Onderzoeksrapport

advertisement
qwertyuiopasdfghjklzxcvbnmqwerty
uiopasdfghjklzxcvbnmqwertyuiopasd
fghjklzxcvbnmqwertyuiopasdfghjklzx
cvbnmqwertyuiopasdfghjklzxcvbnmq
Onderzoeksrapport
wertyuiopasdfghjklzxcvbnmqwertyui
Structuur versus flexibiliteit
opasdfghjklzxcvbnmqwertyuiopasdfg
hjklzxcvbnmqwertyuiopasdfghjklzxc
vbnmqwertyuiopasdfghjklzxcvbnmq
wertyuiopasdfghjklzxcvbnmqwertyui
opasdfghjklzxcvbnmqwertyuiopasdfg
hjklzxcvbnmqwertyuiopasdfghjklzxc
vbnmqwertyuiopasdfghjklzxcvbnmq
wertyuiopasdfghjklzxcvbnmqwertyui
opasdfghjklzxcvbnmqwertyuiopasdfg
hjklzxcvbnmrtyuiopasdfghjklzxcvbn
mqwertyuiopasdfghjklzxcvbnmqwert
yuiopasdfghjklzxcvbnmqwertyuiopas
6-4-2010
Saskia van essen, Judith Lensink en Laurien van Batenburg
1
Inhoud
Inleiding ................................................................................................................................................... 3
Hoofdstuk 1 ............................................................................................................................................. 4
1.1
Beschrijving van de context..................................................................................................... 4
1.1.1 Beleidsmatige context ............................................................................................................ 4
1.1.2 Inhoudelijke context ............................................................................................................... 4
1.2 Beschrijving van het theoretisch/conceptueel kader ................................................................... 5
1.3 Beschrijving van de doelstelling .................................................................................................... 5
Hoofdstuk 2 ............................................................................................................................................. 6
2.1 Oude centrale onderzoeksvraag ................................................................................................... 6
2.1 Centrale onderzoeksvraag en deelvragen ..................................................................................... 6
2.2 Afbakening van het onderzoek...................................................................................................... 6
Hoofdstuk 3 ............................................................................................................................................. 8
3.1 Beschrijving en verantwoording keuze dataverzamelingsmethode ............................................. 8
3.2 Beschrijving en verantwoording keuze van onderzoekseenheden ............................................... 8
3.3 Verantwoording keuze respondenten uit de onderzoekseenheid ............................................... 8
3.4 Registratie verwerking en preparatie van gegevens ..................................................................... 9
3.5 Beschrijving en verantwoording van de analyse beslissingen .................................................... 13
Hoofdstuk 4 ........................................................................................................................................... 14
Resultaten ......................................................................................................................................... 14
Hoofdstuk 5 ........................................................................................................................................... 15
Conclusies .......................................................................................................................................... 15
Hoofdstuk 6 ........................................................................................................................................... 17
Evaluatie en discussie ........................................................................................................................ 17
Hoofdstuk 7 ........................................................................................................................................... 18
Aanbevelingen ................................................................................................................................... 18
2
Inleiding
3
Hoofdstuk 1
1.1 Beschrijving van de context
1.1.1 Beleidsmatige context
Volgens het beleid van Abrona met betrekking tot clienten met ASS en een verstandelijke beperking
zijn de volgende basisprincipes belangrijk:

De omgeving dient zo gestructureerd te zijn dat de persoon met autisme blindelings zijn weg
kan vinden;

De activiteiten moeten duidelijk voorzien zijn van een begin en een eind;

Elke adequate handeling of adequaat gedrag wordt positief gewaardeerd;

