sporten in een vitale gemeente - Welkom bij gemeente Hellevoetsluis

advertisement
AANVRAAG
STIMULERINGSREGELING
BREEDTESPORT
“SPORTEN IN EEN VITALE GEMEENTE”
FEBRUARI 2001
SAMENLEVINGSZAKEN
INHOUD
Ter inleiding
pag. 3
Gegevens aanvrager
pag. 5
Projectuitvoerder
pag. 5
Gegevens project
pag. 6
Projectaanpak
pag. 7
Deelproject 1: Doelpunt
pag. 8
Deelproject 2: Actief in de sport
pag. 11
Deelproject 3: Niet denken maar doen
pag. 13
Deelproject 4: Wijken voor de sport
pag. 15
Deelproject 5: Sporten voor iedereen
pag. 17
Samenwerking met derden
pag. 19
Meerwaarde van het project
pag. 20
Begroting van het project
pag. 21
Tot besluit
pag. 22
2
Ter inleiding
Wanneer terug gezien wordt op het sportbeleid zoals dit zich in de afgelopen tien jaar
ontwikkeld heeft, mag geconstateerd worden dat de samenwerking met externe partners, met
name de de sportverenigingen, maar ook het welzijnswerk en onderwijs, steeds
nadrukkelijker gestalte krijgt in dit beleid. In het Hellevoetse sportbeleid wordt tevens
gestreefd naar samenwerking op aangrenzende beleidsterreinen met verschillende
belanghebbende interne partners, zoals het jeugd- en jongerenbeleid, gezondheidsbeleid,
onderwijs en stadsbeheer, om op deze wijze de mogelijkheden binnen de sport optimaal te
benutten. De sport in Hellevoetsluis bevindt zich echter nog nadrukkelijk in een opbouwfase.
In de afgelopen periode zijn de bevorderende en belemmerende factoren in het, zich
ontwikkelende, sportbeleid in beeld gebracht. Dit resulteerde in een sportnota die in 1999 tot
stand kwam en de titel meekreeg:“Sport in een Vitale gemeente”. Doordat de sportnota op
interactieve wijze tot stand is gekomen heeft het veld een duidelijk stempel kunnen drukken
op de 15, voor de sport geformuleerde, beleidsdoelstellingen;
- 1- 2- 3- 4- 5- 6- 7- 8- 9-10-11-12-13-14-15-
Monitoring van ruimtelijke ontwikkelingen
Vaststellen investeringsbehoefte Hellevoetse verenigingen voor de middellange
termijn.
Waarborgen kwaliteit Hellevoetse indoor-accommodaties
Verbetering van de (sociale) veiligheid op de verschillende (sport)complexen
Niet heffen Onroerend Zaak Belasting
Ondersteuning Energie- en milieumaatregelen sportverenigingen
Continuering sportstimulering en sportontwikkeling
Continuering Sportconsulentschap
Stimulering samenwerking met onderwijs
Stimulering bewegen voor ouderen
Continuering verenigingsondersteuning
Continuering (waarderings)subsidies
Continuering integraal sportbeleid
Continuering interactief sportbeleid
Beschikbaar stellen financiële middelen
Een positief element is dat er gesteld mag worden dat het politieke klimaat gunstig is in
Hellevoetsluis. Er is politieke steun voor het voortzetten van de succesvolle elementen in de
verschillende (integrale) sportprojecten die afgelopen jaren uitgevoerd zijn.
Vertegenwoordigers van sportverenigingen en andere betrokkenen bij de Hellevoetse sport
hebben nadrukkelijk knelpunten aangegeven die een belangrijke bedreiging vormen voor
continuering van het te voeren beleid. Het bestuur van Hellevoetsluis heeft deze signalen
opgepakt en wil de verenigingen op verantwoorde wijze ondersteunen om deze knelpunten op
te lossen. Financiële beperkingen zijn hierin een belemmerende factor. Tot nu toe zijn de
bestede gelden beschikbaar gesteld op projectbasis tot 2002. Additionele gelden voor het jaar
2002 zijn derhalve dringend gewenst om een terugval in de sportsector te voorkomen en het
vertrouwen en medewerking van de verenigingen te behouden.
De stimuleringsregeling voor de breedtesport is derhalve de kans voor de gemeente
Hellevoetsluis om de gewenste opbouw van de sport te realiseren, succesvolle elementen in
het beleid te continueren en knelpunten bij verenigingen (samen met de verenigingen) zoveel
mogelijk op te lossen. Samenwerking, zowel binnen de gemeente als met het maatschappelijk
veld, met name de sportverenigingen, is hierbij een nadrukkelijk uitgangspunt.
De breedtesportimpuls is een meerjarige uitkering van het ministerie van Volksgezondheid
3
Welzijn en Sport. Doel van de breedtesportimpuls is dat gemeenten en lokale organisaties
(verdere) initiatieven ontplooien die bijdragen aan een duurzame verbetering van het lokale
sportaanbod, zoveel mogelijk in samenwerking met andere sectoren. Tevens wordt bevorderd
dat sportactiviteiten optimaal benut worden in het kader van andersoortige maatschappelijke
projecten. Het ministerie van VWS stelt dat projecten minimaal drie jaar en maximaal zes
jaar moet duren. De gemeente Hellevoetsluis kiest voor een project van zes jaren en zal zich
inzetten om datgene dat, in de komende zes projectjaren, wordt opgebouwd, ook na de
projectperiode te behouden. Dit betekend dat de ontwikkelde activiteiten na het project met
eigen middelen zullen worden gecontinueerd.
In het project, dat in het vervolg op de sportnota de naam “Sporten in een Vitale gemeente”
heeft meegekregen, zijn vijf specifieke deelprojecten te onderscheiden. De deelprojecten zijn
gericht op de volgende doelgroepen: verenigingen en (verenigings)vrijwilligers, jeugd en
onderwijs, welzijn en wijkbeheer en ouderen en gehandicapten. In de aanvraagformulieren
zijn de afzonderlijke deelprojecten, waarbij sprake is van een nadrukkelijke samenhang en
overlapping, uitgeschreven. De vijftien eerder genoemde doelstellingen zijn verwerkt in de
verschillende projecten. Uiteraard is de aanvraag ook nadrukkelijk besproken met de
Hellevoetse sportverenigingen en andere externe partners.
In gemeente Hellevoetsluis wordt onder breedtesport wordt verstaan: sportactiviteiten die op
lokaal niveau plaatsvinden en die niet beroepsmatig of op topsportniveau worden beoefend.
De term sportactiviteiten moet in dit verband ruim worden uitgelegd. Zo betreffen het de
zogenaamde georganiseerde activiteiten, zoals sport in (sport)verenigingsverband of spel- en
bewegingsactiviteiten via de scouting, maar ook ongeorganiseerde sportactiviteiten zoals
hardlopen, skeeleren, streetdance of straatvoetbal. De gemeente kan, zoals ook is opgenomen
in de aanvraag, voor dergelijke ongeorganiseerde sportactiviteiten voorzieningen treffen als
het aanleggen van trapveldjes of het voorzien in veilige hardloop- of fietsroutes. Ook
denksporten vallen onder de definitie sportactiviteiten. Het breedtesportproject “Sporten in
een Vitale gemeente”, is dan ook een samenhangend geheel van activiteiten gericht op
duurzame versterking van de breedtesport en op versterking van de maatschappelijke en
sociale infrastructuur.
