervolgens in een eenvoudige kist gelegd. Alle attributen zijn zeer eenvoudig en voor alle joden gelijk: geen sieraden als bijgiften, geen rijkelijke stoffen voor het doodsgewaad of bijzondere houtsoorten voor de kist. Voorschriften voor de begrafenis De regels voor de begrafenis zijn strikt vastgelegd. Naast de tora volgen de orthodoxe joden in België de Sefer Chajiem Lanafesj, 'Het levensboek van de ziel’. De liberale joden volgen hun eigen instructies die neergeschreven staan in de Beartsot Hachajiem, 'In het land der levenden’. Voor joden vertegenwoordigt een dood lichaam de hoogste graad van onreinheid. Hierom en om te vermijden dat het lichaam zou degenereren, vindt de begrafenis zo snel mogelijk plaats – al moet men in België rekening houden met een verplichte wachttijd van 24 uur. Het heeft bijgevolg geen zin doodsbrieven te versturen. In de plaats hiervan wordt in de krant een aankondiging gepubliceerd of een doodsbericht opgehangen in de synagoge. Het rouwteken Op de dag van de begrafenis wordt bij de orthodoxe joden de rituele inscheuring van de kleren voltrokken. De leden van de 'heilige vereniging’ brengen bij de naaste verwanten een scheur aan in hun bovenkledij. Dit ritueel is een overblijfsel van het geweeklaag in oosterse culturen, waarbij de haren werden uitgetrokken en de kleren van het lichaam werden gescheurd, een uitweg voor gevoelens van wanhoop en verdriet. De uitvaartplechtigheid De uitvaartplechtigheid bestaat uit twee delen. Eerst verzamelt men zich in het uitvaartcentrum rond de lijkkist waarbij een korte gebedsdienst gehouden wordt met psalmrecitaties. De gewoonte om de kist persoonlijk naar de begraafplaats te dragen verdwijnt, onder meer omdat die vaak ver verwijderd is van het uitvaartcentrum. Men voert de lijkkist dan weg in een auto. De nabestaanden volgen. De lijkstoet verloopt zonder pracht en praal. Op de begraafplaats wordt vervolgens een sobere rouwdienst gehouden. Na het voorlezen van gebeden wordt door de familieleden en de kennissen een rouwrede uitgesproken. Hierbij wordt de overledene discreet geprezen waarbij tegelijk ook het verdriet om zijn heengaan geuit wordt. Tot slot spreken alle aanwezigen het gebed uit voor de zielenrust. Aan het einde van de rouwdienst doet men de dode uitgeleide door de kist met zes mannen naar het graf te brengen. Teraardebestelling Het graf wordt pas gedolven op de dag van de begrafenis. Wanneer een put reeds de dag voordien gegraven zou zijn, zou het lijken alsof de aarde erop gebrand is haar prooi te verslinden. De naaste verwanten laten de kist in de kuil zakken. De teraardebestelling wordt beëindigd door het gezamenlijk uitspreken van het kaddiesj-gebed, een loflied op het koningschap van jhwh. Door het geloof uit te spreken dat jhwh’s heerschappij ooit aanbreekt, maakt men duidelijk dat men verder kijkt dan het tijdelijke verdriet, dat men met andere woorden vertrouwen heeft dat het ooit weer beter wordt. De rouwweek Pas na de begrafenis wordt echt aandacht besteed aan de rouwenden. De focus verschuift nu van 'respect voor de dode’ naar 'respect voor de levenden’. Pas nadat de eerste schok van de dood en de eerste zorg van de begrafenis achter de rug zijn, kan het verwerkingsproces beginnen. Onmiddellijk na de begrafenis gaat de rouwweek van zeven dagen in. Gedurende die week blijven de rouwenden in het rouwhuis. Meestal is dat het huis van de persoon die is overleden. De rouwenden ontdoen zich van schoeisel en gaan zitten op de grond op speciale lage rouwstoeltjes. Er zijn uitgebreide voorschriften die bepalen wat mag en niet mag. De rouwenden mogen niet werken, noch in het huishouden, noch