De communicatie moet aansluiten bij de leef- en denkwereld van de cliënt. Daarbij zijn
concrete verwijzingen belangrijk zijn (zoals foto's,pictogrammen, planborden etc.).
In de zorgvisie van Abrona staat beschreven dat de nadruk ligt op de aanpassing van het alledaagse
leefklimaat. Mede staat hierin beschreven dat mensen met ASS en een verstandelijke beperking zo
“normaal mogelijk” kunnen wonen.
Uit bovenstaande komt niet duidelijk naar voren dat juist flexibiliteit ook erg belangrijk is voor de
begeleiding van deze specifieke clienten. In onder andere de reader van Abrona (basiscursus
autisme) komt duidelijk naar voren dat er risico’s kleven aan structureren, zoals verstarring en het
blind worden van signalen vanuit de client.
Dit is mede een belangrijke uikomst van ons onderzoek.
1.1.2 Inhoudelijke context
Noorderkroon 1b gaat medio 2012 verhuizen naar een nieuwbouw locatie. Dit betekent een grote
verandering voor de cliënten van Noorderkroon 1b. Om de verhuizing zo soepel mogelijk te laten
verlopen zijn we gaan onderzoeken hoe we deze doelgroep het beste kunnen voorbereiden. Hierin
hebben we meegenomen wat de huidige manier van werken op Noorderkroon 1b is. Deze blijkt
gebaseerd te zijn op het beleid van Abrona (§1.1.1) en niet op een specifieke methodiek.
4
1.2 Beschrijving van het theoretisch/conceptueel kader
Uit de theorie en praktijk hebben we ons toegespitst op de volgende zaken:
Theorie
Praktijk
Hospitalisatie
Deskundigen
Sociaal isolement
Woonvoorzieningen
Flexibiliteit en structuur
Leidinggevende/opdrachtgever
Communicatie
Begeleiders Noorderkroon 1b
Op bovenstaande punten zullen we verder ingaan in § 3.1.
1.3 Beschrijving van de doelstelling
Het doel is de cliënten leren flexibeler te worden en sociale vaardigheden aan te leren met
behulp van de begeleiding. Dit is belangrijk ter voorbereiding van de toekomstige verhuizing
medio 2012.
Om dit doel te bereiken willen wij onderzoeken of de mogelijkheid bestaat om voor de
cliënten meer sociale interacties plaats te laten vinden binnen Noordekroon 1b.
Hierbij kan gedacht worden aan gezamenlijke eet- en drink momenten. Het doel om de
missie van Abrona zo volledig mogelijk na te streven is belangrijk vanwege ontplooiing en
ontmoeting van en tussen mensen. Tevens willen we verduidelijking geven in het verschil
van het aanbieden van structuur en elke dag voorspelbaar maken.
5
Hoofdstuk 2
2.1 Oude centrale onderzoeksvraag
Wat zijn de wensen met betrekking tot de invulling van activiteiten in de ontmoetingsruimte voor de
clienten van Noorderkroon 1b?
Gedurende het onderzoek zijn we tot de conclusie gekomen dat de clienten van Noorderkroon 1b
niet in staat zijn om zich op de toekomstige verhuizing voor te bereiden door het niveau waarop zij
functioneren. Hierbij speelt vooral het communicatie niveau en het gebrek aan verbeelding (Theory
of mind1) een belangrijke rol.
Door vooronderzoek zijn we tot een nieuwe onderzoeksvraag gekomen.
2.1 Centrale onderzoeksvraag en deelvragen
Centrale onderzoeksvraag:
Wat hebben de cliënten van Noorderkroon 1b qua vaardigheden en begeleiding nodig om de
verhuizing naar de nieuwbouw in verband met omgekeerde integratie zo goed mogelijk aan
te kunnen daarbij rekening houdend met de missie van Abrona?
Deelvragen:
-
Hoe kunnen we de ontplooiing, flexibiliteit en de ontwikkeling van cliënten
bevorderen?
Welke hulpmiddelen zijn er nodig om cliënten te stimuleren vaardigheden aan te
leren zoals flexibiliteit en sociale vaardigheden?
Welke aanpassingen heeft de huidige inhoud van de aangeboden structuur hiervoor
nodig?
Hoe kunnen we het verschil van aanbieden van structuur en elke dag voorspelbaar
maken onder de aandacht brengen?
Wat kunnen gevolgen zijn van het handhaven van een te vaste structuur?
In hoeverre staat de begeleiding open voor aanpassingen in de begeleidingswijze?
2.2 Afbakening van het onderzoek
Bij de start van het onderzoek wilden wij ons vooral richten op wat de behoeftes zijn qua
inrichting voor de ontmoetingsruimte van de cliënten van Noorderkroon 1b. Met inrichting
doelden wij op interieur als, vloer, meubels, kleuren, etc. Wij wilden door middel van de