SPORTEN IN EEN VITALE GEMEENTE
4
Aanvraag breedtesportstimulering Ministerie VWS
Februari 2001
A.1. GEGEVENS AANVRAGER:
Naam gemeente
: Hellevoetsluis
Aantal inwoners per 1-1-2000
: 38.497
Postadres
Postcode
Plaats
: Postbus 13
: 3320 AA Hellevoetsluis
: Hellevoetsluis
Bezoekadres
Postcode
Plaats
: Oostzanddijk 26
: 3221 AL
: Hellevoetsluis
Naam contactpersoon
Telefoonnummer
Telefax
e-mail
: de heer J. Sas, beleidsmedewerker sportzaken
: 0181 - 330911/297
: 0181 - 330236
: [email protected]
Banknummer gemeente
: BNG 28.50.03.720
A.2.
PROJECTUITVOERDER
De praktische uitvoering van het project zal voor een groot deel geschieden door Stichting
PUSH. Deze Stichting is voor de gemeente Hellevoetsluis belast met de uitvoerende taken in
het welzijnswerk. Zo zal de, in de aanvraag genoemde, sportconsulent/sportopbouwwerker
ook werkzaam zijn bij deze Stichting. Gemeente Hellevoetsluis blijft evenwel eindverantwoordelijk voor het project. De projectaanvraag is tot stand gekomen in samenwerking en
overleg met de Stichting PUSH, het Hellevoetse voorzittersoverleg sport , de Hellevoetse
sportverenigingen, de sportraad Zuid-Holland en NKS sportadvies.
Naam instelling
Bezoek-en postadres
Postcode
Plaats
: Stichting PUSH
: Sportlaan 1
: 3223 EV
: Hellevoetsluis
Naam contactpersoon
: de heer H. Determan, directeur Stichting PUSH
: de heer J. Emor, sportconsulent/opbouwwerker
: 0181 - 316688
: 0181 - 324772
: [email protected]
Telefoonnummer
Telefax
e-mail
B.
GEGEVENS PROJECT
5
1.
Titel van het project
“Sporten in een vitale gemeente”
2.
Doelstelling van het project
Versterking van de lokale sportsector, om zo de waarborg te scheppen voor vitale
(gezond en sterke) sportverenigingen waarbij de inwoners van Hellevoetsluis optimaal
kunnen profiteren van het maatschappelijk nut van sport.
-
-
-
Hieronder vallen de volgende punten:
De duurzame versterking van het sportieve verenigingsleven: bestuurlijke vitaliteit,
kadervorming, sportieve diversiteit en een merkbare toename van de participatiegraad
binnen de breedtesport;
De optimalisering van de samenwerking tussen de verschillende sportaanbieders,
gemeente, onderwijs en het lokaal welzijnswerk;
Ruimte voor en brede samenwerkingsbereidheid bij originele sportieve initiatieven in
buurten en wijken van de stad en bij bewegingsprojecten gericht op traditioneel
inactieve groepen in de samenleving;
Een krachtig integraal gemeentelijk sportbeleid waarbij de lokale sportsector wordt
versterkt en het maatschappelijk nut van sport zo veel mogelijk wordt uitgediept.
3.
Doelgroepen waar het project zich op richt
Het project “Sporten in een vitale gemeente” richt zich op de gehele Hellevoetse
bevolking, maar in het bijzonder op jongeren in de leeftijd van 8 - 18 jaar en
vrijwilligers in de sport. Daarnaast gaat extra aandacht uit naar ouderen in de
leeftijdscategorie vanaf 55 jaar en gehandicapten.
4.
Datum aanvang van het project
De aanvang van het project zal zijn op 1 januari 2002.
5.
Duur van het project
De duur van het project Sporten in een vitale gemeente bedraagt zes jaar. Aan de hand
van ervaringen en resultaten zal worden bijgestuurd. Om dit te kunnen doen zal er
gewerkt worden met een jaarrapportage. De eindevaluatie bevat aanbevelingen voor
de wijze van continuering van het project in de daaropvolgende planperiode van zes
jaar.
6.
Jaren waarin het project wordt uitgevoerd
Aanloopjaar: 2001
Projectperiode: 1 januari 2002 tot en met 31 december 2007.
6
C.
PROJECTAANPAK
Beschrijving van:
1.
Aanleiding tot het project:
De aanleiding tot het project (en de aanvraag) wordt gevormd door de sportnota:
“Sport voor een vitale gemeente” zoals vastgesteld door de gemeenteraad op 25
november 1999. De nota bevat vijftien beleidsvoorstellen die de basis dienen te
vormen voor het sportbeleid van 2000 en de volgende jaren en is integraal gericht op
de breedtesport in Hellevoetsluis. Een belangrijk onderdeel van het beleid vormt de
sportstimulering in Hellevoetsluis. De nota is op interactieve wijze met lokale
sportverenigingen tot stand gekomen. Om de vijftien beleidspunten uit te werken is
het projectplan “Sporten in een vitale gemeente” geschreven. Verwacht wordt dat met
het project krachtige impulsen gegeven worden aan een zich ontwikkelend
sportbeleid. Bovendien wordt er gebruik gemaakt van de ervaringen die zijn opgedaan
met het project "Sportieve Vernieuwing in Hellevoetsluis" (mei 1995 – december
1997) en het project "Hellevoetse Jeugd in Beweging" (januari 1998 – december
1999). Verwacht wordt dat met dit project het sportbeleid in de gemeente Hellevoetsluis de komende jaren, met een vraaggerichte en vernieuwende aanpak, de actuele
thema’s, zoals deze door het veld zijn aangegeven, kan omzetten in effectieve sport en bewegingsprojecten. Concreet betekent dit dat met het project “Sporten in een
vitale gemeente”, mede door gebruikmaking van de opgebouwde kennis vanuit de
voorgaande projecten, het ingezette integrale sportbeleid verder zal worden
geactiveerd en uitgebreid in samenhang met het jeugd- en jongeren-, gezondheids- en
onderwijsbeleid.
2, 3, 4 De verschillende fasen/stappen in het project (gerelateerd aan de projectdoelen), de
werkzaamheden en methode/aanpak waarmee getracht wordt het doel te bereiken en
de verschillende vormen van breedtesport die in het project aan de orde komen
(evenementen, recreatieve sport, competitiesport e.d.):
In het project zijn er vijf specifieke deelprojecten te onderscheiden, gericht op de
volgende doelgroepen:
1. sport(verenigingen) algemeen
: Doelpunt
2. vrijwilligers
: Actief in de Sport
3. onderwijs, jeugd
: Niet denken maar Doen
4. welzijn en wijkbeheer
: Wijken voor de Sport
5. ouderen, gehandicapten
: Sporten voor iedereen
7
Deelproject 1:
Doelpunt
Ondersteuning voor de constante factor: de sportverenigingen
Netwerkontwikkeling en informatievoorziening
Aanleiding voor het project
Zonder sportverenigingen zou er geen gevarieerd sportaanbod mogelijk zijn binnen
Hellevoetsluis. De verenigingen zijn de kurk waarop het sportaanbod drijft. Deze
bewustwording was in 1995 de aanleiding om te starten met het project “Sportieve
Vernieuwing in Hellevoetsluis”. De gemeente heeft sportverenigingen nodig en de
verenigingen hebben de gemeente nodig. Zo is er sprake van een wederzijdse afhankelijkheid.