buitenshuis. Dagelijkse dingen zijn verboden: zich wassen, de haren en de baard knippen, schoeisel dragen, geslachtsgemeenschap hebben, radio en tv opzetten, enzovoort. De gemeenschap, bijgestaan door de 'heilige vereniging’, neemt in principe de dagelijkse taken op zich. Gedurende de rouwweek komen familieleden, vrienden en leden van de gemeenschap naar het rouwhuis om te delen in het verdriet. Ook hier geldt dat er geen uitnodigingen verstuurd worden. Men komt omdat het zijn religieuze plicht is. De eerste avond bieden de bezoekers de rouwenden een eenvoudige maaltijd aan, de zogenaamde maaltijd van herstel. Traditioneel bestaat die maaltijd uit wat brood en een paar gekookte eieren. Dat eenvoudige voedsel is het eerste wat de rouwenden gebruiken sinds het overlijden van hun familielid. Het drukt de solidariteit van de gemeenschap uit en is tegelijk een middel om de rouwenden te helpen het leven opnieuw op te nemen. Meestal zijn in het rouwhuis collectebussen aanwezig waarin iedereen naar believen een bedrag kan steken. Men beschouwt het geven van aalmoezen als een afkoop van de dood. De rouwtijd Na de rouwweek breekt de rouwtijd aan, de sjelosjiem. Die varieert naargelang de graad van verwantschap met de overledene. Voor een vader of een moeder rouwt men een heel jaar. Voor andere verwanten duurt de rouwtijd dertig dagen. Gedurende die periode komt het dagelijkse leven opnieuw op gang. Men houdt zich wel ver van plezier en feestelijkheden. Uiterlijk blijft het ook zichtbaar dat men in rouw is: het haar wordt nog niet geknipt en de baard blijft staan. Heel de rouwtijd door blijft het 'herinneringslichtje’ branden. De jaartijd Elk jaar opnieuw wordt de sterfdag herdacht op de jaartijddag, de Jahrzeit. Het eerste jaar vindt meestal de steenzetting plaats. Bij de orthodoxe joden kan dat gepaard gaan met een korte ceremonie. Vervolgens wordt de grafsteen onthuld. Deze is zeer eenvoudig. Alleen de naam en de datum van geboorte en overlijden worden vermeld. Het graf wordt elk jaar bezocht. Doorgaans doet men bij die gelegenheid een schenking voor een goed doel. Ook wordt het herinneringslichtje aangestoken. Praktiserende joden vasten die dag en spreken met tien mannen (of vrouwen bij de liberale joden) bij het graf het kaddiesj -gebed uit. Dat gebed kan ook uitgesproken worden tijdens een dienst in de synagoge. Doden herdenken Om te vermijden dat nabestaanden te veel in het verdriet blijven steken, wordt een frequent bezoek aan de begraafplaats afgeraden. Naast de jaartijd zijn er drie gelegenheden waarbij men de doden herdenkt en het toegelaten is een bezoek te brengen aan de graven: tijdens de maand elloel vlak vóór het nieuwe jaar; op de 9de van de maand aw, de nationale rouwdag die de vernietiging van de tweede tempel herdenkt; en op de vooravond van Jom Kippoer, de grote verzoendag. Joden hebben niet de gewoonte bloemen op het graf te zetten. Evenmin worden er planten aangeplant. Volgens de joden zouden de wortels de dode kunnen verstoren in zijn eeuwige rust. In de plaats daarvan legt men een kiezelsteen op het graf als teken dat men aan de dode heeft gedacht, een gebruik waarvan de oorsprong niet bekend is. (Dries) Joden: Geboorterituelen Bij de joden is de langverwachte de messias Besnijdenis (alleen bij jongens) 8 dagen na de geboorte wordt thuis gedaan door Mohiel (≠ dokter) grootpapa (Sandik) houdt kind vast op schoot het kind krijgt zijn naam 1 maand na de besnijdenis van de eerstgeborene afkoopritueel (1e kind moet aan God toegewijd worden) Wim niels anneleen Tine esther marijke Sven ils timothy anke Thomas w Yannick Sofie bram Nog niet: Van nuffel