cliënten te betrekken in het onderzoek
achterhalen hoe zij de ontmoetingsruimte het liefst ingericht zien om hiermee rekening te
houden bij de inrichting van de ontmoetingsruimte die plaats zal nemen in de nieuwbouw
1
Theory of mind
6
medio 2012. Wij hoopten hiermee te bereiken dat de cliënten zich meer thuis zouden voelen
in een door hen zelf gecreëerde ruimte. Met als doel het optimaliseren van het gebruik van
de ontmoetingsruimte. Uit vooronderzoek is gebleken dat het niet mogelijk is om de
doelgroep voor te bereiden op de verhuizing naar de nieuwbouw. Uit een gesprek met de
logopediste van de Noorderkroon 1b bleek dat het communicatie niveau waar deze
doelgroep (ASS met een verstandelijke beperking) op functioneert, niet goed aan kan geven
wat ze willen.
Tevens hebben we ons onderzoek afgebakend op de doelgroep Noorderkroon 1b van
Abrona. De uitkomsten kunnen uiteraard gebruikt worden voor de doelgroep ASS met een
verstandelijke beperking.
7
Hoofdstuk 3
3.1 Beschrijving en verantwoording keuze dataverzamelingsmethode
Voor de dataverzameling hebben we gekozen voor verschillende methoden. Omdat het een
kwalitatief onderzoek betreft vonden we het belangrijk om indrukken op te doen vanuit de praktijk
en deze met literatuur te kunnen onderbouwen. Hieronder treft u een overzicht van de gekozen
dataverzamelingsmethoden:
Dataverzameling
Deskundigen
Woonvoorzieningen
Literatuur
Beschrijving
Logopediste, projectleider
nieuwbouw,
opdrachtgever, directeur
Abrona, woonbegeleiders
en de onderzoeksgroep.
Abrona, Amerpoort,
Reinaerde, en Thomashuis.
Verantwoording
Focus interview
en enquête.
Onderbouwing
Specifieke informatie over
de doelgroep verzamelen.
Explorerend
onderzoek.
Sociaal isolement,
Hospitalisatie,
Communicatie, Flexibiliteit
en structuur.
Discussies
onderzoeksgroep
en relevante
literatuur
opgezocht.
Zoeken naar verschillen en
overeenkomsten.
Indrukken opdoen.
Toetsen van onze
standpunten.
3.2 Beschrijving en verantwoording keuze van onderzoekseenheden
Onderzoekseenheid:
We hebben gekozen om ons onderzoek uit te voeren binnen de woonvoorziening
Noordekroon 1b van Abrona. Ons onderzoek is gericht op de doelgroep verstandelijk
gehandicpaten met ASS in het algemeen wat betreft structuur versus flexibiliteit.
Verantwoording:
De verantwoording voor het onderzoek op Noorderkroon 1b is de verhuizing naar de
nieuwbouw medio 2012. Ons onderzoek is gericht op de voorbereiding van de nieuwbouw
voor mensen met een verstandelijke beperking en ASS omdat deze doelgroep moeite heeft
met veranderingen. Ook is er het risico op hospitalisatie, sociaal isolement, verstarring en
functieverval van cliënten.
3.3 Verantwoording keuze respondenten uit de onderzoekseenheid
Om indrukken op te doen (explorerend) hebben we ervoor gekozen om diverse woonvoorzieningen
bij verschillende instellingen te onderzoeken. Hiervan is een overzicht opgenomen bij de volgende
paragraaf.
8
Als onderzoeksgroep hebben we een overzichtelijke planning gemaakt waarin al onze afspraken
stonden vermeld, dit heeft een positief effect gehad op de organisatie rondom het onderzoek.
De betrokkenen bij het onderzoek waren allen enthousiast om mee te werken aan ons onderzoek.
Afspraken waren makkelijk te maken en werden ook allen nagekomen.
Opvallende zaken:
Het interview met de projectleider van de nieuwbouw kreeg een andere wending in positieve zin dan
de oorspronkelijke bedoeling. We wilden van haar weten wat de mogelijkheden waren binnen de
nieuwbouw qua invulling van de ontmoetingsruimte. Omdat het onderzoek een andere richting heeft
gekregen was deze informatie niet meer relevant, wel heeft zij ons meer achtergrond informatie
kunnen geven over de indeling van de nieuwbouw. Zij heeft met ons meegedacht omtrent de
richting van ons onderzoek.
Het interview met de logopediste was in eerste instantie bedoeld om mee te denken over de
invulling van een vragenlijst voor de cliënten van Noorderkroon 1b. Tijdens dit gesprek werd duidelijk
dat door het communicatie niveau van de doelgroep een vragenlijst niet tot de mogelijkheden
behoort.
3.4 Registratie verwerking en preparatie van gegevens
Deskundigen