De projectnaam “doelpunt” drukt de kern van het Hellevoetse sportbeleid uit: het doel is de
ondersteuning van alle Hellevoetse verenigingen (voorwaarden scheppend beleid). Mede
hierdoor kunnen sterke verenigingen zich handhaven en kunnen minder sterke verenigingen
sterker worden. Hoe sterker verenigingen worden, hoe meer zij in staat zijn punten “te
pakken” (behalen van projectdoelstellingen). Hellevoetsluis heeft momenteel 38 verschillende
verenigingen waarvan ruim de helft meer dan 100 leden hebben. De gemeente wil in het
project “Sporten in een vitale gemeente” voor een deel (zoals specifiek is aangegeven in de
verschillende projecten en projectonderdelen) bijdragen in de kosten die de verenigingen
moeten maken om gezond en vitaal te kunnen (blijven) functioneren. Samenvattend gaat het
hierbij om de versterking van de lokale sportsector, om zo de waarborg te scheppen voor
vitale sportverenigingen waarbij de inwoners van Hellevoetsluis optimaal kunnen profiteren
van het maatschappelijk nut van sport.
Projectonderdelen en beschrijving
1.1 Verhoging van de jeugdsportsubsidie
Deze subsidie, die verbonden is aan het aantal sporters tussen 4 en 18 jaar van de
verenigingen, is al jarenlang “bevroren”op een bedrag van ƒ 20,-- per sporter. Jaarlijks komt
dit neer op een bedrag van ongeveer ƒ 60.000,--. Verenigingen hebben bij de totstandkoming
van de sportnota nadrukkelijk aangegeven dat de behoefte bestaat om iets extra’s te doen voor
de jeugd. Men heeft geleerd dat, om jongeren vast te houden in de vereniging, er meer
geboden moet worden dan sporten alleen. De verenigingen kunnen deze extra activiteiten
echter moeilijk zelf bekostigen. Vanaf 2002 (met de invoering van de euro) zullen de
verenigingen een maximaal jeugdsportsubsidie van 12,5 euro (ca. ƒ 27,50) per jeugdsporter te
ontvangen. De voorwaarde hiervoor is dat verenigingen een jeugdplan moeten kunnen
overleggen waaruit blijkt dat de subsidie en specifieke aandacht wordt besteed aan de
jeugdafdeling van de vereniging.
1.2 Investeren in milieu en veiligheid: schoon, heel en veilig
Verenigingen met een eigen accommodatie hebben al jarenlang nadrukkelijk te kampen met
een toenemend vandalisme. Jaarlijkse schadekosten van jaarlijks ƒ 10.000,-- zijn hierbij geen
uitzondering. Daarnaast brengen de zich aanscherpende eisen op het gebied van milieu de
nodige kosten met zich mee. De Hellevoetse verenigingen hebben dit punt aangegeven als één
van de grote knelpunten. Om de verenigingen tegemoet te komen wil de gemeente deze
verenigingen gedeeltelijk financieel ondersteunen in het realiseren en/of verbeteren van
voorzieningen op het gebied van sociale veiligheid en milieu.
Het gaat hierbij nadrukkelijk op investeringen die gedaan worden om vandalisme te
8
voorkomen en verbetering op het gebied van milieu, niet om het bekostigen van geleden
schade. Verenigingen kunnen hiervoor plannen indienen.
1.3 Voorzittersoverleg sport
Sinds het voorjaar van 1999 is er een zogenoemd voorzittersoverleg actief . Het overleg wordt
door de gemeente gezien als representatieve vertegenwoordiging van de Hellevoetse
sportwereld en speelt een belangrijke rol in het interactieve sportbeleid. Het overleg is een
van de resultaten van het project Hellevoetse Jeugd in Beweging maar dient verder uit te
groeien en gestalte te krijgen. Omdat het overleg zich nog in een opbouwfase bevindt, is
ondersteuning nog noodzakelijk. Zo zal het secretariaat gevoerd worden door de
sportconsulent en zullen er financiële middelen beschikbaar gesteld worden (bestuurskosten).
1.4 Vitaal Sporten
Om verenigingen te informeren over de loop van het project, de gemeentelijke
beleidsontwikkeling op het gebied van sport en ander, voor verenigingen belangrijke
ontwikkelingen, zal een infoblad worden uitgegeven. Dit blad wordt in samenwerking met
Stichting PUSH en voorzittersoverleg sport gemaakt en zal eenmaal per kwartaal verschijnen.
Het informatieblad zal met name gericht zijn op de sportverenigingen, maar ook op het
basisonderwijs en de vakdocenten van het voortgezet onderwijs
1.5 Ondersteuning van onvoorziene activiteiten
Wanneer verenigingen bijzondere initiatieven willen ontwikkelen ter bevordering van
breedtesportactiviteiten dan wil de gemeente hier een substantiële financiële bijdrage in
leveren. De verenigingen kunnen her een aanvraag voor indienen. Een voorwaarde is dat de
activiteit niet alleen op verenigingsleden is gericht, maar met name op niet-leden.
1.6 Ondersteuning van de verenigingsvrijwilligers
Hoewel er steeds meer betaalde functies verschijnen bij sportverenigingen, met name daar
waar het gaat om sporttechnisch kader, bestaat de vereniging door de aanwezigheid van
vrijwilligers. De gemeente acht het belang van deze vrijwilligers zo groot dat er een apart
deelproject wordt opgezet voor deze vrijwilligers. Dit project: “actief in de sport” wordt
omschreven in project 2 en is met name gericht op deskundigheidsbevordering.
Vormen van breedtesport
Het project is bedoeld voor alle Hellevoetse verenigingen die sportieve- en recreatieve
activiteiten aanbieden. Daarnaast zullen, waar mogelijk, ook ondersteuningsvragen op het
gebied van sport en beweging van buurtverenigingen en andere organisaties worden
behandeld.
Doelgroepen
Hellevoetse sportverenigingen en de leden en vrijwilligers van deze verenigingen.
Actoren
Hellevoetse sportverenigingen, Stichting PUSH, gemeente.
9
Beoogd resultaat
Extra aandacht en activiteiten voor de jeugdafdeling van sportverenigingen, verbetering van
de sociale veiligheid en milieu-technische aspecten op en rond de sportvoorzieningen/
complexen, realisatie van een kwartaaluitgave van het informatieblad “Vitaal sporten”.
Daarnaast zullen Stichting PUSH en de gemeente bijdragen aan het oplossen van knelpunten
en (structurele) problemen bij verenigingen.
Factoren die het project kunnen beïnvloeden
Verenigingen hebben aangegeven de handen vol te hebben aan de alledaagse activiteiten,
zoals het in stand houden van de accommodaties, waardoor er bijna geen tijd is voor andere
zaken zoals het project. Daarnaast is het voor veel verenigingen een probleem om voldoende
mensen op de been te krijgen die het (vele) werk willen uitvoeren. Een positieve factor is het
feit dat het deelproject inspeelt op een aantal, door de verenigingen aangegeven, concrete
knelpunten. Deelname aan het project geeft een mogelijkheid te werken aan deze knelpunten.