Logopediste
Door het interview met de logopediste hebben we de volgende informatie verkregen
waardoor ons onderzoek een andere wending kreeg. Het gebruik van de ontmoetingsruimte
heeft zowel verband met de manier van begeleiden als de functie van de ruimte. Door alleen
de inrichting te veranderen gaan cliënten niet vanzelf gebruik maken van de
ontmoetingsruimte. Het zou duidelijk moeten zijn wat er in de ontmoetingsruimte zou
gebeuren qua activiteiten om cliënten hierbij te betrekken. Tevens bleek dat de
voorbereiding van cliënten op de verhuizing niet mogelijk was vanwege het ontwikkelingsen communicatie niveau. De cliënt is niet in staat om een koppeling naar de toekomst te
maken. Om de cliënten hierop voor te bereiden zouden we alleen maar onduidelijkheid
creëren. Een aanpassing in het heden zou wel mogelijk zijn.

Projectleider nieuwbouw
We zijn een gesprek met de projectleider, Corien Besamusca , aangegaan om de bouwtekeningen
van de nieuwbouw in te kunnen zien en de vraag neer te leggen in hoeverre onze aanbevelingen
betreffende de materiële inrichting van de ontmoetingsruimte mee genomen kunnen worden als de
nieuwbouw daadwerkelijk daar is. Echter door een andere weg ingeslagen te zijn met ons onderzoek
is een eventuele inspraak qua materiële inrichting (vloer, muurbekleding, meubels etc.) niet van
belang gebleken.
9

Opdrachtgever
Er is gedurende het onderzoek contact gehouden met de opdrachtgever. Dit om de voortgang van
het onderzoek te bespreken en om feedback te verwerken.

Directeur Abrona
In de bijlage bevindt zich een interview betreffende de nieuwbouwplannen (omgekeerde integratie)
met de directeur van Abrona. Dit ter extra onderbouwing en achtergrondinformatie voor ons
onderzoek.

Woonbegeleiders
Binnen de diverse woonvoorzieningen hebben we gesprekken gehad over de betreffende locaties en
begeleidingswijze. Deze begeleidingswijzen hebben we getoetst aan de hand van literatuur en
uitgewerkt onder het hoofdstuk aanbevelingen.
Binnen de woonvoorziening Noorderkroon 1b is bij de begeleiders een enquête afgenomen. Dit om
antwoord te krijgen op de deelvraag of de begeleiding openstaat voor verandering in de
begeleidingswijze.
Theorie