Resultaatmeting
Ieder jaar wordt over het totale project een rapportage gemaakt dat aan het ministerie wordt
gezonden. Ter voeding van deze rapportage zal iedere twee jaar middels een standaard
vragenlijst het effect van het deelproject “doelpunt” gemeten worden. De eerste maal zal
gebeuren in november 2002. Aan de hand van de uitkomsten zullen er zo nodig accenten geof verlegd worden.
Meerwaarde van het project
Het project zal leiden tot een kwalitatief beter aanbod van sportactiviteiten. Hierdoor kunnen
sportverenigingen meer mensen bereiken. Ook groepen die in principe minder actief zijn
kunnen beter worden bereikt. Hierdoor zal een belangrijke bijdrage worden geleverd aan het
voorkomen van maatschappelijke problemen zoals vandalisme, geweld, criminaliteit en
maatschappelijke uitsluiting.
Projectbegroting
* Verhoging jeugdsportsubsidie
* Investeren in de sport (periode van 10 jaar)
* Voorzittersoverleg
* Kwartaaluitgave Vitaal Sporten
* Ondersteunen initiatieven verenigingen
* Personeelskosten sportconsulent/Stichting PUSH (ca. 12 uur per week)
Totaal
Deelproject 2:
ƒ 25.000,-ƒ 30.000,-ƒ
2.500,-ƒ
2.500,-ƒ
5.000,-ƒ 40.000,----------------ƒ 105.000,--
Actief in de sport
Motivering, stimulering en ondersteuning van vrijwilligers in de sport
10
Stimulering tot vrijwilligerswerk in de sport
Aanleiding voor het project
In voorgaande periode is gebleken dat er in Hellevoetsluis bij reguliere sportactiviteiten
(verenigingen) een toenemend tekort is aan vrijwilligers, waaronder in het bijzonder
kaderleden. Daarnaast is er in het bijzonder een tekort aan vrijwilligers bij niet-reguliere
sportactiviteiten zoals “Topscore”. In voorgaande projecten bleek dit meerdere malen een
struikelpunt te zijn voor de organisatie van activiteiten. Veel verenigingen bieden hun
vrijwilligers de mogelijkheid zich te bekwamen op het specifieke gebied waar zij actief zijn.
Niet alle verenigingen hebben hiervoor voldoende financiële middelen. Er zijn ook
verenigingen die nog geen specifiek beleid voor vrijwilligers hebben ontwikkeld. De praktijk
leert dat vrijwilligers, doordat zij onvoldoende ondersteund, gewaardeerd of gezien worden,
sneller afhaken.
Projectonderdelen en beschrijving
2.1. Kennis maakt macht: deskundigheidsbevordering
Verenigingen kunnen voorstellen indienen waarbij specifieke aandacht uitgaat naar het
bestaande vrijwilligerskorps van de vereniging. Daarbij moet met name gedacht worden aan
een bijdrage in cursussen, trainingen en dergelijke, welke gericht zijn op vrijwilligerswerk
binnen een sportvereniging. De aanvragen van de verenigingen zullen zoveel mogelijk
gecombineerd worden. Ook Stichting PUSH zal, in samenwerking met de sportraad ZuidHolland, dergelijke trainingen aanbieden. Deelnemers zullen bij deelname geen of een kleine
eigen bijdrage betalen.
2.2. Inhuur van derden
Er zal jaarlijks een budget beschikbaar zijn om derden in te huren voor de ondersteuning van
activiteiten die vitaal zijn voor de uitvoering van een project. Het gaat hier met name om de
niet-reguliere activiteiten. In dit kader zal, indien mogelijk, een aantal vrijwilligers de
mogelijkheid geboden worden een opleiding tot Recreatie SportLeider A te bieden. Als
tegenprestatie dient men een, van te voren bepaald, aantal uren per week beschikbaar te zijn
voor de hulp bij activiteiten in het kader van de verschillende projecten.
2.3. Reactivering en ID-banen
Er zal vanuit het gemeentelijk beleid extra aandacht worden besteed aan de mogelijkheden
voor reactivering op het gebied van sport. Dit zal betaald worden uit de bestaande gemeentelijke budgetten. In principe zullen er twee ID-banen in de sport gerealiseerd worden.
Daarnaast zal door een extra impuls vanuit de gemeentelijke vrijwilligersvacaturebank
specifiek aandacht besteed gaan worden aan het werk binnen de sport.
Vormen van breedtesport
Bij dit projectonderdeel wordt specifiek aandacht besteed aan de vrijwilliger in de sport.
Breedtesport kan slechts beoefend worden wanneer er voldoende vrijwilligers zijn om
(verenigings)activiteiten te begeleiden.
Doelgroepen
Verenigingen, vrijwilligers
11
Actoren
Verenigingen, Stichting PUSH, gemeente, sportraad Zuid-Holland
Beoogd resultaat
Ondersteuning van (kader)vrijwilligers bij sportverenigingen, waardoor vrijwilligers langer
actief blijven in de verenigingen. Voorts wordt het verkrijgen van voldoende vrijwilligers bij
niet verenigings- gebonden activiteiten beoogd.
Factoren die het project kunnen beïnvloeden
De Hellevoetse sportverenigingen kampen meer en meer met te weinig vrijwilligers. De
veelheid aan mogelijkheden voor vrijetijdsbesteding vormen een bedreiging voor het
vrijwilligerswerk. Het aanbod van cursussen voor vrijwilligerswerk in sportverenigingen is
groot. Het is belangrijk om te laten zien dat “deskundigheidsbevordering” niet alleen
belangrijk is voor het werk binnen de vereniging, maar dat het ook een meerwaarde heeft
voor de persoonlijke ontwikkeling. De tijd zal moeten leren of er in Hellevoetsluis voldoende
geschikte personen zijn voor het invullen van een ID-baan.
Resultaatmeting
Ieder jaar wordt over het totale project een rapportage gemaakt dat aan het ministerie wordt
gezonden. Ter voeding van deze rapportage zal iedere twee jaar middels een standaard
vragenlijst het effect van het deelproject “actief in de sport” gemeten worden. De eerste maal
zal gebeuren in november 2002. Aan de hand van de uitkomsten zullen er zo nodig accenten
ge- of verlegd worden. Daarnaast zal aantal bijeenkomsten voor verenigingen ieder jaar
worden bijgehouden en wordt iedere cursus en thema-avond afgesloten met het invullen van
een enquêteformulier.
Meerwaarde van het project
Vrijwilliger zijn in de sport biedt de mogelijkheid om maatschappelijk betrokken te zijn.
Door het verrichten van vrijwilligerswerk in de sport kan men, wanneer men zelf niet actief
zou sporten, toch sportief bezig zijn door anderen de mogelijkheid te bieden hun sport te
bedrijven. Hiermee levert de vrijwilliger een bijdrage aan sociale integratie, bevordering van
gezondheid en participatie.