Hospitalisatie:
“Hospitalisatie is een verschijnsel dat bewoners bij een langdurig verblijf in een voorziening
zich extreem aangepast aan de instelling gaat gedragen. Wanneer een bewoner leeft in een
instelling, vaak nogal afgesloten van de buitenwereld, wordt hij 24 uur per dag
geconfronteerd met gedragsregels en normen van de instelling. Gaandeweg leren bewoners
zich naar deze regels en normen te voegen. Het sluipt er als het ware in. Bovendien wordt er
veel door de begeleiding geregeld waardoor de bewoner afleert om zelf initiatieven te
nemen. De bewoner leert te leven volgens bepaalde routines en regels die weliswaar
houvast geven, maar die tegelijkertijd ook het eigen initiatief belemmeren. Zijn leven wordt
door een groot deel geregeld en bijna alles is voorspelbaar. Ze leven binnen een groep waar
ze zelf niet voor gekozen hebben. De bewoner moet zich aanpassen. Dit leidt bij langdurig
verblijf tot verlies van eigen identiteit, tot verandering van het zelfbeeld. De bewoner gaat
leven naar de verwachtingen van de instelling en naar de verwachtingen ten aan zien van
zijn gedrag”2.
 Sociaal isolement:
2
http://psychiatrie –nederland.nl
10
Hospitalisatie kan als gevolg sociaal isolement betekenen, wanneer iemand weinig of geen
(betekenisvolle) contacten heeft en zich daaronder eenzaam en ongelukkig voelt.3.
 Flexibiliteit en structuur:
Een basis structuur is van belang voor de doelgroep ASS met een verstandelijke beperking. Echter
kan structuur ook voor problemen zorgen. Voor de begeleiders kan dit betekenen dat ze geen oog
meer hebben voor de signalen van de cliënt. Voor de client kan dit betekenen dat er een verstarring
toetreedt. Als elke dag hetzelfde is zal de client nog meer weerstand vertonen als er een keer iets
onvoorspelbaars gebeurd. En dat er onvoorspelbare dingen gebeuren in het leven is onoverkomelijk.
Mensen met autisme zullen snel in rituelen vervallen. Door elke dag hetzelfde programma aan te
bieden worden deze rituelen versterkt. Als de rituelen dan doorbroken worden onstaat er paniek.
Om de weerstand tegen verandering te doorbreken kunnen kleine variaties in het dagprogramma of
de omgeving helpen de client flexibeler te maken. Om dit te doen moet rekening gehouden worden
met een goede voorbereiding. Dit betekent dus niet dat de structuur moet worden afgebouwd maar
dat er wijzigingen binnen de huidige en veilige structuur worden aangebracht.
 Communicatie:
De clienten op Noorderkroon 1b functioneren op presentatie en re-presentatie niveau. Alle clienten
maken gebruik van verwijzers en dus op re-presentatieniveau. Het niveau waarop ze de verwijzers
gebruiken is in het hier en nu. Een verwijzing naar de toekomst wordt niet begrepen. Zodra een
verwijzer wordt gebruikt betekend dat het ook op dat moment gaat gebeuren. Bijvoorbeeld een foto
van een lunchbord betekend dat er op dat moment geluncht gaat worden. Het tijdsapect is dus erg
belangrijk in de communicatie. Zodra een verwijzing wordt gegeven naar iets wat onbekend is
functioneren de clienten op presentatie niveau. De verwijzing wordt niet begrepen en zou concreet
aanwezig moeten zijn om duidelijk te maken wat wordt bedoeld.
Praktijk
Het grootste verschil wat we zijn tegengekomen is dat op alle woonvoorzieningen in de
ontmoetingsruimte een huiselijke en warme sfeer is gecreëerd door sfeerverlichting, warme
kleuren, planten, meubels en dergelijke. Op Noorderkroon 1b is een minder huiselijke sfeer
gecreëerd vanwege het prikkelarme karakter. We vroegen de begeleiders op de
verschillende groepen die we hebben bezocht of de inrichting van de ontmoetingsruimte
niet teveel prikkels veroorzaken bij de cliënten. Zij vertelde ons dat de cliënten gewend zijn
aan de ontmoetingsruimte waardoor dit geen negatieve invloed heeft. Maar ook op dit vlak
zijn er verschillen binnen de woonvoorzieningen.
Reinaerde:
 De Meent: matig tot licht verstandelijk beperkt met ASS
3
http://www.socialtools.nl/social-tools/behandeling-a-begeleiding/109-effectiviteit-van-hulpverlening/418hospitalisatie-hulpverlenen-is-maatwerk.html
11
Bij deze woonvoorziening hebben we gezien dat cliënten een duidelijke structuur hebben
waarbinnen keuzes worden gegeven. Hier wordt minder aanspraak gedaan op het aangeven
van grenzen. Bij Noorderkroon 1b hebben we gezien dat flexibiliteit geen prioriteit heeft.
 Heemraadserf: ernstig tot matig verstandelijk beperkt met ASS
Bij deze woonvoorziening liet de begeleiding ons een pictogrammen boekje zien van een
cliënt, hierin waren sommige vlakken leeg en konden door de cliënt zelf worden ingevuld
met pictogrammen.
Amerpoort:
 Beryl: Ernstig tot matig verstandelijk beperkt met ASS
Bij deze woonvoorziening worden de cliënten zoveel mogelijk gestimuleerd om keuzes te
maken en om te gaan met veranderingen binnen de huidige structuur. Hier worden cliënten
aangespoord om zelf grenzen aan te geven en er wordt actief gewerkt om cliënten flexibeler
te maken/houden. Bij de woonvoorziening Beryl waren zelfs geen pictogrammen of foto’s te