Projectbegroting
* Kennis maakt macht: deskundigheidsbevordering
* Inhuur van derden
* Personeelskosten sportconsulent/Stichting PUSH (ca. 2 uur per week)
* Reactivering en ID-banen (bestaande gemeentelijke middelen)
Totaal
Deelproject 3:
ƒ
10.000,-ƒ
15.000,-ƒ
7.500,-ƒ
0,------------------ƒ
32.500,--
Niet Denken maar Doen
Schoolsport voor de basisschool, groepen 5 t/m 8
Stimulering sportdeelname voor leerlingen in het voortgezet onderwijs
12
Aanleiding voor het deelproject
Een vroege verantwoorde en plezierige kennismaking met sport en bewegen bevordert een
blijvende deelname aan sport en actief bewegen. Dit bevordert vervolgens gezond gedrag op
latere leeftijd. In voorgaande projecten werd door verenigingen gymnastieklessen verzorgd op
een aantal basisscholen in de groepen 5 en 6. Deze activiteit werd “Sportklas” genoemd. In
het voortgezet onderwijs wordt reeds nadrukkelijk gewerkt met introductieprogramma’s voor
verschillende sporten. Tot nu toe is er geen samenwerking geweest tussen scholen van het
voortgezet onderwijs en gemeente.
Gewenste verbreding en verdieping
De activiteit “Sportklas” bleek uit de reacties van leerlingen en leerkrachten succesvol te zijn,
maar de activiteit werd slechts op een beperkt aantal scholen gerealiseerd. Tot nu toe hebben
6 van de Hellevoetse basisscholen (35%) meegedaan. Daarbij werd de aandacht alleen gericht
op groepen 5 en 6, terwijl in het project “Niet denken maar doen” ook in groep 7 en 8
aandacht aan sportoriëntatie gegeven zal worden. De opzet van sportklas 2002 – 2008 is
gericht op uitbreiding naar meer deelnemende verenigingen en andere sportaanbieders en, op
termijn, een deelname van alle basisscholen (minimaal 75%). “Sportklas” krijgt een vervolg
met het, landelijk bekende, project “Kies voor hart en sport”. Dit project is gericht op de
groepen 7 en 8. In dit project zullen ook sporten aandacht krijgen die niet geïntroduceerd
kunnen worden tijdens de gewone gymnastieklessen. De link met gezondheid en bewegen zal
worden gelegd door theorielessen. Tenslotte zal beweging voor jongeren in het voortgezet
onderwijs gestimuleerd worden om gezond te bewegen via, door docenten en leerlingen
gewenste, aanvullingen op het bestaande aanbod. Dit mogen ook experimentele vormen van
stimulering zijn. Hiervoor kan door de scholen jaarlijks een aanvraag worden ingediend bij de
gemeente.
Projectonderdelen en beschrijving
3.1
Sportklas
In het project sportklas verzorgen de deelnemende verenigingen de gymnastieklessen op de
deelnemende scholen. Dit gebeurt in de 2e schoolperiode: januari tot en met mei. In deze
periode blijken de scholen het meeste “ruimte” te hebben voor dit soort “bijzondere”
activiteiten. Bijzonder is hierbij tussen haakjes geplaatst omdat het project beoogd dat deze
activiteiten gaan behoren tot het reguliere aanbod van de school.
3.2
Kies voor Hart en Sport
Daar waar “sportklas” zich richt op de kinderen uit groep 5 en 6, geeft dit onderdeel een
vervolg op de eerder opgedane ervaring. Met lesmodules over voeding, het hart en
sportvoorlichting, worden de kinderen meer bewust van het belang van gezonde voeding en
beweging voor de gezondheid. Nadrukkelijk wordt gekozen voor een herhaling van het
onderstrepen van het belang van sport en beweging zoals dat in de groepen 5 en 6 gestart is.
Ook wordt de mogelijkheid geboden om bij de verenigingen en andere sportaanbieders kennis
te maken met een sport. De eerste twee jaren van dit project wordt nadrukkelijk
samengewerkt met de sportraad Zuid-Holland en de GGD Zuid-Hollandse eilanden.
3.3
Ren je rot
In het project Niet denken maar doen zal er een basislocatie worden uitgezocht (sporthal,
13
sportcomplex of zwembad), waar de verschillende scholen op een of enkele dagen naar toe
kunnen komen om kennis te maken met een specifieke sport. Er zijn voor dit onderdeel
verschillende locaties beschikbaar. Het kan gezien worden als een soort “schoolsportdag”.
3.4
Stimulering sportdeelname voor het voortgezet onderwijs
De scholen van het voortgezet onderwijs in Hellevoetsluis hebben in het
onderwijsprogramma al nadrukkelijk aandacht gegeven aan de verschillende takken van
sport. Voorgaande jaren is duidelijk geworden dat de scholen in feite de handen vol hebben
aan de verbetering van hun eigen programma. Om iets extra’s te doen in aanvulling op het
bestaande programma, wordt de scholen de gelegenheid geboden om jaarlijks een
projectvoorstel in te dienen. Hoe creatief, experimenteel of inventief de aanvragen zijn wordt
graag aan de scholen overgelaten. De inbreng van leerlingen bij de projectaanvraag is echter
noodzakelijk en wordt in hoge mate gewaardeerd.Tevens dient de aanvraag te passen in de
uitgangspunten van het tweede fase onderwijs voor het vak lichamelijke opvoeding.
Vormen van breedtesport
Het project is bedoeld om kinderen van 8 tot 12 jaar kennis te laten maken met zoveel
mogelijk Hellevoetse sportverenigingen en andere sportieve mogelijkheden binnen de
gemeente. Daarnaast wordt “bewegen” in het voortgezet onderwijs een extra impuls gegeven.
Doelgroepen
Inwoners van Hellevoetsluis in de leeftijd van 6 tot ongeveer 18 jaar. Dit zijn met name de
leerlingen van de basisscholen en scholen voortgezet onderwijs.
Actoren
Sportconsulent, GGD, sportverenigingen en andere sportaanbieders, vrijwilligers, sportraad
Zuid-Holland, bestuur en leerkrachten basisscholen, ouders van kinderen van het
basisonderwijs, bestuur voortgezet onderwijs en vakdocenten lichamelijke opvoeding.
Beoogd resultaat
Het doel van het project is om kinderen tijdens de schoolperiode nadrukkelijk op een
verantwoorde manier in contact te brengen met verschillende sporten, sportverenigingen,
bewegen en gezond gedrag. Daarnaast wordt de verbetering van de kwaliteit van het
bewegingsonderwijs beoogd.
Factoren die het project kunnen beïnvloeden
Basisscholen hebben de mogelijkheid om aandacht te besteden aan verschillende
maatschappelijke aspecten. Cultuur- en milieueducatie betekent concurrentie voor sport en
bewegen. Omdat de tijd beperkt is binnen het onderwijs kunnen scholen ervoor kiezen om
niet deel te nemen aan het sportproject.
Ondanks de extra financiële mogelijkheden die verenigingen krijgen bij deelname aan het
project zouden zij onvoldoende vrijwilligers kunnen vinden om de lessen te verzorgen.
Verenigingen worden echter nadrukkelijk gestimuleerd en ook financieel gesteund om deel te
nemen aan het project.
Resultaatmeting
Ieder jaar wordt over het totale project een rapportage gemaakt dat aan het ministerie wordt
14
gezonden. Ter voeding van deze rapportage zal aan het einde van iedere “Sportklas” en “Kies
voor hart en sport” (begin juni) aan de deelnemers een formulier worden voorgelegd waarbij,
middels een aantal multiple-choise vragen, het effect van het project gemeten wordt. Ook de
verenigingen en de scholen zullen een vragenformulier voorgelegd krijgen. De resultaten van
de meting zullen voor 1 november van het zelfde jaar bekend dienen te zijn. Op basis van
uitkomsten zal worden bijgestuurd. Over de projecten van het voortgezet onderwijs dient de
vakdocent, dan wel de betrokken leerlingen, bij afronding een kwantitatieve en kwalitatieve
evaluatie in te dienen.
Projectbegroting
- Sportklas
- Kies voor hart en sport
- Ren je Rot
- Projecten voortgezet onderwijs
- Personeelskosten sportconsulent/Stichting PUSH (ca. 10 uur per week)
Totaal
Deelproject 4:
ƒ
15.000.-ƒ
15.000,-ƒ
2.500,-ƒ
2.500,-ƒ
35.000,------------------ƒ
70.000,--
Wijken voor de Sport
Sporten in wijken en buurten van de stad
Initiatieven met sociaal-cultureel werk en wijkbeheer
Aanleiding voor het project
In voorgaande projecten is een samenwerkingsverband tot stand gebracht tussen het sociaalcultureel werk (in het bijzonder jeugd- en jongerenwerk) en sportstimulering. Uit onderzoek
in deze periode is duidelijk naar voren gekomen dat hier onder jongeren specifieke behoefte
bestaat voor verbetering van de speelplekken in de wijk. Naar aanleiding hiervan wordt bij
herinrichting van wijken en wijzigingen in bestemmingsplannen rekening gehouden met deze
behoefte. Er blijken echter extra financiële middelen noodzakelijk om te kunnen voldoen aan
de wensen van jongeren.
Projectonderdelen en beschrijving
4.1
Wijksportaccommodaties
Door jongeren te betrekken bij "speelplekken" in hun woonwijk ontstaat automatisch een
vorm van betrokkenheid in het wijkbeheer. Actieve betrokkenheid bij speelplekken leidt tot
beweging.
In de voorgaande periode is, bij wijze van experiment, een basketbalpleintje in één van de
Hellevoetse wijken, opgeknapt. Jongeren verveelden zich op de locatie en waren inactief. De
inactiviteit is omgezet in activiteit door een gezamenlijke "opknapbeurt" door jongeren,
buurtbewoners (wijkbeheer), sportconsulent en jongerenopbouwwerk. In het kader van dit
deelproject moet een slecht trapveld veranderen in een functioneel speelveld. Zonder extra
financiële middelen kunnen de potentiële locaties niet worden opgeknapt en zullen ze
derhalve niet gebruikt kunnen worden om (on)georganiseerd op te sporten en bewegen.
15
4.2
Stimulering Straatsport
Dit onderdeel ligt in het verlengde van wijksportaccommodaties. Is gericht op stimulering van
het bewegen op straat. Streetskating, streethockey, streetdance maar ook "gewoon"
straatvoetbal, pleintjes basketbal en dergelijke. Met name streetdance blijkt aantrekkelijk te
zijn voor meisjes. Deze zijn over het algemeen minder dan jongens te stimuleren voor actieve
deelname aan de reguliere sportactiviteiten.
4.3
Straatsport Zomercompetitie
Specifieke competitie/activiteit rond wijkspeelplekken. In 2000 is deze activiteit voor de
eerste maal georganiseerd in nadrukkelijke samenwerking met het jeugd- en jongerenwerk. In
principe is het een vervolgstap op punt 4.2.Voor deze activiteiten bleken in het verleden
moeilijk vrijwilligers te vinden.
4.4
Topscore
Een specifiek plan van aanpak om de bezoekers van de twee jongerenvoorzieningen en
hangplekken te betrekken bij een tweewekelijkse sportactiviteit in een van de Hellevoetse
sporthallen (herfst-winter-lente).
Vormen van breedtesport
Het project is bedoeld voor jongeren in de leeftijd van 14 tot 18 jaar, die zich op hangplekken
in de wijk of winkelcentra ophouden. Het gaat hierbij om jongeren die, over het algemeen,
niet actief zijn op sportgebied. Zij worden gestimuleerd tot sportief gedrag en deelname aan
georganiseerde sportactiviteiten. Het betreft dan alle vormen van breedtesport.
Doelgroepen
Jongeren in de leeftijdscategorie van 14 – 18 jaar, met name diegenen die niet actief zijn op
het gebied van sport en bewegen.
Actoren
Sportconsulent, Stichting PUSH, Wijkbeheer, Buurt- en Jongerencentra, Vrijwilligers en
Gemeente.
Beoogd resultaat
Het doel van dit project is activiteiten te ontwikkelen voor en door jongeren en verbetering
van speelplekken. Het nevendoel in dit deelproject is om een hoge jeugdparticipatie te
bereiken. Dit betekent dat jongeren betrokken dienen te worden bij ontwikkeling en
uitvoering van de plannen. Naast de jongeren dienen ook de wijkbeheerteams betrokken te
worden.
Factoren die het project kunnen beïnvloeden
Trage besluitvorming kan de plannen frustreren. De praktijk bewijst dat het geen eenvoudige
opgave is om jongeren te betrekken bij de organisatie van activiteiten. Daarnaast dient
rekening gehouden te worden met de weerstand van buurtbewoners tegen activiteiten. Een
positief element is dat er sprake is van verschillende netwerken waarmee de beoogde
jongeren bereikt kunnen worden.
Resultaatmeting
Ieder jaar wordt over het totale project een rapportage gemaakt dat aan het ministerie wordt
16
gezonden. Ter voeding van deze rapportage wordt aan het begin van ieder jaar een plan
gemaakt voor de betreffende speelplek(ken). Aan het einde van het jaar worden de resultaten
bezien. Het aantal activiteiten van straatsport en Topscore en deelnemers worden
geregistreerd. Jongeren worden zoveel mogelijk betrokken in de organisatie en evaluatie van
de activiteiten.
Projectbegroting
* Wijksportaccommodaties
* Stimulering Straatsport
* Topscore
* Personeelskosten sportconsulent/Stichting PUSH (ca. 8 uur per week)
Totaal
Deelproject 5:
ƒ
25.000,-ƒ
2.500,-ƒ
7.500,-ƒ
30.000,-----------------ƒ
65.000,--
Sporten voor iedereen
Aanpassen van voorzieningen en beter toegankelijk maken van (gemeentelijke)
accommodaties voor minder validen
Groninger Actief Leven Model voor ouderen
Aanleiding voor het project
Een aantal verenigingen hebben aangegeven voorzieningen voor gehandicapten te willen
treffen in hun accommodatie. De benodigde financiële middelen vormen hier echter een
struikelblok. De eerste twee jaren van het deelproject zijn gericht op het weg nemen van deze
dermpels. Hoewel er afgelopen jaren er enkele sportinitiatieven voor ouderen zijn ontstaan
wordt door ouderen aangegeven dat er (te) weinig mogelijkheden zijn voor ouderen. Veel
ouderen willen ‘s avonds niet over straat en geven er de voorkeur aan om overdag te sporten.