vinden, behalve de foto’s van de begeleiders. De cliënten zijn daar dermate flexibel dat dit
niet nodig is. De begeleiders vertelden ons dat de invulling van het dagprogramma prima kan
worden aangepast zonder stagnatie van de cliënt zolang de structuur van de dag zelf maar
wel blijft staan. Dit sluit aan bij de literatuur die we hebben gelezen over het aanbieden van
structuur4. Er wordt dermate beroep gedaan op de flexibiliteit van de cliënt dat ze hieraan
gewend raken. De begeleiders vertelden ons ook dat er uiteraard rekening gehouden wordt
met de mogelijkheden van de cliënt op dat moment. Hiermee wordt bedoeld of de cliënt
zich op dat moment prettig voelt of niet.
Thomashuis:
 Maartensdijk: matig verstandelijk beperkt met ASS
De inrichting is modern. Grote meubelen en verschillende hoekjes waar de diverse
activiteiten kunnen worden ondernomen. In het midden staan twee grote vierkante tafels
waar tijdens de gezamenlijke eet- en drinkmomenten aan gezeten wordt. Er is een open
keuken waar ook de cliënten mogen komen om wat te pakken of mee te helpen met koken.
Er wordt gewerkt met een corveelijst zodat iedereen mee kan werken aan de huishoudelijke
taken en hierdoor wordt gestimuleerd in vaardigheden. Het echtpaar heeft zelf de cliënten
kunnen uitkiezen en hebben hieruit een leuke groep kunnen samenstellen. Overdag gaan de
meeste jongeren werken. Wanneer ze thuis zijn, zitten ze op hun kamer of in de
gezamenlijke huiskamer. Iedere cliënt is vrij om zich vrij te bewegen in deze ruimte.
Sommige cliënten zoeken wel hun eigen plekje op om te zitten en dit wordt gerespecteerd.
Echter dit is niet zo vastgesteld. Iedere cliënt is hier vrij in. Niet iedere cliënt is geschikt om in
een Thomashuis te wonen. Dit omdat er veel vrijheden zijn, waar de cliënt tegen moet
kunnen. Bij dit Thomashuis werkt buiten het echtpaar dagelijks een begeleider. Wat opvalt is
dat er veel tijd is voor de cliënten. Hierdoor worden sommige gedragsproblemen
4
Reader Abrona
12
ondervangen. Door tijd en geduld kan de cliënt zichzelf verduidelijken waardoor frustraties
worden verminderd.
Abrona:
 De Hof/Lakemaat: licht verstandelijk beperkt met ASS (LAURIEN!!!)
 Noorderkroon 1b: ernstig tot matig verstandelijk beperkt met ASS
3.5 Beschrijving en verantwoording van de analyse beslissingen
Zoals eerder benoemd hebben we ons onderzoek aangepast. We hebben als onderzoeksgroep veel
discussie gevoerd over de nieuwe inhoud. Door gesprekken met deskundigen hebben we hieraan een
nieuwe richting kunnen geven.
We hebben ervoor gekozen om de vorm van de enquête aan te passen van open naar gesloten
vragen. De keuze hiervoor is gemaakt om de respons zo groot mogelijk te maken. Open vragen
beantwoorden kosten meer tijd dan gesloten vragen.
Vanwege de wending in het onderzoek hebben we besloten de afspraak bij de dagbesteding, van de
cliënten van Noorderkroon 1b, niet door te laten gaan omdat het niet meer relevant bleek voor ons
onderzoek. We wilden daar ideeën opdoen voor de invulling qua activiteiten voor de
ontmoetingsruimte.
13
Hoofdstuk 4
Resultaten
De gesprekken met de logopediste en de projectleider nieuwbouw van Abrona hebben ertoe geleid
dat ons onderzoek een andere richting kreeg. De logopediste gaf ons informatie over de
communicatieniveaus van de cliënten van Noorderkroon 1b. Deze niveaus maken dat de cliënten niet
in staat zijn om aan te geven wat hun wensen zijn wat betreft de nieuwbouw. De projectleider heeft
met ons meegedacht over de richting van ons onderzoek. Zij gaf aan dat de cliënten een minimale
inspraak hebben over de invulling van de gezamenlijke ruimtes omdat dit al bepaald is en door
financiële redenen. Alle aanpassingen op deze indeling moeten door de cliënten zelf bekostigd
worden en bij eventueel vertrek weer teruggebracht worden naar de huidige staat.
Tijdens de bezoeken aan de diverse woonvoorzieningen kwam naar voren dat alleen bij Reinaerde
(de Meent) de cliënten inspraak hebben betreffende de inrichting van de gezamenlijke ruimtes. De
begeleiding gaf aan dat het hebben van inspraak te maken heeft met het communicatieniveau
waarop deze cliënten functioneren. Tevens gaf de begeleiding aan het zelf belangrijk te vinden de
cliënten inspraak te geven.
Op alle woonvoorzieningen hebben we begrepen van de begeleiding dat er is gekozen voor
gezamenlijke momenten. Dit betreft eet- en drinkmomenten. Het verschil wat we hebben gezien is
dat er binnen Noorderkroon 1b niet gekozen is voor gezamenlijke momenten en de cliënten worden
begeleid vanuit hun kamer.
Bij alle woonvoorzieningen wordt er gewerkt met een bepaalde structuur waarbij er op verschillende
manieren open keuzemogelijkheden worden aangeboden. Deze open keuze mogelijk heden variëren
van een pictogrammenboek met één open keuzemogelijkheid tot meerdere open
keuzemogelijkheden op een dag. De begeleiding van de diverse woonvoorzieningen stimuleren de
flexibiliteit van de cliënten zoveel als mogelijk. Bij Noorderkroon 1b worden er in de structuur geen
open keuzemogelijkheden aangeboden. De keuze hiervoor is gebaseerd op het vertoon van veel
gedragsproblematiek in het verleden.
In gesprek met de opdrachtgever werd duidelijk dat begeleiders in het verleden de gezamenlijke
momenten hebben geprobeerd terug te brengen in de dagstructuur. Vanwege gedragsproblemen is
de keuze gemaakt om terug te gaan naar het begeleiden vanuit de kamers. Er is geen onderzoek
verricht naar de oorzaken van de gedragsproblemen, dit zou interessant kunnen zijn voor vervolg
onderzoek. Tevens heeft de opdrachtgever aangegeven dat sociaal isolement op de loer ligt
vanwege individuele kamerbegeleiding. Vanuit de literatuur blijkt dat sociaal isolement een gevolg is
van hospitalisatie waarbij cliënten zich extreem aanpassen aan de instelling. De cliënten binnen
Noorderkroon 1b leven aan de hand van een vaste structuur die hun houvast geven maar
tegelijkertijd ook het eigen initiatief belemmeren wat leidt tot verstarring.
14
Hoofdstuk 5
Conclusies
Door de communicatieniveaus van de cliënten van Noorderkroon 1b is gebleken dat zij niet in staat
zijn om hun wensen aan te geven wat betreft de invulling van de ontmoetingsruimte. Als
onderzoeksgroep hebben we door middel van de literatuur geconcludeerd dat we de doelgroep niet
kunnen betrekken in ons onderzoek.
Onze visie als onderzoeksgroep op gezamenlijke momenten is dat mensen met een verstandelijke
beperking en ASS wel degelijk behoefte hebben aan het samenzijn met anderen. Ze zullen niet
gezellig met elkaar zitten en kletsen maar de aanwezigheid van anderen kan al genoeg zijn. De
individuele kamerbegeleiding draagt niet bij aan de ontmoeting tussen mensen zoals beschreven
staat in de missie van Abrona.
De flexibiliteit van de cliënten van Noorderkroon 1b wordt niet voldoende gestimuleerd door de
begeleiding. Dit blijkt uit het gemis van open keuzemogelijkheden binnen de dagstructuur. Dit heeft
verstarring als gevolg waardoor cliënten steeds meer moeite hebben om keuzes te maken en
veranderingen te doorstaan zoals de toekomstige verhuizing (medio 2012).
Het risico op sociaal isolement als gevolg van hospitalisatie is aanzienlijk aanwezig binnen
Noorderkroon 1b vanwege de individuele kamerbegeleiding. De cliënten leven al geruime tijd binnen
de normen en regels van de instelling met daarin weinig ruimte voor eigen keuzes. De kans is erg
groot dat veranderingen zonder duidelijkheid leiden tot gedragsproblemen. Dit is in het verleden al
gebleken.
Onderzoeksvraag:
Wat hebben de cliënten van Noorderkroon 1b qua vaardigheden en begeleiding nodig om de
verhuizing naar de nieuwbouw in verband met omgekeerde integratie zo goed mogelijk aan
te kunnen daarbij rekening houdend met de missie van Abrona?
Antwoord onderzoeksvraag:
De cliënten van Noorderkroon 1b zouden door de begeleiding meer gestimuleerd mogen worden in
hun flexibiliteit en het maken van eigen keuzes. Tevens is de ontmoeting tussen de cliënten
belangrijk voor het voorkomen van sociaal isolement. Dit stimuleert de cliënten om te wennen aan
veranderingen in situaties. Het stimuleren van omgaan met veranderingen is belangrijk in verband
met de verhuizing naar de nieuwbouw (medio 2012).
Antwoord deelvragen:
Hoe kunnen we de ontplooiing, flexibiliteit en de ontwikkeling van cliënten
bevorderen?
Door cliënten meer keuzemogelijkheden te geven in de huidige dagstructuur zal de
flexibiliteit toenemen. Dit heeft mede invloed op de ontplooiing en ontwikkeling van de
cliënten.
-
15
Welke hulpmiddelen zijn er nodig om cliënten te stimuleren vaardigheden aan te leren
zoals flexibiliteit en sociale vaardigheden?
Hulpmiddelen zoals een dagstructuur met open keuzemogelijkheden dragen bij aan het
stimuleren van de flexibiliteit. Het invoeren van gezamenlijke momenten (dit hoeft niet
de hele groep te betreffen) draagt bij aan het stimuleren van sociale vaardigheden. Voor
de begeleiding is het belangrijk duidelijk aan te geven wat er van de cliënt wordt
verwacht om deze vaardigheden te stimuleren.
- Welke aanpassingen heeft de huidige inhoud van de aangeboden structuur hiervoor
nodig?
De dagstructuur moet worden behouden, het gaat om kleine aanpassingen. Een open
keuzemogelijkheid moet worden ingevoerd op een moment waar er voor de cliënt een
vrijetijdsmoment staat ingepland.
- Hoe kunnen we het verschil van aanbieden van structuur en elke dag voorspelbaar
maken onder de aandacht brengen?
Dit doen we door hier een apart stuk over te schrijven op de website. Tevens benoemen
we dit tijdens onze presentatie.
- Wat kunnen gevolgen zijn van het handhaven van een te vaste structuur?
Het gevolg van het handhaven van een te vaste structuur kan verstarring zijn zowel bij de
cliënt als bij de begeleiding. Tevens heeft dit invloed op de flexibiliteit, ontplooiing en
ontwikkeling van de cliënt.
- In hoeverre staat de begeleiding open voor aanpassingen in de begeleidingswijze?
Judith
-
16
Hoofdstuk 6
Evaluatie en discussie
Volgt nog.
Vervolgonderzoek
Om het onderzoek verder af te bakenen hebben we een aantal aanbevelingen voor
eventueel vervolgonderzoek.