Diverse verenigingen hebben hier afgelopen jaren op ingespeeld. Toch lijken veel ouderen
zich niet te realiseren welke mogelijkheden zij nog hebben om actieve sport te beoefenen.
Voorlichting over mogelijkheden en onmogelijkheden op sport- en bewegingsgebied, op
zowel algemeen als persoonlijk vlak, lijkt zinvol.
Projectonderdelen en beschrijving
5.1
Aanpassing van voorzieningen
Verschillende verenigingen hebben aangegeven aanpassingen te willen plegen in hun
accommodatie, om deze meer toegankelijk te maken voor minder validen.
Mede door voorgaande projecten is er een G-team opgericht bij een bij een plaatselijke
voetbalvereniging en een rolstoelteam bij het plaatselijke basketbalteam. Stichting de
Zuidwester, een instelling voor verstandelijk en lichamelijk gehandicapten, heeft al enkele
malen om aanpassingen gevraagd in het zwembad. Hier zijn vooralsnog geen financiële
middelen voor beschikbaar. Verenigingen kunnen in de jaren 2002 en 2003 voorstellen
indienen waarbij een (financiële) bijdrage gegeven zal worden in het realiseren van een
bouwkundige voorziening.
5.2
Sporters voor sporters
Afgelopen jaren heeft er enige malen een evenement plaatsgevonden dat georganiseerd werd
17
om geld in te zamelen voor minder valide sporters. Hierbij speelden sporters van
verschillende verenigingen wedstrijden in de verschillende takken van sport. Zowel in 2002
als 2003 zal er een dergelijk evenement georganiseerd worden, waarbij de opbrengst
toegevoegd zal gebruikt zal worden aan het reeds beschikbare budget genoemd onder punt
5.1.
5.3
GALM-project
In 2004 (gezien de nodige inzet bij andere deelprojecten in 2002 en 2003) zal, in
samenwerking met de sportraad Zuid-Holland, een GALM-project worden gestart. De
voorgaande periode wordt gebruikt om de plannen met de verschillende partners uit te
werken. Ook zal worden onderzocht op welke wijze er meer sportmogelijkheden voor
ouderen kunnen worden gecreëerd. Hierbij wordt bijvoorbeeld gedacht aan sporten en
bewegen op locatie in seviceflats en verzorgingstehuizen.
Vormen van breedtesport
Het project is bedoeld voor ouderen en lichamelijk of verstandelijk gehandicapten. Het betreft
het stimuleren van deelname aan (aangepaste) sport en het, letterlijk, wegnemen van
bepaalde drempels. Dit geldt voor bijna alle vormen van breedtesport. De sportverenigingen
vormen ook een doelgroep in het project. Zij worden gestimuleerd deze drempels weg te
nemen en (aangepaste) sport aanbieden aan de genoemde doelgroepen.
Doelgroepen
Ouderen vanaf 55 jaar en minder validen.
Actoren
Verenigingen, Ouderenbonden, Service Bureau voor Ouderen, Sportraad Zuid-Holland,
Stichting PUSH, Stichting de ZuidWester, Gemeente
Beoogd resultaat
Met dit project wordt beoogd de mogelijkheden voor aangepast sporten verbeteren en dat een
groter aantal ouderen bewust meer zullen sporten/bewegen.
Factoren die het project kunnen beïnvloeden
Ouderen willen vaak overdag sporten. De Hellevoetse overdekte sportaccommodaties zijn
overdag in gebruik door het onderwijs. Er is in de gemeentelijke accommodaties dus
nauwelijks of geen ruimte beschikbaar voor ouderen.
Resultaatmeting
Ieder jaar wordt over het totale project een rapportage gemaakt dat aan het ministerie wordt
gezonden. Ter voeding van deze rapportage jaar zal in november de balans worden
opgemaakt van de activiteiten (bouwkundige aanpassingen) die dat jaar verricht zijn. In het
GALM-project zal worden gemeten hoeveel ouderen daadwerkelijk meer gaan
sporten/bewegen.
Meerwaarde project
Met dit project wordt een aanzet gedaan om sport voor iedereen toegankelijk en bereikbaar te
maken. Hierdoor wordt een bijdrage geleverd aan het voorkomen van isolement,sociale
integratie, gezondheid en participatie van meer sociaal kwetsbare groepen.
18
Projectbegroting
* Aanpassing van voorzieningen (2002 - 2003)
* Sporters voor sporters
(2002 - 2003)
* GALM-project
(2004 - 2007)
ƒ
ƒ
ƒ
12.500,-2.500,-15.000,--
* Personeelskosten sportconsulent/Stichting PUSH (ca. 4 uur per week)
Totaal
D.
ƒ 15.000,-ƒ 12.500,-----------------ƒ 27.500,--
SAMENWERKING MET DERDEN
Beschrijving van:
1.
De betrokkenheid van/overleg met/inspraak van doelgroepen dan wel derden, bij de
totstandkoming van het plan:
Het plan van uitvoering van het project Sporten in een vitale gemeente ligt deels besloten in
de beleidsnota Sport voor een vitale gemeente. Deze nota is tot stand gekomen in overleg met
het voorzittersoverleg sport. De verenigingen zijn tevreden over de in de sportnota
vastgelegde beleidsvoornemens. Stichting PUSH en het voorzittersoverleg sport zijn intensief
betrokken bij de aanvraag voor de breedtesportimpuls. De lokale sportverenigingen krijgen
nog ruim de gelegenheid om te reageren op het projectplan. Dit geldt ook voor het
wijkbeheer, de GGD en het onderwijs. Bij de basisscholen is een groeiende interesse
waarneembaar voor sport binnen het onderwijs. Het voortgezet onderwijs heeft in eerdere
projecten aangegeven een eigen beleid te voeren op gebied van lichamelijke opvoeding en
sport en had geen tijd voor/ behoefte aan invloeden van buiten de eigen gekozen lijn. Het
project biedt echter mogelijkheden tot aanvullende projecten.
2.
De samenwerking met andere organisaties en/of instellingen voor de uitvoering van
het project (naam/wijze van samenwerken/looptijd):
Het gehele project wordt uitgevoerd door de plaatselijke welzijnsinstelling Stichting PUSH.
Gegevens betreffende deze instelling zijn aangegeven onder A. Daarnaast zal worden
samengewerkt met de GGD Zuid-Hollandse Eilanden en de sportraad Zuid-Holland. Het
voorzittersoverleg sport zal worden gevraagd om te dienen als reflectiegroep voor het project.
Overigens zal gemeente Hellevoetsluis zich qua samenwerking niet per definitie beperken tot
samenwerking binnen de gemeente. Mochten zich mogelijkheden tot samenwerking voordoen
in de regio Voorne – Putten – Rozenburg, dan zal de mogelijkheid niet onbenut gelaten
worden.
3.
De (mogelijke) benodigde inhoudelijke ondersteuning van derden bij de uitvoering
van het project (bijv. NISB, NKS Sportadvies, NOC*NSF, provinciale sportraden):
Vooralsnog is alleen de sportraad Zuid-Holland betrokken bij het project. Mocht hier tijdens
het project aanleiding voor zijn, zal er niet geaarzeld worden om ook een van bovenstaande
partijen, of andere, bij het project te betrekken.