De functie van de ontmoetingsruimte verduidelijken

Resultaten van dit onderzoek in de praktijk toetsen

In hoeverre heeft de specifieke doelgroep invloed op de begeleiding?

In hoeverre is de begeleiding voldoende geschoold op dit gebied?

Oorzaken van gedragsproblemen verder uitdiepen
17
Hoofdstuk 7
Aanbevelingen
Als eerste willen we als onderzoeksgroep de aanbeveling doen om cliënten meer
keuzemogelijkheden te geven in de huidige dagstructuur. Hiervoor hebben we een aantal
voorbeelden geschetst, deze zijn terug te vinden op de website http://onderzoekautisme.webklik.nl.
Stimulusuitbreiding, gedoseerd nieuwe ervaringen (activiteiten) aanbieden ter voorkoming van
verstarring en doorschieten van bepaalde patronen en rituelen. Voor het stimuleren van de
gezamenlijke momenten willen we aanbevelen om dit in kleine stappen uit te voeren. Zo kan er
gekozen worden om eerst twee cliënten samen in de ontmoetingsruimte een drinkmoment te laten
nuttigen en dit later eventueel uit te breiden. Met het stimuleren van de gezamenlijke momenten
doelen wij dus niet meteen op de hele woongroep. (Bij het aanbieden van activiteiten in de
ontmoetingsruimte houden we rekening met het prikkelaanbod (reader Abrona blz. 20):))
Mensen met autisme zullen snel in rituelen vervallen. Door elke dag hetzelfde programma aan te
bieden worden deze rituelen verstrekt. Als de rituelen dan doorbroken worden ontstaat er paniek.
Om de weerstand tegen verandering te doorbreken kunnen kleine variaties in het dagprogramma of
de omgeving helpen. Om dit te doen moet rekening gehouden worden met een goede
voorbereiding. Dit betekent dus niet dat de structuur moet worden afgebouwd maar dat er
wijzigingen binnen de huidige en veilige structuur worden aangebracht. Door de bewoners van
Noorderkroon 1b kleine wijzigingen in hun programma aan te bieden wordt de weerstand tegen
verandering hopelijk iets doorbroken. We willen benadrukken dat het aanbrengen van
veranderingen niet inhoudt dat de basisstructuur moet komen te vervallen. Juist het aanbieden van
structuur is belangrijk voor deze doelgroep.
18
Download