19
E.
MEERWAARDE VAN HET PROJECT
1.
Welke inzichten zal het project ten behoeve van het toekomstige breedtesportbeleid
naar uw verwachting kunnen verschaffen:
De ervaringen, opgedaan met de voorgaande twee projecten, leren dat er met projectmatig
werken nadrukkelijk wordt ingespeeld op de actuele ontwikkelingen die op het sportveld
plaatsvinden. Zo is een belangrijk leerpunt van afgelopen periode geweest dat het in Hellevoetsluis onder de huidige omstandigheden moeilijk is om te komen tot een samenwerkingsverband tussen scholen en verenigingen met een structureel sportaanbod tijdens de
gymnastieklessen. Op dit punt zal het project Sporten in een vitale gemeente inzicht
verschaffen op welke wijze sport op een andere manier structureel op de basisschool geïntroduceerd kan worden. Wellicht is de invoering van een vakdocent bewegingsonderwijs
noodzakelijk.
2.
Op welke wijze is het project gericht op versterking van de lokale sportinfrastructuur:
Versterking van de lokale sportinfrastructuur is het hoofddoel van het project. De door de
verenigingen aangegeven knelpunten zijn nadrukkelijk in het project verwerkt.
3.
Op welke wijze draagt de inzet van sport als middel bij aan de oplossingen voor
maatschappelijke lokale problemen:
Verhogen van jeugdparticipatie, terugdringen van gevoelens van sociale onveiligheid en
vandalisme, tegengaan van bewegingsarmoede en bevordering van gezond gedrag,
bevordering van sociale integratie
4. Het project is gericht op het aanbrengen van dwarsverbanden met de volgende aan de
breedtesport gerelateerde beleidsterreinen:
Gerelateerd beleidsterrein
Onderwijs
Werkgelegenheid
Welzijn
Criminaliteitspreventie
Jeugdbeleid
Wijkbeheer
Ruimtelijke ordening
en milieu
Recreatie
Vrijwilligers
Kinderopvang
F.
Ja
Ja
Ja
Ja
Ja
Ja
Ja
Ja
Ja
Nee
Toelichting
Deelproject: Niet denken maar doen
Deelproject: Actief in sport
Deelproject: Wijken voor de sport en Sporten
voor Iedereen
Deelproject: Wijken voor de sport en Doelpunt
Deelproject: Doelpunt en Wijken voor de sport
Deelproject: Wijken voor de sport
Deelproject: Wijken voor de sport, Doelpunt
Deelproject: Wijken voor de sport
Deelproject: Actief in de sport
BEGROTING PROJECT (op jaarbasis)
Overzichtbegroting Sporten in een vitale gemeente 2002-2007
- Deelproject “Doelpunt”
20
ƒ
105.000,--
- Deelproject “Actief in de sport”
ƒ
32.500,--
- Deelproject “Niet denken maar doen”
ƒ
70.000,--
- Deelproject “Wijken voor de sport”
ƒ
65.000,--
- Deelproject “Sporten voor iedereen”
ƒ
27.500,------------------ƒ 300.000,--
Jaarlijks benodigd budget Sporten in een Vitale Gemeente
Schematische weergave financiële aspecten project “Sporten in een Vitale gemeente”
Deelproject
Kosten 2002 Kosten 2003 Kosten 2004 Kosten 2005 Kosten 2006 Kosten 2007
Doelpunt
Actief in de sport
Niet denken maar
doen
Wijken voor de
sport
Sporten voor
iedereen
ƒ 110.000,- ƒ 110.000,- ƒ 110.000,- ƒ 110.000,- ƒ 110.000,- ƒ 110.000,ƒ 27.500,- ƒ 27.500,- ƒ 27.500,- ƒ 27.500,- ƒ 27.500,- ƒ 27.500,-
TOTAAL
ƒ 300.000
ƒ
67.500,- ƒ
67.500,- ƒ
67.500,- ƒ
67.500,- ƒ
67.500,- ƒ
67.500,-
ƒ
67.500,- ƒ
67.500,- ƒ
67.500,- ƒ
67.500,- ƒ
67.500,- ƒ
67.500,-
ƒ
27.500,- ƒ
27.500,- ƒ
27.500,- ƒ
27.500,- ƒ
27.500,- ƒ
27.500,-
ƒ 300.000
ƒ 300.000
ƒ 300.000
TOTAAL KOSTEN PROJECT OVER DE PERIODE 2002 – 2007:
ƒ 300.000
ƒ 300.000
ƒ 1.800.000,--
Verdeling bijdrage gemeente – subsidie VWS
Kosten 2002
Gemeente
VWS
TOTAAL
Kosten 2003
Kosten 2004
Kosten 2005
Kosten 2006
Kosten 2007
ƒ 150.000,ƒ 150.000,ƒ 150.000,ƒ 175.000,- ƒ 225.000,ƒ 250.000,ƒ 150.000,ƒ 150.000,ƒ 150.000,ƒ 125.000,- ƒ 75.000,- ƒ 50.000,ƒ 300.000,- ƒ 300.000,- ƒ 300.000,- ƒ 300.000,- ƒ 300.000,- ƒ 300.000,-
TOTAAL PROJECTKOSTEN GEMEENTE OVER PERIODE 2002 – 2007:
TOTAAL BIJDRAGE VWS OVER PERIODE 2002 – 2007:
ƒ 1.100.000,-ƒ 700.000,--
Tijdsinvestering/personele inzet gedurende de deelprojecten
In de periode augustus 1996 tot 31 december 1997 werd gewerkt met een sportconsulent/sportopbouwwerker voor 20 uur per week. De praktijk leerde dat 20 uur inzet te weinig is
om alle activiteiten uit te voeren. Tijdens het project HJIB werd gewerkt met een inzet van 36
uur per week. Deze inzet is in de periode 2000 – 2001, in afwachting van de honorering van
de aanvraag Breedtesportimpuls, terug gebracht naar 20 uur per week. Vanaf 2002 zijn er
(nog) geen structurele financiële middelen beschikbaar gesteld. Verwacht wordt dat dit zal
gebeuren in het kader van de vaststelling van de voorjaarsnota 2001 (in de raadsvergadering
van 19 april 2001). Beoogd wordt een inzet van 36 uur per week, ofwel een volledige baan.
Gedurende de periode 2002 – 2007 is er 0,3 fte beschikbaar voor een beleidsmedewerker
sportzaken. Deze laatste uren staan overigens los van de aanvraag.
21
Tot besluit
Er zal jaarlijks in november een (tussen)evaluatie plaatsvinden. Deze tussenevaluatie wordt
gevoed door de aparte evaluaties van de deelprojecten. De evaluaties zullen gebruikt worden
om het beleid aan te scherpen door succesvolle factoren te versterken en op faalfactoren ander
beleid te ontwikkelen. In principe worden de activiteiten vanaf het jaar 2008, op basis van de
eindevaluatie en de jaarlijkse (tussen)evaluaties, voortgezet binnen een regulier integraal
beleid (sport, onderwijs, jeugd- en jongeren, gezondheid).
22
Download